De CDA-Tweede Kamerfractie zoekt naar mogelijkheden om de positie van ‘verzekeringsslachtoffers’ te versterken. Mensen met aanzienlijke letselschade na een verkeersongeval of een crimineel delict moeten soms jaren wachten op financiële compensatie omdat de verzekeraar de zaak zo lang mogelijk probeert te rekken.

CDA-Kamerlid Madeleine van Toorenburg stelde deze kwestie vorige week aan de orde in schriftelijke vragen aan de VVD-minister Stef Blok (Veiligheid en Justitie). Zij denkt ook aan een parlementaire hoorzitting om het vraagstuk in kaart te brengen. Slachtoffers, belangenbehartigers en verzekeraars kunnen dan uitleg geven.
VVD-Kamerlid Foort van Oosten zei de antwoorden op de Kamervragen af te wachten. ‘maar in het algemeen wil hij de positie van slachtoffers versterken. Ik denk positief mee.’ Hij vindt ook dat de veroorzakers van leed hun financiële verantwoordelijkheid niet mogen ontlopen.

Jacques Willaarts

De aanleiding voor de  Kamervragen was een artikel in het Brabants Dagblad van 9 juni 2017 over de Vughtse bedrijvenmakelaar Jacques Willaarts (56). Deze werd in september 2013 in Ammerzoden van de weg gereden door een automobiliste. De traumahelikopter bracht hem naar het ziekenhuis van Nijmegen waar een verhoogde dwarslaesie werd vastgesteld. Hij was bijna totaal verlamd. Zelfs zijn longfunctie was tot een kwart gereduceerd. Willaarts bracht veertien maanden door in het ziekenhuis en de revalidatiekliniek. Nog elke dag is hij uren in intensieve therapie. Inmiddels kan hij een theekopje optillen en met zijn hand het knopje van de elektrische rolstoel bedienen.

De automobiliste werd door de rechtbank veroordeeld. Zij was verzekerd, maar haar verzekeringsmaatschappij stelde een definitieve schaderegeling echter steeds uit. Willaerts ontving slechts enkele voorschotten, die in geen verhouding stonden tot de gemaakte onkosten. Pas nadat Willaarts vorige week een gesprek had met een verslaggever maakte de assurantiemaatschappij pardoes een bedrag van 4 ton over en beloofde de zaak eind deze maand af te wikkelen.

Bewust traineren

Willaarts zegt dat verzekeraars schadeafhandeling traineren om slachtoffers uit te roken. ‘Mensen kunnen vaak geen kant op. Ze accepteren een veel lager bedrag dan waar ze recht op hebben.’ Willaarts heeft een goedlopend vastgoedbedrijf – dat overigens door zijn ongeluk enorme schade leed – en teert op zijn beleggingen. ‘Ik hoefde niet meteen te buigen voor de verzekeraar.’

Kamerlid Van Toorenburg (CDA) zegt: ‘Ik hoor dit soort gevallen veel te vaak.’ Er is geen wettelijke termijn waarbinnen een schaderegeling moet plaatsvinden. Iemand uit haar vriendenkring werd ook zwaar getroffen door een ongeval en lag vervolgens twaalf jaar in de clinch met de verzekeraar. Zij vindt dat de Kamer de omvang van het probleem moet onderzoeken.

VVD-collega Van Oosten zegt de individuele gevallen onvoldoende te kennen, maar vindt in het algemeen: ‘Als de schuldvraag en de uitkomst van een schadeclaim duidelijk zijn, is er weinig reden een zaak jarenlang te laten voortslepen. Dat is niet in het belang van slachtoffers.’

Bron: Elseviers Weekblad