Na de uitspraak van de Hoge Raad van 18 april 2014, waarbij de Vereniging Martijn werd verboden, maakte Vereniging Martijn de gang naar het Europese Hof voor Rechten van de Mens (EHRM), teneinde het verbod ongedaan te maken. Hiervoor nam de Vereniging advocaten Gerard Sprong en Sidney Smeets in de arm. De klacht richtte zich op mensenrechtenschendingen. Letselschade-expert Yme Drost, die namens de ouders van een seksueel misbruikte peuter de zaak aan het rollen bracht, gaf toentertijd de advocaten al weinig kans.

Uitspraak

Deze week is bekend geworden dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens de ingediende klacht naast zich neer heeft gelegd. Door deze beslissing blijft Vereniging Martijn verboden. De zaak is niet in behandeling genomen, omdat het volgens het hof in Straatsburg niet duidelijk was of de persoon, die advocaat Spong vroeg de klacht in te dienen, wel gerechtigd was namens de vereniging te spreken.

Vereniging Martijn kan niet nogmaals in beroep gaan. Een partij heeft namelijk na de uitspraak van Nederlands hoogste rechter slechts een half jaar tijd om een klacht bij het EHRM in te dienen. Die termijn is nu verstreken.