Afgelopen week ontving de Tweede Kamer van minister Hennis-Plasschaert (Defensie) een brief over de stand van zaken met betrekking tot het dossier chroom-6. Dat was conform de toezegging die ze in mei 2016 had gedaan om in oktober de Kamer opnieuw te informeren over de voortgang de activiteiten rond het onderzoek naar de chroomhoudende verf die bij Defensie werd gebruikt.

Onderzoek

Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) coördineert het historisch onderzoek naar de blootstelling van (oud-)medewerkers aan chroomhoudende verf en wat dit kan betekenen voor hun gezondheid. Het onderzoek naar chroom 6 op de POMS-locaties vormt het onderzoekskader van het RIVM. Dat onderzoek is weer onderverdeeld in negen deelonderzoeken, die nu nog in volle gang zijn en waarvan de eerste resultaten momenteel beschikbaar komen.
De beantwoording van vragen over gezondheidsklachten, en of deze wetenschappelijk met de stof chroom-6 in verband kunnen worden gebracht vindt nu plaats. Het onderzoek naar de arbeidsomstandigheden en blootstelling aan chroom-6 op de POMS-locaties loopt nog, evenals het onderzoek naar risico’s van de daadwerkelijke blootstelling aan chroom-6 en de gevolgen daarvan voor de (oud-)POMS-werknemers. De minister verwacht dat in de loop van 2017 de overige onderzoeksresultaten beschikbaar zullen zijn, schrijft ze in de brief aan de Kamer.

Gegevens

Het aantal registraties bij het meldpunt van het CAOP is opgelopen van 2531 in april 2016 naar 2556 (peildatum: 04-10-2016). Tot nu toe (peildatum: 03-10-2016), hebben 694 (oud-)medewerkers een beroep gedaan op de coulanceregeling die in maart 2015 is ingegaan. Daarvan zijn 244 aanvragen toegekend en uitgekeerd. Er zijn nog 8 aanvragen in behandeling. Er zijn 442 aanvragen afgewezen omdat ze niet voldeden aan de voorwaarden op het gebied van de aandoening, de functie of de duur van de blootstelling. Bij bezwaren die zich richten op de functie destijds of de duur van de blootstelling, wordt zo nodig na een onafhankelijk advies opnieuw naar de individuele situatie gekeken.

Aan alle medewerkers die nu nog met chroomhoudende verf werken, wordt een preventief medisch onderzoek aangeboden. Deelname is vrijwillig en inmiddels hebben 170 medewerkers daarvan gebruik gemaakt. Bij 56 werknemers is een urineonderzoek uitgevoerd direct voor en na werkzaamheden met chroomhoudende verf.

De minister is voornemens om de Kamer in maart 2017 opnieuw per brief te informeren over de stand van zaken in dit dossier.