Het Regionaal Tuchtcollege van de Gezondheidszorg te Zwolle heeft vandaag een voormalig Inspecteur van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) bestraft. Nooit eerder werd in Nederland een inspecteur van de IGZ tuchtrechtelijk veroordeeld. De voormalig inspecteur wordt verweten dat hij onvoldoende heeft opgetreden in de kwestie van de oud-neuroloog Jansen Steur. Jansen Steur werd begin dit jaar door de Almelose rechtbank veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar.

Dossiers niet onderzocht

Het tuchtcollege neemt het de voormalig inspecteur met name kwalijk dat hij de door hem zelf gestelde voorwaarden voor werkhervatting van Jansen Steur niet allemaal handhaafde. Een van de voorwaarden was dat de inspecteur onderzoek zou doen naar de dossiers van de neuroloog in het Enschedese ziekenhuis MST waar de oud-neuroloog werkzaam was. Dat onderzoek is niet uitgevoerd. Ook de voorwaarde dat de oud-neuroloog de directie van de instelling, waar hij weer aan het werk zou gaan, op de hoogte zou stellen van zijn (verslavings-)problematiek, werd niet gehandhaafd. Toen de inspecteur van de directeur van de Duitse kliniek te horen kreeg dat de neuroloog zijn voorgeschiedenis had verzwegen, liet de inspecteur het daarbij.

Inspecteurs tuchtrechtelijk aansprakelijk

Het tuchtcollege oordeelt dat inspecteurs van de IGZ tuchtrechtelijk zijn aan te spreken. De drie voor de tuchtrechter gedaagde inspecteurs waren arts en hadden de bevoegdheid in te grijpen in het belang van de uitoefening van de individuele gezondheidszorg. Klagers, bijgestaan door letselschade-expert Yme Drost, zijn van oordeel dat inspecteurs van de IGZ dat niet hebben gedaan in de kwestie rond de Twentse oud neuroloog. Daarom zijn zij in 2013 een tuchtprocedure tegen de (voormalige) inspecteurs van de IGZ begonnen.

Het tuchtrechtelijk denken ten aanzien van niet als arts werkzame medici veranderde door een uitspraak van het Centraal Tuchtcollege in 2011. Vanaf dat moment werden ook klachten tegen arts-leden van een raad van bestuur van een ziekenhuis in behandeling genomen. Begin dit jaar oordeelde het Zwolse tuchtcollege in dezelfde kwestie ook al dat een voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het Enschede Ziekenhuis MST tuchtrechtelijk verwijtbaar had gehandeld. Ook die uitspraak was uniek. Het tuchtcollege oordeelt nu dat de vijf klagers ook ontvankelijk waren met hun klachten over de inspecteurs.

Nederlandse en Duitse patiënten verdienen bescherming

Het tuchtcollege oordeelt dat Nederlandse en Duitse patiënten bescherming verdienen. De ingediende tuchtklacht ziet deels ook op de werkhervatting van de voormalig neuroloog in Duitsland. Het tuchtcollege oordeelt dat de vijf klagers deel uitmaken van een zeer actieve en goed georganiseerde groep van over de tweehonderd oud-patiënten van Jansen Steur. Die oud-patiënten worden allemaal vertegenwoordigd door dezelfde gemachtigde. De vijf klagers zijn in dit bijzondere geval ook op dat onderdeel klachtgerechtigd, omdat zij hiermee de gelijksoortige belangen van patiënten in Duitsland behartigden, aldus het tuchtcollege.

Sluitstuk

De uitspraak tegen de inspecteurs vormde het sluitstuk van alle tuchtzaken, die door Yme Drost namens de vijf klagers in de kwestie Jansen Steur bij het tuchtcollege aanhangig werden gemaakt. Jansen Steur werd uit zijn artsenbevoegdheid ontnomen, een bestuurder van het ziekenhuis kreeg een berisping, en een voormalig inspecteur van de IGZ een waarschuwing. Twee andere inspecteurs werden vandaag vrijgesproken wegens hun, naar het oordeel van het tuchtcollege, te geringe rol bij het gebeuren.

Het tuchtcollege overweegt in de uitspraak van vandaag dat zaak Jansen Steur tot veel verbeteringen heeft geleid in de individuele gezondheidszorg en het toezicht daarop door de IGZ.