Patiënten Jansen Steur centraal tijdens IDFA

10-11-2016

The Monster in the Mind, een documentaire over de ziekte Alzheimer gaat in Nederland op 20 november tijdens de International Documentary Filmfestival Amsterdam in première. Letselschade-expert Yme Drost heeft met een aantal slachtoffers van ex-neuroloog Jansen Steur aan deze film meegewerkt. De film kreeg eerder positieve kritieken tijdens het prestigieuze Doc/Fest in Sheffield (Engeland). Een preview van de film is te zien via deze link. De documentaire is gemaakt door Jean Carper. Zij is oud-journalist van de Amerikaanse nieuwszender CNN. Ze won eerder Ace Award voor haar series over hersentumoren. Ook heeft ze 24 boeken geschreven, inclusief New York Times best-sellers Stop Aging Now! and Food Your Mircale Medicine. Op het moment dat ze ontdekt dat ze zelf een hoog risico heeft op het ontwikkelen van Alzheimer, gaat ze op zoek naar alles wat ze kan vinden over de beperking en ziet ze haar angsten onder ogen. Wat ze blootlegt en laat zien is het wonderbaarlijke verhaal van een mysterieuze ziekte, die gekenmerkt wordt door een groot gevoel van ondergang en angst. Het is een documentaire die de waarheid onderzoekt achter de meest gevreesde en beangstigende ziekte ter wereld. Samen met interviews met toonaangevende onderzoekers creëert ‘Monster in The Mind’ een weergaloze blik op de waarheid. Maar ook op de fictie van Alzheimer, zijn origine, de falende zoektochten naar een oplossing en een verrassende visie om jezelf en de wereld te redden van dementie. Inmiddels hebben cliënten van Drost Letselschade, Yme Drost en een aantal van zijn collega’s aangegeven aanwezig te zullen tijdens de première van de film op de IDFA op 20 november. Op het festival dat duurt van 16 tot en met 27 november zijn ruim driehonderd documentaires te zien op verschillende locaties in Amsterdam: van het Rembrandtplein tot diep in Amsterdam-West en Zuidoost. Met (inter)nationale premières en competities, films van debutanten en studenten, documentaires voor kinderen, een filmmarkt en veel internationale gasten. Meer informatie over deze documentaire is terug te vinden op de informatiepagina over deze film op de website van de IDFA. Over het bezoek van Jean Carter in 2012 aan Drost Letselschade zie dit nieuwsbericht.

 

 

Vrijspraak Jansen Steur blijft gehandhaafd

17-05-2016

De Hoge Raad heeft dinsdagmiddag besloten dat de vrijspraak van ex-neuroloog Jansen Steur definitief is. Deze uitkomst is geen verrassing. In maart dit jaar werd door de advocaat-generaal Geert Knigge al geadviseerd om de vrijspraak niet te vernietigen. Met dit besluit komt een eind aan ‘de grootste medische strafzaak van Nederland’. Jansen Steur is wel veroordeeld tot zes maanden voorwaardelijke celstraf, voor verduistering van geld, diefstal en valsheid in geschrifte. Ook is hij door het Tuchtcollege voor altijd uit zijn beroep gezet. Jansen Steur was tot aan zijn auto-ongeluk een gerespecteerd neuroloog. Na dat ongeluk ging het echter slechter met hem. Zelfs in de rechtbank spraken deskundigen dat zij zich schaamden als arts voor het werk van Jansen Steur. In 2014 werd Jansen Steur door de rechtbank Almelo veroordeeld tot 3 jaar celstraf, in hoger beroep werd hij echter vrijgesproken. Dit omdat het Gerechtshof in Arnhem vond dat het ‘opzettelijk’ verkeerd stellen van diagnoses niet bewezen kon worden. Na dit besluit stelde het Openbaar Ministerie cassatie in en deze is vandaag verworpen. Achteraf blijkt het cruciaal in de hele affaire dat de vervolging van de arts te laat op gang is gekomen. Als de vervolging eerder was ingesteld, was de kans groot geweest dat Jansen Steur wel veroordeeld zou zijn. Toen TC Tubantia en letselschade-expert Yme Drost met onthullingen kwamen heeft het Openbaar Ministerie de zaak een paar jaar laten liggen. Toen het OM vervolgens overging tot vervolgen waren sommige schulddelicten net verjaard. Het OM kon Jansen Steur toen alleen nog maar vervolgen voor ‘opzet’, wat veel moeilijker te bewijzen is. Het persbericht over de uitspraak van de Hoge Raad plus de volledige tekst van de uitspraak van de Hoge Raad is te vinden op de website van de rechtspraak.nl. Bron: TC Tubantia

 

 

Vandaag uitspraak Hoge Raad in zaak Jansen Steur

17-05-2016

Vandaag zal de Hoge Raad uitspraak doen in de zaak tegen ex-neuroloog Jansen Steur. In dit Drost Journaal wordt vooruit gekeken naar deze uitspraak, ook wordt er teruggeblikt op de uitspraak in het hoger beroep. Het arrest van de Hoge Raad is heel erg belangrijk, het gaat er namelijk om of Jansen Steur wel of niet strafrechtelijk veroordeeld zal worden voor de medische delicten. 

 

 

Advies advocaat-generaal inzake Jansen Steur

22-03-2016

De advocaat-generaal heeft vandaag, 22 maart, geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep van het OM. In andere woorden hij adviseerde de Hoge Raad, dat de vrijspraak van Jansen Steur voor de medische delicten gehandhaafd moet blijven. Jansen Steur werd eerder wel veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden voorwaardelijk voor valsheid in geschrifte, diefstal van receptenpapier en verduistering van een som geld.

Conclusie advocaat-generaal

Een vrijspraak die is gegeven kan door de Hoge Raad in uitzonderlijke gevallen vernietigd worden. De advocaat-generaal is in deze kwestie van mening dat zich hier niet een uitzonderlijk geval voordoet. Door het verstrijken van de verjaringstermijn was een vervolging wegens zwaar lichamelijk letsel door schuld niet meer mogelijk. Jansen Steur kon alleen nog maar worden veroordeeld wanneer bewezen kon worden dat hij de gezondheid van zijn patiënten opzettelijk had benadeeld. Bij deze stelling is vereist dat de verdachte zich bewust was van de kans op gezondheidsschade. Het gerechtshof was ook van oordeel, dat het bewijs hierbij niet overtuigend genoeg is geweest. Er is daarom geen reden voor vernietiging van de vrijspraak, aldus de advocaat -generaal. De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, en niet bindend. De Hoge Raad verwacht dat zij op 17 mei uitspraak zal doen in deze zaak. Bron: Rechtspraak.nl Lees op Rechtspraak.nl de volledige conclusie

 

 

Vervolg cassatie tegen Jansen Steur

28-01-2016

De zaak tegen de voormalig neuroloog dr. Jansen (Steur) zal op 23 maart aanstaande een vervolg krijgen met een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad door de advocaat-generaal van het OM. Eind juni wordt het arrest van de Hoge Raad verwacht. Dan wordt duidelijk of de vrijspraak onherroepelijk wordt. 18 juni vorig jaar werd ex-neuroloog Ernst Jansen (Steur) door het Hof in Arnhem in hoger beroep vrijgesproken van de hem ten laste gelegde strafbare feiten. Dit terwijl de rechtbank in Almelo hem in 2014 veroordeelde tot drie jaar cel. De oud-neuroloog wordt een reeks ernstige medische fouten verweten en stelde tussen 1997 en 2004 verkeerde diagnoses. Na zijn vrijspraak in hoger beroep is het Openbaar Ministerie in cassatie gegaan. Letselschade-expert Yme Drost staat meer dan honderd slachtoffers bij in deze zaak. Met het bericht dat het OM in cassatie ging was Drost content: “Deze unieke zaak verdient het om aan het oordeel van ons hoogste rechtscollege te worden onderworpen”.

Vervolg

Op 23 maart komt de advocaat-generaal met een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad. Deze heeft vervolgens vaak zo’n twee maanden nodig voor het vormen van een eigen oordeel. Mocht het arrest van het Hof vernietigd worden door de Hoge raad, zal het hoger beroep in de zaak Jansen (Steur) opnieuw moeten plaatsvinden. bron: Tubantia

 

 

‘OM niet kansloos in cassatie Jansen Steur’

19-08-2015

Gisteren verscheen in de TC Tubantia een interview met emeritus hoogleraar strafrecht Tom Schalken. In dit interview heeft Schalken zware kritiek op de vrijspraak van ex-neuroloog Jansen Steur. Hij denkt zelfs dat het OM in cassatie ‘een goede kans’ maakt om het arrest van het Hof te laten vernietigen door de Hoge Raad. Mocht dit zo zijn dan moet het hoger beroep opnieuw plaatsvinden.

Hoger beroep

Op 18 juni 2015 werd ex-neuroloog Ernst Jansen Steur door het Hof in Arnhem vrijgesproken, omdat het Hof in zijn handelen geen opzet zag. Dit terwijl de rechtbank in Almelo hem vorig jaar veroordeelde tot drie jaar cel. Beide uitspraken zijn gedaan op basis van hetzelfde dossier. De verandering in uitspraak in het hoger beroep heeft Schalken dan ook ‘zeer verbaasd’. Ook meent hij dat het Hof ‘heel selectief’ leunt op de verklaringen van Jansen Steur.

Cassatie

Het Openbaar Ministerie is in cassatie gegaan tegen het arrest. Hierover zegt Schalken dat het OM naar zijn mening zeker niet kansloos is. De Hoge Raad toetst in cassatie alleen of het recht juist is toegepast en geïnterpreteerd, men beoordeelt dus niet de feiten opnieuw. Ook wordt getoetst of het arrest voldoende is gemotiveerd. De uitspraak van de Hoge Raad wordt dit jaar niet meer verwacht.

 

 

OM in cassatie van arrest Jansen Steur

29-06-2015

De advocaat-generaal bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag cassatie aangetekend bij de Hoge Raad tegen het arrest waarbij Jansen Steur werd vrijgesproken van de hem ten laste gelegde medische delicten. Dat heeft de advocaat-generaal, mevrouw mr. Marina Weel, vandaag telefonisch aan letselschade-expert Yme Drost meegedeeld. Ook de slachtoffers werden vandaag persoonlijk door het OM telefonisch op de hoogte gesteld van het ingestelde cassatieberoep. Drost staat meer dan honderd slachtoffers van Jansen Steur bij. Jansen Steur kreeg van het gerechtshof wel een gevangenisstraf van 6 maanden voorwaardelijk voor valsheid in geschrifte, diefstal van receptenpapier en verduistering van een som geld. Het Gerechtshof kwam echter tot vrijspraak van de medische delicten, omdat opzet, naar het oordeel van het gerechtshof, niet bewezen kon worden. Wel overwoog het gerechtshof dat Jansen Steur medisch verwijtbaar had gehandeld en zijn handelingen als schulddelicten mogelijk strafbaar zouden zijn geweest. De schulddelicten waren Jansen Steur evenwel niet ten laste gelegd, omdat het OM in Almelo te lang had stilgezeten en die delicten al waren verjaard.

Verbijstering over uitspraak

Slachtoffers waren verbijsterd over de uitspraak van het hof. De vrijspraak van Jansen Steur leidde ook tot een golf van kritiek in de sociale media. Letselschade-expert Yme Drost, die in 2005 de zaak voor het eerst naar voren bracht, is ingenomen met het cassatieberoep. Drost: “Nadat het OM in Almelo steken heeft laten vallen, heeft het OM in Rotterdam de zaak meer dan uitstekend opgepakt. Het kan niet zo zijn dat het vele werk dat verricht is voor niets is geweest. Deze unieke zaak verdient het om aan het oordeel van ons hoogste rechtscollege te worden onderworpen.” De slachtoffers van Jansen Steur reageerden vandaag verheugd op het ingestelde cassatieberoep.

 

 

Vrijspraak voor Twentse ex-neuroloog Jansen Steur

18-06-2015

Opzet is niet bewezen Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Arnhem, heeft vandaag, donderdag 18 juni 2015, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur, die werd verdacht van het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen dan wel laten van negen patiënten. Volgens het Hof kan opzet niet worden bewezen en dient Jansen Steur daarom van de medische delicten te worden vrijgesproken. Ook werd Jansen Steur verdacht van mishandeling, althans opzettelijke benadeling van de gezondheid van deze negen patiënten, met als gevolg zwaar lichamelijk letsel en in één geval de dood. De feiten vonden plaats tussen 1997 en 2003. Het Hof overweegt nog dat het Jansen Steur niet kan veroordelen voor medische schulddelicten. Het Openbaar Ministerie had die schulddelicten, door te lang stilzitten en het niet reageren op verzoeken daartoe van letselschade-expert Yme Drost, laten verjaren. De advocaat van Jansen Steur wees er in hoger beroep al fijntjes op dat Drost alleen aangifte deed van medische schulddelicten en niet van medische opzetdelicten. Het hoger beroep is zowel door de verdediging als het openbaar ministerie beperkt ingesteld. Daarom zijn in hoger beroep alleen de hierboven genoemde feiten aan de orde. Ten aanzien van de overige feiten op de oorspronkelijke tenlastelegging (diefstal van een receptenblok, het valselijk opmaken van machtigingsformulieren en recepten en verduistering van geld) is verdachte door de rechtbank veroordeeld. Dat deel van het vonnis is door het beperkt ingestelde hoger beroep inmiddels onherroepelijk geworden. De procedure bij de rechtbank De rechtbank Overijssel heeft verdachte bij vonnis van 11 februari 2014 (ECLI:NL:RBOVE:2014:646) na een eis van zes jaar veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie jaren. De rechtbank heeft vrijgesproken voor zover de feiten betrekking hadden op het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen of laten van de patiënten. De rechtbank achtte bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten met zwaar lichamelijk letsel en in één geval de dood tot gevolg. De procedure bij het gerechtshof De advocaat-generaal achtte alle feiten bewezen en eiste opnieuw een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren. Alle aan verdachte tenlastegelegde feiten zijn opzetdelicten. De schuldvarianten zijn niet aan het hof voorgelegd: deze feiten waren verjaard. Verdachte kon daarvoor dus niet meer worden vervolgd. De meest vergaande vraag die het hof diende te beantwoorden, is of de verdachte met opzet heeft gehandeld. Voorop dient te worden gesteld dat het begrip “opzet” in een juridische context een ruimere betekenis heeft dan in het algemeen spraakgebruik. De lichtste vorm van het juridische opzet is het zogenaamde “voorwaardelijk opzet”. Volgens de rechtbank heeft de ex-neuroloog bij de patiënten in de bewezen verklaarde gevallen verkeerde diagnoses gesteld, heeft hij zich te lang gefixeerd op deze diagnoses en hen daardoor onjuist behandeld. Dit terwijl hij als arts wist dat bepaalde diagnoses niet gesteld konden worden op basis van de voorhanden zijnde gegevens. Daarbij heeft de verdachte welbewust het risico genomen en aanvaard dat de gezondheid van de patiënten ernstig zou worden benadeeld. Hierdoor heeft verdachte zijn zorgplicht als arts op ernstige wijze geschonden. Het hof acht deze redenering van de rechtbank (en van het openbaar ministerie) niet toereikend om voorwaardelijk opzet bewezen te kunnen achten. De wil, oftewel het welbewust op de koop toe nemen van de aanmerkelijke kans, is daarmee nog niet bewezen. De enkele wetenschap van een aanmerkelijke kans op het schenden van zorgvuldigheidseisen, protocollen en/of richtlijnen is daarvoor niet voldoende. Met de redenering van de rechtbank (en van het openbaar ministerie) is veeleer bewezen dat verdachte (grovelijk) nalatig heeft gehandeld en verwijtbaar risico’s heeft genomen. Verdachte heeft steeds verklaard dat hij fouten heeft gemaakt, maar dat hij niet te kwader trouw heeft gehandeld en dus niet de benadeling van de gezondheid van zijn patiënten heeft gewild dan wel hen in hulpeloze toestand heeft willen brengen/laten. Dit alles leidt het hof tot het oordeel dat opzet niet bewezen is. Het gevolg daarvan is: vrijspraak van alle aan het oordeel van het hof onderworpen feiten. Ten aanzien van de reeds onherroepelijke feiten De rechtbank heeft verdachte onherroepelijk veroordeeld voor diefstal van een receptenblok, het valselijk opmaken van machtigingsformulieren en recepten en verduistering van een aanzienlijke som geld. Ingevolge artikel 423 lid 4 van het Wetboek van Strafvordering moet het hof bepalen welke straf de rechtbank alleen voor die feiten zou hebben opgelegd. Daarbij is het hof verplicht om uit te gaan van de –inmiddels vaststaande- strafmotivering van de rechtbank en dus ook van het gegeven dat de rechtbank verdachte volledig toerekeningsvatbaar heeft geacht. Het hof komt dus niet toe aan een zelfstandige beoordeling van de toerekeningsvatbaarheid van verdachte. Het hof komt ten aanzien van die door de rechtbank bewezen verklaarde feiten tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes maanden met een proeftijd van twee jaren. Voor de volledige tekst van de uitspraak zie ons Dossier Jansen Steur. bron: Rechtspraak.nl

 

 

Uitspraak rechtzaak Jansen Steur

18-06-2015

 

 

Morgen uitspraak hoger beroep Jansen Steur

17-06-2015

Morgen, donderdag 18 juni 2015, zal het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak doen in de hoger beroepszaak van de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur. De uitspraak vindt plaats in het Arnhemse Paleis van Justitie. Net als vorig jaar is door het Openbaar Ministerie een celstraf van zes jaar geëist tegen Jansen Steur. Vorig jaar in Almelo werd Jansen Steur veroordeeld tot een onvoorwaardelijke celstraf van drie jaar. Na deze uitspraak is zowel het OM, als Jansen Steur in hoger beroep gegaan. De ex-neuroloog werd veroordeeld voor het opzettelijk stellen van verkeerde diagnoses. Één patiënte pleegde zelfs zelfmoord, omdat ze dacht dat ze spoedig zou sterven. Achteraf bleken de diagnoses onjuist. Jansen Steur was in mei van dit jaar zelf niet aanwezig bij het hoger beroep. Waarschijnlijk is hij morgen bij de zitting wel aanwezig. De zaak tegen de ex-neuroloog wordt de grootste medische strafzaak in de Nederlandse geschiedenis genoemd. Lees morgen de uitspraak bij ons in Dossier Jansen Steur.

 

 

OM eist 6 jaar, advocaat wil vrijspraak

21-05-2015

Afgelopen woensdag is in het hoger beroep opnieuw een celstraf van zes jaar geëist tegen Jansen Steur. Dezelfde eis stelde het Openbare Ministerie (OM) ook in Almelo vorig jaar. Toen werd de ex-neuroloog veroordeeld tot een celstraf van drie jaar.

Eis Openbaar Ministerie

Het OM vindt dat er geen bewijs is dat Jansen Steur volledig ontoerekeningsvatbaar is. Zijn advocaat, Peter Plasman, vond dit wel. Daarom had hij om aanvullend psychisch onderzoek gevraagd voorafgaand aan het hoger beroep. Het OM nam hieruit de conclusie van de deskundigen over dat Jansen Steur verminderd toerekeningsvatbaar was. Hierdoor, en doordat het lang duurde voordat de zaak op zitting kwam, is de eis zes jaar in plaats van negen jaar.

Pleidooi Plasman

Plasman hield op donderdag 21 mei, bij de laatste zitting van het hoger beroep,  zijn pleidooi. Hij ging in op de veroordelingen van de ex-neuroloog. De rechtbank in Almelo eiste in 2014 drie jaar voor cel voor het moedwillig mishandelen van patiënten. Ook wordt Jansen Steur verantwoordelijk gehouden voor de zelfdoding van een patiënte. Plasman betoogde dat er van moedwil bij de gemaakt fouten geen sprake is en dat hiervoor geen sluitend juridisch bewijs te vinden is. Het OM verklaarde gisteren, tijdens het hoger beroep, bij het Hof dat Jansen Steur door zijn verslaving het risico heeft genomen dat hij zijn patiënten zou benadelen. Dat wordt gezien als moedwil.

Frontaal Syndroom

Verder stelt Plasman in zijn pleidooi dat een auto-ongeluk in 1990 een cruciale rol heeft gespeeld bij het afglijden van Jansen Steur. Het ongeluk zou geleid hebben tot hersenletsel bij zijn cliënt. Deskundigen hebben, tijdens een neurologisch onderzoek, echter geen verband tussen het ongeluk en het hersenletsel kunnen vaststellen. Zij hebben wel geconstateerd dat Jansen Steur een frontaal syndroom heeft, maar deze kan ook ontstaan zijn door zijn verslaving aan alcohol en medicijnen. De meeste fouten maakte de ex-neuroloog ook pas vanaf het moment dat zijn verslaving begon.

Uitspraak

Op donderdag 18 juni wordt de uitspraak van het Hof verwacht.

 

 

Jansen Steur zelf niet aanwezig bij hoger beroep

19-05-2015

Maandag 19 mei om 10.00 uur is in het gerechtsgebouw in Arnhem aangevangen met het hoger beroep in de zaak Jansen Steur. Opvallend was dat Jansen Steur zelf niet aanwezig was bij het hoger beroep. De ex-neuroloog is door de rechtbank in Almelo al veroordeeld tot drie jaar cel voor het mishandelen van patiënten. En hij wordt verantwoordelijk gehouden voor een zelfdoding van één van zijn patiënten.

Niet aanwezig

De advocaat van Jansen Steur, mr. Plasman, meldde in Tubantia dat hij het niet in het belang van zijn cliënt achtte dat Jansen Steur bij de zittingen van het Hof aanwezig is. “Jansen Steur is evenals buitenstaanders ervan overtuigd dat hij handelt onder invloed van een hersenbeschadiging, welke overigens nog niet vaststaat. Door dit mogelijke hersenletsel kan Jansen Steur tijdens het proces apart optreden en communiceren, wat hem zou kunnen benadelen.”

Mogelijk geen zekerheid hersenbeschadiging

Voorafgaand aan het hoger beroep is aanvullend neurologisch onderzoek uitgevoerd, om helder te krijgen of Jansen Steur, bij een auto-ongeluk in 1990, daadwerkelijk hersenletsel opliep en of dit letsel een rol gespeeld kan hebben bij het hem verweten gedrag. Tijdens het hoger beroep van gisteren gaf Plasman echter aan dat het onderzoek daarover mogelijk geen zekerheid kan geven.

Vervolg

Het hoger beroep wordt morgen, 20 mei, voortgezet om 10.00 uur. Dan wordt ingegaan op de persoonlijke omstandigheden van Jansen Steur. Ook worden dan de deskundigen gehoord en volgt het requisitoir en de strafeis van het OM. Donderdag, 21 mei, is de laatste dag van het hoger beroep. Dan komt de verdediging aan het woord met een pleidooi. Donderdag 18 juni is de uitspraak van het Hof in deze zaak. Bij deze zitting zal Jansen Steur waarschijnlijk wel aanwezig zijn.

 

 

Bestuurder Ramaker van MST maakte er een potje van

10-04-2015

Het Centraal Tuchtcollege heeft het hoger beroep dat slachtoffers van Jansen Steur hebben ingesteld tegen de uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege met betrekking tot de voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het Medisch Spectrum Twente (MST), Ruud Ramaker, gegrond verklaard.

Berisping voor Ruud Ramaker

Ramaker, die als verpleegkundige in het BIG-register stond ingeschreven, is door het Centraal Tuchtcollege schuldig bevonden aan, kort gezegd: a. Het niet inzetten van instrumenten om het disfunctioneren van de neuroloog actief op te sporen c.q. vroegtijdig zichtbaar te maken; b. Het onvoldoende oog hebben voor de onvoldoende dossiervoering, de misdiagnostiek, de foutieve behandelingen en andere onregelmatigheden van de neuroloog (waaronder het ten onrechte declareren van Exelon) en de (psychische) schade, die hierdoor is toegebracht aan klagers; c. Het ten onrechte en in strijd met de waarheid in maart 2004 aan de Inspectie melden dat er geen sprake was geweest van onverantwoorde zorg. Het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle achtte eerder alleen de klacht betreffende het onjuist informeren van de Inspectie gegrond. Het Centraal Tuchtcollege vindt dat Ramaker op veel meer punten in de fout is gegaan. Ondanks de gegrondverklaring van het hoger beroep blijft het Centraal College in Den Haag met het tuchtcollege in Zwolle van oordeel dat een berisping een passende maatregel voor Ramaker is.

Lak aan de slachtoffers

Letselschade-expert Yme Drost is blij met de uitspraak. “Slachtoffers krijgen met deze uitspraak erkenning dat de voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van het Medisch Spectrum Twente er een potje van heeft gemaakt. Hij had alleen oog voor de goede naam van het ziekenhuis en had lak aan de patiënten, die slachtoffer zijn geworden van het handelen van de voormalig neuroloog Jansen Steur”, zegt Drost. Drost hekelt ook de houding van Ramaker, die zich nooit ergens heeft willen verantwoorden. Zowel bij de Commissies Lemstra en Hoekstra, als bij de tuchtcolleges schitterde Ramaker door afwezigheid. Het relevante deel van de uitspraak vindt u hier. De volledige uitspraak vindt u hier

 

 

IGZ vangt bot over ontvankelijkheid klacht tegen ziekenhuisbestuurders

09-04-2015

De zaak Jansen Steur sleept zich inmiddels 10 jaar voort. De voormalig neuroloog stelde tientallen onjuiste diagnoses en werd door de rechtbank tot 3 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Het hoger beroep daarvan dient in mei. Inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) werd verweten onvoldoende te hebben ingegrepen. Het handelen van de IGZ in de zaak werd door de commissie Hoekstra uiterst negatief beoordeeld.

IGZ stelde zich op tegenover slachtoffers

Slachtoffers verweten de IGZ de kwestie Jansen Steur nooit voor de medische tuchtrechter te hebben gebracht. Maar op het moment dat een ziekenhuisbestuurder door het tuchtcollege in de kwestie werd veroordeeld, kwam de IGZ wel in actie. De IGZ stelde zich, in de beleving van de slachtoffers, tegenover hen op, door tegen de uitspraak hoger beroep in te stellen. Slachtoffers van Jansen Steur namen de IGZ dat niet in dank af. De IGZ stelde, met de ziekenhuisbestuurder, dat in zijn algemeenheid geen tuchtklachten kunnen worden ingediend tegen ziekenhuisbestuurders in het kader van hun bestuurlijk handelen of nalaten. De klagers zouden daarom in hoger beroep alsnog niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, zo stelde de IGZ. Het Centraal Tuchtcollege van de Gezondheidszorg is het niet eens met die visie. Het oordeelde vandaag: “Volgens de tweede tuchtnorm (art. 47 lid 1, aanhef en onder b, Wet BIG) is de arts onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig ander dan onder a bedoeld handelen of nalaten in de hoedanigheid van arts in strijd met het belang van een goede uitoefening van individuele gezondheidszorg. Wat de klagers de arts verwijten kan op zichzelf worden beschouwd als een zodanig handelen of nalaten. De klachten van klagers betreffen immers het optreden van de arts dat volgens klagers – kort gezegd – niet adequaat was in het licht van de toen aan de arts bekende ernstige gezondheidsrisico’s die patiënten van de neuroloog liepen als gevolg van de toen gebleken verslaving van de neuroloog aan bepaalde medicijnen en gebreken in zijn diagnostiek en dossiervoering. Dit levert voldoende weerslag op de individuele gezondheidszorg op en op voorhand kan niet gezegd worden dat hier sprake is van een zodanige keuzevrijheid van de arts als ziekenhuisbestuurder in de bedrijfsvoering dat om die reden een toetsing aan de tweede tuchtnorm uitgesloten zou zijn en de klagers daarom in hun klacht niet ontvankelijk zouden zijn. Vervolgens moet het de arts verweten handelen of nalaten niet alleen een handelen of nalaten in de hoedanigheid van ziekenhuisbestuurder maar tevens in de hoedanigheid van arts betreffen. In een geval als het onderhavige waarin, naar vaststaat, de arts ter zake steeds is opgetreden als bestuurder van het ziekenhuis waaraan de neuroloog was verbonden, kan eerst sprake zijn van een tevens optreden in de hoedanigheid van arts indien hij bij zijn optreden als bestuurder tevens zich heeft begeven op het terrein waarop hij ook de deskundigheid bezit waarvoor hij als arts in het BIG-register is ingeschreven. Gemeten aan deze maatstaf moet geconcludeerd worden dat wat de arts door klagers wordt verweten ligt op het deskundigheidsgebied van een arts. Het door klagers aan de arts verweten niet adequate optreden in het licht van de hem bekende ernstige gezondheidsrisico’s die patiënten van de neuroloog liepen als gevolg van de toen gebleken verslaving van de neuroloog aan bepaalde medicijnen en gebreken in zijn diagnostiek en dossiervoering ligt immers zonder twijfel in het algemeen ook op het terrein waarop de arts de deskundigheid bezit waarvoor hij als arts in het BIG-register is ingeschreven, en niet uitsluitend op het deskundigheidsterrein van een neuroloog of andere arts. (…) Op grond van een en ander moet geoordeeld worden dat klagers in hun klachten ontvankelijk zijn en dat het hoger beroep van de Inspectie, dat tot de ontvankelijkheid van klagers is beperkt, en het incidentele beroep van de arts in het beroep van de klagers worden verworpen.”

Drost blij met overwegingen Centraal Tuchtcollege

Letselschade-expert Yme Drost is blij met de overwegingen van het Centraal Tuchtcollege: “De uitspraak maakt duidelijk dat BIG-geregistreerde ziekenhuisbestuurders oog moeten hebben voor de gezondheidszorg die in hun ziekenhuis aan patiënten wordt geboden. Als ze dat niet of onvoldoende doen, kunnen ze tuchtrechtelijk ter verantwoording worden geroepen.” Drost hoopt dat hiermee ziekenhuisbestuurders minder snel een oogje zullen dichtknijpen als er in hun ziekenhuis iets mis gaat. De kwestie Jansen Steur werd jarenlang binnenskamers gehouden om de goede naam van het ziekenhuis te beschermen. Slachtoffers bleven daardoor jarenlang met een verkeerde diagnose en dito behandeling rondlopen. De volledige uitspraak vindt u hier.

 

 

Uitspraken Centraal Tuchtcollege in nasleep Jansen Steur

09-04-2015

Ex-bestuursvoorzitter MST berispt

Het Centraal Medisch Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg deed vandaag om 13.00 uur uitspraak in de zaken tegen een voormalig inspecteur van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en drie voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede. De vier stonden in hoger beroep terecht omdat zij niet adequaat zouden hebben gereageerd in de kwestie rond de ex-neuroloog Jansen Steur. De beslissingen werden uitgesproken in het Paleis van Justitie te Den Haag. Letselschade-expert Yme Drost stond in de tuchtzaak vijf slachtoffers van Jansen Steur bij. Jansen Steur werd door de strafrechter in Almelo veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie jaren wegens onder meer het onjuist stellen van meerdere diagnoses, verduistering van gelden en valsheid in geschrifte.

Uitspraken Centraal Medisch Tuchtcollege

De klacht tegen een voormalig inspecteur van de IGZ is niet-ontvankelijk verklaard, de eerdere veroordeling van het Regionaal Tuchtcollege (een waarschuwing) is daarom vernietigd. De vrijspraken in de zaken tegen Zijlstra en Kingma blijven gehandhaafd. De klachten die in hoger beroep zijn geformuleerd tegen de eerdere uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege in de zaak tegen voormalig voorzitter en ziekenhuisbestuurder van het MST, Ruud Ramaker, zijn grotendeels gegrond verklaard. De berisping die Ramaker in eerste aanleg kreeg opgelegd blijft in hoger beroep in stand. Een tuchtrechtelijke veroordeling, zoals hier aan de orde, van een ziekenhuisbestuurder voor het door hem gevoerde bestuurlijke beleid is uniek in de medische tuchtrechtspraak. Het beroep van de hoofdinspecteur van de IGZ tegen de ontvankelijkverklaring van klagers in hun klachten tegen voormalige bestuurders van het MST, is door het Centraal Tuchtcollege verworpen. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de voormalige bestuurders van het MST wel degelijk onder het bereik van het medisch tuchtrecht vallen.

Centraal Tuchtcollege acht meer klachten tegen Ramaker gegrond

Het Centraal Tuchtcollege oordeelt in haar uitspraak van vandaag dat de verpleegkundige Ramaker, voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van het MST, meer kan worden verweten dan door het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle werd aangenomen. Ondanks de zwaardere verwijten die Ramaker door het Centraal Tuchtcollege worden gemaakt, is het Centraal Tuchtcollege van oordeel dat de eerder opgelegde maatregel van berisping passend is. Het Centraal Tuchtcollege overweegt in haar uitspraak van vandaag: “(…) Echter, als uitgangspunt kan in deze zaak worden genomen dat ook voor de verpleegkundige op grond van zijn deskundigheid als zodanig duidelijk moest zijn dat in het algemeen verslaving van een arts grote risico’s voor zijn patiënten meebrengt. Op grond daarvan had de verpleegkundige in zijn functie van verantwoordelijk lid en voorzitter van de Raad van Bestuur aanzienlijk adequater dienen op te treden. Hij kon niet volstaan met, wat is gebeurd, het aansturen op en uiteindelijk realiseren van een vrijwillig vertrek van de neuroloog, hoezeer een dergelijk vertrek destijds ook gebruikelijk was, zoals het Regionaal Tuchtcollege heeft overwogen. Hij had een grondig onderzoek moeten starten naar het disfunctioneren van de neuroloog en de (mogelijke) nadelige gevolgen daarvan voor de gezondheid van diens patiënten. Daarom kon hij evenmin volstaan met zijn opdracht aan de vakgroep neurologie om de praktijk van de neuroloog waar te nemen, notities bij te houden over niet correcte diagnoses, maar voorlopig geen actie daarmee te ondernemen en geen informatie naar buiten toe te verstrekken over de toen voorliggende situatie. Die opdracht was zelf al niet voldoende adequaat in de gegeven omstandigheden omdat zij niet mede omvatte de verplichting voor de vakgroep als geheel en ieder van de individuele neurologen de genoemde notities bij te houden en daarover telkens zo snel mogelijk aan de Raad van Bestuur te rapporteren. Het van de verpleegkundige te verwachten alerte optreden zou bij deze stand van zaken in ieder geval hebben meegebracht dat hij erop zou hebben toegezien niet alleen dat zijn opdracht aan de vakgroep om notities bij te houden over niet correcte diagnoses van de neuroloog correct en adequaat zou zijn uitgevoerd door alle neurologen, maar ook dat hij ervoor zou hebben zorg gedragen, bijvoorbeeld door geregeld navraag te doen en zo de vinger aan de pols te houden, dat de vakgroep de Raad van Bestuur goed op de hoogte zou hebben gehouden over de aard en het aantal van foutieve diagnoses, om te voorkomen dat de Raad van Bestuur verstoken zou blijven van de informatie met betrekking tot de risico’s die de patiënten van de neuroloog liepen of zouden lopen. Die informatie was immers onontbeerlijk voor het nemen van verdere actie – te beginnen met het in gang zetten van dossieronderzoek – door de Raad van Bestuur om die risico’s zo snel mogelijk in kaart te brengen en maatregelen te treffen met het oog op een verzekering van adequate gezondheidszorg ten behoeve van de getroffen patiënten. Het lag zonder meer op het deskundigheidsgebied van de verpleegkundige om voor een en ander zorg te dragen, juist om ter wille van een adequaat optreden als voorzitter van de Raad van Bestuur van de deskundigen ter zake de informatie en zo nodig ook advies te verkrijgen waarover hij zelf niet op grond van eigen positie en deskundigheid kon beschikken. De verpleegkundige heeft dit alles niet gedaan. Aldus is ten aanzien van de hier aan de orde zijnde situaties de verpleegkundige, gegeven zijn positie van bestuurder van het ziekenhuis, tuchtrechtelijk verwijtbaar in gebreke gebleven al datgene ten aanzien van het uit te voeren onderzoek te doen wat van hem op grond van zijn deskundigheid als verpleegkundige in het belang van een goede uitoefening van gezondheidszorg verwacht mocht worden. In zoverre zijn dus, anders dan het Regionaal Tuchtcollege heeft geoordeeld, de klachtonderdelen (a) en (b) gegrond, zodat de grieven 5 en 6 slagen. In grief 7 wordt geklaagd dat het Regionaal Tuchtcollege een aantal in de grief genoemde feiten en omstandigheden ten onrechte niet bij zijn beoordeling van die klachtonderdelen zou hebben betrokken. Nu deze gegrond zijn hoeft op die feiten en omstandigheden niet te worden ingegaan. De gegrondbevinding van de klachtonderdelen (a) en (b), naast de gegrondverklaring in eerste aanleg van klachtonderdeel (d), geeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding tot het opleggen van een zwaardere maatregel dan de in eerste aanleg opgelegde berisping.”

Centraal Tuchtcollege maakt Zijlstra zware verwijten

Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg is van oordeel dat het Zijlstra, op grond van zijn deskundigheid als arts, duidelijk moest zijn dat in het algemeen verslaving van een arts grote risico’s voor zijn patiënten met zich meebrengt. Op grond daarvan diende Zijlstra, in zijn functie als lid van de Raad van Bestuur van het MST, adequaat op te treden. Dat mocht te meer van hem verwacht worden naar aanleiding van het incident rond de door de neuroloog weggenomen Dormicum. Zijlstra kon daarom, volgens het Centraal Tuchtcollege, niet volstaan met een schorsing van Jansen Steur en het aansturen op diens vrijwillig vertrek. Zijlstra had, aldus het Centraal Tuchtcollege, ook intern een onderzoek moeten (laten) starten naar het disfunctioneren van Jansen Steur en de (mogelijke) nadelige gevolgen daarvan voor de gezondheid van diens patiënten. Zijlstra was volgens het Centraal Tuchtcollege door het optreden van Ramaker niet ontslagen van zijn – ook tuchtrechtelijke – verantwoordelijkheid voor de gebreken ten aanzien van het instellen van een grondig onderzoek, een adequate inhoud en strekking van de onderzoeksopdracht en van een doeltreffende voortgangscontrole en tijdige rapportage aan de Raad van Bestuur. Het Centraal Tuchtcollege acht evenwel, in tegenstelling tot Ramaker, Zijlstra tuchtrechtelijk niet aansprakelijk, omdat Ramaker in december 2003 een leidende rol op zich had genomen en Zijlstra begin april 2004 was gestopt met zijn werk in het ziekenhuis. Letselschade-expert Drost respecteert het oordeel van het Centraal Tuchtcollege, maar is teleurgesteld in het feit dat aan de door het Centraal Tuchtcollege aan Zijlstra gemaakte, volgens Drost toch ernstige, verwijten, tuchtrechtelijk geen consequenties zijn verbonden. “Zijlstra is tuchtrechtelijk langs het randje gegaan, maar de erkenning van zijn foute handelwijze door het Centraal Tuchtcollege is toch een steun in de rug voor de slachtoffers”, zegt Drost.

Kingma vrijuit

Het Centraal Tuchtcollege oordeelt, net als eerder het regionaal tuchtcollege, dat voormalig bestuursvoorzitter Herre Kingma tuchtrechtelijk geen verwijt kan worden gemaakt. Kingma verweerde zich in beide instanties door te stellen dat hij vóór 2009 niet op de hoogte was van de kwestie Jansen Steur. Hij ontkende meerdere berichten daarover in de media gelezen te hebben. Alhoewel een hoofdinspecteur van de IGZ onder ede verklaarde meerdere malen met Kingma over de kwestie Jansen Steur te hebben gesproken, ook naar aanleiding van berichten in de media, krijgt Kingma kennelijk het voordeel van de twijfel van het tuchtcollege, aldus Drost.

Klachten tegen inspecteur IGZ niet-ontvankelijk

Het Centraal Tuchtcollege is, in tegenstelling tot het eerdere oordeel van het regionaal tuchtcollege, van oordeel dat het handelen van een inspecteur van de IGZ tuchtrechtelijk niet getoetst kan worden. Het Centraal Tuchtcollege overweegt: “De klachten richten zich tegen gedragingen van de arts in diens hoedanigheid van hoofdinspecteur voor de gezondheidszorg. Terecht heeft het Regionaal Tuchtcollege aan zijn oordeel ten grondslag gelegd dat naar vaste rechtspraak van de tuchtrechter het feit dat een in het BIG-register ingeschreven arts mede in andere hoedanigheid, zoals bestuurder van een zorg verlenende instelling, optreedt, in beginsel niet uitsluit dat de arts daarbij mede in zijn hoedanigheid van arts handelt en daarop tuchtrechtelijk kan worden aangesproken, met name op grond van art. 47 lid 1, aanhef en onder b, Wet BIG (de tweede tuchtnorm), indien dit optreden voldoende weerslag heeft op de individuele gezondheidszorg. Op zichzelf is, zoals het Regionaal Tuchtcollege heeft geoordeeld, denkbaar dat het voorgaande eveneens van toepassing is ten aanzien van het optreden van een inspecteur voor de gezondheidszorg (een hoofdinspecteur daaronder begrepen) die tevens staat ingeschreven in het BIG-register als arts (of een van de andere in art. 47 lid 2 Wet BIG genoemde hoedanigheden). De vraag rijst echter of dit valt te verenigen met de bijzondere wettelijke taken en bevoegdheden die de Inspectie en haar inspecteurs hebben ten aanzien van de handhaving van onder meer de wettelijke beroeps- en tuchtnormen en de rol die de Inspectie en haar inspecteurs in dat verband vervullen, dus ook in het tuchtrecht en het tuchtproces. Te noemen vallen in dit verband in het bijzonder: – art. 36 lid 1, aanhef en onder b, Gezondheidswet, op grond waarvan de Inspectie, voor zover haar inspecteurs daarmee bij of krachtens wettelijk voorschrift zijn belast, als taak heeft het toezicht op de naleving en de opsporing van overtredingen van het bepaalde bij of krachtens wettelijke voorschriften op het gebied van de volksgezondheid; – art. 86 lid 1 in verbinding met art. 40 Wet BIG, en de Regeling toezicht BIG, als mede art. 7 van de Kwaliteitswet zorginstellingen, op grond waarvan de Inspectie en haar inspecteurs, kort gezegd, het toezicht uitoefenen op de kwaliteit en het kwaliteitssysteem van de individuele gezondheidszorg door zorgverleners die niet respectievelijk wel aan een instelling zijn verbonden of deze vormen; – art. 65 lid 1 en art. 73 lid 1, aanhef en onder c, Wet BIG, op grond waarvan de Inspectie individuele zaken ter beoordeling kan voorleggen aan de tuchtrechter dan wel in door andere klagers in eerste aanleg aangebrachte zaken hoger beroep kan instellen, terwijl de Inspectie ingevolge lid 8 van art. 65 desgevraagd verplicht dan wel uit eigen beweging bevoegd is inlichtingen ter zake van door haar ingediende klaagschriften aan het Openbaar Ministerie te verstrekken. Aangezien de Inspectie een bestuursorgaan is in de zin van art. 1:1 lid 1 Algemene wet bestuursrecht, is de rechterlijke controle op de wijze waarop de Inspectie in de persoon van haar inspecteurs haar hierboven genoemde wettelijke taken vervult en bevoegdheden uitoefent op het terrein van de gezondheidszorg, opgedragen aan de bestuursrechter. Het optreden van de Inspectie wordt door deze rechter getoetst aan de normen van het bestuursrecht in of voortvloeiend uit de Algemene wet bestuursrecht en de toepasselijke bijzondere regelgeving op het terrein van de gezondheidszorg, daaronder begrepen de individuele gezondheidszorg. Deze vorm van rechterlijke controle heeft, als gevolg van het door het bestuursrecht gestelde kader waarbinnen deze plaatsvindt, weliswaar niet dezelfde reikwijdte als de toetsing die door de tuchtrechter in het kader van de tweede tuchtnorm in art. 47 lid 1 Wet BIG zou worden uitgeoefend op het handelen van individuele BIG-geregistreerde inspecteurs. De toetsing door de bestuursrechter is immers, kort gezegd, beperkt tot de door het bestuurorgaan bevoegd genomen besluiten gericht op enig rechtsgevolg. Die beperking levert echter, in het licht van de hiervoor in 4.4 genoemde bijzondere taken en bevoegdheden van de Inspectie en haar individuele inspecteurs, onvoldoende grond op om naast de controle door de bestuursrechter het optreden van individuele inspecteurs in de uitoefening van die taken en bevoegdheden, onderworpen te achten aan de toetsing door de tuchtrechter enkel omdat zij in het BIG-register staan geregistreerd. Dit leidt ertoe het optreden van inspecteurs in het kader van hun wettelijke taken en bevoegdheden uit te zonderen van de hiervoor in 4.3 vermelde rechtspraak waarin in voorkomend geval toepassing wordt gegeven aan de tweede tuchtnorm ten aanzien van BIG-geregistreerden die handelen in een andere hoedanigheid, zoals die van bestuurder van een zorgverlenende instelling. Dit laatste is slechts anders in gevallen waarin bij het optreden van een BIG-geregistreerde inspecteur de hoedanigheid waarin hij of zij is geregistreerd zozeer op de voorgrond staat dat dit optreden redelijkerwijze geacht moet worden geen verband te houden met de uitoefening van zijn wettelijke taak of bevoegdheid als inspecteur voor de gezondheidszorg. Nu van dit laatste of van een daarmee vergelijkbaar geval in de onderhavige tuchtzaken geen sprake is, leidt hetgeen hiervoor is overwogen tot de beslissing dat klagers niet-ontvankelijk zijn in hun klachten en het Centraal Tuchtcollege niet toekomt aan een inhoudelijke beoordeling daarvan.” Letselschade-expert Yme Drost vindt de feitelijke tuchtrechtelijk immuniteit van inspecteurs van de IGZ onwenselijk: “Het is een feit van algemene bekendheid dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg slecht heeft gefunctioneerd in de afgelopen jaren. Ook de aangeklaagde inspecteur heeft slecht werk geleverd in de kwestie Jansen Steur. Dat zo’n inspecteur, die van het regionaal tuchtcollege nog een waarschuwing kreeg, tuchtrechtelijk nu vrijuit gaat is een verkeerd signaal en niet in het belang van de individuele gezondheidszorg. De beslissing van het Centraal Tuchtcollege heb ik echter te respecteren. Mijn hoop gaat nu uit naar de politiek, om door middel van een wetswijziging ook inspecteurs van de IGZ onder de werking van het medisch tuchtrecht te brengen.”

Eerdere uitspraken van het Regionaal Tuchtcollege

Uitspraken Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

 

 

Yme Drost: “Verlaag medische fouten in 10 jaar met 25%”

08-04-2015

“De zaak Jansen Steur heeft ons ook goede dingen gebracht.”

Letselschade-expert Yme Drost is van mening dat de zaak Jansen Steur ons ook goede dingen heeft gebracht, zoals een betere kwaliteit van medische zorg in Nederland. Drost ziet inmiddels een beter functionerende Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) en meer aandacht voor de kwaliteit van zorg binnen ziekenhuizen. Hij is van oordeel dat als doelstelling moet worden geformuleerd dat het aantal medische fouten in Nederland binnen 10 jaar met 25% moet worden teruggebracht.

 

 

Data hoger beroep Jansen Steur definitief vastgesteld

03-04-2015

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft formeel de zittingen vastgesteld waarin het hoger beroep tegen de voormalig neuroloog Jansen Steur wordt behandeld. Jansen Steur moet op maandag 18 mei 2015, woensdag 20 mei 2015 en donderdag 21 mei 2015, telkens op 9.00 uur voor de meervoudige strafkamer verschijnen. De zittingen worden gehouden in het gerechtsgebouw aan de Walburgstraat 2-4 te Arnhem. Dat heeft de advocaat-generaal schriftelijk aan letselschade-expert Yme Drost laten weten. Drost vertegenwoordigt meer dan 100 slachtoffers van de voormalig neuroloog.

Veroordeling door Rechtbank Almelo

In februari 2014 werd Jansen Steur door de Almelose rechtbank tot drie jaar cel veroordeeld. De rechtbank achtte bewezen dat Jansen Steur zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten met als gevolg zwaar lichamelijk letsel en in één geval de dood. Ook is Jansen Steur schuldig bevonden aan diefstal van een receptenblok, aan het valselijk opmaken van machtigingsformulieren en recepten en aan verduistering. De ten laste gelegde feiten vonden plaats tussen 1997 en 2003. Het complete dossier over Jansen Steur vindt u hier.

 

 

Opnieuw aangifte tegen voormalig ziekenhuisbestuurder MST

23-01-2015

Letselschade-expert Yme Drost heeft vandaag, mede namens een cliënte, opnieuw aangifte gedaan tegen een voormalig bestuurder van het Medisch Spectrum Twente in Enschede. Drost kwam tot die stap door tegenstrijdige verklaringen die onder ede werden afgelegd bij medische tuchtrechters in de kwestie Jansen Steur.

Oordeel officier van justitie

Drost wil met zijn aangifte het oordeel van de officier van justitie vernemen over een mogelijk meinedige verklaring van een voormalig bestuurder van het MST. Deze bestuurder verklaarde onder ede bij de tuchtrechter in Zwolle, dat hij begin december 2003 de inspectie op de hoogte had gesteld van het medicijnmisbruik en de op non-actief stelling van Jansen Steur. Ook verklaarde de bestuurder dat hij begin 2004 een inspecteur van de inspectie voor de gezondheidszorg meerdere malen had verzocht actie richting Jansen Steur te ondernemen.

Dossier IGZ geeft heel ander beeld

Volgens Drost komt uit het dossier van de IGZ een heel ander beeld naar voren. Vorige week verklaarde bij het Centraal Medische Tuchtcollege in Den Haag een inspecteur van de IGZ onder ede, dat de IGZ pas in maart 2004 voor het eerst door de raad van bestuur van het MST op de hoogte werd gesteld van wat later de kwestie Jansen Steur is gaan heten. Onderstaand de reactie van letselschade-expert Yme Drost.

 

 

Hof besluit tot nader onderzoek in zaak Twentse ex-neuroloog

12-01-2015

​​Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (locatie Arnhem) heeft vandaag tussenarrest gewezen in de strafzaak tegen de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur. Hij wordt onder meer verdacht van het opzettelijk stellen van onjuiste diagnoses bij patiënten. Daardoor zou één patiënt zijn overleden en de gezondheid van een aantal anderen zijn benadeeld. Jansen Steur kreeg van de rechtbank Overijssel (locatie Almelo) een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar opgelegd.

Onderzoekswensen

De advocaat van Jansen Steur, Peter Plasman, heeft op de regiezitting van 18 december 2014 twee verzoeken ingediend tot nader onderzoek. Het eerste verzoek betreft het instellen van een onderzoek door de neuroloog prof. dr. M. Vermeulen. Verder heeft de verdediging verzocht om aanvullend psychologisch, psychiatrisch en neurologisch onderzoek bij verdachte. Het openbaar ministerie heeft geen onderzoekswensen geformuleerd. De advocaat-generaal acht een onderzoek door prof. Vermeulen niet nodig, maar heeft geen bezwaar tegen aanvullend onderzoek bij verdachte.

Beoordeling hof

Het gerechtshof ziet bij gebrek aan een voldoende onderbouwing geen noodzaak om het verzoek tot het benoemen van een –vijfde- deskundige toe te wijzen. Wel acht het hof nader onderzoek van de persoonlijkheid van verdachte wenselijk. De zaak is vandaag bij tussenarrest daarvoor verwezen naar de raadsheer-commissaris van het hof. De inhoudelijke behandeling gepland staat voorshands gepland voor 18, 20 en 21 mei 2015. Bron: rechtspraak.nl

 

 

Behandeling hoger beroep Jansen Steur begonnen

18-12-2014

Vandaag is de behandeling van het hoger beroep in de strafzaak tegen de oud-neuroloog Jansen Steur begonnen. De behandeling ving aan met een regiezitting en vond plaats bij het Gerechtshof in Arnhem. Tijdens de behandeling van het hoger beroep wordt Jansen Steur bijgestaan door zijn nieuwe advocaat, mr. Peter Plasman. De oud-neuroloog werd in eerste aanleg veroordeelt tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie jaar.

Nogmaals onderzocht

Vanmorgen vroeg Plasman om een aanvullend psychiatrisch onderzoek van de oud-neuroloog Ernst Jansen Steur. Volgens de advocaat van de oud-neuroloog is er tijdens het bepalen van de strafmaat geen rekening gehouden met de uitslag van eerder psychologisch onderzoek. Uitkomst van dat onderzoek was dat Jansen Steur verminderd toerekeningsvatbaar was.

Auto-ongeluk

Door een auto-ongeluk in 1990 zou de oud-neuroloog een hersenbeschadiging hebben opgelopen. Plasman zegt hierover: “Er moet een aanvullend psychiatrisch rapport komen, want het kan zijn dat er verkeerde diagnoses gesteld zijn die vanuit dat ongeluk verklaard kunnen worden”. Advocaat-generaal mr. M. Weel verzette zich niet tegen deze onderzoekswens. Zelf was Jansen Steur vandaag niet bij de behandeling aanwezig.

Contra-expert neurologie

Verder vroeg Plasman om de benoeming van een tweede contra-expert. Plasman zei niet tevreden te zijn over de contra-expert Snoek, die in eerste instantie op verzoek van Jansen Steur als expert optrad. Deze nieuwe contra-expert zou dan de neuroloog prof. Rien Vermeulen moeten worden. Vermeulen liet zich eerder publiekelijk uit over de kwestie Jansen Steur. Hij vond dat de misdiagnoses Jansen Steur niet aan te rekenen zijn. Ook bekende Vermeulen zelf wel eens aanvragen voor medische verstrekking vervalst te hebben. Letselschade-expert Yme Drost, die de slachtoffers bijstaat, meldde de uitlatingen van Vermeulen bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Als reactie op zijn uitlatingen in de media werd Vermeulen door het AMC op non-actief gesteld. De advocaat-generaal verzette zich tegen de benoeming van prof. Vermeulen als getuige-deskundige. Volgens haar was de aanvraag formeel te laat ingediend. Ook was zij van oordeel dat Vermeulen zich door zijn eerdere uitlatingen in de media had gediskwalificeerd. Vermeulen zou daarmee zijn onafhankelijkheid hebben verloren, hetgeen een eis is om als deskundige benoemd te worden, aldus de advocaat-generaal.

Vervolg

Het gerechtshof doet op 12 januari a.s. om 13.30 uur uitspraak over de onderzoekswensen, die vandaag namens Jansen Steur werden ingediend. Pas half mei 2015 wordt de zaak verder inhoudelijk behandeld. De zittingsdagen zijn gepland op 18 en 20 mei, met een uitloop naar 21 mei 2015. Naast dit hoger beroep zal op 13 januari 2015 vanaf 10.00 uur bij het Centraal Tuchtcollege in Den Haag het hoger beroep van twee tuchtzaken betrekking hebbende op de casus Jansen Steur plaatsvinden. Deze tuchtzaken gaan over de vraag of de bestuurders van het ziekenhuis, waar Jansen Steur destijds werkte, en voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg in deze kwestie iets te verwijten valt. Een oud-inspecteur kreeg eerder van het regionaal tuchtcollege in Zwolle een waarschuwing. Oud-voorzitter Ramaker van de raad van bestuur van het medisch Spectrum Twente kreeg een berisping opgelegd.

 

 

Onterechte hersenoperaties in MST Enschede

06-12-2014

“Verjaringstermijn van tien jaar is onacceptabel.”

Tenminste zes patiënten hebben in het MST een onnodige hersenoperatie ondergaan. Dat blijkt uit extern onderzoek van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie in opdracht van het ziekenhuis. Uit intern onderzoek van het MST zelf kwamen in 2012 13 verdachte operaties naar voren. De onnodige operaties werden verricht door neurochirurgen van het MST na diagnoses van de ex-neuroloog Ernst Jansen Steur, zo bevestigden de onderzoekers. Jansen Steur werd begin dit jaar veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie jaar voor onder meer het stellen van verkeerde diagnoses. In november 2011 bracht letselschade-expert Yme Drost naar buiten dat Jansen Steur in 1998 mogelijk onnodig een blokbiopt uit de hersenen van een patiënt liet nemen. Volgens het pathologisch rapport zou er 12,5 kubieke centimeter hersenmateriaal zijn weggenomen voor nader onderzoek. Bij dezelfde patiënt zou kort daarvoor ook al ten onrechte een hersenbiopt zijn genomen. Omdat daaruit geen afwijkingen bleken, werd besloten tot een blokbiopt. Het blokbiopt bevestigde evenwel dat de patiënt niet leed aan enige hersenziekte. De eerdere diagnose van Jansen Steur bleek achteraf onjuist en op volstrekt onterechte gronden genomen.

Geen vervolging mogelijk door verjaring

De politie maakte proces-verbaal van aangifte op van de onterechte hersenoperaties, maar justitie kon niet tot vervolging overgaan omdat de zaak inmiddels verjaard was. Drost ziet dat als “beloning” van het feit dat de kwestie jarenlang in de doofpot werd gehouden. Ook eerdere kritische opmerkingen van de commissie Lemstra in 2009 over een hersenoperatie leidden er niet toe dat het MST nader onderzoek deed naar meer slachtoffers van onnodige hersenoperaties. Drost kwalificeert de onnodige neurochirurgische ingrepen als het “gebruik van mensen als levende proefkonijnen”. Zo ontving Drost een melding van nabestaanden van een toentertijd opgegeven kankerpatiënt, die in de laatste fase van haar leven een hersenoperatie onderging. Volgens Jansen Steur zou de hersenoperatie mogelijk interessante gegevens kunnen opleveren. Volgens Drost lijkt het er op dat Jansen Steur en de betrokken neurochirurgen zich meer lieten leiden door de wens wetenschappelijk succes te boeken, dan door het belang van de individuele patiënt. Drost stoort zich er met name aan dat de betrokken neurochirurgen vrijuit lijken te gaan. Zowel strafrechtelijk als tuchtrechtelijk lijkt de zaak verjaard. “Daar waar het tuchtrecht ziet op de individuele kwaliteit van de gezondheidszorg, kan het niet zo zijn dat in een zo ernstige zaak als deze, geen tuchtrechtelijke toetsing kan plaatsvinden”, aldus Drost. Drost onderzoekt de mogelijkheid of er juridisch rek zit in de tuchtrechtelijke verjaringstermijn van tien jaar en overweegt op dat punt een proefproces.

 

 

Datum behandeling hoger beroep Jansen Steur

17-09-2014

Vandaag heeft het Openbaar Ministerie van het Ressortsparket locatie Arnhem bevestigd dat de behandeling van het hoger beroep in de strafzaak tegen de oud-neuroloog Jansen Steur op donderdag 18 december 2014 begint. De zaak zal dienen bij het Gerechtshof in Arnhem. De behandeling vangt overigens aan met een regiezitting. De inhoudelijke behandeling van de zaak vindt plaats op een later moment. Daarover is op dit moment nog niets bekend.

Behandeling eerder uitgesteld

Eerder werd de behandeling van het hoger beroep uitgesteld. Reden daarvoor was de wisseling van advocaat door Jansen Steur. Werd hij in eerste aanleg bij de Rechtbank Almelo nog bijgestaan door mr. Frank van Gaal, in hoger beroep treedt de bekende strafpleiter mr. Peter Plasman op als zijn advocaat. Plasman verwierf als advocaat van onder meer de moordenaar van Theo van Gogh en één van de directeuren van SE Fireworks (Vuurwerkramp Enschede) landelijke bekendheid.

Veroordeling door Rechtbank Almelo

In februari 2014 werd Jansen Steur door de Almelose rechtbank tot drie jaar cel veroordeeld. De rechtbank achtte bewezen dat Jansen Steur zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten met als gevolg zwaar lichamelijk letsel en in één geval de dood. Ook is Jansen Steur schuldig bevonden aan diefstal van een receptenblok, aan het valselijk opmaken van machtigingsformulieren en recepten en aan verduistering. De ten laste gelegde feiten vonden plaats tussen 1997 en 2003.

Tuchtrechter bepaalde al eerder: Jansen Steur mag nooit meer arts zijn

In december 2013 bepaalde het Regionaal Medisch Tuchtcollege te Zwolle al dat de oud-neuroloog Jansen Steur nooit meer als arts werkzaam mag zijn. Die tuchtzaak was aangespannen door een vijftal oud-patiënten. Jansen Steur stelde bij vele tientallen patiënten verkeerde diagnoses en behandelde hen met onjuiste medicijnen. Jansen Steur tekende aanvankelijk ook hoger beroep aan tegen de tuchtuitspraak. Dat beroep heeft hij op een later moment echter weer ingetrokken, waarmee de uitspraak van de tuchtrechter onherroepelijk is geworden.

 

 

Jansen Steur kiest andere advocaat voor hoger beroep

21-08-2014

Yme Drost vernam gisteren van het Openbaar Ministerie dat Jansen Steur voor de behandeling van zijn strafzaak in hoger beroep een andere advocaat heeft gekozen. Jansen Steur liet zich in eerste aanleg bijstaan door Mr. Frank van Gaal. De Rechtbank Almelo veroordeelde Jansen Steur in februari 2014 tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar. Tegen dat vonnis tekenden zowel Jansen Steur, als het OM hoger beroep aan. Inmiddels is bekend geworden, dat Jansen Steur ervoor heeft gekozen zich in hoger beroep te laten bijstaan door een andere advocaat. Die advocaat is Mr. Plasman. Deze kreeg onder meer landelijke bekendheid vanwege zijn bijstand aan één van de directeuren van SE Fireworks (vuurwerkramp Enschede) en de moordenaar van Theo van Gogh.

Regiezitting aangehouden

De overstap naar mr. Plasman betekent dat de behandeling van het hoger beroep wordt opgeschoven. Aanvankelijk was een eerste regiezitting bij het gerechtshof bepaald op 24 september 2014. Die zitting is nu aangehouden, omdat Plasman vanwege de complexiteit en omvang van het dossier het hof om een aanhouding heeft gevraagd.

Nog geen nieuwe zittingsdatum bekend

Het gerechtshof heeft nog geen nieuwe datum bepaald waarop de strafzaak opnieuw in behandeling wordt genomen. Wel kreeg Yme Drost, die vele slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, de toezegging van het hof, dat hij ervan op de hoogte wordt gesteld zodra een nieuwe datum bekend is.

 

 

IGZ in beroep tegen veroordeling tuchtrechter

01-08-2014

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft hoger beroep aangetekend tegen de uitspraken van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in de zaken tegen drie voormalig inspecteurs van de IGZ. De tuchtrechter verklaarde in juni de klachten tegen drie voormalige inspecteurs van de IGZ ontvankelijk. De inspecteurs zouden, volgens vijf voormalig patiënten van de ex-neuroloog Jansen Steur, onvoldoende plichtsbesef hebben gehad in de kwestie van de oud-neuroloog. Een voormalig inspecteur kreeg de tuchtmaatregel van waarschuwing opgelegd. Ook die voormalig inspecteur is in beroep gegaan.

Strafrechtelijke vervolging Jansen Steur

Jansen Steur verklaarde tot 2004 tientallen patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek. Voor zijn wanpraktijken is hij strafrechtelijk vervolgd. De rechtbank veroordeelde Jansen Steur tot 3 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Jansen Steur is tegen zijn strafrechtelijke veroordeling in hoger beroep gegaan bij het gerechtshof. Dat hoger beroep vangt in september aan met een regiezitting in het gerechtsgebouw in Arnhem.

Tuchtrechtelijke vervolging

Door een vijftal oud-patiënten van Jansen Steur zijn ook tuchtzaken aangespannen bij het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle tegen de arts, bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (waar Jansen Steur werkte) en inspecteurs van de IGZ. De tuchtrechter bepaalde op basis van de klachten van deze voormalige patiënten, dat Jansen Steur nooit meer als arts werkzaam mag zijn. Van de aangeklaagde oud inspecteurs van de IGZ kreeg één een tuchtmaatregel opgelegd. Het was de eerste keer in de medische tuchtrechtspraak dat de tuchtrechter een inspecteur van de IGZ veroordeelde.

Ook slachtoffers in tuchtzaak in hoger beroep

De vijf klagers hadden het tuchtcollege reeds laten weten tegen de uitspraken van het tuchtcollege met betrekking tot twee voormalige inspecteurs in hoger beroep te zullen gaan, indien de inspecteurs of de IGZ dat ook zouden doen. Yme Drost: “Die voorwaarde is nu vervuld. Daardoor zullen twee voormalige inspecteurs zich nu ook voor het Centraal Medisch Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Den Haag moeten verantwoorden.” Drost zag onvoldoende grond om tegen de uitspraak ten aanzien van één hoofdinspecteur in beroep te gaan.

IGZ ook in hoger beroep tegen uitspraken bestuurders MST

Eerder tekende de IGZ ook al hoger beroep aan tegen de uitspraken in de tuchtzaak tegen drie voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede. Jansen Steur werkte tot 2004 in het MST. De bij de tuchtrechter klagende slachtoffers van Jansen Steur gingen tegen die uitspraken al eerder in hoger beroep. Een voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het MST werd door het regionaal tuchtcollege berispt.

“Rol IGZ is wrang”

Yme Drost zegt het wrang te vinden dat de IGZ nu, met uitzondering van de uitspraak tegen Jansen Steur, in alle tuchtzaken in hoger beroep is gekomen. “Voor die tijd hoorde je niets van de IGZ. Ze lieten Jansen Steur zijn gang gaan en gooiden het later zelfs op een akkoordje met hem. Zo werd destijds een tuchtzaak tegen Jansen Steur voorkomen. De IGZ stond erbij en keek ernaar. Nu de tuchtrechter ingrijpt, treedt de IGZ ineens wel op. Dat recht wil ik de inspectie niet ontzeggen, maar de inspectie had er al veel eerder, en dan voor de slachtoffers, moeten zijn. Het lijkt nu net alsof de IGZ tegenover de slachtoffers staat”, aldus Drost. Het hele dossier Jansen Steur vindt u hier

 

 

Regiezitting hoger beroep Jansen Steur in september

21-07-2014

Het hoger beroep bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in de zaak van de verdachte Twentse ex-neuroloog Jansen Steur vindt plaats in het Paleis van Justitie in Arnhem. Een eerdere suggestie van het Openbaar Ministerie om de zitting in Almelo te houden, gaat definitief niet door, zo bepaalde het hof. Jansen Steur werd door de rechtbank in Almelo veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar. Zowel het Openbaar Ministerie als Jansen Steur gingen in hoger beroep. Het gerechtshof liet vandaag via een persbericht weten, dat net als tijdens de behandeling van de zaak in eerste aanleg, gezorgd zal worden voor voldoende faciliteiten voor aanwezigen die slecht ter been zijn. De eerste zitting, een regiezitting, is op woensdag 24 september om 10.30 uur. Meer informatie over deze regiezitting volgt na de zomer, aldus het hof.

 

 

Inspecteur IGZ veroordeeld in kwestie Jansen Steur

13-06-2014

Het Regionaal Tuchtcollege van de Gezondheidszorg te Zwolle heeft vandaag een voormalig Inspecteur van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) bestraft. Nooit eerder werd in Nederland een inspecteur van de IGZ tuchtrechtelijk veroordeeld. De voormalig inspecteur wordt verweten dat hij onvoldoende heeft opgetreden in de kwestie van de oud-neuroloog Jansen Steur. Jansen Steur werd begin dit jaar door de Almelose rechtbank veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar.

Dossiers niet onderzocht

Het tuchtcollege neemt het de voormalig inspecteur met name kwalijk dat hij de door hem zelf gestelde voorwaarden voor werkhervatting van Jansen Steur niet allemaal handhaafde. Een van de voorwaarden was dat de inspecteur onderzoek zou doen naar de dossiers van de neuroloog in het Enschedese ziekenhuis MST waar de oud-neuroloog werkzaam was. Dat onderzoek is niet uitgevoerd. Ook de voorwaarde dat de oud-neuroloog de directie van de instelling, waar hij weer aan het werk zou gaan, op de hoogte zou stellen van zijn (verslavings-)problematiek, werd niet gehandhaafd. Toen de inspecteur van de directeur van de Duitse kliniek te horen kreeg dat de neuroloog zijn voorgeschiedenis had verzwegen, liet de inspecteur het daarbij.

Inspecteurs tuchtrechtelijk aansprakelijk

Het tuchtcollege oordeelt dat inspecteurs van de IGZ tuchtrechtelijk zijn aan te spreken. De drie voor de tuchtrechter gedaagde inspecteurs waren arts en hadden de bevoegdheid in te grijpen in het belang van de uitoefening van de individuele gezondheidszorg. Klagers, bijgestaan door letselschade-expert Yme Drost, zijn van oordeel dat inspecteurs van de IGZ dat niet hebben gedaan in de kwestie rond de Twentse oud neuroloog. Daarom zijn zij in 2013 een tuchtprocedure tegen de (voormalige) inspecteurs van de IGZ begonnen. Het tuchtrechtelijk denken ten aanzien van niet als arts werkzame medici veranderde door een uitspraak van het Centraal Tuchtcollege in 2011. Vanaf dat moment werden ook klachten tegen arts-leden van een raad van bestuur van een ziekenhuis in behandeling genomen. Begin dit jaar oordeelde het Zwolse tuchtcollege in dezelfde kwestie ook al dat een voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het Enschede Ziekenhuis MST tuchtrechtelijk verwijtbaar had gehandeld. Ook die uitspraak was uniek. Het tuchtcollege oordeelt nu dat de vijf klagers ook ontvankelijk waren met hun klachten over de inspecteurs.

Nederlandse en Duitse patiënten verdienen bescherming

Het tuchtcollege oordeelt dat Nederlandse en Duitse patiënten bescherming verdienen. De ingediende tuchtklacht ziet deels ook op de werkhervatting van de voormalig neuroloog in Duitsland. Het tuchtcollege oordeelt dat de vijf klagers deel uitmaken van een zeer actieve en goed georganiseerde groep van over de tweehonderd oud-patiënten van Jansen Steur. Die oud-patiënten worden allemaal vertegenwoordigd door dezelfde gemachtigde. De vijf klagers zijn in dit bijzondere geval ook op dat onderdeel klachtgerechtigd, omdat zij hiermee de gelijksoortige belangen van patiënten in Duitsland behartigden, aldus het tuchtcollege.

Sluitstuk

De uitspraak tegen de inspecteurs vormde het sluitstuk van alle tuchtzaken, die door Yme Drost namens de vijf klagers in de kwestie Jansen Steur bij het tuchtcollege aanhangig werden gemaakt. Jansen Steur werd uit zijn artsenbevoegdheid ontnomen, een bestuurder van het ziekenhuis kreeg een berisping, en een voormalig inspecteur van de IGZ een waarschuwing. Twee andere inspecteurs werden vandaag vrijgesproken wegens hun, naar het oordeel van het tuchtcollege, te geringe rol bij het gebeuren. Het tuchtcollege overweegt in de uitspraak van vandaag dat zaak Jansen Steur tot veel verbeteringen heeft geleid in de individuele gezondheidszorg en het toezicht daarop door de IGZ.

 

 

Vrijdag de 13e uitspraak tegen oud-inspecteurs IGZ

10-06-2014

Vrijdag 13 juni a.s. doet de medische tuchtrechter in de rechtbank te Zwolle uitspraak in de zaak tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Op 18 april moesten de oud-inspecteurs zich verantwoorden voor de Zwolse tuchtrechter vanwege hun handelwijze in de kwestie van de Enschedese ex-neuroloog Jansen Steur. Vijf klagers, bijgestaan door letselschade-expert Yme Drost, zijn van oordeel dat de voormalige inspecteurs geen enkel oog hebben gehad voor de mogelijke slachtoffers van voormalig neuroloog Jansen Steur. De voormalig neuroloog verklaarde vele tientallen patiënten ten onrechte ernstig ziek. De oud-neuroloog werd in februari van dit jaar veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar. Het volledige dossier over Jansen Steur vindt u hier.

 

 

Oud-inspecteurs IGZ verantwoorden zich voor tuchtrechter

18-04-2014

Vandaag moesten drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) zich verantwoorden voor de Zwolse tuchtrechter vanwege hun handelwijze in de kwestie Jansen Steur. Vijf klagers, bijgestaan door letselschade-expert Yme Drost, zijn van oordeel dat de voormalige inspecteurs geen enkel oog hebben gehad voor de mogelijke slachtoffers van voormalig neuroloog Jansen Steur. Deze neuroloog verklaarde vele tientallen patiënten ten onrechte ernstig ziek.

Verweer inspecteurs

De inspecteurs werden op de zitting bijgestaan door hun advocate mr. M.F. van der Mersch. Zij betoogde dat, mede gelet op de onafhankelijke positie die inspecteurs van de IGZ vervullen, een tuchtrechtelijke vervolging niet mogelijk is. Ook werd bestreden dat de inspecteurs tuchtrechtelijk verwijtbaar hadden gehandeld.

Klagers achten zich wel ontvankelijk

Drost betoogde voor het tuchtcollege dat klagers, in een overigens unieke tuchtprocedure, wel degelijk ontvankelijk zijn op grond van gewijzigde tuchtrechtspraak. Hij wees er daarbij op dat dezelfde klagers ook ontvankelijk werden verklaard in hun klachten tegen drie voormalige ziekenhuisbestuurders van het Medisch Spectrum Twente. Jansen Steur is in dat ziekenhuis werkzaam geweest.

“Hoeveel aanwijzingen heeft men nodig?”

Volgens Drost is gebleken dat drie aangeklaagde inspecteurs van de IGZ weet hadden, althans hadden moeten weten, dat rond de voormalige neuroloog iets ernstig mis was en dat dat feitelijk nadelige gevolgen had gehad voor een hele grote groep patiënten. Maar ze deden voor de meer dan honderd slachtoffers van Jansen Steur uiteindelijk “helemaal niets”, aldus Drost. Drost: “Hoeveel aanwijzingen zijn er nodig voordat men in actie komt?” Verder betoogde Drost dat de drie inspecteurs op geen enkele wijze feitelijk uitvoering hebben gegeven aan de door hun zelf gestelde voorwaarde, dat individuele patiëntendossiers van Jansen Steur eerst onderzocht moesten worden voordat de oud-neuroloog überhaupt weer aan het werk mocht. Drost: “Men stond er bij en keek er naar en had geen enkel oog voor eventuele slachtoffers.”

“Mediahype”

Drost haalde in zijn betoog nog het rapport van de commissie Hoekstra aan, die als mening van één van de inspecteurs optekende: “Het is de [inspecteur] niet duidelijk welke schade de mediahype aan wie heeft toegebracht. Hij is er van overtuigd, ook met de kennis van nu, goed gehandeld te hebben. Welke dokter mist geen diagnose? Dit is geen alarmsignaal, maar kwam wel in dit geval in de krant.” Drost stelde te hopen dat de ogen van de betrokken inspecteur eindelijk zijn geopend na een veroordeling van drie jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf van Jansen Steur in de grootste medische strafzaak ooit. Het tuchtcollege doet op vrijdag 13 juni om 12.30 uur in het openbaar uitspraak in het gerechtsgebouw te Zwolle.

 

 

OM gaat ziekenhuis en bestuurders MST niet vervolgen

18-03-2014

De officier van justitie, die het onderzoek leidde naar mogelijk door het Medisch Spectrum Twente (MST) in de kwestie Jansen Steur gepleegde strafbare feiten, heeft besloten het ziekenhuis niet verder te vervolgen. In het MST werkte voorheen de inmiddels door de rechtbank tot 3 jaar cel veroordeelde oud-neuroloog Ernst Jansen Steur. Enkele ex-patiënten van deze voormalig neuroloog hadden aangifte gedaan tegen het ziekenhuis en tegen voormalige bestuurders van het ziekenhuis wegens het medeplegen van mishandeling door het stellen van onjuiste diagnoses. Het bestuur van het MST, letselschade-expert Yme Drost als belangenbehartiger van de ex-patiënten en de aangevers zelf zijn dinsdag door het OM op de hoogte gesteld van de beslissing.

Geen vermoeden strafbaar feit

Volgens het openbaar ministerie heeft onderzoek naar aanleiding van de aangifte geen vermoeden van een strafbaar feit opgeleverd ten aanzien van de oud-bestuurders en andere werknemers van het ziekenhuis. Het MST en de bestuurders waren er tot het vertrek van de neuroloog uit het ziekenhuis niet van op de hoogte, dat hij bij vele patiënten een onjuiste diagnose had gesteld. Tot aan 2003 ging het slechts om enkele incidenten, die door het ziekenhuis als op zichzelf staand werden beschouwd en afgewikkeld, aldus het Openbaar Ministerie (OM). Het MST ontzegde de dokter eind 2003 de toegang tot het ziekenhuis nadat bekend was geworden dat hij voor zijn medicijnverslaving recepten van collega’s had gebruikt. De zorg aan de ex-patiënten van de neuroloog werd overgenomen door diens collega’s. De neuroloog maakte meer dan 100 slachtoffers. Van strafbaar nalaten van zorg door het MST, of oud-bestuurders, of het medeplegen van mishandeling is niet gebleken, aldus de officier van justitie. Daarnaast heeft het ziekenhuis in de jaren na het vertrek van Jansen Steur, toen duidelijk werd wat er mogelijk allemaal was gebeurd, meegewerkt aan alle onderzoeken die er zijn geweest. Bovendien zijn er inmiddels ruim 10 jaren verstreken en hebben in de tussentijd grote veranderingen plaatsgevonden in de wijze van invulling van de rol die de Raad van Bestuur heden ten dage in een ziekenhuis heeft met betrekking tot de patiëntveiligheid.  De aangevers kunnen tegen de beslissing van de officier een zogenoemde artikel 12 Sv. klacht indienen bij het Gerechtshof in Arnhem. De ex-neuroloog werd in februari tot drie jaar cel veroordeeld wegens onder andere mishandeling van patiënten door het stellen van foute diagnoses. Zowel het OM, als de ex-neuroloog zijn tegen deze uitspraak in hoger beroep gegaan.

Slachtoffers zwaar teleurgesteld

Volgens Yme Drost zijn de slachtoffers zwaar teleurgesteld over het besluit van het OM. Volgens Drost staan de bevindingen van het OM op bepaalde punten haaks op de bevindingen van de Commissie Lemstra. Drost kreeg een 32 pagina’s tellende motivatie van het OM waarom het niet tot strafvervolging overgaat. Volgens Drost heeft het OM een doorwrocht juridisch stuk geschreven en is het OM bij haar besluit niet over een nacht ijs gegaan. “Al lijkt het wel dat het MST door het oog van de naald is gekropen”, aldus Drost. Drost acht de kans op een succesvolle artikel 12 Sv. procedure klein, maar wil de feiten nog eens goed nalopen en in overleg treden met zijn cliënten voordat een definitief besluit wordt genomen over het al dan niet starten van een artikel 12 Sv. procedure.

Reactie MST en bestuurder op niet-vervolging

Het MST geen uitspraken doen over de beslissingen van het OM, omdat zij dat niet gepast vindt. Het MST spreekt via haar site de hoop uit de zaak verder achter zich te kunnen laten en zich verder te kunnen richten op de toekomst van het ziekenhuis en de gezondheidszorg in Twente. Het MST benadrukt in haar berichtgeving dat de deur voor ex-patiënten van dr. Jansen gewoon open blijft staan. Daar waar het ziekenhuis ingetogen reageert op het besluit van het OM, spreekt oud-bestuurder Zijlstra op zijn blog over “genoegdoening”. De opmerking van Zijlstra leidt tot woede onder de slachtoffers. “Het mag dan misschien zo zijn dat het MST strafrechtelijk niets te verwijten valt, maar Zijlstra heeft nadrukkelijk niet zitten opletten. Als die man zijn werk beter had gedaan, waren er niet zoveel slachtoffers gevallen. Zijlstra heeft gemakkelijk praten na een op non-actiefstelling in 2004 in het MST en doorbetaling van maar liefst 3 jaarsalarissen. En ook Jansen kreeg na een op non-actiefstelling een flinke zak met geld van het ziekenhuis”, aldus een duidelijk geëmotioneerd slachtoffer, dat nog steeds niet schadeloos is gesteld voor hetgeen haar door Jansen Steur is aangedaan.

Zwijgcontract onderdeel doofpotaffaire

Tijdens de zitting van het tuchtcollege zei Zijlstra nog er niet trots op te zijn, dat hij niets gedaan had om een “zwijgcontract” met een slachtoffer tegen te houden. Dat slachtoffer hoorde ten onrechte van Jansen Steur dat zij Alzheimer zou hebben. Zij moest van het MST, op straffe van een boete van fl. 15.000,- per overtreding, haar mond over de affaire houden en alle medische stukken vernietigen. Het zwijgcontract zou onderdeel vormen van een doofpotaffaire. Reactie Yme Drost in de uitzending van Radio Een Vandaag

 

 

Het is definitief: Jansen (Steur) nooit meer in BIG-register

03-03-2014

De oud-neuroloog mag zijn beroep als arts niet meer uitoefenen

 

Het bovenstaande openbare document van het CIBG is hier te downloaden

 

 

Hoger beroep tuchtzaak Jansen Steur formeel ingetrokken

03-03-2014

Het hoger beroep dat Jansen Steur had ingediend in de tuchtzaak, die hij eind vorig jaar verloor, is formeel door zijn advocaat Frank van Gaal ingetrokken. In de tuchtzaak werd de artsentitel van Jansen Steur ingetrokken, zodat hij zich nooit meer als arts kan laten registreren in het BIG-register. Vandaag bevestigde het Centraal Medisch Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CMTG) de intrekking van het beroep formeel aan letselschade-expert Yme Drost, die de belangen van de klagers in de tuchtzaak behartigt. De door het tuchtcollege opgelegde straf is inmiddels ook opgenomen in het BIG-register en heeft als formele ingangsdatum 27 februari 2014.

Drie jaar cel

Oud-neuroloog Jansen Steur werd eerder tot 3 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld door de rechtbank Overijssel te Almelo. De rechtbank acht onder meer bewezen dat Jansen Steur zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten met zwaar lichamelijk letsel als gevolg en in één geval de dood.

Hoger beroep ex-bestuurders MST gaat gewoon door

De intrekking van het hoger beroep door Jansen Steur in de tuchtzaak staat los van het hoger beroep dat de klagers hebben ingesteld tegen eerdere uitspraken van het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle in de kwestie van de voormalige ziekenhuisbestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST) waar Jansen Steur werkzaam was. Ook de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) tekende tegen die uitspraken beroep aan. Het hoger beroep zal op een nog nader vast te stellen datum plaatsen vinden in het gerechtsgebouw te Den Haag, waar ook het CMTG zetelt. Het hoger beroep dat Jansen Steur en later ook het Openbaar Ministerie aantekenden tegen de strafzaak, gaat ook gewoon door. Dat hoger beroep zal ter zijner tijd worden behandeld door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Behandeling tuchtzaak tegen voormalige inspecteurs IGZ

Op  vrijdag 18 april vanaf 10.00 uur behandelt het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle de klachten die door Yme Drost namens vijf klagers zijn ingediend tegen drie voormalige inspecteurs van de IGZ. Belangstellenden die die tuchtzaak willen bijwonen moeten zich vooraf melden bij het tuchtcollege, met het oog op de verwachte belangstelling. Aanwijzingen voor de aanmeldprocedure staan in de rollijst.

 

 

Na Jansen Steur ook OM in hoger beroep

24-02-2014

Na de aankondiging eerder vandaag, dat oud-neuroloog Jansen Steur in hoger beroep is gegaan tegen zijn veroordeling door de rechtbank Overijssel te Almelo, heeft ook het Openbaar Ministerie bekend gemaakt in hoger beroep te gaan. Jansen Steur werd, na een eis van 6 jaar gevangenisstraf, door de rechtbank veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar. Het Openbaar Ministerie zal volgens letselschade-expert Yme Drost in hoger beroep met name de vrijspraak van de oud-neuroloog voor het in hulpeloze toestand brengen en laten van zijn patiënten willen laten toetsen. Drost vindt het niet meer dan logisch dat het Openbaar Ministerie, na de eerdere aankondiging van Jansen Steur, nu ook in hoger beroep is gegaan. Drost verwacht dat het OM ook in hoger beroep bij de eerdere eis van 6 jaar cel zal blijven. Jansen Steur trok eerder vandaag zijn hoger beroep in tegen de uitspraak van het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg.

Jansen Steur bepaalde vandaag drie maal het nieuws

Ook IGZ in beroep tegen tuchtuitspraken bestuurders Medisch Spectrum Twente (MST) in kwestie #JansenSteur http://t.co/REChgAM6oj — Yme P.J. Drost (@YmeDrost) 24 februari 2014 Ex-neuroloog Jansen Steur gaat in hoger beroep tegen gevangenisstraf van 3 jaar http://t.co/lckqIiMqLe — Yme P.J. Drost (@YmeDrost) 24 februari 2014 Na #JansenSteur nu ook Openbaar Ministerie in hoger beroep tegen veroordeling oud-neuroloog tot 3 jaar cel http://t.co/yJl9GZ02WG — Yme P.J. Drost (@YmeDrost) 24 februari 2014

 

 

Jansen Steur in hoger beroep tegen gevangenisstraf

24-02-2014

Oud-neuroloog Jansen Steur is in hoger beroep gegaan tegen zijn veroordeling van drie jaar gevangenisstraf. Dat maakte zijn advocaat Frank van Gaal vandaag bekend. Jansen Steur werd bijna twee weken geleden veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie jaar, omdat hij verkeerde diagnoses stelde bij meerdere patiënten. Eén patiënte heeft daardoor zelfmoord gepleegd, zo stelde de rechtbank vast. Zij dacht dat ze snel zou overlijden, omdat ze volgens Jansen Steur drie ernstige ziektes had. Uit autopsie bleek daarentegen dat de patiënte geen enkele aandoening had. De rechtszaak tegen Jansen Steur is de grootste medische strafzaak in de Nederlandse geschiedenis. De strafmaat, drie jaar gevangenisstraf, is uniek. Niet eerder werd een medisch specialist veroordeeld tot gevangenisstraf voor het stellen van verkeerde diagnoses en ook nog niet eerder werd een specialist verantwoordelijk gehouden voor een zelfmoord.

Hoger beroep tuchtzaak ingetrokken

Het hoger beroep dat Jansen Steur had ingediend in de tuchtzaak, die hij eind vorig jaar verloor, is volgens zijn advocaat ingetrokken. In die tuchtzaak werd de artsentitel van Jansen Steur ingetrokken, zodat hij zich nooit meer als arts kan laten registreren in het BIG-register. Volgens letselschade-expert Yme Drost, die de slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, zijn de slachtoffers ontdaan over het ingestelde hoger beroep. Jansen Steur die in zijn laatste woord aankondigde in februari een punt achter de hele kwestie te willen zetten, houdt zich volgens zijn slachtoffers niet aan zijn woord.

Ook IGZ in hoger beroep

Eerder vandaag maakte de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) bekend hoger beroep te hebben ingesteld tegen de tuchtuitspraken tegen de voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST). Vorige week deed Yme Drost dat al namens de slachtoffers.

 

 

Ook IGZ in beroep tegen tuchtuitspraken bestuurders MST

24-02-2014

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft letselschade-expert Yme Drost vandaag laten weten ook hoger beroep aan te tekenen tegen de uitspraak van het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg tegen de drie oud-bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST) in de casus Jansen Steur. Alhoewel de IGZ in eerste instantie de tuchtklachten niet ondersteunde, biedt de wet de IGZ altijd de mogelijkheid tegen een uitspraak van een medisch tuchtcollege in hoger beroep te komen, aldus Drost.

Drost ziet de IGZ meer als tegenstander

Drost verwacht dat de IGZ met name de ontvankelijkheid van de tuchtzaken in hoger beroep wil laten toetsen. Drost: “In die zin zie ik ze dan ook meer als tegenstander dan als medestander in het hoger beroep, maar ik laat mij graag verrassen.” Eerder tekende Yme Drost namens de vijf klagers al hoger beroep aan tegen de uitspraken van het Zwolse tuchtcollege. Drost is het namens zijn cliënten, allen slachtoffers van Jansen Steur, niet eens met de ongegrondverklaring van de klachten, die werden ingediend tegen ex-bestuurder Kingma en Zijlstra. Ook de uitspraak tegen ex-bestuurder Ramaker gaat volgens Drost niet ver genoeg.  Medisch Tuchtcollege Zwolle © tekening Jan Hensema

Men wilde kwestie binnenskamers houden

Het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle berispte ex-bestuurder Ramaker van het MST, omdat hij de IGZ onvoldoende inlichtte over de kwestie rond de inmiddels door de strafrechter tot 3 jaar cel veroordeelde ex-neuroloog Jansen Steur. Het tuchtcollege oordeelde dat het er alles van weg heeft dat de oud-voorzitter de kwestie van de ex-neuroloog binnenskamers heeft willen houden. Het stuit de slachtoffers met name tegen de borst dat de Raad van Bestuur van het MST, feitelijk ongestraft, de opdracht aan de vakgroep neurologie van het MST kon verstrekken om foute diagnoses van Jansen Steur wel te registreren maar niet, althans niet direct met de patiënten te communiceren, aldus Drost. Ook de opdracht aan de vakgroep om niet actief op zoek te gaan naar slachtoffers van Jansen Steur, gaat volgens Drost veel te ver en is niet in het belang van de individuele gezondheidszorg geweest.

Ontvankelijkheid centraal voor IGZ

Volgens Drost heeft een woordvoerder van de IGZ hem laten weten dat de IGZ, in het kader van haar toezichthoudende taken, met het hoger beroep meer duidelijkheid wil verkrijgen in hoeverre het medisch tuchtrecht mogelijkheden biedt om BIG-geregistreerde bestuurders tuchtrechtelijk aan te pakken. Volgens Drost speelt daar ongetwijfeld ook bij mee dat drie voormalige inspecteurs van de IGZ zich in april voor de medische tuchtrechter moeten verantwoorden in de kwestie Jansen Steur. De IGZ heeft in die zaak primair gepleit voor niet-ontvankelijkheid. De overeenkomsten op dit punt met het verweer in de tuchtzaak van de bestuurders van het MST zijn volgens Drost treffend.

 

 

Ex-patiënten Jansen Steur: gerechtigheid en opluchting

11-02-2014

De ex-patiënten van Ernst Jansen Steur reageerden dinsdagmiddag vrijwel zonder uitzondering met gevoelens van vreugde, gerechtigheid en opluchting op de straf van drie jaar die de oud-neuroloog moet uitzitten. Voor hen kwam voorlopig een einde aan de strijd die ze al jaren voeren tegen de man die bij hen verkeerde diagnoses stelde en die hun leven op soms desastreuze wijze beïnvloedde. Wim van Losser uit Rijssen, bij wie Jansen Steur ten onrechte Alzheimer vaststelde, kondigde aan de uitspraak dinsdagavond te gaan vieren. “Dit is wel gerechtigheid, al had ik graag gehad dat hij had gezegd dat hij grote fouten heeft gemaakt. In zijn slotwoord zei hij een paar weken geleden dat hij het net zo weer zou doen en daar is hij niet op teruggekomen. Dat betekent dat hij in staat is het weer te doen. Gelukkig heeft de rechter hem wel gecorrigeerd. Ik was ervan uitgegaan dat hij drie of vier jaar zou krijgen. Straks gaat hij twee jaar zitten en dan is hij weer vrij. Ik vind het prima zo. Nu kan ik het tenminste een plekje geven.” Voor Van Losser is de zaak echter nog niet afgesloten. Als het aan hem ligt, worden ook de medeverantwoordelijke bestuurders nog aangepakt. “De doofpotcultuur duurt nog steeds voort, we willen toch proberen daar nog iets aan te doen.”  Freddy de Haan

Traantje gelaten

Ook Freddy de Haan toonde zich content met de straf. “Dit had ik niet verwacht, ik had op een jaar cel gerekend. Maar toen in de zaak van de zelfdoding zijn schuld bewezen werd, kreeg ik al wel de indruk dat het hoger zou uitvallen. Ik ben niet blij als iemand de bak indraait, maar als je vraagt of hij het verdient zeg ik volmondig ja. Ik moet mijn oud-collega’s van de politie een compliment maken voor hun goede werk. Mijn gevoel? Ik ben vooral opgelucht en heb ook een traantje gelaten toen de feiten bewezen werden geacht. Toen kwamen er toch emoties boven waarvan ik dacht dat ik ze voor mezelf had kunnen houden.” “Drie jaar is super, ik ben echt heel blij”, reageerde Joke Prins die als gevolg van de verkeerde diagnoses en behandelingen door Jansen Steur in een rolstoel belandde. “Vanochtend was ik om vier uur wakker en spookte er van alles door mijn hoofd. Wat ze allemaal konden bedenken aan verzachtende omstandigheden. Maar het oordeel was snoeihard.”  Joke Prins

Steeds verder achteruit

Joke Prins werd tussen 1999 en 2009 ten onrechte behandeld voor MS, wat ze niet bleek te hebben. “Toen duidelijk werd dat het niet had, was het alsof de grond onder mijn voeten wegzakte. De revisie was nog moeilijker te accepteren dan de diagnose zelf. Want ik was tien jaar lang steeds verder achteruit gegaan door de foute medicijnen. Achteraf bleek ik migraine te hebben gehad. Goedmaken doet dit het niet, maar ik ben niet  rancuneus. Het is heel fijn dat we hiermee erkenning hebben gekregen en ik denk dat de straf het maximaal haalbare is in deze situatie.” Ook oud-patiënt Rudi Wissink hield aan de slotzitting een goed gevoel over. “Mijn vader was patiënt bij Jansen Steur. Hij had een ernstige vorm van Multi Systreem Atrofie (MSA) en is in 1993 overleden. Via hem kwam ook ik bij de arts terecht. Ik mocht van hem kiezen of ik Parkinson of MSA had. Ik ben mijn baan kwijtgeraakt en raakte de opbouw van mijn pensioen kwijt. Maar in mijn dossier stond geen diagnose en dan kun je niets. Ik ben tevreden dat hij gestraft is. Maar dit zijn slechts acht gevallen van de 225 waar het in totaal om ging. Wat gebeurt daarmee? Voelt iedereen nu die genoegdoening?” Een bijzondere dag was het sowieso voor Wissink. “Mijn vader zou uitgerekend vandaag jarig zijn geweest, dat is wel bizar.”Ineke Damink – Foto: Wouter Borre

Levenslang

Ineke Damink tenslotte was “in het algemeen een gelukkig mens. Ik was wel blij toen ik hoorde dat hij drie jaar kreeg. Dat had ik ook terecht gevonden na alles wat hij heeft uitgespookt. Hij reageerde ook als altijd: het raakte hem helemaal niet. Wat is gerechtigheid? Die zie ik pas als hij achter slot en grendel zit. Dan heeft hij gekregen waar hij hoort. Ik had gehoopt dat hij a la minuut was opgeborgen. En natuurlijk had ik nog liever gezien dat hij inderdaad zes jaar had gekregen. Want dit vergeten we nooit meer, wij patiënten hebben levenslang.”

 

 

3 jaar gevangenisstraf voor ex-neuroloog Jansen Steur

11-02-2014

De rechtbank Overijssel te Almelo heeft de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaar. De rechtbank acht bewezen dat de Jansen Steur zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten met als gevolg zwaar lichamelijk letsel en in één geval de dood. Ook is Jansen Steur schuldig bevonden aan diefstal van een receptenblok, valselijk opmaken van machtigingsformulieren en recepten en aan verduistering. De ten laste gelegde feiten vonden plaats tussen 1997 en 2003.

Opzettelijk benadelen van de gezondheid

Volgens de rechtbank heeft de ex-neuroloog bij acht patiënten verkeerde diagnoses gesteld en daarbij ook een onjuiste behandelwijze toegepast. Dit terwijl hij als arts wist dat bepaalde diagnoses niet gesteld konden worden op basis van de voorhanden zijnde gegevens. Daarbij heeft Jansen Steur volgens de rechtbank welbewust het risico genomen en aanvaard dat de gezondheid van de patiënten ernstig zou worden benadeeld. Hierdoor heeft Jansen Steur zijn zorgplicht als arts op ernstige wijze geschonden. Bij zeven patiënten heeft dit geleid tot zwaar lichamelijk letsel.

Zelfdoding

Een van de patiënten pleegde suïcide. Jansen Steur heeft deze patiënt, aldus de rechtbank, onjuist geïnformeerd door met stelligheid de diagnose van twee dodelijke ziektes mede te delen en daar, tegen beter weten in, zeer lang aan vast te houden. Een en ander is gepaard gegaan met een intensieve behandeling met veel onaangename bijwerkingen. De rechtbank stelt vast dat deze patiënt zich het leven heeft benomen omdat zij in de veronderstelling verkeerde dat zij leed aan een dodelijke ziekte en in het eindstadium daarvan verkeerde. De rechtbank is van oordeel dat de dood van deze patiënt het gevolg is van de benadeling van de gezondheid door Jansen Steur.

Toerekeningsvatbaarheid

Jansen Steur lijdt aan ADHD en aan een narcistische persoonlijkheidsstoornis, aldus de rechtbank. Ook was er tijdens een deel van zijn loopbaan als arts sprake van een medicijnverslaving. Toch acht de rechtbank de voormalig neuroloog volledig toerekeningsvatbaar. Jansen Steur heeft ondanks zijn stoornissen ook lange tijd goed kunnen functioneren. Verder is Jansen Steur als arts en neuroloog als geen ander bekend met de werking en de effecten van medicijnen zo stelt de rechtbank. Het gebruik van deze middelen komt onder die omstandigheden ook geheel voor zijn rekening en risico.

Op te leggen straf

Jansen Steur heeft zich volgens de rechtbank aldus schuldig gemaakt aan het opzettelijk benadelen van de gezondheid van acht patiënten. De ernstige gevolgen daarvan spelen weliswaar een belangrijke rol bij de straftoemeting, maar niet zodanig als bij delicten waarbij het opzet van de dader op het gevolg is gericht. De zeer ernstige gevolgen van de strafbare feiten zijn geweest dat één van de patiënten een einde aan haar leven heeft gemaakt en dat zeven andere patiënten ernstig lichamelijk en psychisch letsel hebben opgelopen. Daarmee houdt de rechtbank Jansen Steur verantwoordelijk voor het leed van deze patiënten en hun naasten. Hij neemt ook nu nog niet de volle verantwoordelijkheid voor zijn fouten, zo overweegt de rechtbank. Jansen Steur heeft naar het oordeel van de rechtbank daarnaast met zijn handelen ernstige schade toegebracht aan het vertrouwen in de medische stand en de neurologie. Ondanks dat sprake is van een langdurig onderzoek door justitie en indringende berichtgeving in de media, komt de rechtbank gelet op de ernst van de feiten tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaar. Uitspraak: ECLI:NL:RBOVE:2014:646

 

 

Vonnis in strafzaak ex-neuroloog Jansen Steur

11-02-2014

ECLI:NL:RBOVE:2014:646

Rechtbank Overijssel Inhoudsindicatie: De rechtbank Overijssel heeft een voormalig neuroloog van het MST veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie jaar. De rechtbank acht bewezen dat de verdachte bij acht patiënten foutieve diagnoses heeft gesteld en deze patiënten op medisch onverantwoorde wijze heeft behandeld. Hij heeft daarmee zijn zorgplicht als arts en specialist op zodanig grove wijze geschonden, dat hem het verwijt treft opzettelijk de gezondheid van die patiënten te hebben benadeeld. Het handelen van verdachte heeft zwaar lichamelijk letsel tot gevolg gehad en heeft in één geval geleid tot het overlijden van een patiënt. Daarnaast heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan diefstal, valsheid in geschrift en verduistering. Bron: Rechtspraak.nl De volledige tekst van het vonnis van de rechtbank Overijssel kunt u hier vinden.

 

 

Volg hier vandaag live uitspraak in strafzaak Jansen Steur

09-02-2014

Na een eis van 6 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf vandaag, dinsdag 11 februari 2014 om 13.30 uur, de uitspraak in de grootste medische strafzaak ooit in Nederland. De uitspraak tegen de oud-neuroloog Ernst Jansen Steur vindt plaats in het gerechtsgebouw in Almelo. Er zijn, met het oog op de enorme belangstelling, twee extra rechtszalen ingericht om de uitspraak via een videoverbinding te kunnen volgen. De direct betrokkenen bij deze strafzaak krijgen voorrang bij de toedeling van zitplaatsen in de zittingszaal waar de uitspraak door de voorzitter van de strafkamer verkort wordt voorgelezen.

Verkorte tenlastelegging

Het OM acht de oud-neuroloog schuldig aan:

  • het opzettelijk in hulpeloze toestand gebracht hebben en gelaten van patiënten met zwaar lichamelijk letsel, en in één geval zelfs de dood, tot gevolg;

Slachtoffers aan het woord in de strafzaak tegen Jansen Steur ©

  • mishandeling van patiënten met zwaar lichamelijk letsel, en in één geval de dood, tot gevolg;
  • diefstal van een receptenblok van een collega-neuroloog;
  • het valselijk opmaken van machtigingsformulieren (door een fictieve MMSE-score te noteren) ten behoeve van de verstrekking van het geneesmiddel Exelon en de indiening van die formulieren bij een zorgverzekeraar voor vergoeding;
  • het in strijd met de waarheid uitschrijven van recepten ter verkrijging van geneesmiddelen, zoals vermeld op een bij de Opiumwet horende lijst;
  • verduistering van ruim 88.000 euro, dat toebehoorde aan de stichting Lewy Body Project.

Hashtag #JansenSteur

De tweets over de uitspraak zijn via deze pagina live te volgen via de hashtag #JansenSteur. Zo nodig, als het niet automatisch gaat, kunnen nieuwe tweets op deze pagina worden opgehaald door op [F5] te drukken. De tweets worden uitsluitend geplaatst onder verantwoordelijkheid van iedere afzonderlijke twitteraar zelf. Tweets about “#jansensteur”

 

 

Veel belangstelling voor uitspraak strafzaak Jansen Steur

04-02-2014

De openbare uitspraak in de strafzaak tegen de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur is op dinsdag 11 februari om 13.30 uur in het gerechtsgebouw in Almelo. De ex-neuroloog wordt onder andere verdacht van het opzettelijk verkeerd stellen van diagnoses bij zijn patiënten. Het betreft de grootste medische strafzaak ooit in de Nederlandse geschiedenis. Letselschade-expert Yme Drost bracht de zaak voor het eerst in 2005 aan het rollen. Drost diende voor ruim 100 slachtoffers van de oud-neuroloog een schadeclaim in en deed namens enkele tientallen slachtoffers aangifte bij justitie.

Veel slachtoffers willen uitspraak live bijwonen

Volgens Yme Drost hebben veel slachtoffers te kennen geven de uitspraak live te willen bijwonen. De rechtbank heeft vandaag via haar website laten weten dat de direct betrokkenen bij deze strafzaak voorrang krijgen bij de toedeling van zitplaatsen in de zittingszaal. De rechtbank richt met het oog op de te verwachten grote publieke belangstelling een tweede zaal in waar belangstellenden de uitspraak live via een videoverbinding kunnen volgen. De rechtbank meldde vandaag dat geïnteresseerden zich niet van te voren hoeven aan te melden. Ze mogen naar binnen totdat er geen zittingsplaatsen meer zijn.

Ook voor media aparte zaal

Ook voor de media wordt door de rechtbank een aparte zaal beschikbaar gesteld waar via een videoverbinding de uitspraak live kan worden gevolgd. In het dossier Jansen Steur vindt u meer informatie over deze zaak.

 

 

Geen verder onderzoek IGZ naar uitlatingen prof. Vermeulen

25-01-2014

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft letselschade-expert Yme Drost vrijdag schriftelijk laten weten het niet nodig te vinden verder onderzoek te doen naar gewraakte uitlatingen van de neuroloog prof. dr. M. Vermeulen.

Ook Vermeulen vervalste testuitslagen

De hooggeleerde neuroloog nam het voor aanvang van de tucht- en strafzaak tegen oud-neuroloog Jansen Steur, in programma’s van EenVandaag en RTV-Oost, op voor de voormalig neuroloog. Vermeulen wekte in die uitzendingen de indruk dat hij, net als Jansen Steur, scores van neurologische tests had vervalst om medicijnen te kunnen voorschrijven. Het ging om het middel Exelon®, dat werd voorschreven aan patiënten, terwijl dat volgens de geldende richtlijnen op dat moment niet was toegestaan. Drost, die tientallen slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, meldde de zaak vervolgens schriftelijk bij de IGZ.

Gesjoemel stond volgens Vermeulen niet op zichzelf

Vermeulen zei in oktober in het programma EenVandaag dat gesjoemel, zoals door de omstreden Twentse neuroloog Jansen Steur, niet op zichzelf staat. Zorgverzekeraars Nederland, de Nederlandse Zorg Autoriteit en de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie maken zich door de uitlatingen van Vermeulen grote zorgen over fraude door artsen met diagnoses en testresultaten van patiënten. Het AMC riep Vermeulen vervolgens op het matje. Het AMC liet eind oktober weten dat Vermeulen vanwege zijn ”onhandige uitspraken” met onmiddellijke ingang moest stoppen met het behandelen van patiënten. De raad van bestuur van het AMC heeft de IGZ laten weten dat uit intern onderzoek was gebleken dat Vermeulen “enkele jaren geleden eenmalig de indicatie op basis van de MMSE score heeft aangepast. Hij deed dit ten behoeve van het verkrijgen van een vergoeding van de ziektekostenverzekeraar voor een patiënt met een vroege fase van dementie”, zo blijkt uit de brief van de IGZ.

AMC neemt afstand van uitlatingen hoogleraar

De afdeling neurologie van het AMC heeft de IGZ laten weten de handelwijze van de emeritus hoogleraar af te keuren en afstand te nemen van de suggestie van Vermeulen, dat de beschreven handelwijze een normale gang van zaken zou zijn.

IGZ: “Vermeulen is tekortgeschoten”

De inspectie laat Drost in de brief weten dat een arts zich vanuit zijn professionele verantwoordelijkheid, bij het voorschrijven van geneesmiddelen, “niet alleen moet laten leiden door het belang van de individuele patiënt maar ook dat van de samenleving als geheel. Daarin is de heer Vermeulen in dit individuele geval tekortgeschoten. Met de genomen maatregelen door het AMC ziet de inspectie geen risico voor herhaling”, aldus de IGZ.

Drost: “Vermeulen wilde kennelijk rechtsgang beïnvloeden”

Letselschade-expert Yme Drost zet vraagtekens bij het feit dat Vermeulen slechts eenmaal in de fout zou zijn gegaan. Maar volgens Drost is het tegendeel niet te bewijzen. “Maar hoe het ook is of zij, duidelijk lijkt te zijn dat Vermeulen zijn studievriend Jansen Steur te hulp heeft willen schieten met onjuiste en ongefundeerde uitlatingen. Hij heeft kennelijk op die oneigenlijke manier de rechtsgang willen beïnvloeden. En dan te bedenken dat Jansen Steur de rechtbank eerder voorstelde Vermeulen als gerechtelijk deskundige te benoemen. De rechtbank ging in dat voorstel gelukkig niet mee. Vermeulen heeft met zijn uitlatingen in ieder geval zijn beroepsgroep en het AMC een zeer slechte dienst bewezen” stelt Drost.

 

 

Yme Drost verbaasd over beroep Jansen Steur

25-01-2014

Letselschadespecialist Yme Drost is verbaasd over het beroep dat oud-neuroloog Jansen heeft aangetekend tegen het vonnis van de tuchtrechter. Volgens Drost, die vijf patiënten van de neuroloog vertegenwoordigt, heeft Jansen tijdens de behandeling van de strafzaak gezegd dat hij na de uitspraak de zaak achter zich wil laten. “Kennelijk wil hij er toch geen punt achter zetten”, zei Drost vrijdag. Ook verbaast het beroep Drost, omdat Jansen altijd heeft gezegd dat de tuchtzaak weinig gewicht heeft. De tuchtrechter oordeelde in december dat Jansen nooit meer als arts mag werken. Omdat Jansen zich al jaren geleden heeft uitgeschreven uit het artsenregister noemde zijn advocaat de tuchtzaak “volkomen overbodig”.

Suggestie advocaat Jansen “ongehoord”

Drost noemt het ook “ongehoord” dat de advocaat van Jansen, mr. Frank van Gaal, volgens media suggereert dat hij het beroep mogelijk weer intrekt als de uitspraak in de strafzaak meevalt. “Hiermee haalt hij twee procedures door elkaar. Het lijkt wel of hij daarmee de rechters onder druk wil zetten om mild te vonnissen, zodat er voor de slachtoffers daarmee een einde komt aan deze zaken.” Van Gaal ontkende vrijdag een dergelijk motief. Al sluit hij niet uit dat als Jansen na het strafvonnis het boek dicht wil doen, “hij nog een keertje zal nadenken over dat beroep”. Van Gaal verwacht echter niet dat het boek dichtgaat op 11 februari, de dag van de uitspraak door de strafrechter. Hij denkt dat een van beide partijen beroep zal aantekenen tegen de uitspraak van de rechter. Het OM eiste in december 6 jaar onvoorwaardelijke celstraf tegen de omstreden neuroloog.

 

 

Ex-neuroloog Jansen Steur in hoger beroep

23-01-2014

Het regionale dagblad Tubantia meldt vandaag op haar website dat ex-neuroloog Jansen Steur in hoger beroep is gegaan van de uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Het tuchtcollege legde de oud-neuroloog op 20 december 2013 een beroepsverbod als arts op voor het leven. Omdat Jansen Steur zich in 2009 zelf al had uitgeschreven uit het zogenoemde BIG-register, legde het tuchtcollege de oud-neuroloog een verbod tot hernieuwde inschrijving in het BIG-register op. Ook schorste het tuchtcollege Jansen Steur met onmiddellijke ingang, voor het geval van enige inschrijving in het register mocht blijken, totdat in de klachtzaken onherroepelijk is beslist.

Slachtoffers ook in hoger beroep

Letselschade-expert Yme Drost, die namens vijf slachtoffers de tuchtzaak aanspande, zegt dat als de berichtgeving juist blijkt te zijn, enkele slachtoffers (incidenteel) hoger beroep zullen aantekenen tegen de uitspraak van de tuchtrechter. Volgens Drost gaat het dan om enkele kleinere punten die de tuchtrechter niet bewezen achtte. Drost denkt door middel van aanvullend bewijsmateriaal die punten in hoger beroep wel te kunnen bewijzen. Yme Drost: “Het incidenteel hoger beroep van de slachtoffers maakt voor de uiteindelijke straf van Jansen Steur niet uit, de tuchtrechter heeft in eerste aanleg al de maximale straf opgelegd. Maar als Jansen Steur in hoger beroep gaat, zullen de slachtoffers dat ook doen voor die paar onderdelen die de tuchtrechter niet bewezen achtte.”

 

 

Tuchtcollege bestraft ex-voorzitter ziekenhuis MST

10-01-2014

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle heeft Ruud Ramaker berispt. Ramaker was tussen 2003 en 2005 bestuursvoorzitter van het ziekenhuis waar de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur werkte. Het tuchtcollege oordeelt dat het er alles van weg heeft dat de oud-voorzitter de kwestie van de ex-neuroloog binnenskamers heeft willen houden.

Klachten tegen Zijlstra en Kingma afgewezen

De klachten tegen oud-bestuurslid Tom Zijlstra en de latere bestuursvoorzitter Herre Kingma zijn afgewezen. Het tuchtcollege kon niet vaststellen of zij voldoende op de hoogte waren of hadden moeten zijn van de omvang en de gevolgen van het disfunctioneren van de ex-neuroloog.

BIG-registratie maakte toetsing tuchtcollege mogelijk

De bestuurders stonden, ten tijde van hun handelen waarover bij het tuchtcollege was geklaagd, respectievelijk als verpleegkundige en als artsen in het BIG-register geregistreerd. Omdat dit handelen voldoende weerslag had op de individuele gezondheidszorg, kon het handelen van de oud-bestuurders door het tuchtcollege worden getoetst.

Voorzitter tijdens gedwongen vertrek neuroloog

Tijdens het gedwongen vertrek van de neuroloog eind 2003 was Ramaker de voorzitter van de raad van bestuur van het MST. Een inspecteur voor de gezondheidszorg belde hem nadat hij een tip van een journalist over het ontslag van de ex-neuroloog wegens verslaving had gekregen. Ramaker liet de inspecteur in het telefoongesprek weten ‘dat er geen sprake was van onverantwoorde zorg’. Ramaker heeft niet meegewerkt aan eerdere onderzoeken naar de affaire Jansen Steur en heeft ook nooit gereageerd op de bij het medisch tuchtcollege ingediende klachten.

Klacht tegen Zijlstra ongegrond

De klacht tegen de arts Tom Zijlstra, die in 2003 ook lid was van de raad van bestuur van het MST, is afgewezen. Eventuele twijfels over de door dr. Jansen Steur geleverde zorg kwamen sinds jaren niet meer buiten de vakgroep en bereikten de raad van bestuur niet meer, zo overweegt het tuchtcollege. Ook toen de verslaving van de ex-neuroloog aan het licht kwam, was over de omvang van misdiagnoses onvoldoende bekend bij het bestuur, stelt het tuchtcollege. Zij diskwalificeert daarmee feitelijk de bevindingen van de commissie Lemstra II, die uitgebreid onderzoek deed naar de kwestie Jansen Steur. Een vertrekregeling, zoals is getroffen met de ex-neuroloog, was volgens het tuchtcollege destijds zeer gebruikelijk. Kort na het vertrek van Jansen Steur is Zijlstra zelf gedwongen om te vertrekken en bleef alleen de voorzitter Ramaker over.

Klacht tegen latere bestuursvoorzitter Kingma eveneens ongegrond

Het college heeft niet kunnen vaststellen dat Kingma, die van 2006 tot het voorjaar van 2013 bestuursvoorzitter van het MST was, zodanig op de hoogte was of had moeten zijn van de gevolgen van het disfunctioneren van de ex-neuroloog voor zijn patiënten, dat hij eerder dan begin 2009 grootschalige actie had moeten ondernemen. Toen gaf hij zelf opdracht om de eventuele gevolgen voor de patiënten van het onjuiste medische handelen van de verslaafde ex-neuroloog in kaart te brengen. De tegen hem ingediende klacht is eveneens afgewezen.

Hoger Beroep

Letselschade-expert Yme Drost ,die de vijf klagers in de tuchtzaak bijstaat, deelde na de uitspraak mee dat van alle uitspraken van het tuchtcollege in hoger beroep wordt gegaan bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Den Haag. Het stuit volgens Drost de klagers met name tegen de borst, dat het tuchtcollege geen gevolgen verbond aan de instructie van de raad van bestuur aan de vakgroep neurologie, in december 2003, om misdiagnoses wel te registreren maar daarmee (voorlopig) niets te doen. Daarnaast kreeg de vakgroep een verbod om actief op zoek te gaan naar slachtoffers van Jansen Steur. Volgens Drost zijn deze instructies zo in strijd met het belang van de individuele gezondheidszorg dat hoger beroep geboden is. Ook acht Drost de kans groot dat hij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg ervan kan overtuigen dat de bestuurders wel degelijk weet hadden van de kwestie. Zo lijkt Zijlstra in een artikel in het dagblad Tubantia van januari 2009 toe te geven dat hij wel op de hoogte was, aldus Drost. Ook kan volgens Drost niet met droge ogen worden beweerd, dat Kingma als bestuursvoorzitter van het MST onwetend was van de kwestie Jansen Steur. Drost stelt in die tijd over de kwestie meerdere brieven aan de raad van bestuur te hebben gezonden. Ook waren er in die tijd meerdere perspublicaties over de zaak. Kingma verklaarde voor het tuchtcollege echter die berichten nooit gelezen te hebben. “Natuurlijk is het fantastisch dat één bestuurder berispt is en dat alle klachten ontvankelijk zijn verklaard. Dat is uniek in de tuchtrechtspraak, maar toch overheerst bij mijn cliënten het ontevreden gevoel over de ongegrondverklaring van bepaalde klachten”, aldus Drost.

Behandeling klacht tegen inspecteurs voor de gezondheidszorg

Bij het medisch tuchtcollege zijn in de kwestie Jansen Steur ook klachten ingediend door vijf oud-patiënten van Jansen Steur tegen een drietal inspecteurs voor de gezondheidszorg. Die klachten worden inhoudelijk door het tuchtcollege behandeld op de zitting van vrijdag 18 april 2014 om 10.00 uur.

Uitspraken van het tuchtcollege

 

 

Samenvatting tuchtuitspraak ex-neuroloog Jansen Steur

22-12-2013

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle heeft afgelopen vrijdag bepaald dat de oud-neuroloog Jansen Steur nooit arts meer mag zijn. Hij stelde bij vele tientallen patiënten verkeerde diagnoses en behandelde hen met onjuiste medicijnen. Voor de strafrechter te Almelo is tegen de ex-neuroloog een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 6 jaar geëist. De strafrechter doet op 11 februari uitspraak. Het tuchtcollege overweegt in haar uitspraak: “In alle zaken geldt dat verweerder in de gedingstukken geen enkel verweer heeft gevoerd tegen de aantijging dat hij, voor zover hier van belang (in 2003), verslaafd was aan Dormicum en Temazepam. Ter zitting heeft hij erkend dat hij in 2003 aan deze medicijnen verslaafd was en grote doses (3 à 4 per 24 uur) daarvan gebruikte. Aannemelijk is te achten dat het overmatig gebruik van die middelen de medische oordeelsvorming van verweerder negatief heeft beïnvloed. In elk geval heeft verweerder door zijn middelenmisbruik ook bij klager de kans op onder meer misdiagnostiek en verkeerde (medicamenteuze) behandeling vergroot, al was het maar in de nachtdienst of in de dagdienst als hij ’s nachts nogmaals Dormicum had gebruikt. Een redelijk handelend arts dient zich daarom van misbruik van dergelijke middelen te onthouden en de klacht is ook in zoverre gegrond. Terzijde wordt opgemerkt dat verweerder bij het voorschrijven op naam van een willekeurige patiënt kennelijk op de koop toe heeft genomen dat diens medicatieoverzicht niet strookte met de werkelijkheid, met alle gezondheidsrisico’s voor die patiënt van dien. Bovendien is, daar waar verweerder receptpapier van een andere specialist heeft gebruikt, ten onrechte de indruk gewekt dat die andere specialist verantwoordelijk was voor het voorschrijven. Het beeld dat in alle zaken van verweerder naar voren komt is dat van een arts die te snel en op dubieuze gronden tot een diagnose kwam met soms wel, soms niet eens bijpassende medicatie, waarbij hij geen twijfel kende en zijn oordeel niet of nauwelijks toetste, noch door aanvullend onderzoek noch door overleg met collega’s, terwijl hij signalen die hem op andere gedachten hadden moeten brengen negeerde. De dossiervoering en follow-up waren beneden de maat. Aannemelijk is dat deze misdiagnostiek en dit voorschrijven van verkeerde medicijnen mede in de hand is gewerkt door de verslaving van verweerder aan Dormicum en Temazepam en in elk geval heeft dit middelenmisbruik het risico hierop met zich gebracht. Verweerder heeft bij de meeste patiënten in de onderhavige klachtzaken ten onrechte ernstige, chronische en veelal progressieve aandoeningen gediagnosticeerd en ten onrechte medicatie met vaak ernstige bijwerkingen voorgeschreven. Dit met alle gevolgen van dien voor deze patiënten. Destijds vertoonde hij geen enkele twijfel, maar ook ter zitting was daar weinig van te merken. Dit brengt mee dat het onverantwoord is verweerder verder als arts werkzaam te laten zijn. Teneinde zoveel mogelijk te bevorderen dat zowel hier te lande als in het buitenland een eventuele inschrijving van verweerder in een register kan worden doorgehaald, dan wel zijn (her)inschrijving wordt verhinderd als hij niet (meer) is ingeschreven in een register, zal de volgende maatregel worden opgelegd. Bovendien wordt voor het geval verweerder hier of in het buitenland is ingeschreven, de onmiddellijke schorsing van de inschrijving uitgesproken. Het college: – haalt de inschrijving van verweerder als arts in het register door dan wel, indien hij niet is ingeschreven, ontzegt hem het recht om (wederom) in het register te worden ingeschreven; – schorst een eventuele inschrijving van verweerder in het register met onmiddellijke ingang, totdat in deze klachtzaken onherroepelijk is beslist; – bepaalt dat deze beslissing nadat deze onherroepelijk is geworden in geanonimiseerde vorm in de Nederlandse Staatscourant zal worden bekendgemaakt en ter publicatie zal worden aangeboden aan de tijdschriften ‘Medisch Contact’, ‘Tijdschrift voor Gezondheidsrecht’ en ‘Gezondheidszorg Jurisprudentie’.” Opmerking redactie website: Jansen Steur gaf i.t.t. de tuchtzaak, in de strafzaak toe dat hij op een gegeven moment 8 à 10 Dormicum per 24 uur gebruikte.

 

 

Tuchtcollege: Jansen Steur mag nooit meer arts zijn

20-12-2013

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle heeft de oud-neuroloog Jansen Steur een beroepsverbod als arts voor het leven opgelegd. Omdat Jansen Steur zich in 2009 zelf al had uitgeschreven uit het zogenoemde BIG-register, legde het tuchtcollege de oud-neuroloog een verbod tot hernieuwde inschrijving in het BIG-register op. Daardoor mag de oud-neuroloog zich nooit meer arts noemen. Ook schorste het tuchtcollege Jansen Steur met onmiddellijke ingang, voor het geval van enige inschrijving in het register mocht blijken, totdat in de klachtzaken onherroepelijk is beslist. Jansen Steur kan nog tegen de uitspraak in hoger beroep gaan bij het Centraal Medisch Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Den Haag. Het tuchtcollege overwoog dat Jansen Steur destijds ten onrechte geen enkele twijfel had bij het stellen van ernstige, chronische en veelal progressieve aandoeningen. Ook overwoog het tuchtcollege dat de oud neuroloog ten onrechte medicatie voorschreef met vaak ernstige bijwerkingen.

“Zowel hier te lande als in het buitenland”

Mede omdat Jansen Steur tijdens de mondelinge behandeling van zijn zaak op 1 november weinig liet merken van twijfels over zijn eerdere handelwijze, legde de tuchtrechter hem de zwaarst mogelijke straf op. Dat deed de tuchtrechter ook “teneinde zoveel mogelijk te bevorderen dat zowel hier te lande als in het buitenland een eventuele inschrijving van verweerder in een register kan worden doorgehaald, dan wel zijn (her)inschrijving wordt verhinderd als hij niet (meer) is ingeschreven in een register”, aldus het tuchtcollege.  Oud-neuroloog Jansen Steur, foto ANP

Strafzaak

Jansen Steur staat ook voor de rechtbank Overijssel in Almelo terecht voor het globaal tussen 1998 en 2004 stellen van talrijke foutieve diagnoses en het verkeerd medisch behandelen van patiënten. Tegen de oud-neuroloog is door het Openbaar Ministerie zes jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf geëist. De rechter doet op 11 februari 2014 uitspraak in de strafzaak.

“Ultieme doel bereikt”

Door de uitspraak van de tuchtrechter kan Jansen Steur op de Europese zwarte lijst van artsen worden geplaatst. Daardoor kan hij ook in andere Europese landen niet meer als arts aan de slag. Jansen Steur werd, na zijn vertrek uit het Enschedese ziekenhuis MST, meerdere malen door journalisten werkend als arts in Duitsland aangetroffen. Volgens letselschade-expert Yme Drost, die de tuchtzaak tegen Jansen Steur namens vijf slachtoffers aanspande, is het ultieme doel van de tuchtzaak bereikt. Volgens Drost zijn slachtoffers van de oud-neuroloog zeer content met het behaalde resultaat.

Uitspraak MST-bestuurders later

Op 10 januari 2014 doet het tuchtcollege uitspraak in de tuchtzaak, die door vijf slachtoffers van Jansen Steur is aangespannen tegen drie voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST). Deze voormalige bestuurders wordt verweten, dat zij zijn tekortgeschoten in hun toezichthoudende taken ten opzichte van Jansen Steur en dat zij te laat actie hebben ondernomen om slachtoffers van de oud-neuroloog actief op te sporen.

Zaak tegen Inspecteurs IGZ aangehouden

Ook is er door de vijf ex-patiënten van de omstreden neuroloog een tuchtzaak aangespannen tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ). De inhoudelijke behandeling van die zaak was eind november gepland, maar werd uitgesteld omdat een van de verweerders om medische redenen niet aanwezig kon zijn. De uitgestelde tuchtzaak wordt nu op 18 april volgend jaar behandeld.

De uitspraken van het tuchtcollege

De volledige tekst van de uitspraken van het tuchtcollege in de zaken tegen oud-neuroloog Jansen Steur vindt u hier onder: Beslissing 2013-010 Beslissing 2013-011 Beslissing 2013-012 Beslissing 2013-013 Beslissing 2013-014

 

 

In april behandeling tuchtzaak tegen inspecteurs IGZ

18-12-2013

IGZ-inspecteurs beschuldigd van falend toezicht Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheid te Zwolle heeft een nieuwe datum vastgesteld voor de behandeling van de tuchtzaken tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). De tuchtzaken worden inhoudelijk behandeld op vrijdag 18 april 2014 om 10.00 uur in het Gerechtsgebouw te Zwolle. Letselschade-expert Yme Drost diende namens vijf van zijn cliënten de tuchtklachten tegen de voormalige inspecteur in. De inspecteurs zouden als toezichthouders hebben gefaald in de kwestie rond de voormalig neuroloog Jansen Steur en daarmee in strijd hebben gehandeld met het belang van de individuele gezondheidszorg. Eerder werd de behandeling van de tuchtzaak uitgesteld omdat één van de voormalige inspecteurs om medische reden niet bij de mondelinge behandeling van zijn tuchtzaak aanwezig kon zijn. Op 1 november behandelde het tuchtcollege de tuchtzaken van de vijf klagers tegen Jansen Steur. Dezelfde klagers hebben ook leden van de Raad van Bestuur van het ziekenhuis, waarin Jansen Steur werkzaam was, aangeklaagd. De klachtzaken tegen de voormalige leden van de Raad van Bestuur van het Twentse ziekenhuis zijn op dinsdag 12 november behandeld. De uitspraak in de tuchtzaak tegen de ex-neuroloog staat gepland op vrijdag 20 december om 12.30 uur te Zwolle, de uitspraak in de zaak tegen de voormalig bestuurders is op 10 januari 2014. De rollijst voor de zitting van 18 april 2014 vindt u hier.

 

 

‘Nog steeds veel vragen bij oud-patiënten’

17-12-2013

Letselschade-expert Yme Drost, die de zaak tegen de omstreden oud-neuroloog Ernst Jansen Steur voor tientallen slachtoffers aanhangig maakte, hield een tevreden gevoel over aan de inhoudelijke behandeling van de grootste medische strafzaak uit de Nederlandse geschiedenis. “Kijk ik naar het hele proces, dan zijn alle feiten goed aan de orde gekomen. Politie en Openbaar Ministerie hebben uitstekend werk verricht. En ook de rechters gaven er blijk van dat ze zich de moeilijke dossiers prima eigen hebben gemaakt.” Drost vervolgt: “Het is wel jammer dat Jansen Steur zijn handelen voortdurend vergoelijkt. Hij blijft bepaalde fouten ontkennen en doet daarmee zijn slachtoffers nog steeds pijn. Patiënten, die geen deel uitmaakten van de strafzaak, hebben nog altijd veel vragen waarop ze geen antwoord hebben gekregen. Jansen Steur is een dokter die, om zichzelf schoon te praten en wat op zichzelf begrijpelijk is als je zes jaar hoort eisen, met zijn kennelijke onwaarheden pijn blijft doen. Het was ook voor hemzelf veel beter geweest als hij veel opener en eerlijker was geweest. Hij is daarnaast iemand die zijn fouten niet, althans onvoldoende inziet waardoor het gevaar van herhaling levensgroot aanwezig is.”

Voor eigen bevrediging

“Natuurlijk maken artsen fouten”, begrijpt Yme Drost. “Waar het om gaat is dat je die tot een minimum beperkt doordat je je aan de regels houdt die er binnen je beroepsgroep bestaan. Jansen Steur gebruikte de slachtoffers voor zijn eigen bevrediging, zijn eigen gevoel van grootheid. Dat wordt prachtig geïllustreerd door het receptenpapier waarop hij zichzelf voordeed als professor, wat hij niet was.” Yme Drost is het wel met de oud-arts eens dat er eindelijk een punt gezet moet worden achter de affaire Jansen Steur. “Maar de aandacht in de media mag hij zichzelf, het ziekenhuis en de doofpot verwijten. Dat maakte die aandacht namelijk noodzakelijk. Het is aan de media te danken dat er zoveel slachtoffers achterhaald zijn. Zonder de media was dat nooit gebeurd.”

Goed in elkaar

Oud-patiënt Freddy de Haan vond na het weerwoord van Jansen Steur dat de voormalig neuroloog zijn betoog uitstekend had voorbereid. “Het verhaal zat goed in elkaar en kwam op mij ook wel oprecht over. Maar je gelooft hem niet meer. Waar het om ging, daar heeft hij het niet over gehad. Als er honderd slachtoffers zijn, kun je niet praten van incidenten. Natuurlijk heeft hij een moeilijk beroep. Maar het is ook een man die hier heel hoog stond en de rest ver beneden hem. Het was verschrikkelijk.” Ook het toenmalig bestuur van het Medisch Spectrum Twente treft volop blaam, vindt De Haan. “Collega’s van Jansen Steur hebben drie maal aan de bel getrokken en even vaak heeft het bestuur gezegd: zoek het zelf maar uit.”

 

 

Weerwoord Jansen Steur monoloog van uitersten

17-12-2013

Ernst Jansen Steur had dinsdag 38 minuten nodig voor zijn persoonlijke weerwoord in de strafzaak die tegen hem dient bij de rechtbank Overijssel in Almelo. De ex-neuroloog betuigde in zijn referaat onder meer spijt en medeleven tegenover de ex-patiënten die hij foutief behandelde en zei te hopen dat er alsnog een bijeenkomst kan worden georganiseerd om samen met hen de pijnlijke ervaringen te kunnen bespreken. Jansen Steur meldde zich diep te schamen voor het leed dat hij aan de slachtoffers heeft berokkend en  wenste hen veel sterkte toe.  De rechtbank wijst op 11 februari 2014 vonnis, nadat het Openbaar Ministerie eerder zes jaar tegen de voormalig specialist eiste. Nu en dan leek er iets van emotie bespeurbaar tijdens de rede van Jansen Steur, die door zijn oud-patiënten bijna ademloos werd beluisterd. Ze zagen af van demonstratieve handelingen waarvan vooraf even sprake was. Ze namen niet plaats op de eerste verdieping, maar net als tijdens de inhoudelijke behandelingen van de zaak gewoon in de zaal waar dichtbij hen de omstreden medicus zijn verhaal deed. De monoloog van Jansen Steur was er een van uitersten. Hij bekende schuld en schaamde zich. Maar tegelijk stelde hij met klem steeds naar eer en geweten en te goeder trouw te hebben gehandeld in het belang van zijn patiënten en dat het elke collega van hem had kunnen overkomen. We vatten zijn betoog in een aantal alinea’s samen.

In diepe schaamte

“Ik voer het woord vanochtend in diepe schaamte. Trouw aan de verwachtingen van patiënten moet centraal staan in de relatie dokter-patiënt. Dat heb ik beschaamd. Artsen moeten binnen die relatie in hun spreekkamer een veilige omgeving waarborgen waarbinnen patiënten hun verwachtingen en angsten zonder gene naar voren kunnen brengen. De relatie tussen arts en patiënt  wordt fundamenteel gekenmerkt door onzekerheid. Er is geen tak in de geneeskunde waar dat duidelijker naar voren komt dan in mijn aandachtsgebied, dat van de zogenoemde neurodegeneratieve afwijkingen. Op het niveau van de individuele patiënt is er nooit zekerheid over de aan- of afwezigheid van ziekte. En zo die er is, dan nog is onzeker welke medicijnen het beste kunnen aanslaan met de minste bijwerkingen. De onzekerheid van het medisch proces ligt dus aan twee kanten. Niet alleen aan de kant van de patiënt (ga ik beter worden?), maar ook aan de kant van de arts: zet ik de juiste behandeling in? Systematische studies naar het aantal misdiagnosen zijn nauwelijks voorhanden. Deels is dit een definitieprobleem, maar voor het grootste deel is dit zeer waarschijnlijk ook onvermogen en schaamte om toe te geven dat de geneeskunde feilbaar is.” “De onzekerheid van de arts strekt zich uit over hele behandeltraject. Dat er iedere dag misdiagnosen worden gemaakt, ook en meestal door competente artsen, is dus onderdeel van de statistiek van het behandelproces in ieder ziekenhuis. Iedere arts accepteert dagelijks onbewust het risico van onjuist medisch handelen. Dit niet accepteren zou zich niet verhouden tot goed hulpverlenerschap.  Achteraf, met het obductierapport in de hand is het vaak eenvoudig uit te leggen welke symptomen veronachtzaamd werden of welk onderzoek had moeten plaatsvinden. Geen arts is immuun voor dergelijke beoordelingsfouten. Met het stijgen van het aantal patiënten neemt ook het aantal patiënten dat verkeerd behandeld wordt op gelijke voet toe. Geen arts geeft dit graag toe, ook ik niet, maar statistisch is het zeker dat dit optreedt.” “Fouten maken is onderdeel van het beroep. Dit is iedereen bekend en iedere arts heeft spijt als haren op het hoofd als achteraf zaken over hoofd zijn gezien of onvoldoende zijn onderzocht. De laatste decennia heeft de omgang met misdiagnosen terecht meer belang gekregen in de medische opleiding. Een arts hoort op de juiste wijze met fouten om te gaan, deze te bespreken met patiënten,  vervolgens te corrigeren en ze indien nodig ook schadeloos te stellen. Ik ben bij enkele van mijn patiënten niet meer in de gelegenheid geweest fouten te herstellen omdat de behandeling door anderen was overgenomen. Daarbij is een bekend gezegde in de geneeskunde van belang: voor de laatste arts is de diagnose altijd eenvoudiger.” “Het statusonderzoek dat door de commissie Lemstra is gedaan, is gebaseerd op patiënten die zichzelf gemeld hadden bij de commissie en is derhalve uit de aard van de selectie niet willekeurig. De niet gestaafde getallen (’tientallen misdiagnosen’) die in de media genoemd zijn, hebben ontegenzeggelijk de behandeling van de zaak in de media van meet of aan gekleurd. Ook ik heb toegegeven dat met kennis van nu achteraf het beleid in individuele gevallen anders had moeten zijn. Dit laat onverlet dat ik tijdens mijn hele werkzame periode in Enschede te goeder trouw mijn diagnosen heb gesteld en daarop beleid heb uitgezet.”

Persoonlijk functioneren

“De neurologie was mijn leven. Een arts behoort het lijden van de aan hem toevertrouwde patiënten te verlichten, niet alleen van 9 tot 5, en niet alleen als het de arts uitkomt. Volgens deze taakopvatting heb ik altijd gewerkt. Niet omdat ik veel waardering nodig had, zoals door sommigen is gesuggereerd, maar omdat een arts deze taakopvatting volgens mij behoort te hebben. Ik richtte mijn bestaan zo in dat ik optimaal in het ziekenhuis kon functioneren. Mijn werk en mijn patiënten stonden centraal in mijn leven en ik liet het werk niet achter me op het moment dat ik het ziekenhuis verliet. Patiënten konden mij in noodgevallen direct thuis bereiken. Ik heb altijd gemeend dat juist het veilig patiëntencontact bijzonder goed geborgd was binnen mijn praktijk. Ik heb nooit geëxperimenteerd met patiënten. Mijn behandelingen zijn altijd ingegeven geweest door mijn streven het lijden van mijn patiënten te verlichten of te voorkomen. Ik zeg nog steeds dat ik vele jaren met plezier heb gewerkt in het Medisch Spectrum Twente.” “Gedurende enkele jaren is sprake geweest van een ernstige persoonlijke crisis van mij. Ik was de weg kwijt, was verward en heb veel thuis en persoonlijk kapotgemaakt. De zeer zwarte periode in mijn leven, werd veroorzaakt door mijn ongeval in 1990 met daarna karakter- en gedragsveranderingen. Ik was manisch overactief en toonde niet adequaat gedrag; met later ook verslavingsgedrag. Ik kon handelingen niet tijdig reviseren of corrigeren en mijn eigen twijfel aan een diagnose heb ik onvoldoende gecommuniceerd met de patiënt. Ook anderen in het ziekenhuis zoals collega’s en ziekenhuispersoneel hebben het niet gemerkt, of hebben mij er niet duidelijk of dringend op gewezen. Een klokkenluider zou veel voorkomen kunnen hebben, maar die was er destijds niet.” “Het was achteraf niet handig te gaan werken in Duitsland, het toonde te weinig respect voor alles wat zich in Nederland had afgespeeld. Ik had het achteraf niet moeten doen. Doordat mijn vak en werk als neuroloog voor mij zo levensbelangrijk waren, heb ik waarschijnlijk ondanks de verslaving nog heel veel schade kunnen voorkomen in een laatste poging het hoofd boven het water te houden. Dat te sparen dat kennelijk het meest belangrijke was in mijn leven. Daardoor heb ik misschien ook bereikt dat anderen niets gemerkt hebben. Het werk in het ziekenhuis was vermoedelijk op deze manier het laatste dat boven water bleef en moest blijven bij een verder in crisis verkerend en met zinken bedreigd schip. Hoewel ik me ook in deze fase niet onttrokken heb aan collegiale correctie of overleg, heb ik spijt als haren op mijn hoofd dat het contact met mijn collega’s over de jaren in Enschede zo ontspoord is. Ik heb er onvoldoende aan bijgedragen om dit intercollegiaal overleg weer op gang te brengen.” “Ik heb geen moment vermoed dat ik en mijn nu ex-patiënten zo tegenover elkaar zouden staan. Mij bewust van het leed dat de misdiagnosen hebben veroorzaakt, heb ik op ieder moment medewerking verleend aan het politieonderzoek. Ten opzichte van de pers heb ik mij ook om die reden altijd terughoudend opgesteld en vrijwel alle interviews afgeslagen. Ik vind dat het onderzoek naar mijn medisch handelen gedegen moet plaatsvinden en niet op basis van oneliners in de media.” “De getuigen-deskundigen hebben zich retrospectief kritisch over mijn functioneren uitgelaten, waarbij zij zich er volgens mij mogelijk onvoldoende van bewust zijn hoe hun woorden kunnen worden geïnterpreteerd in een strafrechtszaak. Er is tijdens mijn werkzame periode in Enschede nooit kritiek op mijn medisch handelen geleverd zoals die nu, meer dan tien jaar na dato, naar voren komt.”

Gevolgen strafrechtelijke vervolging

“Het moge duidelijk zijn dat mijn ex-patiënten het meest hebben geleden de afgelopen jaren, daarvoor moet ook de meeste aandacht zijn. Desondanks ga ik toch eenmaal proberen uit te leggen wat deze hele vervolging voor mij persoonlijk heeft betekend. Sinds 2006 is het verhaal van de zwalkende neuroloog voortdurend in de pers geweest. Vanaf het begin is het gebruik van foto’s, video en mijn volledige naam hierbij niet geschuwd. Wat begon op regionaal niveau werd al gauw in de landelijke pers overgenomen. Op dit moment is er een Wikipedia-pagina waar mijn volledige biografie, of datgene wat op basis van suggesties, fantasie, interpretaties en fragmenten in de pers werd samengesteld, nagelezen kan worden. Niet alleen in het Nederlands, maar ook in het Duits en Engels. Deze pagina linkt door naar krantenartikelen waar niet alleen mijn naam, maar ook de namen van mijn ex-vrouw en kinderen en hun beroepen en werkplaatsen worden genoemd.” “Als in de media over disfunctionerende artsen wordt gesproken, wordt tegenwoordig altijd mijn naam genoemd en mijn foto getoond, meestal zonder kennis van zaken. De persoonlijke omstandigheden die in de behandeling van deze zaak aan bod zijn gekomen waren feitelijk al enkele jaren te vinden op het internet. Het is schokkend om te zien – en ik meen ook werkelijk schokkend voor mijn ex-patiënten om wie deze zaak draait –  hoe deze trieste zaak tot mikpunt van spot werd. Ik werd Horror Doktor en Dr Frankestein genoemd en met Joseph Mengele vergeleken. Geen weldenkend mens zou het durven zeggen of over zijn kant laten gaan, maar vanwege de publieke stemming was dit onmogelijk om aan te vechten. Er zijn op dit moment bijna een miljoen Google reacties op mijn naam. Wat daar staat gaat nooit meer weg! Er zijn zaken gezegd op televisie die medisch gezien pertinent onjuist zijn. Het heeft mij verbijsterd dat dit alles ongefilterd gebracht werd. Ik ben zielsblij dat de slechte periode in de persoonlijke crisis en verwardheid die ik doormaakte zo’n tien tot vijftien jaar geleden voorbij is. Maar maar deze status van misdadiger, crimineel en onmens van de laatste jaren is voor mij zwaarder te dragen.”

Speciaal woord tot ex-patiënten

“Dat mijn ex-patiënten en ik elkaar hier voor de strafrechter treffen, betreur ik meer dan ik kan uiten en het geeft me een afschuwelijk schaamtegevoel. Ik heb ontegenzeggelijk in mijn ziekelijke periode in Enschede beoordelingsfouten gemaakt in mijn handelen. Dit zijn tekortkomingen waarvan ik me bij de behandeling van deze patiënten niet bewust ben geweest. Ik heb nooit opzettelijk foute diagnoses gesteld, niet met opzet patiënten in een hulpeloze toestand gebracht en gelaten, heb niet met enige opzet de gezondheid van mijn patiënten benadeeld. Ik had kortom nooit iets anders voor ogen dan de gezondheid van de patiënt. Het spijt me dat de gevolgen van mijn handelen in uw geval zo desastreus zijn geweest. Er zijn u en uw omgeving helaas afschuwelijke medische gebeurtenissen overkomen, dit leed is onnoemelijk groot. Ik besef dit dagelijks, het is voor u een heel grote last. Het had niet mogen gebeuren. Ik leef met u slachtoffers en mijn ex-patiënten mee, meer dan ik kan zeggen. Mijn schaamte is groot, ik wens u allen heel veel sterkte.” “In oktober van dit jaar heb ik nog geprobeerd, in samenwerking met de letselschadespecialist, een contactgebeuren in Twente met de ex-patiënten te organiseren, om buiten de rechtszaal en buiten de publiciteit te proberen samen te praten over de rampzalige gebeurtenissen die gepasseerd zijn. Dit werd helaas door Slachtofferhulp afgeraden. Ik sta voor een hernieuwde poging tot contact nog altijd zeer open. Deze voor alle partijen, het meest voor de slachtoffers, ellendige rechtsgang wordt in februari 2014 beëindigd. Voor alle partijen hoog tijd. We moeten, hoe dan ook en waar dan ook en met z’n allen vedan, zoals ze in Twente zeggen.”

 

 

Beslissing vervolging MST omstreeks maart 2014 verwacht

12-12-2013

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft schriftelijk gereageerd op de (hernieuwde) aangifte deze week tegen vijf voormalige leden van de raad van bestuur van het Medisch Spectrum Twente (MST), een oud-secretaris van de raad van bestuur, een oud-voorzitter van de raad van commissarissen en een medewerker van het MST. De aangifte werd gedaan door 12 slachtoffers van oud-neuroloog Jansen Steur. Zij houden voormalige bestuurders van het MST mede verantwoordelijk voor de misdiagnostiek en de verkeerde medische behandelingen door Jansen Steur. De voormalig neuroloog stelde globaal tussen 1998 en 2004 vele onjuiste diagnoses, zoals Alzheimer, Parkinson en Multiple Sclerose. De bestuurders lieten de kwestie, na het vertrek in 2003 van Jansen Steur uit het ziekenhuis, in de doofpot verdwijnen. Kennelijk was de goede naam van het ziekenhuis belangrijker dan de individuele gezondheidszorg van patiënten. Pas na het verschijnen van het rapport van de commissie Lemstra I in september 2009, begon het MST een actieve zoektocht naar slachtoffers van de oud-neuroloog. De commissie Lemstra II rapporteerde in 2010 over nieuw gevonden slachtoffers. Daarna kwam in november 2012 een nieuw schandaal rond de voormalig neuroloog boven: dertien patiënten bleken – waarschijnlijk ten onrechte – een hersenoperatie te hebben ondergaan. Jansen Steur had op die operaties aangestuurd. Een in opdracht van het MST uitgevoerde second opinion naar die hersenoperaties is nog steeds niet afgerond. Het OM heeft letselschade-expert Yme Drost, de gemachtigde van de aangevers laten weten, naar verwachting uiterlijk in maart 2014 een beslissing te nemen over het vervolgingsverzoek. Het OM besluit dan ook over de eventuele strafvervolging van de rechtspersoon Medisch Spectrum Twente. De rechter-commissaris te Almelo opende op 29 oktober 2009 een gerechtelijk vooronderzoek (GVO) tegen het MST. Naar het oordeel van de aangevers heeft dat GVO, op basis van het strafrecht (art. 72, lid 1 Sr.), ook de verjaring gestuit tegen de natuurlijke personen waartegen aangifte is gedaan.

 

 

Slachtoffers Jansen Steur willen vervolging bestuurders MST

11-12-2013

“Het is allemaal nog veel erger dan wij dachten,” dat zeggen slachtoffers van de voormalig neuroloog Jansen Steur, nu het einde van het strafproces in zicht komt. Ze kunnen het niet verkroppen dat de verantwoordelijke bestuurders binnen het Medisch Spectrum Twente (MST) mogelijk vrijuit gaan. Jansen Steur staat voor de Almelose rechtbank terecht voor het globaal tussen 1998 en 2004 stellen van talrijke foutieve diagnoses en het verkeerd medisch behandelen van zijn patiënten. Tegen de oud-neuroloog is zes jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf geëist. Ook de medische tuchtrechter buigt zich over de zaak.

Oproep aan het OM

In een gisteren verzonden brief aan Justitie doen enkele van deze patiënten een klemmend beroep op het Openbaar Ministerie om de mogelijkheden van strafvervolging van voormalige bestuurders van het MST te onderzoeken. De brief noemt zes voormalige leden van de raad van bestuurders bij naam en een voormalig voorzitter van de raad van commissarissen van het MST.

Bestuurders mede schuldig

Letselschade-expert Yme Drost, die veel slachtoffers van de ex-neuroloog bijstaat, heeft de brief geschreven. Het initiatief om de brief te schrijven kwam van de slachtoffers zelf. Met name Wim van Losser, die ten onrechte de diagnose Alzheimer kreeg, heeft zich er sterk voor gemaakt. Hij beschouwt de bestuurders mede schuldig aan het drama, dat hem en vele anderen is overkomen. Drama’s die hebben geleid tot de grootste medische strafzaak ooit in Nederland. Het leed dat slachtoffers is aangedaan is enorm. “Zij die dr. Jansen hadden kunnen stoppen, deden dat immers niet”, zo vermeldt de brief.

Verbod op zoektocht naar mogelijk gedupeerde oud-patiënten

Het door het ziekenhuis stilhouden van de zaak van mevrouw Damink, bij wie Jansen Steur ten onrechte de diagnose Alzheimer stelde, en het haar aanbieden van een zwijgcontract met boetebeding, wordt als voorbeeld van het bestaan van een doofpot in de brief genoemd. Ook wordt er geciteerd uit het rapport van de commissie Lemstra als het gaat om de houding van de voormalig bestuurders: “Illustratief daarvoor is de opdracht die zij aan de vakgroep geeft na de ziekmelding van Jansen in december 2003: de vakgroep moet de praktijk van Jansen waarnemen, geen informatie naar buiten brengen, notities bijhouden over patiënten bij wie een verkeerde diagnose en/of behandeling is (in)gesteld, maar geen verdere actie ondernemen en geen actieve zoektocht op touw zetten naar mogelijk gedupeerde oud-patiënten. Ook de bejegening van patiënten die kort na Jansen’s vertrek het ziekenhuis aanspreken is afwerend en afstandelijk.” Volgens de slachtoffers werden de bestuurders daardoor mogelijk mededader of medeplichtige.

Naam ziekenhuis was kennelijk belangrijker

In de brief is verder te lezen: “Niemand besloot om actief op zoek te gaan naar slachtoffers en misdiagnoses. De naam van het ziekenhuis was kennelijk belangrijker dan de individuele gezondheidszorg van voormalige patiënten van Jansen Steur”. En zo kon het gebeuren dat slachtoffers als Joke Prins (MS) en Taib El Haddad (Alzheimer) pas in 2009, ruim vijf jaar na het vertrek van Jansen Steur uit het ziekenhuis, te horen kregen dat de bij hen gestelde diagnoses onjuist waren.

Onderzoek naar verdwenen dossiers

Ook hebben de slachtoffers het Openbaar Ministerie (OM) gevraagd een onderzoek in te stellen naar een onder ede afgelegde verklaring van een medewerker van het MST. Deze medewerker verklaarde in november bij de tuchtrechter, dat bepaalde patiëntendossiers van Jansen Steur door waterschade “tot pulp” zijn verworden. Er zijn aanwijzingen dat die verklaring mogelijk onjuist zou zijn. Een twaalftal slachtoffers heeft zich rondom het initiatief van Van Losser verenigd. Ze hebben Joke Prins, die ten onrechte van Jansen Steur de diagnose MS kreeg, als hun woordvoerder benoemd.

OM sluit vervolging individuele bestuurder niet uit

Het OM neemt pas na afloop van de strafzaak tegen Jansen Steur een besluit over de strafrechtelijke vervolging van het ziekenhuis. Vandaag berichtte het Dagblad Tubantia dat het OM daarbij vervolging van een individuele bestuurder niet uitsluit.

 

 

Jansen Steur viert Kerst 2013 in vrijheid

09-12-2013

De voormalig neuroloog Jansen Steur hoeft niet direct de cel in, voordat de Almelose rechtbank het strafvonnis wijst op 11 februari 2014. De rechtbank heeft het verzoek daartoe van het Openbaar Ministerie (OM) afgewezen. Jansen Steur viert de Kerst als vrij man vermoedelijk in zijn pension in Duitsland. Het OM had gevraagd om snelle gevangenneming vanwege de vrees dat Jansen Steur zou willen vluchten gezien de eis van zes jaar cel. Echter, volgens de rechtbank zijn daar geen aanwijzingen voor. De rechtbank wees erop dat Jansen Steur altijd beschikbaar was als de politie hem voor verhoor opriep. Ook bij de inhoudelijke behandeling was Jansen Steur iedere dag aanwezig.

Vrijspraak bepleit

Vorige week eiste het OM zes jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen de oud-neuroloog. Vandaag was de beurt aan Frank Van Gaal, de advocaat van Jansen Steur. Van Gaal memoreerde dat het meer voor de hand had gelegen dat Jansen Steur was vervolgd voor lichtere delicten, maar die waren allen verjaard. Volgens Van Gaal resteerde er voor het OM dan ook niets anders dan de ex-neuroloog te vervolgen voor zware opzetdelicten.  Advocaat Frank van Gaal (foto Eric Brinkhorst) Volgens van Gaal was niet eerder in de Nederlandse geschiedenis tegen een arts zes jaar gevangenisstraf geëist, laat staan opgelegd. Volgens Van Gaal was het zelfs een unicum in de wereld dat een arts in het strafrecht de zelfmoord van een patiënt verweten wordt. Van Gaal was van oordeel dat de medische delicten waren verjaard, althans dat bij Jansen Steur de vereiste opzet ontbrak. Voor zover de rechtbank het OM niet niet-ontvankelijk verklaart, eiste hij vrijspraak voor alle ten laste gelegde delicten die zien op het medisch handelen van de oud-neuroloog.

Laatste woord

De inhoudelijke behandeling van de strafzaak wordt vermoedelijk op 17 december a.s. afgesloten met het laatste woord van Jansen Steur.

 

 

IGZ start onderzoek naar neuroloog prof. Vermeulen

05-12-2013

5-12-2013 | De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft onlangs letselschade-expert Yme Drost schriftelijk laten weten een onderzoek te zijn gestart naar uitlatingen die neuroloog prof. Rien Vermeulen in oktober deed.

Vervalsing testresultaten

Vermeulen vertelde in diverse televisie uitzendingen dat hij, net als zijn studievriend en oud-neuroloog Jansen Steur, wel eens testuitslagen vervalste om medicijnen te kunnen voorschrijven. Jansen Steur wordt onder meer voor dergelijke praktijken strafrechtelijk vervolgd. Drost, die de slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, reageerde onthutst op de uitlatingen van Vermeulen en kaartte zijn handelwijze bij de inspectie aan. De IGZ heeft inmiddels informatie bij het AMC opgevraagd over de werkwijze van Vermeulen. Na beoordeling van de informatie zullen door de IGZ de vervolgstappen worden bepaald. De onderzoeksresultaten na afronding van het onderzoek zullen uitwijzen of nadere maatregelen nodig zijn, aldus de inspectie in haar brief aan Drost.

AMC: Vermeulen moet stoppen met behandelen patiënten

Eerder riep het AMC de emeritus hoogleraar al op het matje. Het AMC liet eind oktober weten dat Vermeulen vanwege zijn “onhandige uitspraken” met onmiddellijke ingang moest stoppen met het behandelen van patiënten. Vermeulen stopte ruim 3 jaar geleden als hoofd van de afdeling neurologie, ging met pensioen, maar werkte nog wel bij het AMC. Hij behandelde nog enige tientallen patiënten.

 

 

Patiënten tevreden over eis tegen neuroloog Jansen Steur

04-12-2013

Klik op foto voor de uitzending van RTL Late Night over strafeis De oud-patiënten van Ernst Jansen zijn in meerderheid tevreden over de eis van zes jaar onvoorwaardelijke celstraf tegen de Twentse neuroloog. Dat is volgens letselschade-expert Yme Drost, die de meeste slachtoffers bijstaat, op te maken uit de eerste reacties onmiddellijk nadat de officier van justitie dinsdag haar strafeis had geformuleerd. “Een stevige eis”, zo duidde Drost ook zelf na de zitting.

Verminderd toerekeningsvatbaar

”Gezien de schade die de patiënten hebben opgelopen is elke eis te laag, maar mijn cliënten zijn ook realistisch.” Tegen Jansen had maximaal twaalf jaar onvoorwaardelijke celstraf kunnen worden geëist. Deskundigen oordeelden echter dat de arts, die kampte met een verslaving, verminderd toerekeningsvatbaar moet worden geacht.

Bevel tot gevangenneming

Dat de officier van justitie de rechtbank vroeg om Jansen gevangen te nemen nog voordat in februari het vonnis in de zaak wordt uitgesproken, noemde Drost ‘onverwacht’. “Na het vele lijden van de patiënten is dat iets wat ze bijzonder waarderen.” Jansen Steur zou volgens het OM het gevang in moeten, omdat het bang is dat hij zich aan de tenuitvoerlegging van de straf zal onttrekken. Hij staat weliswaar in Nederland ingeschreven bij de burgerlijke stand, maar woont feitelijk in Duitsland. Ook vreest het OM dat de oud-neuroloog toch weer als arts in het buitenland aan de slag gaat.

Belangrijke rol Drost, Vorkink en Baard

Drost kreeg in het requisitoir van de officier van justitie complimenten voor zijn vasthoudendheid. Dat er een strafrechtelijk onderzoek werd ingesteld en dat het OM uiteindelijk overging tot vervolging is in het bijzonder aan hem te danken, zo meldde de officier. Ook de journalisten Rob Vorkink en Lucien Baard, van respectievelijk de regionale media RTV Oost en De Twentsche Courant Tubantia, speelden daarbij een belangrijke rol.

Geen beroepsverbod

De officier eiste geen beroepsverbod tegen de blunderende arts, aangezien dat toch alleen maar in Nederland zou gelden. “Jammer”, vindt Drost, die daaraan toevoegde blij te zijn dat hij ook een tuchtzaak aanspande tegen Jansen. Drost deed dat met name om Jansen Steur als arts op de Europese zwarte lijst te krijgen en daarmee feitelijk een Europees beroepsverbod te krijgen. Die tuchtzaak diende begin vorige maand. Uitspraak volgt op 20 december.

Vervolg strafzaak

Maandag volgt het pleidooi van de verdediging. Advocaat Frank van Gaal vertelt dan zijn kant van het verhaal. Of de rechtbank het verzoek van het OM tot gevangenneming overneemt, moet blijken op 17 december. Op die dag mogen officier en advocaat nog eenmaal op elkaar reageren. Ook krijgt Jansen Steur dan de gelegenheid voor een informeel laatste woord in de zaak. Het formele laatste woord krijgt de arts op de zitting van 28 januari 2014. Het vonnis wordt naar verwachting op 11 februari 2014 om 13.30 uur uitgesproken door de Almelose rechtbank. Bron: Persbureau Novum

 

 

OM eist 6 jaar celstraf tegen Jansen Steur

04-12-2013

De negende zittingsdag in het proces tegen de voormalig neuroloog Ernst Jansen Steur eindigde gisteren met een strafeis van 6 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Het Openbaar Ministerie (OM) vorderde gisteren tevens de gevangenneming van Jansen Steur direct na afloop van de zitting op 17 december a.s. Dit vanwege het feit dat door het Openbaar Ministerie vluchtgevaar aanwezig wordt geacht en het OM vreest dat de oud-neuroloog weer als arts in het buitenland aan de slag gaat. Het OM wil daarom niet wachten tot het vonnis van de rechtbank dat pas in februari 2014 wordt verwacht. Het OM acht de oud-neuroloog schuldig aan:

  • het opzettelijk in hulpeloze toestand gebracht hebben en gelaten van patiënten met zwaar lichamelijk letsel, en in één geval zelfs de dood, tot gevolg;
  • mishandeling met zwaar lichamelijk letsel, en in één geval de dood, tot gevolg;
  • diefstal van een receptenblok van een collega-neuroloog;
  • het valselijk opmaken van machtigingsformulieren (door een fictieve MMSE-score te noteren) ten behoeve van de verstrekking van het geneesmiddel Exelon en de indiening van die formulieren bij een zorgverzekeraar voor vergoeding;
  • het in strijd met de waarheid uitschrijven van recepten ter verkrijging van geneesmiddelen, zoals vermeld op een bij de Opiumwet horende lijst;
  • verduistering van ruim 88.000 euro, dat toebehoorde aan de stichting Lewy Body Project.

Jansen Steur foto: Reinier van Willigen

Persoonlijke omstandigheden Jansen Steur

Eerder die dag besprak de Rechtbank de persoonlijke omstandigheden van Jansen Steur. Daarbij kwam onder meer naar voren, dat de oud-neuroloog in de jaren negentig van de vorige eeuw, na gewond te zijn geraakt bij een ongeval in Duitsland, ernstig verslaafd raakte aan medicijnen. Volgens mensen die dichtbij hem stonden en die in het strafrechtelijk onderzoek verklaringen hebben afgelegd, was Jansen Steur na dat ongeval ook veranderd. Hij kende zijn grenzen niet meer, stortte zich dwangmatig op zijn werk en was onverschilliger geworden. Hij had geen zelfkritiek en stelde zich na dat ongeval ook niet open voor sociale controle door bijvoorbeeld collega’s. Uit de bij de politie afgelegde verklaringen kwam overigens ook een beeld naar voren van een Jansen Steur, die altijd al een moeilijke man was geweest en waaraan na het ongeval geen gedragsveranderingen merkbaar waren geweest.

Gebrekkige ontwikkeling geestvermogens?

Op verzoek van de rechtbank is door deskundigen onderzocht of er bij de voormalig arts sprake is geweest van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Daarbij speelde ook de vraag, als er inderdaad sprake was van een gebrekkige ontwikkeling, in hoeverre die gebrekkige ontwikkeling dan het gedrag van Jansen Steur heeft beïnvloed. En of er kans is op herhaling. Uit de onderzoeken is naar voren gekomen, dat Jansen Steur onder meer lijdt aan een narcistische persoonlijkheidsstoornis. Een van de deskundigen omschreef het als volgt: “Het leek wel of bij dr. Jansen het contact met de patiënten, bij wie hij populair was, die hem bewonderden en die hem op handen droegen, belangrijker was dan de feitelijke medische behandeling van die patiënten.” De deskundigen zijn tot de conclusie gekomen, dat de voormalig neuroloog verminderd toerekeningsvatbaar moet worden geacht.  Officier van Justitie Van Eykelen (foto Eric Brinkhorst)

Recidive gevaar

“Uit het dossier komt een beeld naar voren van een verdachte die zijn patiënten als proefkonijnen gebruikte. Hij verrichtte in afwijking van de beroepsnorm ongebreideld allerlei onderzoeken en schreef medicatie voor zonder indicatie. Dit alles deed hij in een periode dat hij ernstig verslaafd was aan slaapmedicatie”. Hij had daarover zelf aan de bel moeten trekken, aldus de officier van Justitie Van Eykelen in haar requisitoir. De zaak heeft tot veel publiciteit geleid, zo memoreerde de officier nog. Dat heeft ertoe geleid dat er meer aandacht is gekomen voor de kwaliteit van zorg en het (dis)functioneren van medisch specialisten. De kans op recidive wordt door de deskundigen voor wat betreft de gepleegde vermogensdelicten niet, maar voor wat betreft de zorg voor patiënten wel aanwezig geacht. Op een vraag van de Rechtbank, wat hij nu van plan is in de toekomst te gaan doen, antwoordde Jansen Steur, dat hij dat nog niet wist. Jansen Steur: “Ik vind het erg moeilijk een dagbesteding te vinden, waarvoor ik net zoveel passie voel als voor de neurologie.” Dit laatste bracht de officier tot de opmerking, dat hierin nu juist het gevaar voor recidive ligt.

Tweede generatie oorlogsslachtoffer

Jansen Steur gaf ter zitting aan, dat hij zich in de rapportage van de deskundigen over zijn psyche wel herkende. Echter, naar zijn mening had meer aandacht moeten uitgaan naar het feit, dat hij kind van ‘foute ouders’ is. De oud-neuroloog vertelde ter zitting, dat hij van mening is dat hij een tweede generatie oorlogsslachtoffer is en dat hij als kind van NSB’ers geen veilig thuis heeft ervaren. Volgens Jansen Steur heeft hij zich daardoor onevenwichtig ontwikkeld en heeft hij daardoor ook stoornissen ontwikkeld.  Jansen Steur gaf ter zitting aan, dat het feit dat hij kind van foute ouders was een gigantische indruk op hem heeft gemaakt en dat dit enorme consequenties voor hem heeft gehad. “Er waren bij mij al factoren aanwezig voor een onevenwichtige ontwikkeling, maar daar komt deze factor nog bij”, aldus de voormalig neuroloog. Volgens hem is dit punt door de deskundigen onvoldoende belicht.

Slachtoffers content over strafeis

De slachtoffers en hun belangenbehartiger Yme Drost toonden zich aan het eind van de zittingsdag content over de strafeis van het Openbaar Ministerie. “Een forse strafeis voor dito delicten. Kortom evenwichtig”, aldus Yme Drost.  Volg onderstaande link voor de uitzending van RTL Late Night van dinsdag 3 december 2013 over de kwestie Jansen Steur: http://www.rtlxl.nl/#!/rtl-late-night-301978/91e4749b-65bf-07fa-bdf8-b7ca04e64cbb

 

 

Slachtoffers tegenover Jansen Steur in rechtszaal

29-11-2013

Donderdag was het de dag dat slachtoffers van de oud-neuroloog Jansen Steur voor de Almelose rechtbank het woord mochten voeren. In de dagen er voor hadden medisch hooggeleerde deskundigen weinig heel gelaten van de werkwijze en diagnostiek van de ex-neuroloog.

Drie jaar onnodig naar dagopvang

Slachtoffers hadden er halsreikend naar uitgekeken. Ook Taib El Haddad had graag zijn dochter willen laten spreken over zijn gevoelens en ervaringen. Hij zat bijna drie jaar lang ten onrechte in de dagopvang voor dementerenden. Ruim vijf jaar na het vertrek van Jansen Steur uit het Enschedese ziekenhuis MST hoorde hij dat hij helemaal geen Alzheimer had; hij had niets. Wranger kon het haast niet. Maar omdat in de zaak van El Haddad door het Openbaar Ministerie (net) geen gevangenisstraf van ten minste 8 jaar kon worden gevorderd, mocht El Haddad zijn dochter niet laten spreken. Officier van justitie medische zaken Van Eykelen, probeerde de rechter nog op andere gedachten te brengen, maar voorzitter Bordenga was onverbiddelijk: “De wet staat het niet toe.” Wel las Bordenga de slachtofferverklaring van El Haddad voor. En zo kreeg ook zijn schrijnend verhaal een plaats in het strafproces. “Mijn vrouw had volgens dokter Jansen drie opties: van mij scheiden, vijf dagen in de week naar de dagbehandeling in het verpleeghuis of definitieve opname in het verpleeghuis. Dit omdat het thuis niet meer ging. Ik was boos en verdrietig, want ik voelde mij niet ziek. Ik was niet zoals de demente ouderen in het verpleeghuis”, zo las Bordenga voor.

Maar liefst drie foutieve diagnoses

Aangrijpende waren ook de verklaringen van Johanna en Karin. Zij verloren hun moeder, die na het horen van maar liefst drie door Jansen Steur gestelde foutieve diagnoses: Alzheimer, MSA en ALS, de hand aan zichzelf sloeg. Een verkeerde medicijnencocktail bracht haar volgens een deskundige zo ver. De haast literaire verhalen van beide dochters maakten diepe indruk op de aanwezigen.

Verdachte weet het als geen ander

Ook de slachtoffers Wim van Losser (foto links) en Freddy de Haan voerden het woord. Ze waren vele malen op televisie te zien als ze hun ervaringen met Jansen Steur op heldere en duidelijke wijze uit de doeken deden. Maar ditmaal hielden ze het niet droog. De emoties werden hun onder het gehoor van de ex-neuroloog te veel. Het onderstreepte op een treffende manier wat de ex-neuroloog hen had aangedaan. “Het idee dat ik dat kindje en de kinderen van mijn zoon nooit zou kennen was mijn grootste verdriet. Ik heb op een bepaald moment mijn dochter gevraagd: ‘als jullie nog een tweede kindje wensen, wacht dan niet te lang want dan kan ik het kindje nog herkennen'”, zo vertelde van Losser de Almelose rechters geëmotioneerd. De Haan deed tijdens zijn referaat, indirect verwijzend naar het donkere oorlogsverleden van de vader van Jansen Steur, een klemmend beroep op de oud-neuroloog om alsnog de gehele waarheid te vertellen: “Juist omdat de verdachte als geen ander weet hoe het is met trauma’s te moeten leven, opdat patiënten/slachtoffers, of een deel van ons, ook niet met een trauma worden opgescheept.”

Diepe sporen

Hennie Mulder liet het woord aan zijn vrouw. Hij voelde zich door de emoties niet in staat zijn slachtofferverklaring zelf voor te lezen. Voor de rechters werd door de verklaringen van de slachtoffers in ieder geval duidelijk dat de handelwijze van Jansen Steur diepe sporen had nagelaten bij de slachtoffers.

15.000 euro shockschade

De zitting werd afgesloten met een pleidooi van letselschade-expert Yme Drost, die de slachtoffers van Jansen Steur bijstaat. Drost bepleitte een schadeloosstelling voor de achter-gebleven echtgenoot, die zijn vrouw door zelfdoding verloor. De man kon de zitting om emotionele reden niet zelf bijwonen. Hij hield een posttraumatische stress-stoornis over aan de confrontatie met zijn overleden vrouw, die hij levenloos aantrof in de badkamer. Drost eiste onder meer 15.000 euro shockschade. Het Medisch Spectrum Twente en haar verzekeraar MediRisk wezen eerder iedere aansprakelijkheid in die zaak van de hand.

“Tot op het bot vernederd”

De overige slachtoffers op de dagvaarding, werden inmiddels schadeloos gesteld door de medische verzekeraar van het ziekenhuis. Zij hoefden daardoor geen schadevergoeding meer te eisen in de strafzaak. Hennie Mulder liet overigens in zijn slachtofferverklaring weinig heel van de handelwijze van de verzekeraar van het ziekenhuis. Hij verklaarde zich door de verzekeraar “tot op het bot vernederd” te hebben gevoeld.

 

 

“Legpuzzel” in de zaak Jansen Steur

28-11-2013

Een aangrijpend gedicht werd vandaag in de Almelose rechtbank voorgelezen op de achtste zittingsdag van het strafproces tegen de oud-neuroloog Jansen Steur. Het zelfgeschreven gedicht vormde de afsluiting van een slachtofferverklaring van de echtgenoot van een vrouw, die door zelfdoding om het leven kwam. De vrouw ontnam zich van het leven na ernstig medisch verwijtbaar handelen door de voormalig neuroloog. Rechtbankvoorzitter Bordenga las het gedicht voor: Legpuzzel De kleuren vervloeien in vermoeide ogen Ik zoek het beeld dat ongebroken lag Door elk stukje word ik steeds bedrogen De schakel tussen hand en hoofd doet zijn beklag

 

 

De IGZ werkt beter sinds zaak Jansen Steur’

24-11-2013

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) is beter gaan functioneren sinds het proces tegen ex-neuroloog Ernst Jansen Steur. Dat zegt letselschade-expert Yme Drost (foto), die in 2005 voor het eerst de wanpraktijken van Jansen Steur aan de kaak stelde, in een interview met NU.nl. Drost staat de slachtoffers van Jansen Steur bij.

“Inspectie doet nu beter zijn werk”

“Je ziet in zijn algemeenheid dat door de kwestie Jansen Steur de inspectie haar werk beter is gaan doen”, stelt Drost. “Wat ik merk, in de zaken die ik in mijn eigen praktijk behandel, is dat de inspectie er dichter op zit. Dat de inspectie eerder bereid is een zaak voor de tuchtrechter te brengen. Dat was voorheen eigenlijk een zeldzaamheid”, aldus Drost.

”Cultuuromslag’ in de medische wereld”

Drost ziet niet alleen verbetering in het functioneren van de IGZ. Hij spreekt van een ‘cultuuromslag’ in de medische wereld. “Je ziet dat artsen er beter op toegerust zijn om te reageren op de fouten die ze maken, en ook eerder genegen zijn die fouten bespreekbaar te maken”.

“De heler is erger dan de steler”

Yme Drost is van mening dat interne en externe toezichthouders, respectievelijk de raad van bestuur van het Medische Spectrum Twente (MST) en de inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ), meer blaam treft dan Jansen Steur. “We zeggen: de heler is erger dan de steler. Zo vind ik het ook in de zaak Jansen Steur.” “Ik vind eigenlijk dat de toezichthouders hebben gefaald. Ze hebben dit willens en wetens laten passeren en zijn niet op zoek gegaan naar de slachtoffers, waardoor hun veel schade is berokkend. Dat is erger dan de arts die de fout heeft gemaakt.”

 

 

Behandeling tuchtklacht inspecteurs IGZ uitgesteld

22-11-2013

Op verzoek van letselschade-expert Yme Drost heeft het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle de behandeling van tuchtklachten tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg uitgesteld. Het tuchtcollege zou de zaak op vrijdag 29 november om 13.30 uur behandelen. Yme Drost diende namens vijf van zijn cliënten de tuchtklacht tegen de voormalige inspecteur in. De inspecteurs zouden als toezichthouders hebben gefaald in de kwestie rond de voormalig neuroloog Jansen Steur en daarmee in strijd hebben gehandeld met het belang van de individuele gezondheidszorg.

Cruciale rol

Drost vroeg om uitstel, omdat één van de voormalige inspecteurs om medische reden niet bij de mondelinge behandeling van zijn tuchtzaak aanwezig kon zijn. Hoewel de betreffende inspecteur dat niet als een probleem zag, vond Drost dat wel. “Deze inspecteur speelt naar mijn mening een cruciale rol in het falen van het externe toezicht op het handelen van Jansen Steur. Daarnaast wordt het rechtsgevoel van mijn cliënten aangetast als deze inspecteur niet in persoon voor het tuchtcollege verschijnt om verantwoording af te leggen”, aldus Drost. Volgens Drost wordt de tuchtzaak tegen de drie voormalige inspecteurs nu in het eerste kwartaal van 2014 behandeld.

Nieuwe afwegingsmogelijkheden

Op 1 november behandelde het tuchtcollege al wel de zaken van vijf klagers tegen de voormalige neuroloog. Dezelfde klagers hebben ook leden van de Raad van Bestuur van het ziekenhuis, waarin Jansen Steur werkzaam was, en Inspecteurs voor de Gezondheidszorg aangeklaagd. De klachtzaken tegen de voormalige leden van de Raad van Bestuur van het Twentse ziekenhuis zijn op dinsdag 12 november behandeld. De uitspraak in de tuchtzaak tegen de ex-neuroloog staat gepland op vrijdag 20 december, de uitspraak in de zaak tegen de voormalig bestuurders op 10 januari 2014. Volgens Yme Drost is een bijkomend voordeel van een latere behandeling van de tuchtzaak tegen de voormalige inspecteurs, dat dan ook de uitspraken in de tuchtzaken tegen de voormalig neuroloog Jansen Steur en de drie voormalige bestuurders van het MST bekend zijn. Drost: “Dat geeft nieuwe afwegingsmogelijkheden.”

 

 

Ruim ton schadevergoeding Duits slachtoffer Jansen Steur

21-11-2013

Een ziekenhuis in het Duitse Worms betaalt meer dan 120.000 euro aan nabestaanden van een overleden ex-patiënt van de omstreden oud-neuroloog Jansen Steur, zo meldt RTV-Oost op haar website. Jansen Steur staat op dit moment terecht voor de rechtbank in Almelo voor een reeks foutieve diagnoses. Volgens de Duitse advocate Michaela Bürgle van de nabestaanden, zou de hoge schadevergoeding een schuldbekentenis van het ziekenhuis zijn. De ziekenhuisdirectie ontkent dat.

Medisch verwijtbaar handelen

Het is de eerste Duitse schadevergoeding die in de openbaarheid komt in de kwestie Jansen Steur. Jansen Steur maakte de medische fout in 2011 in Duitsland, twee jaar nadat hij in Nederland was aangeklaagd en zichzelf als arts en neuroloog had laten uitschrijven uit het zogenoemde BIG-register. Het slachtoffer kwam door een verkeerde ruggenprik in een rolstoel terecht nadat Jansen Steur daarbij vitale zenuwen geraakt had. Een door een Duitse rechtbank benoemde onafhankelijke deskundige stelde onlangs vast dat de oud-neuroloog daarbij medisch verwijtbaar had gehandeld. Na het ontslag van de patiënte uit het ziekenhuis, moest zij noodgedwongen naar een verpleegtehuis waar zij eerder dit jaar overleed. De Nederlandse advocaat van Jansen Steur heeft altijd beweerd dat de oud-neuroloog in Duitsland geen fouten heeft gemaakt. Het Duitse ziekenhuis is naar aanleiding van het onderzoek van een onafhankelijk neuroloog tot betaling van de schadevergoeding overgegaan.

 

 

Prof. Snoek oordeelt zeer hard over werkwijze Jansen Steur

19-11-2013

“Pseudowetenschap over de ruggen van patiënten” Vandaag oordeelde de gerechtelijk deskundige professor Snoek (neuroloog) voor de rechtbank in Almelo zeer hard over de voormalig neuroloog Jansen Steur. Hij deed dat door middel van een verklaring die gericht was aan mr. Frank van Gaal, de advocaat van Jansen Steur: “Ik begrijp dat u er alles aan is gelegen om de heer Jansen Steur hier neer te zetten als een wetenschappelijk denkend en opererend visionair neuroloog die in de jaren 1996 tot 2003 ver voor de neurologische troepen uitliep in de diagnostiek en behandeling van patiënten met de ziekte van Alzheimer en die zijn klinische zorg heeft gebaseerd op een plausibele, goed verdedigbare wetenschappelijke hypothese, die helaas verkeerd heeft uitgepakt. Helaas gaan de discussies van de afgelopen dagen in deze rechtbank over de mogelijke vóór-vóórstadia van de ziekte van Alzheimer niet over vrijblijvende verschillen in wetenschappelijke inzichten, maar over de feitelijke patiëntenzorg in de praktijk van dr. Jansen in de jaren rond de eeuwwisseling. De realiteit is namelijk dat we de afgelopen week voortdurend hebben gesproken over kwetsbare patiënten en hun slordige, hap-snap gestelde diagnoses, die steevast gebaseerd waren op enkele losse cognitieve flodders in combinatie met overmatige interpretatie van gegevens van aanvullend onderzoek, zonder uitzondering zonder enige bijsturing door het beloop in de jaren na het stellen van de diagnose; met steevast een experimentele, absoluut niet systematisch geëvalueerde therapie met Exelon, dit alles ook weer steevast met een enorme impact op de betreffende patiënten en hun familieleden. Pseudowetenschap over de ruggen van patiënten, wat mij betreft. Dokter Jansen is in de jaren dat deze ziektegeschiedenissen speelden mijns inziens op een werkelijk grandioze wijze de mist in gegaan met deze categorie patiënten. Het is niet aan mij om te speculeren waarom dit in deze jaren zo is gelopen, maar het feit ligt er dat we hier te maken hebben met een manier om de neurologie te bedrijven die in die jaren ver onder de geaccepteerde professionele standaard van de beroepsgroep lag, en –voor zover ik dat uit eerdere professionele contacten met dokter Jansen kan opmaken- ook ver onder zijn eigen eerdere professionele standaard.”

 

 

Wim van Losser: ‘Weer één grote leugen’

15-11-2013

“Het was weer één grote leugen”, oordeelde Wim van Losser donderdag na dag vier van de strafzaak tegen oud-neuroloog Ernst Jansen Steur. De Rijssenaar verkocht, na het horen van de boodschap dat hij niet lang meer te leven had, zijn huis en werd hyperactief nadat Jansen Steur bij hem ten onrechte het medicijn Exelon had voorgeschreven. De oud-neuroloog liet hem op een gegeven moment zelfs naar huis gaan met het medicijn Exelon, dat op naam stond van een andere patiënt. Die andere patiënt werd door de politie benaderd, maar verklaarde nimmer het middel Exelon voorgeschreven te hebben gekregen. Hij had ook geen ziekte waarvoor Exelon kon worden voorgeschreven. Jansen Steur kon zich het allemaal niet meer herinneren. Tijdens de eerste zittingsdag werd overigens al duidelijk dat de oud-neuroloog lukraak op naam van anderen medicijnen uitschreef, die hij vervolgens zelf afhaalde. Hij deed dat voor eigen gebruik en om medicatie aan patiënten te kunnen verstrekken.

“Een pathologische leugenaar”

Wim van Losser verwondert zich al niet meer over de proceshouding van Jansen Steur. “Je raakt eraan gewend, zelfs als het om je zelf gaat. Jansen heeft vandaag opnieuw bewezen een pathologische leugenaar te zijn en hij probeert ook nog eens op een asociale manier onder zijn straf uit te komen. Hij ontkent bijvoorbeeld glashard dat hij tegen me heeft gezegd, dat ik nog maar een half tot twee jaar te leven had. En hij beweert dat ik al in 1968 ernstige psychische problemen heb gehad als gevolg van Alzheimer. Jammer genoeg krijgen we zelf, al is dat begrijpelijk en hoort het zo in de rechtbank te gaan, niet de kans om ons eigen verhaal te vertellen. In 1968 heb ik een ernstig ongeluk gehad, waarbij veertien personen betrokken waren. Mijn vrouw, die op dat moment in verwachting was, was erbij en mijn schoonmoeder heeft zeker drie kwartier in de auto gezeten terwijl iedereen dacht dat ze niet meer leefde. Ik was de enige die op de dag van dat ongeluk niets mankeerde. Maar de dag erna kon ik niet lopen, omdat mijn spieren rond mijn bloedvaten waren gesprongen van de schrik. Ik had me kennelijk schrap gezet voor de klap die ik zag aankomen. Dat ongeval heeft helemaal niets met mijn ziekte te maken, maar hij heeft het er wel bijgehaald. Ik heb het toch ook niet over de problemen die zijn vader heeft gehad? Daar bemoei ik me niet mee en die doen er hier ook niet toe. Dit heeft bij mij wel kwaad bloed gezet. Maar er komt een dag dat hij op zijn daden wordt afgerekend. Hij kan volgens mij geen kant meer op, zelfs de getuigen-deskundigen waren vandaag kwaad op hem. En zijn advocaat werd nota bene gecorrigeerd door de rechtbank. Ik weet niet of hij een hoge straf krijgt. Dat maakt me ook niet uit, als het recht zijn loop maar krijgt.”

“Het sloopt, zeker als het over jezelf gaat”

Wim van Losser keek naar eigen zeggen terug op een ‘erg inspannende’ vierde zittingsdag. “Het sloopt, zeker als het over jezelf gaat. In de behandeling van de zaak voel je je ook elke dag weer echt slachtoffer. Maar volgende week ben ik hier weer, om de andere patiënten te steunen. Dat hebben ze ook bij mij gedaan. Dit is ook een min of meer sociaal gebeuren en belangrijk voor de verwerking.”

 

 

Freddy de Haan: ‘We zijn weer een stukje verder’

15-11-2013

“We zijn weer een stukje verder”, oordeelde oud-patiënt Freddy de Haan na de voor hem emotionele behandeling van ‘zijn’ casus in de zaak Jansen Steur. “Hij heeft mijn leven op de kop gezet met zijn diagnoses en verkeerde behandelingen. Ik heb mijn huis zwaar met verlies verkocht, ben mijn baan kwijtgeraakt en mijn privéleven heeft er enorme schade door opgelopen. Ik had de pijler van de brug al uitgezocht waar ik een einde aan mijn leven zou maken. Maar ik heb me vooraf voorgenomen dat hij niet aan me zou merken dat ik emotioneel was als hij me aankeek.  Ik ben vrij rustig gebleven.”

“Het grootste gros was voorspelbaar”

Wel is hij tot twee keer toe ‘een beetje boos’ geworden, zij Freddy de Haan. “De eerste keer was toen hij min of meer deed voorkomen alsof ik stond te liegen terwijl hij dat zelf deed. Het andere moment was dat hij zei dat ik ook wel had kunnen bellen over de uitslag van een onderzoek. Dat Jansen Steur niet meer precies wist of hij bij Wim (van Losser) en mij foto’s van onze hersenen had laten zien of die van andere patiënten, dat deed me niet zo veel. Dat had ik wel verwacht en daarom kon ik er niet warm of koud van worden. Het grootste gros was voorspelbaar, al hoorde zelfs ik dingen die ik mezelf niet kan herinneren. Maar ik ben wel blij dat dit gedeelte nu voorbij is.”

 

 

Oud-neuroloog Jansen Steur verder op achterstand

14-11-2013

De getuigen-deskundigen Philip Scheltens en Jos Snoek lieten donderdag weinig heel van de verklaringen van oud-neuroloog Ernst Jansen Steur tijdens de behandeling van de klachten van diens vroegere patiënten Freddy de Haan en Wim van Losser. De voormalig arts zadelde het duo op met een naderend doodvonnis door ten onrechte te verklaren dat ze leden aan de ziekte van Alzheimer. Het zette de levens van De Haan en Van Losser volledig op de kop. Scheltens en Snoek maakten op de vierde dag van het strafproces in niet mis te verstane bewoordingen duidelijk, dat Jansen Steur in hun ogen in vrijwel alle opzichten had gefaald.

Net lijkt zich steeds meer te sluiten

Het net rond de omstreden neuroloog lijkt zich steeds meer te sluiten. In de zaak van Freddy de Haan beweerde Jansen Steur, dat hij zich vergist had toen hij zijn patiënt meedeelde dat deze leed aan preseniele dementie. Hij had eigenlijk een vroege (prodormale) vorm van Alzheimer bedoeld, aldus Jansen Steur ter zitting. Later kwam overigens vast te staan dat het om een epileptische aandoening ging.  Prof. dr. Ph. Scheltens Professor Scheltens: “Ik kan me niet voorstellen dat het een vergissing was. Het is bijna jezelf in diskrediet brengen, iets preseniel in plaats van prodormaal te noemen. Ik schat Jansen ook echt hoger in. Bovendien is nergens in de verslaglegging terug te vinden dat hij aan een voorstadium van Alzheimer dacht. Dat kon ook moeilijk, omdat in die tijd het denken daarover nog niet eens bestond. Het concept MCI (Mild Cognitive Impairment) waarover we het hier hebben, is pas eind jaren negentig in Amerika ontstaan en pas vanaf 2000 in Nederland bekend. Ik acht het onwaarschijnlijk dat Jansen Steur in denken de tijd zo ver vooruit was.” Scheltens verweet de ex-specialist ook zijn patiënt er niet van op de hoogte te hebben gebracht, toen hij vernam dat de diagnose Alzheimer onjuist was gebleken en werd vastgesteld dat het om epilepsie ging. Volgens Jansen Steur is dat niet meer gebeurd, omdat hij korte tijd later bij het Medisch Spectrum Twente vertrok. Scheltens reageerde dat de neuroloog tijd voldoende had gehad om De Haan bij te praten. “Hij wist het al in september 2006 en pas in december was hij weg bij het ziekenhuis.” Tot veler verbijstering antwoordde Jansen Steur daarop met de mededeling dat De Haan ook hem had kunnen bellen. Professor Scheltens verder: “Wat me bovendien hooglijk verbaast, is dat in de status van De Haan gewoon staat dat er sprake is van temporale epilepsie en dat Jansen toch bleef doen alsof het om iets anders ging en een hersenscan (Spect) wilde maken. Maar de afweging daarvoor vind ik nergens in de dossiers terug. En als je dan verder wetenschappelijk onderzoek wilt doen, moet in elk geval de indicatie duidelijk zijn.”  prof. dr. J.W. Snoek

Schot hagel op hypothese

Scheltens kreeg bijval van collega Jos Snoek: “Onderzoek is meten en dan moet je ook een oordeel kunnen vormen over wat je behandelt. Als dat niet wordt gemeten of vastgelegd, is het geen wetenschappelijk onderzoek. Ook de toestemming van de patiënt is daarbij van essentieel belang, anders schiet je tekort in je informatieplicht. Nu was het een schot hagel op een hypothese.” Snoek wees erop dat de foute diagnose die Jansen Steur bij De Haan stelde fataal had kunnen aflopen. “In de dossiers knalt het eruit dat deze patiënt epilepsie had en dat Jansen daar geen consequenties aan heeft verbonden. De Haan was sociaal rechercheur en zat regelmatig achter het stuur van een auto. Je mag er niet aan denken wat er had kunnen gebeuren als hij dan zo’n aanval had gehad.

Herhaling van zetten

De behandeling van de klacht van oud-patiënt Wim van Losser was in grote lijnen een herhaling van zetten. Opnieuw kwamen foute diagnoses, verkeerde behandelingen en medicatie, waaronder het medicijn Exelon met al zijn bijwerkingen, onvolledige en chaotische dossiervorming aan de orde.  Voormalig patiënt Wim van Losser – foto: George Nusmeijer Philip Scheltens: “Ook in dit geval ontbreken gedachten en overwegingen. Ik weet niet wat Jansen Steur gedacht heeft, want dat kun je niet terugvinden in de bevindingen. En klinische diagnostiek zou de leidraad moeten zijn voor het geheel. Er is geen verhaal en geen goed onderzoek tussendoor. We hebben gezien waartoe het heeft geleid en dat het niet klopt.” En Jos Snoek: “Ik mis deugdelijk en objectief cognitief neuropsychologisch onderzoek in een complexe zaak die al vanaf 1968 speelt. Juist dan is dat belangrijk. Ik mis hier de logische volgorde.” Ernst Jansen Steur trok deels het boetekleed aan, overigens zonder schuld te bekennen. Dat dossiers vaak niet volledig zijn, verwijt hij in belangrijke mate zijn opvolgster Petra Poels, die volgens hem stukken uit die dossiers heeft vernietigd. Voor hem een motief om een strafrechtelijke veroordeling niet gepast te vinden. “Ik praat niet goed wat er aan diagnoses fout is gegaan en dat heeft grote gevolgen gehad. Maar de gedachte erachter was aanwezig en ik heb alles gedaan met goede bedoelingen, naar beste weten en in alle eerlijkheid. Het zou schandalig zijn als het vertrouwen er niet was dat dit de waarheid is.” Eindeloze discussie De vierde dag van de strafzaak tegen Ernst Jansen Steur sleepte zich vervolgens naar het einde. Frank van Gaal, de verdediger van de oud-neuroloog, verzandde in een bijna eindeloze discussie met de rechtbank en de deskundigen. Zijn opponenten raakten er zichtbaar door geïrriteerd. De oud-patiënten accepteerden het gelaten. Ze voelden en voelen zich ondanks de soms pijnlijke confrontaties gesterkt. Nog niet halverwege de strijd in de rechtbank liggen ze ogenschijnlijk op punten een straatlengte voor.

 

 

Kingma houdt voet bij stuk, Zijlstra schaamt zich

13-11-2013

Voormalig bestuursvoorzitter Herre Kingma van het Medisch Spectrum Twente bleef ook tijdens de behandeling van de zaak Jansen Steur voor het Regionaal Medisch Tuchtcollege in Zwolle, bij zijn bewering dat hij vóór 2009 niet heeft geweten van de foute diagnoses van de oud-neuroloog. Letselschade-expert Yme Drost had Kingma, die medio dit jaar vertrok uit het Enschedese ziekenhuis, namens enkele voormalige patiënten van Jansen Steur aangeklaagd. Kingma wordt door de klagers verweten, dat hij pas in een heel laat stadium actie heeft genomen, terwijl hij al veel eerder bekend moet zijn geweest met de foute diagnoses en behandelingen van Jansen Steur. Volgens Drost heeft hij daarmee als arts-bestuurder het belang van de individuele gezondheidszorg van klagers geschonden.

“Het kan niet anders of hij heeft ervan geweten”

Drost hield ook voor het tuchtcollege vol dat Kingma vóór 2009 van de handelwijze van Jansen Steur op de hoogte moet zijn geweest. “Het kan niet anders of hij heeft ervan geweten. Al in 2005 heeft het ziekenhuis klachten gehad over verkeerde diagnoses en behandelingen door Jansen Steur.” Herre Kingma verweerde zich met de opmerking dat hij bij zijn aantreden in 2006 een ‘ziekenhuis in chaos’ aantrof. “Dat had prioriteit bij ons. Jansen Steur zat niet echt op het netvlies. En ook als inspecteur-generaal van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (de functie die Kingma voor zijn aantreden in het MST bekleedde) was ik niet van zijn zaak op de hoogte.”

“Ruim tweehonderd meldingen”

Yme Drost verweet de oud-voorzitter verder, dat het MST tot 2009 geen studie maakte van het groeiende aantal claims dat over de behandelingen en diagnoses van Jansen Steur bij het ziekenhuis belandde. “En er komen nog steeds zaken bij mijn kantoor binnen”, zo meldde Drost ter zitting. “Inmiddels hebben we al ruim tweehonderd meldingen ontvangen.”  Verweerders Herre Kingma en Tom Zijlstra © tekening Jan Hensema

“Doofpottencultuur”

De ontkenning van Kingma past volgens Yme Drost in de “doofpottencultuur” van het MST. In dat kader bekende een andere voormalig bestuurder van het MST, Tom Zijlstra, dat hij er niet bepaald trots op is dat hij destijds een met een voormalig patiënte van Jansen Steur gesloten zwijgcontract niet heeft tegengehouden. Die voormalig patiënte moest een boete van 15.000 gulden aan het MST betalen, als ze toch over de kwestie zou praten. “Mij werd verteld dat ik mijn vingers er beter niet aan kon branden.  Ik heb het er daarom maar bij gelaten. Dat was niet flink van mij en nu schaam ik me daar voor”, aldus Zijlstra.

“Zaak moest worden stilgehouden”

Zijlstra verklaarde voor het tuchtcollege dat, nadat hij Jansen Steur in december 2003 op non-actief had gezet, de toenmalige bestuursvoorzitter Ruud Ramaker de collega’s van Jansen Steur vroeg diens dossiers over te nemen. Daarbij zou Ramaker hebben gezegd dat de neurologen niet actief op zoek mochten gaan naar foutieve diagnoses en de zaak moesten stilhouden. Zijlstra verklaarde dat hij daar buiten had gestaan, omdat hij op dat moment met vakantie was.

Ramaker schitterde door afwezigheid

Oud-bestuurder Ruud Ramaker, die ook voor het tuchtcollege was gedaagd, schitterde door afwezigheid. Ook had Ramaker geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid zich schriftelijk voor het tuchtcollege te verweren. Yme Drost noemde dat tijdens de zitting “een klap in het gezicht van de slachtoffers”. Ramaker weigerde eerder al zich te verantwoorden voor de commissies Lemstra I en II en voor de commissie Hoekstra. Deze commissies deden onderzoek naar aanleiding van de kwestie Jansen Steur. Ramaker verscheen ook pas voor de rechter-commissaris in de strafzaak tegen Jansen Steur na een tweede oproep daartoe, en nadat gedreigd was hem door de ‘sterke arm’ van huis te laten halen. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle doet in de zaak tegen de voormalige bestuurders van het MST op 10 januari 2014 om 12.30 uur uitspraak.

 

 

Na klachten over gehoor: diagnose Alzheimer

13-11-2013

Jansen Steur stelde voor een gat in de schedel te boren Dinsdag 12 november behandelde de rechtbank in Almelo op de derde zittingsdag de zaak van een patiënt bij wie Jansen Steur in 1998 ten onrechte de diagnose Alzheimer stelde. Die diagnose volgde vrij snel nadat de man zich tot een KNO-arts in het MST had gewend met klachten over zijn gehoor. De KNO-arts riep de hulp van Jansen Steur in, die vervolgens de verdere behandeling overnam. Al vrij snel stelde de voormalig neuroloog de diagnose Alzheimer. Toen de patiënt evenwel zijn twijfels over die diagnose uitte, reageerde Jansen Steur heftig. Hij sloeg met zijn hand op de tafel en riep: “Man, je hebt het, je hebt het!” De patiënt verklaarde bij de politie dat hij Jansen Steur had gevraagd om meer zekerheid. Daarop had Jansen Steur hem gezegd, dat hij dan door een neurochirurg een gat in zijn schedel moest laten boren. Vervolgens zou er dan hersenweefsel op de aanwezigheid van Alzheimer kunnen worden onderzocht. De patiënt heeft vervolgens, met een verwijzing van Jansen Steur, ook stappen gezet om de ingreep daadwerkelijk te laten uitvoeren. De neurochirurg weigerde echter om aan het verzoek van Jansen Steur te voldoen. De aan de ingreep verbonden risico’s achtte hij veel te groot.

Preseniele dementie was verschrijving?

Ter zitting verkondigde Jansen Steur, dat zijn diagnose ‘preseniele dementie’ op een verschrijving berustte en dat hij destijds had bedoeld te noteren, dat er bij de man sprake was van een voorfase van Alzheimer. Desgevraagd verklaarde de voormalig neuroloog voor de rechtbank, dat hij de patiënt ook niet heeft verteld dat het om een vroege voorfase van Alzheimer ging. Jansen Steur legde uit dat zijn manier van doen was om dat pas later te bespreken. Met betrekking tot deze patiënt verklaarde Jansen Steur ter zitting, dat hij destijds voldoende zekerheid had over een vroege fase van Alzheimer op basis van zijn anamnese en een scan. Ter zitting was de neuroloog Prof. dr. Ph. Scheltens aanwezig, die in de rechtszaak als deskundige optreedt. Scheltens legde ter zitting uit dat de diagnose ‘preseniele dementie’ in de neurologie niet wil zeggen dat er sprake is van een voorfase. De term ‘preseniel’ heeft enkel betrekking op de leeftijd van de patiënt en houdt in, dat een patiënt de leeftijd van 65 jaar nog niet heeft bereikt. Als de diagnose ‘preseniele dementie’ wordt gesteld, houdt dat dus in dat de betreffende patiënt de diagnose ‘dementie’ krijgt, terwijl hij de leeftijd van 65 jaar nog niet heeft bereikt, aldus Scheltens.  Prof. dr. Ph. Scheltens

Ziek door gebruik Exelon

Ook begreep Prof. Scheltens niet waarom de betreffende patiënt van Jansen Steur het middel Exelon had voorgeschreven gekregen. Dat middel was nu juist bedoeld voor patiënten bij wie de Alzheimer zich al in een ver gevorderd stadium bevond. Als Jansen Steur van oordeel was geweest, dat er sprake was geweest van een voorfase, dan paste het voorgeschreven middel niet bij die diagnose, aldus Scheltens. De betreffende patiënt had ook bijzonder heftig gereageerd op het middel Exelon en was daarvan steeds erg ziek geworden. Zo ziek, dat hij om die reden zelfs twee keer met het nemen van het middel is gestopt. Scheltens verklaarde, dat een dergelijke heftige reactie voor Jansen Steur een indicatie had moeten zijn, dat hij het met zijn diagnose misschien wel niet bij het rechte eind had gehad.

Alleen maar verliezers

Jaren later, in 2004, bleek dat de patiënt geen Alzheimer had en dat er ook geen sprake was van een voorfase van Alzheimer. Op dat moment was het leven van de patiënt echter al wel dusdanig ontwricht, dat hij tot op de dag van vandaag zijn oude leven niet meer heeft weten te hervatten. Door de onjuiste diagnose is de patiënt, maar ook zijn echtgenote, in de WAO terecht gekomen. Vrij snel na de diagnose heeft het echtpaar besloten hun woning te verkopen. De opbrengst wilden ze besteden aan een zo optimaal mogelijke invulling van de tijd die hen samen nog restte. Ter zitting bleek dat de dochter van het stel destijds, vanwege de diagnose Alzheimer bij haar vader, heeft besloten geen kinderen te krijgen. De diagnose van Jansen Steur leverde aldus ook voor deze familie alleen maar verliezers op. Wel bood Jansen aan het slot van de zitting nog zijn excuses aan. De vraag is wat die woorden nu nog waard zijn.

 

 

Zelfmoord: deskundigen hekelen aanpak neuroloog

07-11-2013

De strafzaak tegen oud-neuroloog Ernst Jansen Steur werd woensdag bij de rechtbank in Almelo voortgezet met de behandeling van de zaak van een ex-patiënte die zelfmoord pleegde.  De patiënte van de van diverse strafbare feiten beschuldigde arts pleegde op 11 maart 2000 zelfmoord. Ze deed dat nadat ze van Jansen Steur te horen had gekregen, dat ze mogelijk zou lijden aan de dodelijke spierziekte ALS. Daarvoor had Jansen Steur haar al verteld dat ze MSA (een zware vorm van Parkinson) en de ziekte van Alzheimer had. Volgens de nabestaanden van deze patiënte werd ze steeds depressiever door het toenemend aantal medicamenten, dat haar door de verdachte werd voorgeschreven. De nabestaanden besloten aangifte te doen tegen Jansen Steur, toen duidelijk werd dat de specialist in 1996 ten onrechte de diagnose MSA (een zware vorm van Parkinson) had gesteld en in 2000 – na haar overlijden – had gelogen over de uitslag van de obductie. Volgens de hersenobductie was er in het geheel geen sprake van enige neurologische aandoening. Jansen Steur zou daarentegen tegen de familie hebben gezegd dat de obductie zijn eerdere diagnose MSA had bevestigd.  prof. dr. E. Ch. Wolters

Parkinson-deskundige prof. Wolters oordeelde hard

De deskundige professoren laakten woensdag de aanpak van Jansen Steur. Parkinson-deskundige prof. Wolters oordeelde hard over de omstreden ex-neuroloog. Volgens hem had Jansen Steur te weinig gronden om bij de betreffende patiënte de diagnose MSA (een aandoening die gepaard gaat met een snelle aftakeling) te kunnen stellen. “De manier waarop de diagnose tot stand is gekomen, is erg mager en dan druk ik me nog heel voorzichtig uit”, aldus Wolters.

Wolters hekelde cocktail van medicijnen

Wolters hekelde ook de beslissing van Jansen Steur om zijn patiënte een cocktail van medicijnen voor te schrijven. Die cocktail heeft er volgens Wolters toe heeft kunnen leiden dat zich bij de betreffende patiënte het zogenaamde Serotonerg-syndroom openbaarde. Dat syndroom kan abnormaal gedrag tot gevolg hebben. Jansen Steur heeft zich bij het voorschrijven van de medicatie volgens Wolters onvoldoende gerealiseerd wat de bijwerkingen van die medicatie zouden kunnen zijn. Jansen Steur had zich dat echter wel moeten realiseren. Een direct verband tussen de voorgeschreven medicijnen en de zelfmoord wilde Wolters overigens niet aangeven. Dat vond hij een zaak van de rechtbank. “Ik geef mijn oordeel uitsluitend over de feiten, de causale relatie is aan u”, aldus professor Wolters.  prof. dr. J.W. Snoek

Prof. Snoek: “Diagnose op den duur onhoudbaar”

De tweede hooggeleerde deskundige, prof. Snoek, kon wel leven met de door Jansen Steur gestelde diagnose MSA. Al zette hij forse twijfels bij de stelligheid waarmee de oud-specialist van het Medisch Spectrum MST dit verkondigde. “Want hij bleek zelf te aarzelen over de juistheid ervan. Ik zou dan tegen mijn patiënt hebben gezegd, dat we het samen verder moesten uitzoeken, omdat ook een dokter niet alles weet. Bovendien bleek de diagnose op den duur onhoudbaar. Hij had ook meer overleg met zijn collega’s moeten voeren.” Wolters haakte daarop in met de opmerking dat juist het MST een opleidingsinstituut is, waar overleg niet alleen hoog in het vaandel staat, maar zelfs verplicht is.

Exelon had niet mogen worden voorgeschreven

Beide deskundigen waren het er verder roerend met elkaar over eens, dat Jansen Steur het kort daarvoor geïntroduceerde medicijn Exelon niet had mogen voorschrijven zonder voorafgaand neuropsychologisch onderzoek. Prof. Snoek daarover: “Van de cijfers van Exelon werd je niet vrolijk. Bij Alzheimer hadden maar een of twee van de twintig patiënten er baat bij en zes of zeven daarvan kregen ernstige bijwerkingen.” In dit geval bracht het gebruik van Exelon de patiënte volgens de nabestaanden alleen maar verder richting de afgrond, met uiteindelijk de zelfdoding als gevolg.

 

 

Rechtbank behandelt suïcide in kwestie Jansen Steur

05-11-2013

Maandag begon de strafzaak tegen Jansen Steur voor de rechtbank Overijssel in Almelo. De zaak ving aan met de feitenbehandeling van verschillende vermogensdelicten die de oud-neuroloog ten laste zijn gelegd: diefstal, verduistering en valsheid in geschrifte. Vanaf woensdag behandelt de rechtbank op verschillende zittingsdagen de aangiftes van negen voormalig patiënten van Jansen Steur. De eerste dag daarvan wordt volledig besteed aan de behandeling van de feiten rond de zelfdoding van één van zijn patiënten.

De verdenkingen

De verdenkingen op dat punt zijn, verkort weergegeven, dat Jansen Steur in de periode van juni 1996 tot en met maart 2000 opzettelijk mevrouw X in een hulpeloze toestand heeft gebracht en gelaten ten gevolge waarvan zij is komen te overlijden. Tevens wordt hem verweten dat hij de gezondheid van mevrouw X opzettelijk heeft benadeeld ten gevolge waarvan zij is komen te overlijden.

Horen deskundigen

Veel media zullen geïnteresseerd de zitting bijwonen. Over de feiten en omstandigheden van de zelfdoding is tot dusverre namelijk weinig tot niets naar buiten gekomen. Twee medische deskundigen zullen zich ter zitting uitlaten over de vraag, in hoeverre er een mogelijke causale relatie bestaat tussen de zelfdoding en de verkeerde diagnostiek en behandeling door Jansen Steur.

Civiele claim

Letselschade-expert Yme Drost zal op donderdag 28 november namens de nabestaanden van deze oud-patiënte een reeds bij de rechtbank ingediende civiele claim tegen Jansen Steur nader toelichten. Zowel het Medisch Spectrum Twente, als haar medische verzekeraar MediRisk, wezen tot nog toe iedere aansprakelijkheid in de kwestie van de hand. In de zaken van de andere acht slachtoffers, die op de dagvaarding in de strafzaak staan, werd inmiddels wel een civiele schikking getroffen.

 

 

Verzoeken verdediging Jansen Steur halen het niet

04-11-2013

Voordat voorzitter mr. M. Bordenga van de rechtbank maandag echt met de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen Ernst Jansen Steur kon beginnen, diende diens raadsman Frank van Gaal eerst nog drie verzoeken in. Het leidde tot een schorsing van de zitting, die enige tijd in beslag nam. Na beraad van de meervoudige strafkamer deelde Bordenga mede dat de wens van Van Gaal om woensdag twee getuigen-deskundigen (Loonen en Van de Laar) te horen, op de dag dat de zelfdoding van een van de oud-patiënten van Jansen Steur aan de orde komt, niet wordt ingewilligd. Van Gaal deed het verzoek, omdat de beide deskundigen sterk uiteenlopende meningen hadden over welke medicijnen de vermoedelijke reden van de suïcide waren en hij ze daarmee graag wilde confronteren. De rechtbank vindt het echter afdoende de twee schriftelijk op elkaars rapportages te laten reageren.

“Filmbeelden niet van toegevoegde waarde”

Ook het verzoek van Van Gaal om, net als het Openbaar Ministerie, fragmenten van de verhoren van de neuroloog te mogen bekijken, werd niet gehonoreerd. Dat was het logische gevolg van de beslissing van de rechtbank om het OM geen toestemming te geven deze beelden tijdens de strafzaak te laten zien. De rechtbank acht de verhoren compleet genoeg op schrift gesteld en vindt de filmbeelden niet van toegevoegde waarde. Daarmee was het verzoek van de verdediging niet meer aan de orde.  Officier van Justitie Marjolein van Eykelen ©foto Eric Brinkhorst

‘Bewijswijzer’

Van Gaal protesteerde ook tegen het inbrengen van een zogenaamde ‘bewijswijzer’ door het Openbaar Ministerie, zoals aangekondigd door Officier van Justitie Marjolein van Eykelen. “Bij ons in Rotterdam is zoiets heel gebruikelijk in complexe en omvangrijke zaken”, merkte zij op. Van Gaal sprak van een voor Nederlandse begrippen ongekend, 1162 pagina’s dik, document. Hij voorzag daarom een mogelijke vertraging van de procesgang. De rechtbank stelde vast dat Van Gaal al eerder op de hoogte was van de inbreng van de ‘bewijswijzer’. Die is weliswaar lijvig, maar die omvang wordt in niet geringe mate bepaald door een zeer uitvoerige samenvatting. “Ook de verdediging heeft daarom naar onze mening voldoende de tijd gehad om zich daarover een gedegen oordeel te vormen.”

 

 

Oud-patiënte: ‘Ergens moeten we blij zijn’

04-11-2013

Joke Prins-Meijer was maandag op de eerste dag van de strafzaak tegen Ernst Jansen Steur in Almelo al een stuk minder gespannen dan tijdens de zitting van het Medisch Tuchtcollege afgelopen vrijdag. Toen was ze een van de vijf oud-patiënten die een klacht hadden ingebracht tegen de oud-neuroloog. “Maar ik gunde hem niet dat ik ook maar een enkel spoortje van emotie zou tonen op het moment dat ik hem aankeek.” De in een rolstoel belande Joke Prins is er niet op uit dat de arts, die diverse grenzen overschreed, achter de tralies verdwijnt. “Van mij hoeft hij geen straf, die heeft hij al wel. Voor mijn gezondheid maakt het niet uit of hij de bak indraait, daar word ik verder niet gezonder van.” Ze komt tot nog een opmerkelijke ontboezeming. “Eigenlijk moeten we als oud-patiënten nog blij zijn. Wat mij zelf betreft: doordat gebleken is dat de diagnose van Jansen Steur niet juist was, hoef ik nu geen medicijnen meer te gebruiken en gaat mijn gezondheid vooruit.” Ze krijgt bijval van haar broer. “Onze vader had van Jansen Steur de diagnose Parkinson gekregen, waar later bij de obductie geen sprake van bleek te zijn. Toen Joke een keer met hem bij Jansen was, kreeg ze een simpele migraineaanval en moest hij ook haar hebben. We hebben gezien waartoe zoiets kan leiden.”

‘Vreselijke draaikont’

Maandag na afloop van de eerste dag in de strafzaak heeft hij bevestigd gekregen wat hij al zegt te hebben geweten. “Hij is een vreselijke draaikont, die op het ene moment nog alles weet met zijn supergeheugen en zich op het andere moment niets meer kan herinneren.” Die reactie komt aardig overeen met het gevoel dat letselschade-expert Yme Drost maandagmiddag had. “Jansen Steur geeft toe dat hij zich moet verantwoorden voor vermogensdelicten. Maar als het om patiënten gaat, presenteert hij zich als een heel ander iemand. Ik denk dat hij het in zijn werk vóór 1995 goed bedoeld heeft. Ik was zelf in 1986 een tevreden patiënt van hem. Hij is echter het pad kwijt geraakt. Ik denk dat Jansen zich te weinig rekenschap geeft wat verslavende medicijnen met zijn beoordelingsvermogen hebben gedaan. Het is ook erg confronterend als je hoort dat je als arts ontspoord bent.”

 

 

Jansen Steur: ‘Er zat een schroefje los bij mij’

04-11-2013

De eerste dag van de strafzaak tegen de omstreden oud-neuroloog Ernst Jansen Steur verliep maandag aanvankelijk in een traag tempo, maar eindigde voortvarend. Het werd een boeiende zitting in Almelo. Daar moest de oud-neuroloog zich voor de rechtbank verantwoorden voor onder meer diefstal en valsheid in geschrifte. Ter zitting kwam de ex-neuroloog tot een opmerkelijke vaststelling: “Er zat echter in die tijd een schroefje los bij mij.” Al snel na de opening door rechtbankvoorzitter mr. Bordenga om half tien in de ochtend, moest deze alweer tot schorsing overgaan. Reden hiervoor was het geluid in de rechtszaal, dat te wensen overliet. Na een drietal verzoeken van de verdediging van Jansen Steur had de rechtbank vervolgens veel tijd nodig om tot een beslissing met betrekking tot deze verzoeken te komen. Toen dat eenmaal gebeurd was en ook de ruime lunchpauze achter de rug was, kon de voor maandag geplande behandeling van de feiten echter om half vier al worden afgesloten.

Twee gezichten

Jansen Steur lag in de strafzaak aanmerkelijk sterker onder vuur bij de rechters dan vrijdag, toen hij oog in oog stond met het Medisch Tuchtcollege. Maar net als enkele dagen eerder toonde hij ook nu twee gezichten. Vóór de middag maakte hij een tamme indruk en weerlegde hij nauwelijks de beschuldigingen waarvan hij werd verdacht. Waar voldoende bewezen kon worden geacht dat hij in de fout was gegaan, gaf hij dat ogenschijnlijk zonder moeite toe. Al gebeurde dat bij herhaling met de toevoeging van Jansen, dat het was gebeurd in een periode dat de medicijnverslaving hem in de greep had en hij onvoldoende de regie had over zijn zelfcontrole. En anderen waren er volgens hem te weinig in geslaagd hem ervan te overtuigen dat hij verkeerd bezig was. Tijdens de zitting kwam er echter voldoende materiaal op tafel om aan te tonen dat wel degelijk diverse keren is geprobeerd hem bij te sturen. Maar de arts was in die tijd onverbeterlijk en sloeg diverse raadgevingen in de wind. Daarover meldde Jansen: “Het hoort bij verslaving dat je onvoldoende mogelijkheid hebt tot zelfcorrectie. En niemand heeft gezegd “je bent verslaafd, je zit in de val”. Wel later, maar dan heb je makkelijk praten.”

In belang van patiënten

De omstreden medicus zag echter ook geen aanleiding te stoppen met het op naam van collega’s, psychiaters en eigen patiënten uitschrijven van medicatie. Dat deed hij zowel voor eigen gebruik, als voor de verstrekking van medicatie uit zijn eigen ‘bureaula’ aan patiënten. Jansen Steur viel door de mand toen een apotheker grote vraagtekens plaatste bij een recept Dormicum, dat hij aanbood op receptenpapier van een collega neuroloog.  Strafkamer rechtbank Overijssel in Almelo ©foto Eric Brinkhorst Over het ontvreemden en gebruiken van receptenpapier van collega-artsen en het misbruiken van de naam van willekeurige patiënten om voor zichzelf medicijnen uit te schrijven, merkte hij voor de rechtbank op: “Ik denk dat het andersom ook gebeurd is. Om dat nou diefstal te noemen… Als neuroloog zat ik in een maatschap en daarbinnen is een gemengd gebruik van elkaars receptenblokken niet ongebruikelijk. Maar ik begrijp wel dat het voor patiënten vreemd moet zijn te vernemen, dat ik hun naam heb gebruikt voor het verkrijgen van medicatie voor mezelf. Er zat echter in die tijd een schroefje los bij mij.” Jansen Steur verzon ook scores voor medische tests die nooit werden afgenomen. “Ik heb het gedaan in het belang van mijn patiënten”, legde hij aan de rechtbank uit “en omdat het bedoeld was om ervaring op te doen met de werking van het middel.”

Verduistering van ruim 88.000 euro voor eigen gebruik

In het kader van de vermogensdelicten, waarvan hij wordt verdacht, moest Jansen Steur ook verklaren wat hem heeft bezield een extra rekening te openen voor de stichting Lewy Body Project, waarvan de bankafschriften bij hem zelf terecht kwamen. Via die door hem geopende extra rekening eigende Jansen Steur zich in totaal ruim 88.000 euro toe. Deze gelden waren eigenlijk bedoeld voor de stichting Lewy Body Project, die wetenschappelijk onderzoek uitvoert. Jansen Steur bewerkstelligende dat stortingen van de farmaceutische industrie op die door hem geopende rekening terecht kwamen. Opnames voor privégebruik werden van die rekening afgeschreven. Omdat de bankafschriften niet naar de penningmeester van de stichting werden gezonden, maar naar het huisadres van Jansen, kwam de verduistering pas laat aan het licht. Gevraagd naar de reden voor zijn handelen, antwoordde Jansen: “Omdat het gemakkelijk was. Achteraf kun je vaststellen dat het niet had gehoeven.” De 88.000 euro die hij verduisterde, heeft hij overigens inmiddels terugbetaald aan de stichting.

Ziekelijk afwijkend gedrag

Ook noemde Ernst Jansen Steur zich geruime tijd professor, terwijl hij dat niet was. Het stond zelfs op zijn receptenblok: “Prof. Dr. E.N.H. Jansen Steur”. Jansen verklaarde ter zitting: “Ook dat was afwijkend gedrag, dat ziekelijk is en een symptoom hoe pathologisch ik was.” Datzelfde gold volgens hem voor de toevoeging ‘Steur’ aan zijn achternaam. Naarmate het proces maandag vorderde, leek Ernst Jansen Steur zich sterker te gaan voelen. Steeds meer kwam hij over als de man, die als geen ander wist hoe het in de medische wereld werkte en werkt. Hij liet zich vermoedelijk mede daarom niet verleiden tot schuldbekentenissen, als zijn verkeerde diagnoses aan de orde kwamen. “Op de een of andere manier ben ik er goed in geslaagd de façade op te houden, dat ik geen last van een verslaving had. Ik ben er nog steeds zeker van dat ik steeds handelde in het belang van mijn patiënten, en dat ik met de wetenschap van toen goede beslissingen heb genomen. Ondanks hoge doseringen medicijnen ben ik daartoe in staat geweest. Omdat mijn werk alles voor mij betekende en mijn passie was. De afgelegde verklaringen brachten letselschade-expert Yme Drost, die de belangen van vele tientallen ex-patiënten behartigt, tot de ontboezeming: “De rechtbank heeft vandaag haarfijn gefileerd hoe geraffineerd Jansen Steur te werk ging. Dat geeft mij het idee, dat hij heel goed wist wat hij deed.”

Woensdag gaat strafzaak verder

De strafzaak gaat woensdag verder met de behandeling van de zaak van een ex-patiënte, die door een verkeerde diagnose van Jansen Steur en mogelijk onder invloed van verkeerd voorgeschreven medicatie, zelfmoord pleegde.

 

 

(Straf)zaak #JansenSteur te volgen op Twitter

03-11-2013

Op 4 november 2013 is bij de rechtbank Overijssel in Almelo de inhoudelijke behandeling gestart van de strafzaak tegen Jansen Steur. Dat is de Twentse ex-neuroloog die er onder andere van wordt verdacht opzettelijk verkeerde diagnoses te hebben gesteld. Het gaat om 12 zittingsdagen in de periode november 2013 – januari 2014. In februari volgt naar verwachting het strafvonnis.

Tweets over (straf)zaak #Jansensteur

Tijdens de behandeling van de tuchtzaak afgelopen vrijdag was de hashtag #JansenSteur gedurende een aantal uren trending topic 1 op Twitter in Nederland. Ook over de strafzaak zal veel getwitterd worden. De tweets zijn via deze pagina de komende weken live te volgen. De tweets worden uitsluitend geplaatst onder verantwoordelijkheid van iedere afzonderlijke twitteraar zelf. Tweets about “#jansensteur”

Overzicht zittingsdagen strafzaak Jansen Steur in Almelo

  • maandag 4 nov 2013 om 9.30 uur: Inleiding, voordracht, feitenbehandeling (diefstal, valsheid in geschrifte);
  • woensdag 6 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt, zelfdoding) en horen deskundigen (2);
  • dinsdag 12 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt, Alzheimer) en horen deskundigen (2);
  • (In Zwolle dient op 12 nov. vanaf 13.30 uur de tuchtzaak tegen de voormalig ziekenhuisbestuurders van het MST);
  • donderdag 14 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (2 patiënten) en horen deskundigen (2);
  • maandag 18 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling  (2 patiënten) en horen deskundigen (2);
  • dinsdag 19 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (2 patiënten) en horen deskundigen (2);
  • woensdag 27 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt) en horen deskundigen (2);
  • donderdag 28 nov 2013 om 9.30 uur: Bespreking civiele vorderingen, spreekrecht, schriftelijke slachtofferverklaringen;
  • dinsdag 3 dec 2013 om 9.30 uur: Ochtend: Bespreking persoonlijke omstandigheden verdachte. Middag: Requisitoir;
  • maandag 9-dec 2013 om 9.30 uur: Pleidooi, re- en dupliek;
  • dinsdag 17-dec 2013 om 9.30 uur: Informeel laatste woord Jansen Steur;
  • dinsdag 28-jan 2014 om 9.30 uur: Formeel laatste woord en sluiting onderzoek;
  • dinsdag 11 feb 2014 om 13.30 uur: Vonnis.

 

 

Jansen Steur: Excuses, maar geen spijt

01-11-2013

“Ik heb mijn grijze cellen te weinig laten werken” Ernst Jansen Steur heeft ten overstaan van het Medisch Tuchtcollege in Zwolle en de oud-patiënten, die hem hadden aangeklaagd, zijn verontschuldigingen aangeboden voor zijn verkeerde behandelingen, foute diagnoses en gebrekkige dossiervorming als neuroloog van het Medisch Spectrum Twente in de jaren rond de millenniumwisseling. Maar schuld bekende hij niet. “Achteraf kun je misschien vaststellen dat ik mijn grijze cellen te weinig heb laten werken voor andere overwegingen, maar ik heb alles gedaan vanuit goedheid richting mijn patiënten.  Daarom kan ik er ook geen spijt van hebben.”

“Ik zou het weer zo hebben gedaan”

De omstreden ex-neuroloog ging later zelfs nog een stapje verder door te verklaren dat hij met de wetenschap van toen in soortgelijke gevallen nu op dezelfde wijze zou hebben gehandeld.” Zijn raadsman Van Gaal pleitte voor het niet-ontvankelijk verklaren van de klachten van de vijf ex-patiënten, van wie er in Zwolle overigens slechts vier acte de présence gaven. De vijfde kon het psychisch niet opbrengen te verschijnen en oog in oog te komen staan met de man, die haar leven onnodig een zeer pijnlijke wending gaf.  Letselschade-expert Yme Drost

“Hij draaide om de hete brij heen”

Letselschade-expert Yme Drost, die de slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, maakte daarom vrijdag na afloop van de lange zitting met een gevoel van teleurstelling de balans op. “We hadden toch de hoop dat Jansen Steur zelf in zijn verhaal zou toegeven dat hij fouten heeft gemaakt. Dat hoefde namelijk niet te betekenen dat hij ook strafrechtelijk verkeerd gehandeld heeft. Daarvoor is bewijs van opzet een vereiste. Maar hij draaide om de hete brij heen. In het begin dacht ik nog even, dat hij zou toegeven dat hij medisch verwijtbaar heeft gehandeld. Maar op de vraag of dat zo was, antwoordde hij dat hij het antwoord aan het tuchtcollege overliet. Van twee zaken ontkende hij zelfs glashard dat hij in 2003 nog de behandelend arts was. Dat doet de betrokkenen veel pijn.”

“Nog maar drie tot vijf jaar te leven”

Een van de klagers in de tuchtzaak is een man die van Jansen Steur de boodschap kreeg dat hij leed aan de ziekte van Pick. Volgens de raadsman van de ex-neuroloog klopte die aantijging niet en had zijn cliënt ‘pre-Alzheimer’ gediagnosticeerd. Het ontlokte later een lid van het tuchtcollege de vraag of het dan niet eerder “pre-pre-pre-Alzheimer” was. Evenmin was volgens de raadsman van de ex-neuroloog de aantekening “ziekte van Pick” op het aanvraagformulier ten behoeve van Exelon, afkomstig van Jansen Steur. Het verleidde de ex-patiënt tot de reactie: “Als ik hem zo hoor liegen, gaan mijn haren recht overeind staan. Hij heeft nota bene in 1998 tegen mijn vrouw en dochter gezegd, dat ze maar beter lief voor me konden zijn, omdat ik nog maar drie tot vijf jaar te leven had.”

Marihuana in zijn bureaula

Jansen Steur bekende wel een adresje te hebben gehad waarnaar hij zijn patiënten doorverwees voor marihuana en daarvan ook een zakje in zijn bureaula te hebben gehad. Hij stelde echter nadrukkelijk dat hij zelf niet gebruikte. Ook gaf hij toe dat sommige oud-patiënten zelf met een ruggenprik afgenomen hersenvocht naar het postkantoor moesten brengen voor verzending richting Amsterdam. Volgens Jansen Steur was er echter geen sprake van dat dit hersenvocht was bedoeld voor onderzoek naar de werking van het medicijn Exelon van farmaceutisch bedrijf Novartis. Ook was hij niet uit geweest op persoonlijk gewin.

Maximaal 12 jaar gevangenisstraf

Het Medisch Tuchtcollege doet op 20 december om 12.30 uur uitspraak in Zwolle. Maandag begint in Almelo de strafzaak tegen Jansen Steur. Het Openbaar Ministerie verdenkt de arts van:

    • tientallen foute diagnoses;
    • het uitschrijven van recepten voor verkeerde medicijnen
    • het toebrengen van ernstig psychisch en lichamelijk letsel
  • het vervalsen van onderzoeksresultaten;
  • het ontvreemden van een bedrag van 88.000 euro.

Als de rechter alle feiten bewezen acht, kan Jansen Steur een gevangenisstraf van maximaal twaalf jaar krijgen.

 

 

Opnames media in strafzaak Jansen Steur beperkt mogelijk

29-10-2013

Op 4 november 2013 start in Almelo de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen de voormalig neuroloog Jansen Steur. Diverse media hadden verzocht opnames te mogen maken van de volledige behandeling van de zaak.

Oordeel rechtbank

De rechtbank Overijssel heeft het verzoek om de behandeling van de feiten en de stem van de verdachte op te nemen afgewezen. De rechtbank is van oordeel dat de aard van de zaak, en in het bijzonder de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van patiënten en andere betrokkenen, het maken van opnames van de gehele strafzaak niet toelaat. De rechtbank volgt daarmee de verdediging, die op voorhand al bezwaar had gemaakt tegen het maken van opnames van de feitenbehandeling. De officier van justitie had geen bezwaar tegen het maken van opnames. De rechtbank betrok ook in haar oordeel het feit dat de zitting openbaar is en dat ruimschoots de gelegenheid bestaat om, al dan niet via de schrijvende pers, kennis te nemen van wat er op de zitting gebeurt. De opkomst van de rechtbank, de opening, de voordracht van de tenlastelegging door de officier van justitie en het requisitoir van de officier van justitie mag wel worden opgenomen. Ook het pleidooi van de advocaat van Jansen Steur mag worden opgenomen.

 

 

Zeker 18 publicaties Jansen Steur dubieus

26-10-2013

Schandaal rond Jansen Steur breidt zich verder uit Uit onderzoek van de aan het Medisch Spectrum Twente (MST) gelieerde Medical School Twente is volgens het dagblad De Twentsche Courant Tubantia gebleken dat zeker 18 wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur dubieus zijn. Het MST heeft de uitkomsten van het onderzoek gemeld bij de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ). Het MST te Enschede besloot in januari 2013 tot onderzoek van de wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur, mede nadat de Hengelose letselschade-expert Yme Drost zijn zorgen over de wetenschappelijke publicaties had uitgesproken. Het was Drost al langere tijd een doorn in het oog, dat die kwestie nog niet was uitgezocht door het MST.

Kamervragen CDA

De fractie van het CDA stelde Kamervragen over de kwestie. De fractie achtte het mogelijk dat de studies niet zouden voldoen aan de standaarden en dat de conclusies misschien niet geldig zouden zijn. Ook wilde de fractie van het CDA een overzicht van alle publicaties en al het medicijnonderzoek van Jansen Steur.

Mogelijk onjuiste diagnoses gebruikt voor publicaties

Ook de neuroloog professor Philip Scheltens maakte zich eerder sterk voor een inhoudelijke beoordeling van de wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur. Scheltens sloot niet uit dat gegevens van patiënten bij wie door Jansen Steur een onjuiste diagnose is gesteld, zijn gebruikt voor de wetenschappelijke publicaties. Scheltens noemde De Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW) als de partij om dat onderzoek in gang te zetten. Volgens Yme Drost is het zeer waarschijnlijk dat de KNAW, naar aanleiding van de bevindingen van de Medical School Twente, nu het verdere onderzoek gaat doen.

Drost uitte eerder twijfel over bepaalde publicaties

Yme Drost liet eerder al weten dat de publicatie “Neurogenetic correlates of Parkinson’s disease: apolipoprotein-E and cytochrome P450 2D6 genetic polymorphism” bijvoorbeeld zouden kunnen verklaren waarom Jansen Steur, zonder toestemming van zijn patiënten, zoveel genetisch onderzoek liet uitvoeren. Drost noemde als voorbeeld ook de publicatie “Cerebrospinal-fluid tau protein and aspartate aminotransferase in Parkinson’s…” die vragen oproept. De publicatie spreekt over 115 patiënten met een MMSE-test score van 25 of minder. Drost: “Bekend is dat Jansen Steur de test-scores in veel gevallen gewoon verzon en dat die patiënten de test helemaal niet gemaakt hadden. Het zou maar zo kunnen dat van die publicatie – door toedoen van Jansen Steur – helemaal niets klopt.” Volgens Yme Drost zijn voormelde twee publicaties ook opvallend vanwege het grote aantal patiënten dat zou zijn onderzocht. Drost meende dat het ook interessant was om uit te zoeken wat de inhoud was van het onderzoeksprotocol en wat het oordeel was van de ethische commissie van het MST en hoe en door wie de onderzoeken waren gefinancierd. Een lijst met een aantal wetenschappelijke publicaties (mede) op naam van Jansen Steur vindt u hier.

 

 

AMC roept neuroloog Vermeulen op het matje

25-10-2013

Sluiting behandelpoli prof. Vermeulen wordt overwogen De Vereniging van Neurologen en het Academisch Medisch Centrum (AMC) Amsterdam hebben geschokt gereageerd op de uitlatingen van prof. dr. M. Vermeulen bij EenVandaag. Vermeulen nam het gisteren in EenVandaag en bij RTV-Oost op voor de voormalig neuroloog Jansen Steur. Hij zei in die uitzendingen dat hij, net als Jansen Steur, scores van neurologische tests heeft vervalst om medicijnen te kunnen voorschrijven. Het gaat om het middel Exelon®, dat hij voorschreef aan patiënten, terwijl dat volgens de geldende richtlijnen op dat moment niet was toegestaan. Ook gaf Vermeulen in die uitzending toe wel eens opzettelijk verkeerde diagnoses op te schrijven.

Gesjoemel staat volgens Vermeulen niet op zichzelf

Vermeulen zei gisteren in EenVandaag dat gesjoemel, zoals door de omstreden Twentse neuroloog Jansen Steur, niet op zichzelf staat. Zorgverzekeraars Nederland, de Nederlandse Zorg Autoriteit en de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie maken zich door de uitlatingen van de hoogleraar grote zorgen over fraude door artsen met diagnoses en testresultaten van patiënten.

Indringend gesprek AMC met neuroloog

Intussen is de positie van Prof. Rien Vermeulen zwaar onder druk komen te staan. Het AMC roept hem ter verantwoording, zo laat Prof. dr. I.N. Van Schaik, hoofd neurologie van het AMC vandaag in EenVandaag weten: “Wij hebben hem uitgenodigd voor een indringend gesprek. Als daaruit blijkt dat hij zegt “dit is mijn dagelijkse praktijk”, dan moeten we misschien besluiten dat hij moet stoppen met de hele poli die hij nog heeft.”

Yme Drost meldde kwestie bij IGZ

Letselschade-expert Yme Drost, die al eerder via KRO Brandpunt kennis nam van de uitspraken van prof. Vermeulen, kaartte de kwestie afgelopen dinsdag schriftelijk aan bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en verzocht de Inspectie de uitspraken nader te onderzoeken.

 

 

Prof. Vermeulen vervalste net als Jansen Steur testuitslagen

24-10-2013

Hoogleraar vervalste scores van neurologische tests De Hengelose letselschade-expert Yme Drost heeft melding gedaan bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) over de handelwijze van de Amsterdamse neuroloog prof. dr. M. Vermeulen. Die zou zich volgens Drost mogelijk schuldig hebben gemaakt aan valsheid in geschrifte en oplichting om medicatie te kunnen voorschrijven die door de ziektekostenverzekeraar dan zou worden vergoed. De neuroloog nam het in programma’s van EenVandaag en RTV-Oost op voor de voormalig neuroloog Jansen Steur. Vermeulen zei in die uitzendingen dat hij, net als Jansen Steur, scores van neurologische tests heeft vervalst om medicijnen te kunnen voorschrijven. Het gaat om het middel Exelon®, dat hij voorschreef aan patiënten, terwijl dat volgens de geldende richtlijnen op dat moment niet was toegestaan.

Interview

Emeritus hoogleraar Vermeulen zegt in de a.s. zondag door KRO Brandpunt uit te zenden uitzending: Vermeulen: “Het vermoeden bestond in die tijd al dat als je het gaf, dat je ’t dan vooral vroeg in de dementie moest geven en dat je niet moest gaan zitten wachten totdat die score zo laag was als was aangegeven door de verzekeraar” Interviewer: “Met andere woorden, je moest het eigenlijk eerder voorschrijven in de ogen van sommige dan die score op dat moment rechtvaardigde?” Vermeulen: “Ja, ja” Interviewer: ”Jansen Steur heeft dat gedaan. Heeft de score aangepast zodat ie dat bepaalde medicijn kon voorschrijven?” Vermeulen: “Ja, kon voorschrijven zodat de patiënt het niet zelf hoefde te betalen.” Interviewer: “Hebt u dat ook gedaan?” Vermeulen: “dat hebben wij ook gedaan, ja” Interviewer: “Maar dat mag toch niet?” Vermeulen: “Nee, maar dat was de enige manier om dat middel te kunnen krijgen” (…) Interviewer: “Dat wekt toch de indruk van de dokter die op een voetstuk staat en zegt, ik weet alles beter, ik vind dat mijn patiënt dit medicijn nodig heeft en de verzekeraar kan mijn rug op?” Vermeulen: “Ja, in vele gevallen is dat ook zo.” Interviewer: “Dus wat Jansen daar heeft gedaan is ook weer geen uitzondering?” Vermeulen: “Nee. nee” Interviewer: “U spreekt uit eigen ervaring?” Vermeulen: “Ja, ja” Letselschade-expert Yme Drost heeft inmiddels de Inspectie schriftelijk verzocht de uitspraken van Vermeulen nader te onderzoeken.

“Dat artsen weleens een foute diagnose stellen is een gegeven”

Jansen Steur moet zich in november verantwoorden voor de straf- en tuchtrechter voor het stellen van tal van foutieve diagnoses. Volgens prof. Vermeulen ten onrechte: “In ingewikkelde gevallen van de ziekte van Parkinson blijkt ten minste 10 procent van de diagnoses fout te zijn. (…) Daar zit Jansen Steur ver onder.” Vermeulen vindt het onjuist dat Jansen Steur een straf boven het hoofd hangt voor wat in de neurologie eerder regel dan uitzondering was. Het gaat dan met name om het stellen van foute diagnoses en het niet goed bijhouden van patiëntendossiers. Volgens letselschade-expert Yme Drost slaat Vermeulen hier en daar de plank volledig mis. Volgens Drost geeft Vermeulen er blijk van dat hij het dossier Jansen Steur niet kent. Drost: “Het valt mij tegen dat een vooraanstaand wetenschapper zijn onderbuik laat spreken en niet de feiten. Dat artsen weleens een foute diagnose stellen is een gegeven en meestal niet verwijtbaar. Maar als bijvoorbeeld artsen protocollen en richtlijnen niet volgen, die er zijn om tot een weloverwogen en zorgvuldige diagnosestelling te komen, dan handelen zij medisch verwijtbaar. Dat is in bijna 100 zaken die ik van ex-patiënten heb behandeld en nog behandel ook al erkend. Neem van mij aan dat verzekeraar niet voor niets al ruim 1,5 miljoen euro aan schadevergoedingen hebben betaald aan tientallen slachtoffers van Jansen Steur.” Volgens Yme Drost is het straks aan de rechters om te beoordelen of het medisch verwijtbaar handelen van Jansen Steur ook tucht- en strafrechtelijk verwijtbaar is. Drost wil daar niet op vooruit lopen.

 

 

Secretaris hoeft niet te getuigen in zaak Jansen Steur

22-10-2013

Regionaal Tuchtcollege wijst verzoek van Yme Drost af Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle heeft een verzoek van de Hengelose letselschade-expert Yme Drost om een voormalig secretaris van de raad van bestuur van het Medisch Spectrum Twentse (MST) onder ede te mogen horen als getuige, in een vooronderzoek naar aanleiding van de zaak tegen de omstreden ex-neuroloog Ernst Jansen Steur, afgewezen. Drost wilde de man onder ede laten getuigen in verband met klachtzaken die vijf van zijn cliënten aanhangig maakten tegen onder meer de onlangs afgetreden voorzitter van de Raad van Bestuur van het ziekenhuis. Het tuchtcollege besloot echter het beroep van de oud-secretaris op zijn verschoningsrecht te honoreren. Daarom hoeft hij niet te getuigen.

Voormalig secretaris werd in 2006 beëdigd als advocaat

De getuige in kwestie trad op 1 november 1997 als secretaris in dienst van de Raad van Bestuur van het MST, waar hij per 1 januari 2005 benoemd werd tot manager van de concernstaf. Een jaar later werd hij bedrijfsjurist bij het ziekenhuis. Daarbij werd overeengekomen dat hij een opleiding tot advocaat zou volgen. Per medio februari 2006 is hij beëdigd advocaat. Op 30 augustus 2011 is hij weer uitgeschreven van het tableau.

Wat wist bestuursvoorzitter wel en niet?

Yme Drost wilde de voormalig secretaris onder ede laten horen om informatie te verkrijgen over de inhoud van de gesprekken die hij voerde met de op 1 februari 2006 aangetreden bestuursvoorzitter van het MST. Drost: “De man was secretaris van de raad van bestuur van het MST in de periode dat Jansen Steur in de fout ging. Hij maakte dus nadrukkelijk deel uit van de doofpotcultuur van het ziekenhuis. Sterker nog: in september 2005 heb ik nog met hem gesproken. Bij die gelegenheid heb ik hem er op gewezen dat er vijf ernstige zaken liepen tegen Jansen Steur en dat er misschien nog veel meer slachtoffers zouden kunnen zijn. Toen heb ik hem gevraagd wat het ziekenhuis daaraan kon doen. Hij heeft echter niets gedaan.” Drost probeerde via de getuige te achterhalen in hoeverre de stelling van de onlangs afgetreden bestuursvoorzitter van het MST juist is, dat hij tot 2009 geen weet had van de affaire Jansen Steur en daarom voor 2009 geen actie had ondernomen.

Teleurstellende uitspraak

Het besluit van het tuchtcollege valt de Drost rauw op het dak. “Ik vind dit een teleurstellende uitspraak. Het is triest dat slachtoffers nu misschien nooit te weten zullen komen wat zich exact heeft afgespeeld. Dat is wrang in een zaak waar het gaat om zaken als leven en dood, een zaak waarbij veel slachtoffers zijn gevallen. Bovendien: wat heeft een advocaat te verbergen als hij zich beroept op het verschoningsrecht? Als hij de bestuursvoorzitter geen van belang zijnde mededelingen heeft gedaan, had hij gewoon een verklaring kunnen afleggen.”

‘Wat wordt hier verzwegen’?

Yme Drost vervolgt: “Ik moest direct denken aan de beroemde uitspraak in de zaak rond de Vuurwerkramp: ‘Wat wordt hier verzwegen?’ Ik weet als geen ander dat je juridisch niet zo mag redenen, maar het is wel een gevoel dat overblijft bij de slachtoffers.” Drost voerde voor het tuchtcollege aan dat de voormalig secretaris zijn mededelingen had gedaan in zijn hoedanigheid van bedrijfsjurist en niet in die van advocaat. Verder voerde Drost aan dat de advocaat zich alleen mag verschonen voor hetgeen hem is toevertrouwd, maar niet voor wat hij zelf aan de voorzitter van de raad van bestuur over de kwestie Jansen Steur heeft toevertrouwd. Volgens Drost zou het beroep van de advocaat op zijn verschoningsrecht in strijd zijn met de wet (art. 68 lid 5 BIG jo. art. 218 Sv.) en met een arrest van de Hoge Raad van 13 januari 2006 (r.o. 3.7, ECLI:NL:HR:2006:AU4533). De Hoge Raad overwoog dat een getuige zich niet kan verschonen voor datgene wat hij aan een ander heeft meegedeeld. Het tuchtcollege ging niet mee in de gedachtengang van Drost. Drost: “Helaas hebben klagers niet het recht om van een dergelijke uitspraak in hoger beroep te gaan. Dat recht is alleen weggelegd voor hen die zich beroepen op het verschoningsrecht.”

Drost roept nieuwe getuigen op

Yme Drost zal voor de zitting van het tuchtcollege van 12 november nieuwe getuigen oproepen om te proberen alsnog de volledige waarheid te achterhalen.

 

 

Behandelwijze tuchtzaken kwestie Jansen Steur

18-10-2013

Klachten tegen Jansen Steur worden eerst behandeld De zitting van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle tegen voormalig neuroloog Jansen Steur begint op vrijdag 1 november a.s. om 10.00 uur. Het tuchtcollege heeft die dag een pauze gepland van ongeveer 12.30 tot 13.30 uur.

Gang van zaken

De zaken van de vijf klagers zullen volgens de volgorde van het klaagschrift worden behandeld. Twee tot drie klachten zullen voor de pauze worden behandeld, de overige er na. Eerst krijgen klagers, bij monde van hun gemachtigde de gelegenheid de klacht kort mondeling toe te lichten. Datzelfde geldt voor (de gemachtigde van) verweerder met betrekking tot het verweer. Vervolgens bevragen de leden van het college partijen waarop een (korte) tweede ronde volgt. Jansen Steur krijgt helemaal aan het eind gelegenheid voor het laatste woord in alle zaken tegelijk.

Tuchtzaken tegen voormalig bestuurders

Op 12 november a.s. om 13.30 uur zullen eerst alleen de klachten tegen de twee voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente worden behandeld, die bestuurder waren ten tijde dat de voormalig neuroloog nog werkzaam was in het MST. De verwachting is dat vanaf 15.00 uur de klacht tegen de laatst zittende (inmiddels voormalig) bestuursvoorzitter van het MST zal worden behandeld.

Tuchtzaken tegen voormalige inspecteurs IGZ

Op 29 november a.s. om 13.30 uur worden de klachten tegen de voormalig inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg behandeld. (Deze zitting is aangehouden tot een nog nader te bepalen datum.) De gang van zaken op 12 en 29 november is per verweerder hetzelfde als op 1 november.

Belangstellende moeten zich vooraf aanmelden

De zitting is in beginsel openbaar. Partijen worden in ieder geval in staat gesteld de zitting ongehinderd bij te wonen. Het aantal zitplaatsen in de zaal is beperkt. Het college verzoekt daarom belangstellenden die de zitting willen bijwonen zich vooraf aan te melden via [email protected] of per telefoon op nummer 088-3611039. Ten minste een week voor de zitting zal hun worden doorgegeven of bijwonen van de zitting in de zaal of anderszins mogelijk is. Vanuit de Rechtbank worden de nodige maatregelen genomen om de zittingen ordelijk te laten verlopen.

Rollijsten met samenvattingen van de tuchtklachten

 

 

Behandeling strafzaak Jansen Steur aangepast

05-10-2013

Ex-patiënt wordt opgeroepen als getuige in tuchtzaak De rechtbank Overijssel heeft de zittingsdagen in de strafzaak tegen ex-neuroloog Jansen Steur aangepast. De rechtbank paste het schema aan omdat één van de ex-patiënten wordt opgeroepen als getuige in de medische tuchtzaak tegen een ex-bestuurder van het Medisch Spectrum Twente. Bij de rechtbank was een verzoek binnengekomen van letselschade-expert Yme Drost, die in de tuchtzaak één van de ex-patiënten mogelijk wil oproepen als getuige. Omdat de ex-patiënt daardoor niet aanwezig kan zijn bij de behandeling van het onderdeel van de strafzaak dat over zijn relaas gaat, heeft de rechtbank besloten de zittingsdagen aan te passen. De behandeling van de feiten op 12 november wordt omgewisseld met de behandeling van de feiten op 14 november.

Strafzaak begint 4 november

De strafzaak tegen de oud-neuroloog Jansen Steur begint op 4 november. De zaak voor de rechtbank in Almelo neemt tenminste tien dagen in beslag. Het strafvonnis wordt in februari verwacht.

Tuchtzaak begint 1 november

De medisch tuchtzaak tegen Jansen Steur is op 1 november en die tegen de ex-bestuurders van het MST op 12 november. De tuchtzaak in de kwestie wordt afgerond met de zaak tegen de voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg op 29 november.

 

 

Jansen Steur ook in Duitsland ernstig in de fout

20-09-2013

Een Duitse hoogleraar heeft onlangs geconcludeerd dat de ex-neuroloog Jansen Steur ook in Duitsland ernstig in de fout is gegaan. De hoogleraar werd in een civiele procedure als onafhankelijk deskundige benoemd door het Landesgericht Mainz. De deskundige stelde dat Jansen Steur meermaals verwijtbaar, onbekwaam en ondeskundig heeft gehandeld. Verder concludeerde de deskundige dat er sprake was geweest van een foute beoordeling en mogelijk vervalsing van EEG-uitkomsten. Tot nu toe hebben Duitse ziekenhuizen waar Jansen Steur heeft gewerkt altijd ontkend dat de neuroloog daar fouten heeft gemaakt. Jansen Steur functioneerde ten tijde van het verwijtbare handelen als assistent-arts in een ziekenhuis in het Duitse Worms. Op grond van het Duitse systeem stond Jansen Steur daar onder supervisie van een “Oberarzt”. Daarnaast lag een deel van de verantwoordelijkheid voor het handelen van Jansen Steur bij een “Chefarzt”.

Hersenontsteking?

Op 31 december 2010 wordt een 78-jarige Duitse vrouw in het ziekenhuis opgenomen. Jansen Steur, die op dat moment dienst doet als zaalarts, oppert de mogelijkheid van een hersenontsteking. Hoewel de deskundige die overweging niet goed kan volgen, stelt hij dat, als er aan een hersenontsteking wordt gedacht, er direct een lumbaalpunctie en hersenvocht onderzoek moet plaats vinden. Bij een hersenontsteking moet namelijk direct met de behandeling worden aangevangen. De lumbaalpunctie wordt echter pas 4 dagen later uitgevoerd.

Mogelijk alleen Uitdrogingsverschijnselen

De deskundige is van mening dat er op grond van de bevindingen direct na de opname aanwijzingen waren dat er sprake was van uitdrogingsverschijnselen, die de klachten van de vrouw zouden kunnen verklaren. De volgende dag gaat het weer goed met de vrouw; er zijn geen klachten meer. Er wordt dan nog aanvullend onderzoek verricht. De deskundige concludeert, in tegenstelling tot de bevindingen van Jansen Steur, dat het EEG dat wordt gemaakt op 3 januari 2011 niet afwijkend is.

Normale bevindingen, toch lumbaalpunctie

Gelet op het klinische beloop en het normale EEG bestond er op 3 januari 2011 geen verdenking meer van een hersenontsteking, aldus de deskundige. Hoewel een lumbaalpunctie daardoor niet meer geïndiceerd is, wordt een dergelijke punctie op 4 januari 2011 toch nog door Jansen Steur – zonder de vereiste toestemming van de vrouw – uitgevoerd. Jansen Steur prikt op grond van een moeilijk beweegbare rug “hoog” (in het gebied Th12-L1-L2). Er wordt drie tot vier maal geprikt, maar hersenvocht wordt niet verkregen. In aansluiting op de lumbaalpunctie klaagt de vrouw over pijn in haar rug. De pijn, die alleen maar erger wordt, vermindert niet na het toedienen van pijnstillers. Drie uur na de lumbaalpunctie tekent de verpleging aan dat de vrouw haar benen niet meer kan bewegen.

Gevolg: dwarslaesie

De deskundige stelt vast dat in het medisch dossier van een en ander geen enkel verslag of aantekening is te vinden. In het bijzonder zijn er geen aantekeningen over neurologisch onderzoek naar aanleiding van de mededeling dat betrokkene haar benen niet meer kan bewegen. Was dat onderzoek wel gedaan, aldus de deskundige, dan had in een veel vroeger stadium dan nu het geval is geweest, vastgesteld kunnen worden dat er sprake was van verlammingsverschijnselen. Dat is van groot belang, want de oorzaak van het niet kunnen bewegen van de benen bleek gelegen te zijn in een dwarslaesie (resp. conus/cauda-laesie), die werd veroorzaakt door een bloeding op de plaats waar de lumbaalpunctie was uitgevoerd. Dit laatste is uit latere operatiebevindingen gebleken. Pas de volgende namiddag wordt de patiënte naar een daartoe gespecialiseerde orthopedische kliniek verwezen. Daar wordt zij op 6 januari 2011 geopereerd. De deskundige stelt dat die operatie bij adequaat handelen al op 4 januari 2011 had kunnen plaats vinden, althans binnen 12 uur na het ontstaan van de dwarslaesieverschijnselen. Een ingreep op zo kort mogelijke termijn is daarom van belang, omdat operatie/decompressie binnen die periode de patiënte nog een kans op enig herstel geeft. Na twee dagen is die kans er niet meer.

De verwijten

Samenvattend verwijt de deskundige Jansen Steur:

  • Het niet bijhouden van een medisch dossier;
  • Het produceren van een ontoereikende ontslagbrief;
  • Het voorbijgaan aan de in casu voor de hand liggende diagnose van uitdroging;
  • Het min of meer uit de lucht laten vallen van een wat bijzondere, in iedere geval niet voor de hand liggende, diagnose en vervolgens niet adequaat reageren op een dergelijke diagnose;
  • Het zonder (schriftelijke) toestemming van de patiënte uitvoeren van een lumbaalpunctie;
  • Het niet juist uitvoeren van een lumbaalpunctie; na twee maal prikken dient te worden nagegaan waarom het prikken niet lukt;
  • Het verstrekken van onjuiste (pijn)medicatie (aspirine na de lumbaalpunctie);
  • Het niet verrichten van enig onderzoek na de mededeling: “kan de benen niet meer bewegen”;
  • Het niet tonen van inzicht dat door het niet reageren op een dergelijke mededeling kostbare tijd verstrijkt, waarmee de vrouw kansen op (enig) herstel zijn onthouden;
  • Er is wel een ontslagbrief, maar de bevindingen daarin zijn weinig gevolgtrekkend en ontoereikend;
  • De punctie was de oorzaak van de bloeding in het wervelkanaal met een latere dwarslaesie tot gevolg;
  • Het kennelijk bewust fout beoordelen van en/of vervalsen van EEG-bevindingen.

Nabestaanden eisen schadevergoeding

RTV-Oost meldt in haar berichtgeving dat de nabestaanden van de inmiddels overleden Duitse vrouw 300.000 euro schadevergoeding eisen van het ziekenhuis in het Duitse Worms. Jansen Steur zou hier enkele maanden hebben gewerkt. De familie doet ook aangifte bij justitie in Duitsland van dood door schuld, zo meldt RTV-Oost. Jansen Steur moet zich in november verantwoorden voor de Nederlandse strafrechter voor in Nederland gepleegde strafbare feiten. In november beginnen ook de tuchtzaken rond Jansen Steur.

IGZ mede schuldig

Letselschade-expert Yme Drost kreeg meer dan 200 meldingen van Nederlandse slachtoffers van ex-neuroloog Jansen Steur. Drost is van oordeel dat de Nederlandse Inspectie voor de Gezondheidszorg mede schuldig is aan hetgeen de Duitse vrouw in 2011 is overkomen. “Nederlandse toezichthouders stonden er bij en keken er naar. De IGZ heeft Jansen Steur geen strobreed in de weg gelegd om in Duitsland aan de slag te gaan. Sterker nog, ze hebben hem daarbij zelfs alle succes toegewenst”, aldus Yme Drost. Drost is bezig met een onderzoek naar de mogelijkheden om de IGZ, namens een aantal slachtoffers van de ex-neuroloog, civielrechtelijk aansprakelijk te stellen.

 

 

Tuchtzaken kwestie Jansen Steur beperkt toegankelijk

14-09-2013

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle heeft de rollijsten voor de tuchtzaken tegen de voormalige Enschede neuroloog Jansen Steur, drie voormalige bestuurders van het Medische Spectrum Twente (MST) te Enschede en drie voormalige (hoofd)inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) gepubliceerd. De klachten werden door letselschade-expert Yme Drost in januari 2013 ingediend namens vijf ex-patiënten van de voormalige neuroloog. Jansen Steur wordt kort gezegd verweten dat hij heeft gehandeld of heeft nagelaten in strijd met de zorg die hij als arts in die hoedanigheid behoorde te betrachten. De voormalige bestuurders van het Enschedese ziekenhuis MST waar Jansen Steur werkte en de inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg, worden kortgezegd verweten dat zij als medische beroepsbeoefenaren hebben gehandeld in strijd met het belang van een goede uitoefening van individuele gezondheidszorg.

Beperkt aantal zitplaatsen

De zittingen die op respectievelijk 1, 12 en 29 november 2013 plaatsvinden in het gerechtsgebouw te Zwolle, zijn in beginsel openbaar. Het tuchtcollege heeft laten weten dat het aantal zitplaatsen in de zaal beperkt is. Partijen worden door het tuchtcollege in ieder geval in staat gesteld de zittingen ongehinderd bij te wonen. Voor de pers wordt naar behoefte ruimte beschikbaar gehouden om de zittingen te volgen. Voor andere belangstellenden is er naar verwachting maar beperkt ruimte. Degenen die direct betrokken zijn bij deze zaken, hebben voorrang bij de toedeling van zitplaatsen, zo heeft het tuchtcollege laten weten. Via haar website heeft het college de pers en andere belangstellenden die de zittingen willen bijwonen verzocht zich vooraf aan te melden via [email protected] of per telefoon op nummer 088-3611039. Andere belangstellenden dan de pers dienen hun betrokkenheid bij deze klachtzaken te vermelden. Ten minste een week voor iedere zitting zal hun worden doorgegeven of bijwonen van de zitting in de zaal of anderszins mogelijk is, zo meldt het college in haar berichtgeving. Op 12 november vindt er vanaf 9.30 uur ook een inhoudelijk behandeling van de strafzaak tegen Jansen Steur plaats in het gerechtsgebouw te Almelo. De rechtbank heeft in die strafzaak 29 november als reserve datum vastgesteld, zo blijkt uit het overzicht van de geplande zittingsdagen.

Rollijsten met samenvattingen van de tuchtklachten:

Rollijst vrijdag 1 november 2013 behandeling klachten tegen Jansen Steur in het gerechtsgebouw te Zwolle om 10.00 uur. Rollijst dinsdag 12 november 2013 behandeling klachten tegen drie voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente te Enschede in het gerechtsgebouw te Zwolle om 13.30 uur. De voormalig bestuurder/verpleegkundige van het MST heeft geen verweerschrift ingediend bij het tuchtcollege te Zwolle. De bestuurder liet eerder andere onderzoekscommissies weten zich niet te willen verantwoorden voor zijn handelswijze in de kwestie Jansen Steur. Rollijst vrijdag 29 november 2013 behandeling klachten tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg in het gerechtsgebouw te Zwolle om 13.30 uur.

 

 

Rechtbank plant 13 zittingsdagen voor Jansen Steur

13-09-2013

Op 4 november 2013 start bij de rechtbank Overijssel in Almelo de inhoudelijke behandeling van de zaak Jansen Steur. Dat is de Twentse ex-neuroloog die er onder andere van wordt verdacht opzettelijk verkeerde diagnoses te hebben gesteld. Er zijn meerdere zittingsdagen gepland in november en december. Het vonnis wordt verwacht in februari. De slachtoffers hebben opgelucht gereageerd.

Planning

Het gaat om in totaal 16 zittingsdagen inclusief 3 uitloopdagen. In de periode november-december behandelt de rechtbank alle feiten en zijn dagen gepland voor spreekrecht, behandeling van de persoonlijke omstandigheden, het pleidooi en het re- en dupliek. Ook worden op meerdere zittingsdagen deskundigen gehoord.

Overzicht zittingsdagen strafzaak Jansen Steur

  • maandag 4 nov 2013 om 9.30 uur: Inleiding, voordracht, feitenbehandeling (diefstal, valsheid in geschrifte);
  • dinsdag 5 nov 2013 om 9.30 uur: Uitloopdag (vervallen);
  • woensdag 6 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt) en horen deskundigen (2);
  • donderdag 7 nov 2013 om 9.30 uur: Uitloopdag (indien nodig);
  • dinsdag 12 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt) en horen deskundigen (2);
  • donderdag 14 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (3 patiënten) en horen deskundigen (2);
  • maandag 18 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (uitloop donderdag) + 3 patiënten en horen deskundigen (2);
  • dinsdag 19 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (uitloop donderdag) + 3 patiënten en horen deskundigen (2);
  • woensdag  27 nov 2013 om 9.30 uur: Feitenbehandeling (1 patiënt) en horen deskundigen (2);
  • donderdag 28 nov 2013 om 9.30 uur: Bespreking civiele vorderingen, spreekrecht, schriftelijke slachtofferverklaringen;
  • vrijdag 29 nov 2013 om 9.30 uur: Uitloopdag (indien nodig);
  • dinsdag 3 dec 2013 om 9.30 uur: Ochtend: Bespreking persoonlijke omstandigheden verdachte. Middag: Requisitoir;
  • maandag 9-dec 2013 om 9.30 uur: Pleidooi;
  • dinsdag 17-dec 2013 om 9.30 uur: Re- en dupliek, informeel laatste woord;
  • dinsdag 28-jan 2014 om 9.30 uur: Formeel laatste woord en sluiting onderzoek;
  • dinsdag 11 feb 2014 om 13.30 uur: Vonnis.

 

 

Strafzaak tegen Jansen Steur begint eindelijk

13-09-2013

Vele slachtoffers van de voormalig neuroloog Jansen Steur reageerden vandaag opgelucht. De officier van Justitie medische zaken mr. M. van Eykelen deelde de aangevers, die op de tenlastelegging zijn genoemd, en hun belangenbehartiger Yme Drost vandaag mee, dat de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen Jansen Steur op maandag 4 november om 9.30 uur zal aanvangen. De strafzaak wordt behandeld door de rechtbank Overijssel, locatie Almelo. De rechtbank heeft in totaal 13 zittingsdagen gepland voor de inhoudelijke behandeling. Eerder vonden er al regiezittingen plaats. De strafzaak tegen de voormalige neuroloog wordt de grootste medische strafzaak ooit genoemd.

Tuchtzaak ook in november

Op 1 november om 10.00 uur vindt de inhoudelijke behandeling van de tuchtzaak plaats tegen Jansen Steur. Anders dan bij een strafzaak toetst de tuchtrechter kortgezegd alleen of Jansen Steur heeft gehandeld of heeft nagelaten in strijd met de zorg die hij als arts in die hoedanigheid behoorde te betrachten. De voormalige bestuurders van het Enschedese ziekenhuis MST waar Jansen Steur werkte en de inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) moeten zich later in november verantwoorden voor de Zwolse tuchtrechter. Hun wordt kortgezegd verweten dat zij als medische beroepsbeoefenaren hebben gehandeld in strijd met het belang van een goede uitoefening van individuele gezondheidszorg. De tuchtzaak is aangespannen namens vijf slachtoffers. “Daarbij is gekozen voor slachtoffers die niet op de tenlastelegging staan in de strafzaak. Daarmee wordt voorkomen dat tuchtzaak en strafzaak met elkaar worden vermengd”, aldus Yme Drost. De tuchtzaak voor het Regionaal Tuchtcollege Zwolle wordt behandeld in één van de zalen van de rechtbank Overijssel in Zwolle.

Aantekening in BIG-register

Volgens Yme Drost is het doel van de tuchtzaak dat er zo snel mogelijk een aantekening in het BIG-register komt over de handelwijze van Jansen Steur. De slachtoffers willen daarmee voorkomen dat Jansen Steur nog langer ongestoord zijn gang kan gaan in het buitenland. Journalisten van RTV-Oost en het dagblad De Twentsche Courant Tubantia troffen Jansen Steur meerdere malen werkend als neuroloog in Duitsland aan. Dat leidde tot veel ophef in de media en grote verontwaardiging bij slachtoffers. Ook willen de slachtoffers door de tuchtzaak voorkomen dat Jansen Steur zich ooit nog weer als arts kan laten inschrijven in het BIG-register.

Verdenkingen tegen Jansen Steur

De voormalig neuroloog van het Enschedese MST-ziekenhuis wordt verdacht van verduistering van ongeveer € 88.000,- van een stichting voor wetenschappelijk onderzoek, diefstal van medicijnen en het vervalsen van onderzoeksresultaten en recepten. Daarnaast wordt de neuroloog verdacht van het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen en laten van patiënten, evenals het opzettelijk benadelen van de gezondheid van patiënten, met (zwaar) lichamelijk letsel en de dood ten gevolge. Op de delicten staan gevangenisstraffen variërend van twee tot negen jaar. De voormalig arts Jansen Steur, die zichzelf een dubbele naam gaf en voorheen als neuroloog verbonden was aan het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede, stelde in de jaren negentig van de vorige eeuw tot 2005, vele onjuiste diagnoses. Zo vertelde de neuroloog ten onrechte aan patiënten dat zij ernstige ziektes als Alzheimer, Parkinson en MS hadden. Nadat de neuroloog in 2004 zwaar verslavende medicijnen voor eigen gebruik uit het ziekenhuis stal, werd hij ontslagen en met een gouden handdruk naar huis gestuurd. De vele medische fouten verdwenen in de doofpot.

Totale schade geschat op ruim 2 miljoen

Bij letselschade-expert Yme Drost hebben zich meer dan 200 slachtoffers van de voormalig neuroloog gemeld. Namens ruim 100 patiënten werd een schadeclaim ingediend. Meer dan 80 patiënten werden inmiddels schadeloos gesteld. Yme Drost schat de totale schade in op ruim 2 miljoen euro. Meer informatie over de zaak Jansen Steur vindt u in het dossier.

 

 

Onderzoek aansprakelijkheid IGZ in kwestie Jansen Steur

26-07-2013

De Hengelose Letselschade-expert Yme Drost start een onderzoek naar de mogelijkheden om de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) mede civielrechtelijk aansprakelijk te stellen voor schade van ex-patiënten van de voormalig neuroloog Jansen Steur. Aanleiding daarvoor is de onlangs in boekvorm verschenen masterscriptie onder de titel De IGZ en haar civielrechtelijke aansprakelijkheid voor falend toezicht. De publicatie is van de hand van dochter Willemijn Drost, die eind juni afstudeerde als juriste aan de faculteit Rechtsgeleerdheid van de Radboud Universiteit Nijmegen. Zij concludeert dat civiel-rechtelijke aansprakelijkheid van de IGZ voor falend toezicht onder omstandigheden gerechtvaardigd is.

“Aansprakelijkheid van IGZ lijkt mogelijk”

Volgens Willemijn Drost lijkt civielrechtelijke aansprakelijkheid van de IGZ in een concreet geval mogelijk te zijn. Zij betoogt in haar publicatie dat als de IGZ door een toerekenbare onrechtmatige daad schade heeft veroorzaakt, zij voor haar inadequaat ingrijpen of nalaten aansprakelijk dient te worden gehouden. Volgens haar zal aansprakelijkheid van de IGZ zich met name voordoen in situaties van concreet toezichtsfalen: ondanks meldingen of waarschuwingen, verzuimt de IGZ over te gaan tot actief ingrijpen. Ook aansprakelijkheid voor algemeen toezichtsfalen is volgens haar niet ondenkbaar. Van algemeen toezichtsfalen door de IGZ is sprake als zij nalaat voldoende controle uit te oefenen.

“Patiënten moeten erop kunnen vertrouwen dat de IGZ ingrijpt”

Drost erkent in haar publicatie dat op de IGZ geen absolute civielrechtelijke handhavingsplicht rust, maar volgens haar is die beleidsvrijheid geen vrijbrief voor de IGZ om niet-handhavend op te treden. Zij stelt dat de IGZ beschikt over specifieke toezicht- en handhavingsbevoegdheden en daarnaast op grond van haar kennisoverschot op de hoogte dient te zijn van risico’s: “Patiënten moeten erop kunnen vertrouwen dat de IGZ ingrijpt wanneer dat noodzakelijk is. Bovendien mag van de IGZ verwacht worden dat zij van risico’s op de hoogte is en dergelijke risico’s waar mogelijk beperkt en voorkomt.” Een tweede argument dat zij noemt voor een civielrechtelijke beginselplicht tot handhaving is artikel 2 EVRM: “Van de IGZ mag als publiekrechtelijk toezichthouder verwacht worden dat, indien zij op de hoogte is of behoort te zijn van een direct en onmiddellijk gevaar voor patiënten, zij overgaat tot ingrijpen.” Een derde argument dat door haar wordt genoemd, is de verhoogde zorgplicht aan de zijde van de IGZ: “Als behartiger van het algemeen belang rust op de IGZ een omvangrijkere zorgplicht dan op een gewone burger. Dientengevolge wordt van haar verwacht dat zij tot ingrijpen overgaat indien zij een overtreding constateert.”

“IGZ hoofdelijk aansprakelijk”

Volgens Willemijn Drost is het gerechtvaardigd om de IGZ civielrechtelijke aansprakelijkheid te stellen voor falend toezicht. Beperking van de aansprakelijkheid van de IGZ tot gevallen van opzet en grove schuld is volgens haar niet gewenst. Falend toezicht van de IGZ, zo motiveert zij, kan verstrekkende gevolgen hebben voor de gezondheid van derden. Toerekening op grond van schuld zou volgens haar daarom geen belemmering mogen opleveren. Hierbij is volgens haar van belang of de IGZ in een concrete situatie de ernst van het gevaar had moeten weten, niet of zij de ernst van het gevaar had kunnen weten. Naast toerekening van een onrechtmatige daad aan de IGZ op grond van schuld, kan volgens haar toerekening ook plaatsvinden op grond van verkeersopvattingen. Dit betekent dat de onrechtmatige gedraging de IGZ kan worden toegerekend zonder dat haar een verwijt valt te maken. Dat kan volgens haar omdat de IGZ als publiekrechtelijk toezichthouder geacht wordt deskundig te zijn op het gebied van de gezondheidszorg. Daarbij wijst zij er op dat de onrechtmatige daad van de IGZ dan veelal zal bestaan uit een nalaten. Volgens haar is dan van belang om te bepalen in hoeverre de gedraging van de IGZ van invloed is geweest op het ontstaan van schade en in welke mate zij de kans op het ontstaan van schade heeft vergroot. “Van de IGZ mag als toezichthouder verwacht worden dat zij risico’s tijdig inziet en tot adequaat ingrijpen overgaat”, zo stelt zij. Willemijn Drost: “Indien de IGZ faalt in het bewaken van de kwaliteit van de gezondheidszorg en het waarborgen van de patiëntveiligheid, kan haar een zelfstandig verwijt worden gemaakt. Alhoewel het handelen van de primaire dader in veel gevallen het meest heeft bijgedragen aan de door de derde geleden schade, betekent dit niet dat de IGZ slechts aangesproken kan worden voor haar veroorzakingsaandeel. De IGZ dient derhalve naast de primaire dader hoofdelijk aansprakelijk te zijn voor de door de derde geleden schade.”

Yme P.J. Drost, re

“Casus ex-neuroloog lijkt een ideale casus”

Volgens letselschade-expert Yme Drost lijkt de casus van de ex-neuroloog Jansen Steur een ideale casus om te onderzoeken of de IGZ voor schade van ex-patiënten mede aansprakelijk kan worden gesteld. Volgens Drost is er in de casus Jansen Steur sprake van zowel algemeen als concreet toezichtsfalen door de IGZ: “Ondanks diverse meldingen en waarschuwingen, verzuimde IGZ over te gaan tot actief ingrijpen.” Daarnaast heeft volgens hem IGZ onvoldoende controle uitgeoefend. Hij ziet zich in zijn mening gesteund door de conclusies van de Commissie Hoekstra die in haar rapport “Angel en Antenne” vernietigend oordeelde over de rol van IGZ in de kwestie Jansen Steur.

Medisch tuchtcollege behandelt zaak tegen inspecteurs IGZ eind november

Mede op grond van het rapport van de Commissie Hoekstra diende Yme Drost namens vijf ex-patiënten een klacht in tegen drie voormalige inspecteurs van IGZ bij het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Het medisch tuchtcollege behandelt de zaak tegen de voormalig inspecteurs op vrijdag 29 november. Begin en medio november worden de tuchtzaken behandeld tegen Jansen Steur en de voormalige leden van de raad van bestuur van het Medisch Spectrum Twente te Enschede, waar Jansen Steur als neuroloog aan verbonden was. De publicatie van Willemijn Drost De IGZ en haar civielrechtelijke aansprakelijkheid voor falend toezicht is in boekvorm verschenen en bestaat uit 94 pagina’s (ISBN: 978-1-291-44028-7) en is voor € 9,99 te bestellen via Lulu.com.

 

 

Jansen Steur wil gedragsonderzoek nu wel

01-07-2013

Op 1 juli 2013 diende bij de rechtbank Overijssel in Almelo de derde zitting in de zaak van de Twentse ex-neuroloog Jansen Steur. Deze pro-forma zitting was voornamelijk bedoeld om de voortgang van de zaak te bewaken en de stand van het onderzoek te bespreken.

Ex-neuroloog wil nu wel meewerken

Ex-neuroloog Jansen Steur wil nu wel meewerken aan het gedragsonderzoek dat hij eerder nog pertinent weigerde. Dat deelde zijn advocaat Frank van Gaal mee tijdens de pro formazitting. Officier van Justitie Marjolein van Eykelen noemde dat tijdens de zitting: “Het heugelijke nieuws”. Dat Jansen Steur nu wel bereid is tot een nader onderzoek door een psychiater komt volgens Van Gaal omdat het niet langer hoeft te worden uitgevoerd door een door de rechtbank aangewezen en ‘bevooroordeelde’ gedragskundige, maar door een soortgelijke onafhankelijke functionaris uit het noorden van het land. De rechtbank stemde niet in met het verzoek van de verdediging om ook een hooggeleerde expert op het gebied van medici met een verslaving in te schakelen. Dit verzoek werd door de rechtbank afgewezen omdat dit onderwerp naar verwachting voldoende aan de orde zal komen in het psychiatrisch onderzoek van Jansen Steur. De ex-neuroloog wordt verdacht van het stellen van tal van verkeerde diagnoses die bij zijn patiënten tot ernstige lichamelijke en mentale problemen hebben geleid. Ook wordt het ontvreemden van medicijnen die hij vervolgens voor eigen gebruik aanwendde, hem aangerekend, naast verduistering van een bedrag van ruim € 88.000,- en valsheid in geschrifte. Als het Jansen Steur ten laste gelegde bewezen wordt verklaard, kan de voormalig neuroloog tot een langdurige gevangenisstraf worden veroordeeld. De kwestie, die de grootste medische strafzaak ooit wordt genoemd, werd aan het rollen gebracht door de Hengelose letselschade-expert Yme Drost, die meer dan 200 ex-patiënten van de oud-neuroloog bijstaat.

Wijziging tenlastelegging

Het Openbaar Ministerie deed bij monde van officier Marjolein Van Eykelen tijden de pro formazitting een vordering wijziging tenlastelegging. Het ging met name om een nadere omschrijving van het gestelde letsel en de schadelijke gevolgen van de foute diagnoses van Jansen Steur. De verdediging had geen bezwaar tegen de gewijzigde tenlastelegging, waarna de rechtbank die vordering toestond. De verdenkingen tegen de oud-neuroloog klonken daardoor alleen maar zwaarder. Ook maakte de officier van justitie bekend dat een stichting zich zal voegen in het strafproces om het door Jansen Steur verduisterde bedrag van ruim € 88.000,- terug te vorderen. Ook mogelijk twee slachtoffers zullen zich civiel partij stellen tijdens de inhoudelijke behandeling, zo deelde de officier mee. Volgens letselschade-expert Yme Drost gaat het in beide gevallen om zaken waarin de aansprakelijkheid nog niet is erkend en de schade nog niet is vergoed. In één van deze zaken hoopt Drost deze week op een doorbraak.

Bijeenkomst slachtoffers

Later dit jaar, kort voor de inhoudelijke behandeling van de strafzaak, komt er nog een bijeenkomst voor de slachtoffers, van wie echter een deel nog eerst moet worden gehoord door de onderzoeksrechter. Alle aanvullende getuigenverhoren vinden plaatst in de periode van augustus tot half oktober 2013. Daaronder ook de voormalig voorzitter van de Raad van Toezicht van het Medisch Spectrum Twente in de periode tot 1 januari 2005. De rechtbank wees daartoe vandaag een verzoek van de verdediging toe.

Behandeling strafzaak

De strafzaak tegen Jansen Steur zal, zo meldde de rechtbank Almelo, meerder dagen in beslag gaan nemen. De eerste inhoudelijke behandeling van de strafzaak zal volgens planning in november plaatsvinden. De data voor de inhoudelijke behandeling van de strafzaak bij de rechtbank Almelo worden in augustus bekend gemaakt.

Behandeling tuchtzaak

De inhoudelijke behandeling van de zaak Jansen Steur bij de medische tuchtrechter te Zwolle begint volgens de huidige planning op vrijdag 1 november om 13.30 uur met de zitting waarbij de arts zelf verantwoording moet afleggen. Daarmee lijkt de tuchtrechter sneller te handelen dan de strafrechter. Op dinsdag 12 november moeten drie voormalig bestuursleden van het Medisch Spectrum Twente zich verantwoorden voor het medisch tuchtcollege en op vrijdag 29 november is het de beurt aan drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidsdienst om uitleg te geven over hun rol.

 

 

Zittingsdata tuchtzaak Jansen Steur bekend

20-06-2013

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle heeft de data vastgesteld waarop de diverse tuchtklachten in de kwestie van de ex-neuroloog Jansen Steur inhoudelijk zullen worden behandeld. De zittingen van het tuchtcollege zijn openbaar. De tuchtzaken tegen Jansen Steur zelf, aangespannen door vijf voormalig patiënten, worden behandeld op vrijdag 1 november 2013 om 10.00 uur. De tuchtzaken tegen drie voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente te Enschede worden behandeld op dinsdag 12 november 2013 om 13.30 uur. De tuchtzaken tegen drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg worden behandeld op vrijdag 29 november 2013 om 13.30 uur. Jansen Steur, de voormalige bestuurders en de inspecteurs werden in januari 2013 voor de medische tuchtrechter gedaagd. In februari 2013 werd de tuchtklacht uitgebreid. De voormalig patiënten van Jansen Steur verwijten de ‘aangeklaagden’ tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen en nalaten in strijd met de zorg die zij als BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar in die hoedanigheid behoorden te betrachten (de eerste tuchtnorm) en/of het handelen en nalaten in de hoedanigheid van hulpverlener in strijd met het belang van een goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg (de tweede tuchtnorm). Volgens letselschade-expert Yme Drost, die de klagers in de tuchtprocedure bijstaat, vinden de klagers het erg belangrijk dat het medisch tuchtcollege ook het handelen van de interne (bestuurders MST) en externe toezichthouders (inspecteurs IGZ) toetst. “Uit meerdere rapporten is duidelijk geworden dat zowel interne als externe toezichthouders hebben gefaald”, aldus Drost.

 

 

Jansen Steur in november voor rechter

17-04-2013

De rechtbank in Almelo streeft ernaar in november te beginnen met de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen de omstreden neuroloog Ernst Jansen Steur. Ze maakte dat woensdag bekend tijdens een nieuwe regiezitting van de zaak. De arts heeft steeds aangegeven zelf bij die inhoudelijke behandeling aanwezig te zullen zijn. Over drie maanden is er eerst nog een pro forma-zitting om de voorgang van het vooronderzoek te bewaken. Jansen Steur wordt er onder meer van verdacht verkeerde diagnoses te hebben gesteld bij tal van zijn voormalige patiënten, die als gevolg daarvan ernstige lichamelijke of geestelijke schade opliepen. Ook zou hij verslaafd zijn geraakt aan medicijnen en deze hebben ontvreemd uit het Medisch Spectrum Twente waar hij werkte. In totaal wordt hij verdacht van 21 strafbare feiten. De rechtbank willigde ten dele het verzoek van Frank van Gaal, de raadsman van Jansen Steur, in om patiënten en bestuurders van het MST te horen voor de inhoudelijke behandeling begint.

 

 

Uitspraak regiezitting Jansen Steur op 17 april

03-04-2013

De regiezitting in de zaak van de omstreden neuroloog Jansen Steur wordt voortgezet op woensdag 17 april om 14.30 uur. Dat besloot de rechtbank in Almelo onder voorzitterschap van mr. Marcel Bordenga na het aanhoren van de aanvullende onderzoekwensen van raadsman Frank van Gaal van de neuroloog. De rechtbank zal dan haar beslissing ten aanzien van de onderzoekwensen bekend maken. Ook zal de rechtbank dan reageren op de vraag van het OM de volgende regiezitting binnen drie maanden vast te stellen. Van Gaal wil onder meer nader onderzoek naar een blauwe ordner, waarin Jansen Steur zelf ‘voor het gemak’ de status van patienten bijhield. “Het staat voor mij niet vast dat die alleen kladbriefjes en aantekeningen bevat”, aldus de raadsman. “Want volgens sommige patiënten zijn dossiers nog maar half zo dik als ze ooit waren. Wat er ontbreekt kan ik niet zeggen, dat weet mijn cliënt. Maar het kan bijvoorbeeld gaan om foto’s en brieven. Het kan in elk geval verder gaan dan de opschoning van dossiers, waarover het tot nu toe gaat. Ik wil weten wat er uit de dossiers van Jansen Steur is weggegooid en daarover personeel en patienten ondervragen. Het OM vindt dat er geen relevante stukken ontbreken, maar daar ben ik allerminst van overtuigd.” Van Gaal wil ook letselschadespecialist Yme Drost ondervragen over zijn visie over het mogelijk ontbreken van stukken uit de dossiers. Drost onderzocht in verband met het formuleren van civiele schadeclaims vele tientallen dossiers van ex-patiënten van Jansen Steur. Van Gaal deelt evenmin de visie van het OM dat als het zover komt, patienten bij voorkeur in  de thuisomgeving moeten worden ondervraagd omdat ze al voldoende mentale schade hebben geleden. “Het is veel gemakkelijker dat bij de rechtbank te doen.” De Hengelose letselschadespecialist Yme Drost is blij met “de tip” van Van Gaal ten aanzien van de blauwe ordner van Jansen Steur. “Want misschien bevat die ook wel belangrijke gegevens over een client van mij die verlammingen in zijn voet heeft overgehouden aan een botox-behandeling door Jansen Steur. Dat dossier is verreweg incompleet. We hebben gelukkig een afsprakenkaart hoe vaak hij bij Jansen Steur kwam, maar dat zegt onvoldoende over wanneer en in welke mate hij botox heeft gekregen. Hopelijk geeft de ordner ook daar meer inzicht in.” Zowel rechter Bordenga als Drost vond het opmerkelijk dat de neuroloog opnieuw niet zelf ten tonele verscheen tijdens de regiezitting. Bordenga tegen Van Gaal: “U moet nu het antwoord schuldig blijven op vragen, waarover hij wel uitsluitsel had kunnen geven. Uw cliënt had beter wel op de zitting kunnen verschijnen.” En Drost, die verwacht dat de inhoudelijke behandeling van de strafzaak in het najaar zal beginnen: “Jansen Steur doet door niet te verschijnen nu zichzelf te kort. Hopelijk komt hij nu een volgende keer wel op de zitting.”

 

 

Nog steeds doofpottencultuur MST’

03-04-2013

Het Openbaar Ministerie heeft bij de rechter-commissaris moeten afdwingen dat het Medisch Spectrum Twente het dossier van een van de zes patiënten zou afgeven. Het betrof een patiënt die onderwerp was van het orienterend onderzoek naar de handel en wandel van neuroloog Ernst Jansen Steur in het kader van door hem geinitieerde hersenoperaties. Dat stelde Officier van Justitie Marjolein van Eykelen woensdag tijdens de tweede regiezitting van de zaak Jansen Steur, die verdacht wordt van het stellen van tal van verkeerde diagnoses. Van de andere vijf patiënten is de zaak grotendeels verjaard. Het MST voerde als motief voor haar opstelling aan dat ze op basis van haar beroepsgeheim gegevens van patiënten niet hoefde af te geven.  De rechter-commissaris eiste ze vervolgens op. Volgens letselschadespecialist Yme Drost uit Hengelo, die de belangen van de patiënten behartigt, geeft de weigering van het MST aan dat het ziekenhuis nog altijd aanzienlijk minder transparant is dan ze bij monde van bestuursvoorzitter Herre Kingma beweert. “Kingma heeft geregeld aangegeven dat wat hem betreft de onderste steen boven moet komen en dat zijn ziekenhuis con amore zal meewerken aan elk verzoek om nader onderzoek. Bij de eerste de beste test blijkt die toezegging weinig waard, want het dossier van een van mijn cliënten moet via de rechter-commissaris worden opgeëist. Bij het MST heerst kennelijk nog steeds een doofpottencultuur.”

 

 

Rapporteur Scheltens vooringenomen’

03-04-2013

Advocaat Frank van Gaal van neuroloog Jansen Steur heeft ernstige twijfels over de rol van professor Scheltens in deze veelbesproken zaak. De jurist noemde hem woensdag tijdens de tweede regiezitting als rapporteur ‘vooringenomen’. Van Gaal: “Het is zonneklaar dat hij al een negatief oordeel had voor hij voor het Openbaar Ministerie aan de slag kon. Daarvoor immers had Scheltens zich al diverse keren negatief uitgelaten over diagnoses en doorverwijzingen van mijn cliënt.” Van Gaal vraagt zich mede daarom hardop af: “Hadden ze niet beter iemand anders kunnen vragen, die fris en onbevangen over de dossiers had kunnen oordelen? Ook professor Wolters was trouwens al een keer betrokken bij een second-opinion.” Frank van Gaal zette tevens vraagtekens bij het tijdstip, waarop de Vakgroep Neurologie van het MST, het bestuur en Inspectie van de Volksgezondheid zich met de affaire-Steur is gaan bemoeien. “De hamvraag is of zij niet eerder hadden kunnen en moeten ingrijpen.” Van Gaal verzocht de rechtbank neuroloog professor M. Vermeulen een contra-expertise te laten verrichten als getuige-deskundige.  Dat viel echter bij het OM en bij letselschadespecialist Yme Drost volledig in verkeerde aarde. Vermeulen liet zich volgens hen, zonder kennis van het dossier, in 2009 positief uit over Jansen Steur. “Hoe wil hij dan nog in vrijheid kunnen zeggen dat hij zijn uitlatingen destijds beter niet had kunnen doen?”

 

 

Verdediging wil nog ruim dertig getuigen horen

03-04-2013

De verdediging van de omstreden neuroloog Ernst Jansen Steur wil nog ruim dertig getuigen horen, alvorens het proces volgens haar inhoudelijk behandeld kan worden. Dat kondigde advocaat Frank van Gaal van de specialist woensdag aan tijdens de tweede regiezitting van  de zaak voor de Almelose rechtbank.  Het gaat daarbij om personen die werkzaam waren in het Medisch Spectrum toen Jansen Steur daar actief was, het bestuur van het MST, patiënten en deskundigen. Van Gaal: “Het is geen gering aantal en we realiseren ons dat het veel tijd gaat kosten om de getuigen te horen, maar het is in het belang van een goed verloop van dit proces. Er is sprake van een spanningsveld tussen zorgvuldig handelen en voortvarendheid. Maar haastige spoed is zelden goed, zeker in een complexe zaak als deze. We hebben nog tal van vragen over drie thema’s: de compleetheid van de dossiers, de diagnoses en behandelingen en het opgetreden lichamelijk en geestelijk letsel en ten derde of er eerder en beter had kunnen worden opgetreden.” Van Gaal hekelde in Almelo de ‘ongekende heksenjacht’, die volgens hem op zijn patiënt is en wordt gehouden. “Hij is afgeschilderd als boze tovenaar, Frankenstein en nog erger als dr. Mengele. Dat doet je de haren te berge rijzen. Niet iedereen zal het met me eens zijn en wellicht zullen ook voorbeelden worden tegengeworpen. Mijns inziens is dit de grootste strafzaak van de afgelopen 25 jaar en is deze uniek in zijn soort. Ik heb niet eerder gezien dat zes hoogleraren als deskundigen rapportages hebben uitgebracht en dat tientallen mensen als getuigen zijn gehoord. Ook over een gebrek aan aandacht heeft deze zaak niet te klagen. Kamerdebatten, onderzoekscommissies en tuchtrechtprocedures hebben geleid tot een cascade aan berichtgeving, ook in een periode van afgesproken radiostilte. Mensen als Drost (letselschadespecialist), Lemstra (voorzitter onderzoekscommissies) en Kingma (bestuursvoorzitter MST) zijn bekende Nederlanders geworden. Ook de verdediging heeft meer in de schijnwerpers gestaan, maar dat was geen bewuste keuze.” Mr. Van Gaal stelde nog eens met klem dat hij en Jansen Steur er niet op uit zijn de behandeling van de zaak fors te vertragen. “Ik denk niet dat een slepend zaak in het voordeel is van mijn cliënt. Hij is juist het meest gediend bij een spoedig oordeel van de rechter. Maar het Openbaar Ministerie wil met zevenmijlslaarzen door het proces stappen. Dat is niet goed voor de zorgvuldigheid en de kwaliteit daarvan.” Het Openbaar Ministerie zegt haar onderzoek tegen verdachte Jansen Steur nagenoeg te hebben afgerond. Ze wil alleen nog een getuige in Duitsland horen, waar Jansen Steur aan de slag ging hoewel hij uit het register van de Beroepen Individuele Gezondheidszorg was uitgeschreven.

 

 

Tweede regiezitting rechtbank in kwestie Jansen Steur

02-04-2013

Op woensdag 3 april is er bij de rechtbank Almelo een tweede regiezitting met betrekking tot de kwestie van de voormalig ex-neuroloog Jansen Steur. Naar verwachting zal het Openbaar Ministerie (OM) daarin ook verslag doen van de onderzoeksresultaten naar een aantal onterechte hersenoperaties die Jansen Steur liet uitvoeren. Vrijdag 29 maart maakte het OM al bekend dat daarin geen strafvervolging zal worden ingesteld. Vijf van de zes bij het OM gemelde zaken waren verjaard en in één geval vond het OM onvoldoende aanknopingspunten voor succesvolle strafvervolging. Het onderzoek werd door het zogenoemde Lippstadt-II-team van de politie Twente uitgevoerd. Tijdens de regiezitting zal de Almelose rechtbank de nog aanwezige onderzoekswensen van het OM en de verdediging inventariseren. Ook de verdere stand van zaken in het strafrechtelijk onderzoek zal aan de orde komen. Het OM zal waarschijnlijk tevens mededeling doen van het door haar onlangs in Duitsland uitgevoerde onderzoek naar Jansen Steur. Tijdens de eerste regiezitting in november 2012 meldde het OM daarover een rechtshulpverzoek aan Duitsland te hebben gedaan. Blijkens het proces-verbaal van de eerste regiezitting werden niet (direct) alle onderzoekswensen van de zijde van de verdediging gehonoreerd. De slachtoffers hopen dat er na woensdag eindelijk duidelijkheid komt over wanneer de Almelose rechtbank de strafzaak tegen Jansen Steur inhoudelijk zal gaan behandelen en hoeveel dagen de rechtbank daarvoor denkt nodig te hebben. Het OM opende begin 2009 een strafrechtelijk vooronderzoek tegen Jansen Steur, nadat ze eerder de zaak bijna twee jaar in de la had laten liggen. Later dat jaar kondigde het Openbaar Ministerie een gerechtelijk vooronderzoek tegen het Medisch Spectrum Twente (MST) aan. Voor haar late optreden bood het OM de Hengelose letselschade-expert Yme Drost, die de kwestie in 2007 al aankaartte bij het OM, begin 2009 haar excuses aan. Jansen Steur verliet eind 2003 het MST in Enschede nadat hij betrapt was op diefstal van medicijnen en receptenblokken. Nadien werd bekend dat Jansen Steur ten onrechte aan tientallen patiënten had verteld dat ze leden aan Alzheimer, MS of de ziekte van Parkinson. De Hengelose letselschade-expert Yme Drost staat meer dan 200 ex-patiënten van de voormalig neuroloog bij. In ruim 85 gevallen werd aansprakelijkheid inmiddels erkend en de schade geregeld. Enkele tientallen schadeclaims lopen nog. De regiezitting bij de rechtbank Almelo op 3 april, in wat nu al de grootste medische strafzaak ooit wordt genoemd, vangt woensdagochtend om 10.00 uur aan. Jansen Steur, die verdacht wordt van 21 strafbare feiten, zal daarbij niet aanwezig zijn, zo liet zijn advocaat Frank van Gaal uit het Gelderse Wijchen de rechtbank eerder weten. Tegen Jansen Steur, drie voormalig bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST) en drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) lopen in totaal ook 35 tuchtzaken bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. In januari van dit jaar dienden 5 klagers tegen de 7 aangeklaagden een tuchtklacht in. In februari van dit jaar werd de tuchtklacht inhoudelijk uitgebreid. De zaken zullen later dit jaar door het medisch tuchtcollege worden behandeld. Op dit moment is het schriftelijk vooronderzoek van het tuchtcollege nog in volle gang.

 

 

Verjaring redt ex-neuroloog Jansen Steur

29-03-2013

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft besloten geen strafvervolging in te stellen tegen de voormalig Enschedese neuroloog Jansen Steur en een Enschedese neurochirurg. Dat liet officier van justitie mr. M. van Eykelen de Hengelose letselschade-expert Yme Drost vandaag schriftelijk weten. Het OM onderzocht op basis van een getuigenverklaring van Drost zes zaken waarvan het Medisch Spectrum Twente (MST) had aangegeven dat de hersenoperaties zeer waarschijnlijk ten onrechte waren uitgevoerd. Drost vertegenwoordigt ruim tweehonderd ex-patiënten van Jansen Steur. Jansen Steur vertelde tot 2004 vele tientallen patiënten ten onrechte dat ze leden aan ernstige ziektes als Alzheimer, Multiple Sclerose en de ziekte van Parkinson. Het OM concludeerde vandaag dat in de zaak van de vermeend onterechte hersenoperaties “in vijf gevallen nader onderzoek niet meer opportuun is,  gelet op de verjaringstermijnen en het daarmee samenhangende verval van recht tot strafvordering.” In één geval die nog niet verjaard was vond het Openbaar Ministerie onvoldoende aanknopingspunten voor strafvervolging. Volgens Yme Drost illustreert deze zaak dat artsen en een ziekenhuis worden beloond als ze de zaak maar lang genoeg stil houden. Ondanks diepgaand onderzoek door twee commissies onder voorzitterschap van Prof. dr. Wolter Lemstra in 2009 en 2010, kwamen de door het ziekenhuis gestelde onterechte hersenoperaties niet aan het licht. Het MST deelde pas in november 2012 mee dat er in dertien gevallen vraagtekens geplaatst konden worden bij in opdracht van Jansen Steur uitgevoerde hersenoperaties. De meeste zaken waren toen strafrechtelijk al verjaard. “Ook tuchtrechtelijk zijn bijna alle onterecht uitgevoerde hersenoperaties verjaard. Dit is zeer zuur voor de slachtoffers die het betreft en niet in het belang van de kwaliteit van de gezondheidszorg”, aldus Drost.

 

 

Mogelijk verlenging verjaringstermijn medische claims

29-03-2013

Op verzoek van het CDA was er gisteren een Kamerdebat met minister Edith Schippers van Volksgezondheid over de kwestie van de voormalige Enschedese neuroloog Jansen Steur. Het debat was door de Kamerleden Hanke Bruins Slot en Pieter Omtzigt (beiden CDA) aangevraagd, omdat Jansen Steur in januari van dit jaar bleek te werken in een ziekenhuis in het Duitse Heilbronn. Dit ondanks de deal die de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) met hem sloot, dat Jansen Steur niet meer als arts zou gaan werken en Jansen Steur in ruil daarvoor niet door IGZ voor het medisch tuchtcollege zou worden gedaagd. De minister maakte in de Tweede Kamer gisteren duidelijk dat het sluiten van dergelijke deals door IGZ definitief tot het verleden behoren. Zij zegde ook toe haar uiterste best te zullen doen om de Kamer een lijst te doen toekomen van soortgelijke deals die IGZ met andere artsen sloot. Wel gaf zij aan dat het een hele moeilijke klus gaat worden. IGZ heeft van beroepsbeperkende afspraken met artsen geen administratie bijgehouden, aldus de minister. Letselschade-expert Yme Drost, die meer dan twee honderd slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, vindt dat “zeer ernstig”. Drost: “Hoe kan IGZ adequaat toezicht houden op deze disfunctionerende artsen als zij daar zelf geen administratie van heeft bijgehouden? Het onderstreept nog eens heel nadrukkelijk het disfunctioneren van IGZ in de afgelopen jaren. Het wordt hoog tijd dat bij IGZ orde op zaken wordt gesteld.” Verder zegde Schippers de Kamer toe zich er sterk voor te maken om bij haar ambtsgenoot van Binnenlandse Zaken aan te dringen op een verlenging van de civiel rechterlijke verjaringstermijn bij medische aansprakelijkheid. Bruins Slot (CDA) vroeg in een motie om verlenging van die verjaringstermijn van 5 naar 10 jaren. Yme Drost vindt dat een enorme sprong voorwaarts in het medisch aansprakelijkheidsrecht. “Regelmatig zie je dat patiënten wel weten dat er iets niet goed gegaan is bij hun medische behandeling. Maar niet goed gegaan wil niet altijd zeggen dat het ook niet goed gedaan is. Medische verzekeraars komen dan direct met het verweer dat de zaak verjaard is. Je kunt daar overigens juridisch alles van vinden, maar verlenging van de verjaringstermijn zal patiënten onmiskenbaar in een voordeliger juridische positie brengen en dat is winst. De patiënt, maar ook de kwaliteit van de gezondheidszorg moet immers in alles centraal staan”, aldus Drost. Daarmee komt tevens volgens Drost een einde aan het feit dat als het deksel maar lang genoeg op de beerput blijft zitten, artsen daarmee weg komen. Drost pleit tevens voor een wijziging van de verjaringstermijn van medische tuchtzaken. “Die verjaringstermijn is nu tien jaar en gaat in op de datum van het foutief handelen of nalaten van de arts. Het tuchtrecht ziet op kwaliteitsbeheersing van de gezondheidszorg. In het licht van die kwaliteitsbeheersing zou het goed zijn als de verjaringstermijn pas gaat lopen op het moment dat het foutief handelen of nalaten van de arts aan de patiënt bekend wordt. We zorgen er daardoor tevens voor dat artsen op dat punt transparanter moeten gaan worden. Patiënten hebben daar recht op.”

 

 

Tuchtklacht tegen Jansen Steur uitgebreid

09-02-2013

Letselschade-expert Yme Drost heeft namens de vijf klagers de klacht, die hij vorige week indiende bij het (medisch) Regionaal Tuchtcollege Zwolle, gisteren uitgebreid met nieuwe tuchtrechtelijke verwijten. Eén van de nieuwe verwijten aan het adres van Jansen Steur is het in 2003 aanbieden van marihuana uit de “bureaula” aan één van de klagers, alsmede die klager voor verdere verstrekking te verwijzen naar een Jansen Steur bekende persoon uit het drugscircuit. Wettelijk mogen alleen apothekers, vanaf 1 september 2003, medicinale cannabis leveren en dan ook nog alleen op recept. Cannabis valt onder de Opiumwet. Er zijn meerdere meldingen bij Drost Letselschade binnengekomen van het door Jansen Steur aanbieden van marihuana aan patiënten vanuit de “bureaula”. De tuchtklacht, waarover het Regionaal Tuchtcollege zich zal hebben te buigen, richt zich tegen de voormalig neuroloog Jansen Steur, twee voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST), de huidige voorzitter van de Raad van Bestuur van het MST, evenals drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Alle aangeklaagden zijn BIG-geregistreerd. De tuchtrechter is gevraagd Jansen Steur het recht te ontzeggen zich weer in het BIG-register in te schrijven. Het is de zwaarste maatregel die de tuchtrechter aan Jansen Steur kan opleggen. De maatregel van ‘schrapping’ is niet mogelijk: Jansen Steur liet zich in 2009 uit het BIG-register schrijven na een ‘deal’ met IGZ. Klagers verwijten de ‘aangeklaagden’ tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen en nalaten in strijd met de zorg die zij als BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar in die hoedanigheid behoorden te betrachten (de eerste tuchtnorm) en/of het handelen en nalaten in de hoedanigheid van hulpverlener in strijd met het belang van een goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg (de tweede tuchtnorm).

Tuchtklacht tegen bestuurders en leidinggevenden is ontvankelijk

In de media is discussie ontstaan of er wel een tuchtklacht kan worden ingediend tegen bestuurders van een ziekenhuis en inspecteurs van IGZ. Of om het juridisch te zeggen, of klagers in een dergelijk klacht wel ontvankelijk zijn. Drost, die met veel vragen op dat punt werd benaderd, wijst op de jongste jurisprudentie die aangeeft dat het wel degelijk mogelijk is. Uit een uitspraak van het Centraal Tuchtcollege d.d. 26 juni 2012, in de zaak onder nummer C2011.008, kan worden opgemaakt: “3.4. In tegenstelling tot eerdere jurisprudentie is het Centraal Tuchtcollege thans van oordeel dat artsen in een bestuurlijke en/of leidinggevende functie voor hun handelen tuchtrechtelijk aansprakelijk kunnen zijn. Het is onmiskenbaar de bedoeling van de wetgever geweest dat ook dit (…) handelen tot een tuchtrechtelijke veroordeling zou kunnen leiden, mits het handelen voldoende weerslag heeft op het belang van de individuele gezondheidszorg (Kamerstukken II. 1985-1986, 19 522, nr. 3, p. 74-76 en 1987-1988, 19 522, nr. 7, p. 97-98). Tegen die achtergrond is het Centraal Tuchtcollege van oordeel dat de omschrijving van handelingen op het gebied van de individuele gezondheidszorg zoals opgenomen in artikel 1 wet BIG er niet aan in de weg behoeft te staan dat handelen van artsen in een bestuurlijke of leidinggevende functie als tuchtrechtelijk relevant handelen aan de tuchtrechter wordt voorgelegd. (…) Het voorgaande houdt in dat klager in de klacht ontvankelijk is en dat de beslissing waarvan beroep niet in stand kan blijven.” Dat geldt ook voor een verpleegkundige in een bestuurlijke functie. Het Regionaal Tuchtcollege Zwolle overwoog bij uitspraak van 7 juni 2012 : “5.1 Met betrekking tot de ontvankelijkheid: De eerste vraag die moet worden beantwoord is of het handelen zoals door klaagster aan verweerster wordt verweten tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerster kan opleveren. Daarbij is van belang dat verweerster niet zelf zorg verleende maar handelde in haar hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur. (…) Tegen die achtergrond is het college van oordeel dat de omschrijving van handelingen in artikel 1 Wet BIG er niet aan in de weg hoeft te staan dat het handelen van een verpleegkundige die, zoals verweerster, uitsluitend in een bestuurlijke functie werkzaam is, als tuchtrechtelijk relevant handelen aan de tuchtrechter kan worden voorgelegd. Dat betekent dat klaagster ontvankelijk is in haar klacht.” Volgens Yme Drost geldt het vorenstaande ook voor inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Drost: “Hoewel een novum, valt niet in te zien waarom inspecteurs als BIG-geregistreerde anders tuchtrechtelijk behandeld zouden moeten worden.”

 

 

Jansen Steur voor tuchtrechter gedaagd

26-01-2013

Vijf klagers hebben deze week een klacht ingediend bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle tegen de voormalig neuroloog Jansen Steur. Ook richt de klacht zich tegen twee voormalige bestuurders van het Medisch Spectrum Twente (MST), de huidige voorzitter van de Raad van Bestuur van het MST en drie voormalige inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). De tuchtrechter is gevraagd Jansen Steur het recht te ontzeggen zich weer in het BIG-register in te schrijven. Het is de zwaarste maatregel die de tuchtrechter aan Jansen Steur kan opleggen. De maatregel van ‘schrapping’ is niet mogelijk: Jansen Steur liet zich in 2009 uit het BIG-register schrijven na een ‘deal’ met IGZ. Klagers verwijten de ‘aangeklaagden’ tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen en nalaten in strijd met de zorg die zij als BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar in die hoedanigheid behoorden te betrachten (de eerste tuchtnorm) en/of het handelen en nalaten in de hoedanigheid van hulpverlener in strijd met het belang van een goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg (de tweede tuchtnorm). Volgens letselschade-expert Yme Drost, die de klagers in de tuchtprocedure bijstaat, vinden de klagers het erg belangrijk dat het medisch tuchtcollege ook het handelen van de interne (bestuurders MST) en externe toezichthouders (inspecteurs IGZ) toetst. “Uit meerdere rapporten is duidelijk geworden dat zowel interne als externe toezichthouders hebben gefaald”, aldus Drost. Dat ook de huidige bestuursvoorzitter in de tuchtklacht wordt meegenomen, is volgens Drost te verklaren uit het feit dat pas vanaf januari 2009 een begin is gemaakt met een onderzoek naar het handelen van Jansen Steur. Daar komt volgens Drost bij dat pas eind 2009 is begonnen met een actief onderzoek naar meer slachtoffers door het MST. Dat leverde 13 mogelijk nieuwe slachtoffers op. Drost: “Vervolgens begint men dan pas in 2012 met een onderzoek naar slachtoffers van mogelijk onterechte hersenoperaties. Dat leverde nog eens 13 mogelijke slachtoffers op. En dan nog is niet alles onderzocht.”

Feiten en achtergronden ‘kwestie Jansen Steur’

De feiten en achtergronden over wat de ‘kwestie Jansen Steur’ is gaan heten, zijn uitgebreid beschreven in na te melden rapporten:

  1. En waar was de patiënt … ? Rapport over het (dis)functioneren van een medisch specialist en zijn omgeving, Commissie Lemstra I, prof. dr. W. Lemstra e.a.;
  2. Heel de patiënt Het handelen van de beroepsmatig betrokkenen na het vertrek van een disfunctionerende medisch specialist, Commissie Lemstra II, prof. dr. W. Lemstra e.a.;
  3. Angel en Antenne Het functioneren van de Inspectie voor de Gezondheidszorg in de casus van de neuroloog van het Medisch Spectrum Twente, mr. R.J. Hoekstra.

 

Verwijten zijn verbonden met professie als BIG-geregistreerde

Beroepsbeoefenaren in de zorg, bestuurders en interne toezichthouders in de zorgsector kennen ieder hun verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de zorg en patiëntveiligheid. De inspectie is de externe toezichthouder en heeft bij wet de opdracht er op toe te zien, dat de hiervoor genoemde personen hun verantwoordelijkheid ook daadwerkelijk nemen. Over de tuchtrechtelijke verwijten tegen de toezichthouders zegt Yme Drost: “Het uitvoeren van controle op het handelen door Jansen Steur als arts-neuroloog behoorde tot de nadrukkelijke taken van de leden van de Raad van Bestuur van het MST en de inspecteurs van IGZ. Daarnaast voerden zij die taken uit vanuit hun deskundigheidsgebied als BIG-geregistreerde. Ook behoorde het tot hun taak, toen zij met klachten over het medisch handelen van Jansen Steur als arts-neuroloog werden benaderd c.q. geconfronteerd, hierop adequaat c.q. adequater te reageren. De hier bedoelde verweten gedragingen zijn zozeer met de professie van hen als BIG-geregistreerde in de kwestie betreffende Jansen Steur verweven, dat zij tuchtrechtelijk (artikel 47 onder b. van de Wet BIG, de zogenaamde tweede tuchtnorm) kunnen worden aangesproken.” Dat (voormalige) inspecteurs van IGZ voor de medische tuchtrechter worden gedaagd is volgens Drost uniek. Bestuursvoorzitter Kingma van het MST heeft in het programma Pauw & Witteman op de tuchtklacht gereageerd. Uitzending P&W van 25 januari 2013

 

 

Verbeet pleit voor meer transparantie medicijnfabrikanten

13-01-2013

Voormalig Tweede Kamer Voorzitter Gerdie Verbeet pleitte vandaag in het programma Eva Jinek op Zondag voor meer transparantie rond de handelswijze van de farmaceutische industrie. Verbeet wil dat duidelijk wordt wie medicijnfabrikanten geld geven en hoe dat gebeurt. “De beerput moet open”, aldus Verbeet. De voormalige voorzitter van de Tweede Kamer reageerde daarmee op uitlatingen van letselschade-expert Yme Drost gisteren via SBS6. Die zei aanwijzingen te hebben dat Jansen Steur patiënten als proefkonijnen heeft gebruikt, mogelijk in samenwerking met de farmaceutische industrie. Drost wil dat die mogelijke banden worden onderzocht. Ook reageerde Verbeet, die voorzitter is van de patiëntenfederatie NPCF,  in de uitzending op het feit dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg het in 2009 op een akkoordje gooide met de omstreden neuroloog Jansen Steur: “Je kunt niet zeggen: hij heeft getekend en dan mondje toe.” Yme Drost vertegenwoordigt ongeveer 200 gedupeerde patiënten van Jansen Steur en wil dat er onderzoek komt naar de banden van de neuroloog met de fabrikanten. „Er is geëxperimenteerd met medicijnen. Laten we kijken welke rol de farmaceutische industrie daarin heeft gespeeld en hoe onafhankelijk artsen nog zijn, als het gaat om mogelijke financiële belangen die op dat punt spelen”, zegt Drost in de uitzending. Er is op dit moment veel aandacht voor de kwestie Jansen Steur nadat hij onlangs, werkzaam als neuroloog, werd ontdekt in een Duitse kliniek in Heilbronn.

 

 

Jansen Steur: Onderzoek belangen farmaceutische industrie

12-01-2013

Er zijn weer nieuwe verwikkelingen rondom de voormalige Enschedese neuroloog Jansen Steur. De ontdekking dat Jansen Steur in het Duitse Heilbronn aan het werk was, heeft een lawine-effect tot stand gebracht. Letselschade-expert Yme Drost vindt dat de hele beerput volledig en zo snel mogelijk open moet. Ook de eventuele rol van de farmaceutische industrie daarin moet volgens Drost worden onderzocht. “Bijkomend voordeel is dat nu ook andere mistanden in de medische wereld aan het licht komen”, aldus Drost. Drost noemt als voorbeeld het nieuws van de NOS dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) het in tientallen gevallen met ‘foute’ artsen op een akkoordje heeft gegooid. Inmiddels is bekend dat niet alleen het (dis)functioneren van Jansen Steur wordt onderzocht. Eerder werd al kritisch gekeken naar de rol van andere actoren rondom de kwestie Jansen Steur. De commissies Lemstra I en II keken onder meer kritisch naar de rollen van de Raad van Bestuur, de Raad van Commissarissen, het medisch stafbestuur en de vakgroep neurologie binnen het Medisch Spectrum Twente (MST). Ook werd gekeken naar de rol van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IZG). Het oordeel van de commissie Lemstra was ronduit vernietigend voor alle betrokkenen. In november 2012 kwam aan het licht dat ook twee aan het MST verbonden neurochirurgen in de samenwerking met Jansen Steur een bedenkelijke rol hebben gespeeld. Meerdere patiënten ondergingen  ten onrechte een hersenoperatie. Volledige autopsies zonder toestemming van de nabestaanden was vervolgens nieuws in december 2012.

Dubieuze ziekenhuisopnames

Op dit moment  wordt het nieuws beheerst door mogelijk onjuiste wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur. Ook claimen veel nabestaanden van vroegere patiënten van Jansen Steur dat hun familielid soms meerdere malen werd opgenomen. De opnames duurden meestal een week. Volgens de Yme Drost zijn van veel van die opnames geen dossiers meer terug te vinden. Nabestaanden zijn eenduidig in hun verhaal over die ziekenhuisopnames, aldus Drost: “Tijdens de opnames kregen patiënten veel medicijnen door Jansen Steur voorgeschreven. Tot op heden is onduidelijk wat voor medicijnen deze patiënten kregen. Veel nabestaanden geven aan dat hun familielid, kennelijk door de medicatie, alleen maar zieker werd.” Niet uitgesloten kan worden dat daardoor ook patiënten zijn overleden, of dat hun dood daardoor bespoedigd is. Gisteren bepleitte Drost daarom op Radio 1 dat er een vergelijkend onderzoek moet komen naar de sterftecijfers van patiënten van Jansen Steur in verhouding tot die van andere neurologen.

Ook rol farmaceutische industrie onderzoeken

Drost pleit er ook voor dat de rol van de farmaceutische industrie in de affaire Jansen Steur wordt onderzocht. “Aan welke medicijnentrials deed Jansen Steur mee? Hoe lopen de geldstromen? Wat zijn de financiële belangen van artsen daarbij. Worden ze wellicht (te veel) gepusht door de farmaceutische industrie? De farmaceutische industrie ziet immers graag dat haar -vaak grote- investeringen leiden tot een brede inzet van (nieuwe) medicatie. Hoe onafhankelijk zijn artsen dan nog en hoe zit het vervolgens met de patiëntveiligheid?” Drost meldt bewijzen te hebben gevonden dat patiënten van Jansen Steur meededen aan medicijnentrials, zonder dat zij daar zelf iets van af wisten, laat staan dat zij daarvoor toestemming hadden gegeven. “Ook hier zie je weer dat complete dossiers ontbreken. In één geval is alleen het kaft van het dossier er nog, met enkel de vermelding van het trialnummer van het medicijn en de naam van de patiënt daarop”, aldus Drost. Volgens Drost is het wellicht het beste als er (wederom) een vervolg onderzoek komt. Drost pleitte op Radio 1 voor de instelling van een commissie Lemstra III. De opdracht aan die commissie zou dan moeten bevatten:

  1. Een onderzoek naar het aantal sterfgevallen onder Jansen Steur, in verhouding tot het aantal sterfgevallen bij andere neurologen;
  2. Een onderzoek naar het aantal palliatieve sedaties waarbij Jansen Steur betrokken was, met een overzicht van de daarbij toegediende medicatie in de tijd; aangevuld met een overzicht van het aantal uren dat de dood intrad na aanvang van de palliatieve sedatie, alsmede een overzicht in hoeveel gevallen vervolgens een autopsie werd verricht.
  3. Het aantal in opdracht van Jansen Steur uitgevoerde autopsies in verhouding tot die van andere neurologen. Welk belang had Jansen Steur en mogelijk de betrokken patholoog anatoom daarbij?
  4. Hoeveel wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur zijn er en kunnen die alle nog wel in stand blijven, of moeten die worden teruggetrokken.”
  5. Bij welke met name genoemde medicijnentrials was Jansen Steur betrokken? In welke periode per trial was dat? Dit ondermeer als verbreding en vervolg op § 2.2 en § 2.3 van het rapport van de commissie Lemstra I.
  6. Welke geneesmiddelenonderzoeken zijn wel en welke niet voorgelegd aan de ethische commissie (Ecom) van het MST?
  7. Speelden bij het handelen en nalaten van Jansen Steur belangen van de farmaceutische industrie en zo ja, welke?
  8. Zijn er nog andere zaken die tot dusverre niet aan het licht zijn gekomen, maar die wel van belang zijn om volledige opening van zaken te verkrijgen inzake de kwestie Jansen Steur?

Algemeen belang volksgezondheid

Een andere effectieve(re) onderzoeksvorm wil Drost overigens zeker niet uitsluiten. “Het zou toe te juichen zijn als er snel en volledige duidelijkheid komt in de kwestie Jansen Steur. Dat komt uiteindelijk ten goede aan alle medische beroepsbeoefenaren en de openheid rond medisch verwijtbaar handelen. Ook het belang van de volksgezondheid in zijn algemeenheid is hiermee gediend”, aldus Drost.

 

 

Medicijn mogelijk toegelaten door onderzoek Jansen Steur

11-01-2013

In de Verenigde Staten is het medicijn Exelon® toegelaten, mogelijk mede op basis van omstreden onderzoek van de voormalige Enschedese neuroloog Jansen Steur. De originele stukken daarvan vindt u hier. De wetenschappelijk publicaties van Jansen Steur staan op dit moment ter discussie. Het CDA heeft daarover inmiddels Kamervragen gesteld. Gisteren maakte Het Medisch Spectrum Twente (MST) bekend de wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur te laten onderzoeken door de aan haar gelieerde Medical School Twente. Volgens de Hengelose letselschade-expert Yme Drost is de individuele gezondheidszorg in het geding als medicijnen worden toegelaten tot de markt op basis van dubieus wetenschappelijk onderzoek. Dat klemt volgens Drost te meer omdat Jansen Steur MMSE-testresultatenvoor het voorschrijven van Exelon® verzon en verkeerde diagnoses stelde op basis waarvan ondermeer ook Exelon® werd voorgeschreven.

Drost meldde mogelijke wetenschappelijk fraude in 2009 bij OM

KNAW-president Hans Clevers is stellig van mening dat het onderzoek naar de publicaties van Jansen Steur zal uitwijzen dat er veel is misgegaan. “De fouten die hij in zijn behandelingen maakte, zullen zijn doorgesijpeld in zijn wetenschappelijke werk”, zei hij vanavond in Nieuwsuur. In september 2009 meldde Yme Drost mogelijke wetenschappelijke fraude door Jansen Steur schriftelijk bij het Openbaar Ministerie (OM). Tot nu toe lag Jansen Steur in de media vooral als dokter onder vuur en niet als wetenschapper. Uit een eerste inventarisatie van Nieuwsuur blijkt dat Jansen Steur bij minstens 50 wetenschappelijke publicaties staat vermeld als (co)auteur in internationale medisch-wetenschappelijke tijdschriften. Alle publicaties waarin de voormalig neuroloog betrokken is geweest, worden betrokken in het onderzoek door de Medical School Twente. President Hans Clevers van de Nederlandse Akademie van Wetenschappen vindt al zijn werk verdacht: “Een intern onderzoek is onvoldoende, een zware onderzoekscommissie moet aan de slag.”

 

 

Onderzoek naar sterftecijfers Jansen Steur

11-01-2013

Letselschade-expert Yme Drost pleit voor een vergelijkend onderzoek naar de sterftecijfers in de periode dat neuroloog Jansen Steur werkzaam was in het Medisch Spectrum Twente. Dat zegt Drost in AVRO Vrijdagmiddag Live op Radio 1. “Er zijn nog dingen onopgehelderd. Zo zijn er mensen die tegen mij zeggen: ‘Mijn vader was opgenomen, hij kreeg een cocktail van medicijnen, dat herhaalde zich en weken later overleed hij. Zou dat iets met de manier van werken van Jansen Steur te maken hebben?'” Volgens Drost moet de onderste steen boven komen: “daar hebben die patiënten niks meer aan maar het algemeen belang wel. Het is een signaal aan artsen dat je niet zomaar weg komt met wanpraktijken”, aldus Drost. Yme Drost behartigt de belangen van een groot aantal gedupeerden van de Twentse neuroloog Jansen Steur. Het onderzoek naar de sterftecijfers zou volgens Drost een statistische vergelijking moeten zijn tussen de sterftecijfers over de periode 1995-2004 van patiënten van Jansen Steur, afgezet tegen de cijfers van een andere neurologen in die periode. Hij heeft het voorstel om zo’n onderzoek te doen afgelopen week neergelegd bij het Medisch Spectrum Twente. Daar wordt het in beraad genomen. Drost pleit daarnaast voor een commissie Lemstra III die vervolgonderzoek gaat doen, onder meer naar de gang van zaken rond obducties die Jansen Steur zonder toestemming uitvoerde. (via Nieuwsbank)

 

 

MST laat publicaties Jansen Steur onderzoeken

10-01-2013

Het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede heeft besloten om onderzoek te laten verrichten naar de publicaties waarin de voormalig neuroloog dr. Jansen Steur betrokken is geweest. Dat onderzoek wordt opgedragen aan de aan MST gelieerde Medical School Twente. Mochten de uitkomsten van dit onderzoek daartoe aanleiding geven, dan zullen deze aan een externe instantie ter toetsing worden voorgelegd. Het ziekenhuis tekent hierbij aan dat het een ieder vrij staat om publicaties te onderzoeken, zij zijn immers alle vindbaar in het publieke domein. Het ziekenhuis hecht er tot slot aan opgemerkt te hebben dat hij geen eigenaar is van deze publicaties. De Hengelose letselschade-expert Yme Drost is bijzonder ingenomen met het onderzoek naar de wetenschappelijke publicaties van Jansen Steur. Gisteren besprak Drost die kwestie met de Raad van Bestuur van het MST. Het was Drost een doorn in het oog dat die kwestie tot op heden nog niet was uitgezocht.

Weer kamervragen Jansen Steur

De fractie van CDA heeft Kamervragen over de zaak gesteld. De fractie acht het mogelijk dat de studies niet voldoen aan de standaarden en dat de conclusies misschien niet geldig zijn. Ook willen ze een overzicht van alle publicaties en al het medicijnonderzoek van Jansen Steur. Bovendien vragen ze zich af hoe het kan dat de arts nog in 2006 zeker drie wetenschappelijke artikelen wist te publiceren terwijl hij toen al drie jaar op non-actief stond.

 

 

Vraagtekens bij wetenschappelijke publicaties Jansen Steur

10-01-2013

Tot op heden zijn de wetenschappelijke publicaties van de voormalig Enschedese neuroloog ‘nog onderbelicht gebleven’. Dat zegt professor Philip Scheltens blijkens een artikel vandaag in het dagblad Tubantia. Volgens Scheltens moeten de wetenschappelijke publicaties alsnog op hun inhoud worden beoordeeld. De Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW) is een partij die dat in gang kan zetten, aldus Scheltens in Tubantia. Scheltens sluit niet uit dat gegevens van patiënten bij wie door Jansen Steur een onjuiste diagnose is gesteld, zijn gebruikt voor zijn wetenschappelijke publicaties. De Hengelose letselschade-expert Yme Drost ondersteunt de conclusie van professor Scheltens. Volgens Drost zou de publicatie “Neurogenetic correlates of Parkinson’s disease: apolipoprotein-E and cytochrome P450 2D6 genetic polymorphism” bijvoorbeeld kunnen verklaren waarom Jansen Steur zonder toestemming van zijn patiënten zoveel genetisch onderzoek liet uitvoeren.

Jansen Steur verzon testresultaten

Drost noemt als voorbeeld ook de publicatie “Cerebrospinal-fluid tau protein and aspartate aminotransferase in Parkinson’s…” die vragen oproept. De publicatie spreekt over 115 patiënten met een MMSE-test score van 25 of minder. Drost: “Bekend is dat Jansen Steur de test-scores in veel gevallen gewoon verzon en dat die patiënten de test helemaal niet gemaakt hebben. Het zou maar zo kunnen dat van die publicatie -door toedoen van Jansen Steur- helemaal niets klopt.” Volgens Yme Drost zijn voormelde twee publicaties ook opvallend vanwege het grote aantal patiënten dat zou zijn onderzocht. Drost meent dat het ook interessant is om uit te zoeken wat de inhoud was van het onderzoeksprotocol, wat het oordeel was van de ethische commissie van het MST en hoe en door wie het onderzoek is gefinancierd. Drost: “Of er feitelijk sprake is van wetenschappelijke fraude door Jansen Steur zal natuurlijk nog moeten blijken. Maar de nodige twijfels rechtvaardigen het om het wetenschappelijke gedrag van Jansen Steur nader onder de loep te nemen.” Een lijst met een aantal wetenschappelijke publicaties (mede) op naam van Jansen Steur vindt u hier.

 

 

Duits strafrechtelijk vooronderzoek Jansen Steur

07-01-2013

Het Openbaar Ministerie (OM) in Duitsland is een vooronderzoek gestart tegen de neuroloog Jansen Steur. De Duitse aanklager Harald Lustig heeft dat maandagochtend tegenover de krant Heilbronner Stimme bevestigd. Het Duitse OM reageert daarmee op berichten die in de Duitse media verschenen over de omstreden neuroloog. In het onderzoek zal door het Duitse OM ook worden betrokken in hoeverre Jansen Steur een 33-jarige Duitse patiënte letsel en “onnodige pijn” heeft berokkend. De omstreden neuroloog zou bij de vrouw een lumbaalpunctie (ruggeprik) onjuist hebben uitgevoerd. Het OM in Duitsland gaat tevens na hoe het zit met de Duitse inschrijving van Jansen Steur als arts. Volgens de NOS zou de arts mogelijk stukken hebben vervalst en een verkeerde geboortedatum hebben opgegeven. Vandaag werd ook bekend dat Jansen Steur niet als arts was ingeschreven bij de “Bezirksärztekammer“ Nordwürttemberg. Volgens Dr. Martin Uellner van de Heilbronner vereniging voor artsen, is iedere arts verplicht om zich binnen vier weken, onafhankelijk van zijn feitelijke woonplaats, in te schrijven bij de artsenkamer in de regio waar hij werkzaam is, zo meldt de Heilbronner Stimme. Volgens Dr. Martin Uellhner vraagt normaal gesproken een werkgever naar een dergelijke inschrijving. Of de SLK-Kliniek in Heilbronn dat ook feitelijk gedaan heeft, is niet bekend. Namens de SLK-Kliniek liet Dr. Alexander Prangenberg weten niet op de hoogte te zijn van het feit dat artsen van zijn kliniek zich bij de artsenkamer hadden moeten laten inschrijven. Volgens hem heeft Jansen Steur bij zijn aanstelling originele papieren laten zien. Geruchten dat Jansen Steur enkel kopieën zou hebben laten zien kon Prangenberg niet bevestigen. BRON: die Heilbronner Stimme

 

 

Kliniek Heilbronn kende achtergrond Jansen Steur

06-01-2013

Volgens de Heilbronner Stimme was het Duitse SLK-Klinikum in Heilbronn al sinds medio 2011 op de hoogte van de achtergrond van de Nederlandse ex-neuroloog Jansen Steur. “SLK-Geschäftsführer” Dr. Thomas Jendges zou dat tegenover de Heilbronner Stimme  hebben bevestigd. Vrijdag vonden journalisten van de NOS en RTV-Oost de omstreden arts in de Duitse kliniek. Zaterdag deelde de Duitse kliniek zijn ontslag mee . Kort nadat Jansen Steur in de kliniek in Heilbronn aan de slag ging, zou men al aanwijzingen hebben gehad dat Jansen Steur in Nederland strafrechtelijk vervolgd werd. Wie er in de kliniek allemaal van af wisten is op dit moment nog niet bekend. De kliniek hield hem in dienst omdat Jansen Steur nog niet strafrechtelijk veroordeeld was en er geen arrestatiebevel tegen hem liep, aldus de Heilbronner Stimme. Letselschade-expert Yme Drost, die bijna 200 slachtoffers van Jansen Steur vertegenwoordigt, vond het al direct verdacht dat Jansen Steur niet op de website van de kliniek te vinden was. “Dat lijkt alleen te kunnen worden verklaard vanuit het feit dat de kliniek op de hoogte was van de achtergronden van Jansen Steur en daaraan geen ruchtbaarheid wilde gegeven”, aldus Drost. Ook meldt de krant Heilbronner Stimme dat de zeer omstreden arts in de kliniek in Heilbronn toch enkele medische ingrepen heeft gedaan. Het is onduidelijk of deze verklaring in strijd is met die van het ziekenhuis in Heilbronn, aldus de NOS. Maandag geeft de Duitse kliniek in Heilbronn een nadere toelichting op de kwestie Jansen Steur.

 

 

Jansen Steur ontslagen in Heilbronn

05-01-2013

De omstreden ex-neurloog dr. Jansen Steur is ontslagen door de Klinikum am Gesundbrunnen in Heilbronn. Het nieuws volgt op de berichtgeving van gisteren waarin werd gemeld dat Jansen Steur als actief neuroloog in het Duitse ziekenhuis werd aangetroffen. Het Duitse ziekenhuis heeft inmiddels een persbericht over de affaire uitgegeven. De voorzitter van de Raad van Bestuur van het Medisch Spectrum Twente, waar Jansen Steur tot 2004 werkzaam, was reageerde gisteren verrast in het TV-programma Nieuwsuur. Herre Kingma noemde Jansen Steur in die uitzending een “boze tovenaar in slecht sprookje”. De NOS meldde in haar journaaluitzending dat Jansen Steur een vervalst Duits diploma zou hebben overgelegd en een valse geboortedatum zou hebben opgegeven.

 

 

Kingma: ‘Boze tovenaar in slecht sprookje’

04-01-2013

Herre Kingma, bestuursvoorzitter van het Medisch Spectrum Twente in Enschede, reageerde vrijdagavond met afschuw op de nieuwe onthulling over de omstreden neuroloog Ernst Jansen Steur. In het programma Nieuwsuur van de NOS omschreef Kingma de ontdekking dat de oud-specialist van het MST voor de derde keer in Duitsland emplooi heeft gevonden als “een bizar verhaal van een ooit goede dokter, die zich ontpopt tot een boze tovenaar in een slecht sprookje.” Kingma stelde verder dat het Medisch Spectrum Twente zich langzamerhand slachtoffer begint te voelen in een zaak die al erg gedateerd is. “Onze staf bestaat voor tweederde uit mensen, die hier nog niet werkten toen de zaken speelden. Het wordt tijd dat het Openbaar Ministerie doorpakt. Dat is nu zes jaar met deze zaak bezig. We verwachten van juridische instanties dat ze hun werk doen. Wij zijn een beetje klaar. En Jansen Steur moet gewoon stoppen.”Volgens Herre Kingma is het Enschedese ziekenhuis nooit vanuit Duitsland benaderd met vragen over het cv van Jansen Steur. “Tenminste niet voorzover ik weet in die jaren dat ik hier werk.”

 

 

Jansen Steur werkt nog altijd door

04-01-2013

De omstreden neuroloog Ernst Jansen is voor de vierde keer aan de slag gegaan als specialist in Duitsland. Na een anonieme tip spoorde de NOS, onder leiding van journaliste Babette Olde Hanhof, de arts op in Klinikum Am Gesundbronnen in het nabij Stuttgart gelegen Heilbronn. Collega’s en medewerkers herkenden de neurloog op een foto.Verslaggever Rob Vorkink van RTV Oost, die hem eerder samen met collega Lucien Baard van De Twentsche Courant Tubantia na diepgaand onderzoek ‘ontmaskerde’, slaagde erin de door justitie aangeklaagde Jansen Steur in het Duitse ziekenhuis aan de lijn te krijgen. De arts verklaarde echter als voornaam Johann te hebben en ook geen neuroloog maar internist te zijn. Toen Vorkink zei hem duidelijk aan zijn stem te herkennen, verbrak hij de verbinding. Jansen Steur werd er al twee keer eerder op betrapt in Duitsland gewoon weer aan het werk te zijn gegaan, ondanks de niet malse klachten op zijn functioneren. Hij verbond zich aan het Mittelweser Krankenhaus in Nienburg en aan de Schlossberg-klinik in Bad Laasphe. Daarvoor stelde hij in een periode van vijf jaren bij tientallen verkeerde diagnoses en vertelde patiënten onder meer ten onrechte dat bij hen Parkinson was geconstateerd. Naar aanleiding daarvan loopt al geruime tijd een strafzaak, waarvan de uitgestelde regiezitting op 3 april 2013 voor de rechtbank in Almelo zal plaatsvinden. De voormalige ex-neuroloog, voorheen verbonden aan het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede, wordt verdacht van 21 strafbare feiten. De Hengelose letselschadespecialist Yme Drost is onthutst na de nieuwe onthulling in de veelbesproken zaak-Steur. “Het wordt nu echt tijd dat hij in voorlopige hechtenis wordt genomen.” Drost acht de juridisch mogelijkheden daartoe overigens klein. “Patiënten mogen geen moment langer gevaar lopen voor deze man”, aldus Drost. Pieter Omtzigt (CDA) wil dat de Tweede Kamer zich zo snel mogelijk uitspreekt over acties richting Jansen Steur, die hem onder meer het nog langer werken als arts in het buitenland onmogelijk moeten maken. In Nederland is hem dat al verboden. Het CDA heeft inmiddels een spoeddebat over de kwestie in de Tweede Kamer aangevraagd. De brief van de minister naar aanleiding van Kamervragen vindt u hier.

 

 

Nieuwe regiezitting Twentse ex-neuroloog 3 april 2013

17-12-2012

Op 28 november 2012 vond bij de rechtbank Almelo de eerste regiezitting plaats in de strafzaak tegen de Twentse ex-neuroloog J.S. Samenvattend wordt J.S. onder meer verdacht van het opzettelijk stellen van onjuiste diagnoses bij patiënten. Daardoor zou één patiënt zijn overleden en de gezondheid van een aantal anderen zijn benadeeld. Het doel van de eerste regiezitting was om te komen tot een inventarisatie van de onderzoekswensen van het openbaar ministerie en de verdediging. De verdediging heeft een aantal verzoeken ingediend. Op 17 december heeft de rechtbank zich uitgesproken over deze verzoeken.

Tweede regiezitting

Op 28 november j.l. heeft de rechtbank het verzoek van de verdediging om een nieuwe regiezitting ingewilligd. De nieuwe regiezitting is vastgesteld op woensdag 3 april 2013 om 10.00 uur. Naar aanleiding van deze zitting beslist de rechtbank of de zaak op een volgende zitting inhoudelijk kan worden behandeld. Als er in een laat stadium sprake is van het toevoegen van nieuwe stukken aan het dossier door het openbaar ministerie, kan na deze regiezitting opnieuw een regiezitting plaatsvinden. De rechtbank is van oordeel dat de verdediging voldoende voorbereidingstijd moet krijgen om onderzoekswensen naar voren te kunnen brengen.

Overige verzoeken

De advocaat van de verdachte heeft tijdens de regiezitting een aantal vragen gesteld aan het openbaar ministerie. De rechtbank verzoekt het openbaar ministerie deze vragen tijdig voor de volgende regiezitting schriftelijk te beantwoorden. De verdediging heeft ook verzocht op voorhand en in zijn algemeenheid te beslissen over:

  • het horen van getuigen en/of deskundigen;
  • het aanwezig zijn van één of meer neurologen als deskundige tijdens de inhoudelijke behandeling;
  • de wijze waarop de nog in te dienen verzoeken van de verdediging worden beoordeeld.

De rechtbank is echter van oordeel dat zij hierover niet kan beslissen voordat er concreet geformuleerde en onderbouwde verzoeken zijn gedaan. Aan de zijde van het openbaar ministerie waren op dit moment geen onderzoekswensen. Het openbaar ministerie kondigde wel aan dat een rechtshulpverzoek wordt uitgestuurd aan Duitsland. U kunt hier een samenvatting van het proces-verbaal van de zitting van vandaag lezen. Bron: rechtspraak.nl

 

 

Lijkschennis nieuw hoofdstuk in zaak Jansen Steur

14-12-2012

Het dossier van de omstreden ex-neuroloog Ernst Jansen Steur wordt steeds dikker. Letselschade-expert Yme Drost uit Hengelo meldde zich donderdag bij de Raad van Bestuur van het Medisch Spectrum Twente met het verzoek onderzoek te doen naar een door de arts verrichte autopsie, onderzoek van het lichaam na overlijden om de doodsoorzaak vast te stellen en om ziekteprocessen te monitoren. De specialist zou zich daarbij niet hebben beperkt tot de afgesproken punctie in het achterhoofd van een in februari 1996 overleden patiënt. Jansen Steur liet buiten medeweten van de familie om de hersenen verwijderen. Ook vond een complete autopsie van de rest van het lichaam plaats. Volgens de familie van de op 81-jarige leeftijd gestorven Hengeloër vroeg Jansen Steur na het overlijden van de man of hij een schedellichting mocht doen. Dit om meer duidelijkheid te verkrijgen over de mogelijke erfelijkheid van de Ziekte van Parkinson, waarvan hij in de laatste weken van zijn leven symptomen vertoonde. Nadat de familie weigerde, stelde Jansen Steur het nemen van een hersenbiopt voor. De familie gaf daarvoor, zij het aarzelend, toestemming.

Open tuberculose

In juni 1996 kregen de nabestaanden van de huisarts van de man te horen dat bij hem in ernstige mate open tuberculose was vastgesteld. Het deed bij hen enkele vragen rijzen, omdat diverse keren foto’s van de longen van de patiënt waren gemaakt waarop volgens de artsen geen afwijkingen te zien waren. Zo vroeg de familie zich af of via het door een punctie verkregen hersenmateriaal zware tuberculose kan worden vastgesteld, of mogelijk toch autopsie was verricht en zo ja, of dit wel had mogen gebeuren zonder de toestemming van de naasten. De familie legde de vragen ook voor aan de Adviescommissie Klachtenbehandeling van het MST. Die stelde vast dat er geen duidelijkheid kon worden verkregen of rond het al dan niet verlenen van toestemming voor de autopsie wellicht sprake is geweest van een misverstand of dat een onvolledige voorstelling van zaken is gegeven. Wel gaf een zaalarts toe dat tuberculose al bij leven had kunnen worden vastgesteld door een ruggenmergpunctie en dat daaraan ‘gewoon’ niet was gedacht. Ook het signaal van het niet reageren op antibiotica was onvoldoende opgepakt. Tevens werd bevestigd dat volledige autopsie was gepleegd van alle organen en dat die allemaal na de schedellichting zijn teruggeplaatst, op de hersenen na. In het dossier van de overleden Hengeloër kon een en ander echter niet worden nagetrokken omdat dat nergens meer te vinden was. Yme Drost: “En er is maar één bewijs dat alles kan ontzenuwen. Dat is de schriftelijke toestemming voor autopsie. Maar die is er niet.”

‘Iedereen stond erbij en keer ernaar’

Dat laatste is voor Yme Drost een belangrijk motief om de zaak die ondertussen is verjaard alsnog bij de leiding van het MST aanhangig te maken. “De familie heeft namelijk wel allerlei zaken op schrift en is er is dus geen sprake van dat iemand zomaar wat roept na alle onthullingen die er al waren. Bovendien zijn hier meer meldingen binnengekomen van mensen die op het punt van autopsie verdenkingen hebben. Nabestaanden van meerdere overleden patiënten gaven aan dat ze een verzoek om autopsie hadden afgewezen. Volgens hen stond Jansen Steur vervolgens zelfs kort voor de begrafenis nog voor de deur met de vraag het lijk vrij te geven voor onderzoek. Ik wil dat het MST onderzoekt in hoeverre autopsies zonder toestemming van families hebben plaatsgehad. Er moet op zijn minst naar die feiten gezocht worden. Al is het maar om een signaal uit te laten gaan dat dit absoluut niet kan. Het is belangrijk dat de hele beerput rond Jansen Steur open gaat. Want wat kan een arts in Nederland allemaal doen als alle toeziende organisaties falen? Iedereen stond erbij en keek ernaar.”

Onderste steen boven

Volgens Yme Drost had de Commissie Lemstra, die de handel en wandel van Jansen Steur tot twee maal toe onderzocht, van het nu gebleken feit op de hoogte moeten zijn. “Die heeft kennis genomen van alle klachten richting de neuroloog, maar deze op een of andere manier niet gekregen, niet gezien of niet in de beschouwingen betrokken. Ze heeft ook de patholoog-anatoom ondervraagd. Misschien echter is de onderzoeksopdracht aan de commissies Lemstra 1 en 2 te smal geweest. Maar iedereen, ook het ziekenhuis, heeft er belang bij dat de onderste steen zo snel mogelijk boven komt. Of daarvoor een Commissie Lemstra 3 aan het werk moet, weet ik niet.” Naar de oorzaken waarom Jansen Steur zich van dit soort praktijken kan hebben bediend, kan Drost slechts gissen. “Maar duidelijk is dat Jansen Steur heel graag lijkschouwingen wilde laten doen. Je komt het in bijna alle dossiers van hem tegen waarin de patiënt is overleden. Misschien hoopte hij zo een wetenschappelijke doorbraak te realiseren. Hij was constant op zoek naar nieuwe medische vindingen. Hij deed bijvoorbeeld mee aan allerlei trials. Het is klip en klaar dat Jansen Steur het bij autopsies met de regels niet zo nauw nam. Langzaam ontstaat steeds meer het beeld dat hij wikte en beschikte, maar zich niet bekommerde om het verkrijgen van toestemming van de familie. En voor autopsie van de hersenen moet die er wel eerst zijn, voor je een dergelijke ingreep mag doen. Dit lijkt op lijkschennis in optima forma.”

Maatschappelijk signaal

Lijkschennis als zodanig is echter geen strafbaar feit. Wel is er jurisprudentie van de Hoge Raad, die heeft uitgesproken dat bijvoorbeeld openlijk geweld tegen een goed, waaronder ook een stoffelijk overschot valt, strafbaar is. Dat geldt ook voor vernieling of beschadiging van een goed dat een ander, in dit geval aan de nabestaanden, toebehoort. Vanwege de verjaring van de zaak heeft letselschade-expert Yme Drost niet overwogen ook in dit geval aangifte bij het Openbaar Ministerie te doen. “Dit aandragen bij justitie heeft strafrechtelijk weinig zin. Ook medisch tuchtrechtelijk is de zaak verjaard. Het belangrijkste is dat er een maatschappelijk signaal wordt afgegeven. Dat, al klungelt een arts nog zo lang, de waarheid hem wel achterhaalt. De tijd is voorbij, dat dit allemaal maar kan. Dat is in belang van de volksgezondheid én de patiëntveiligheid.” Uitzending Pauw & Witteman 14-12-2012

 

 

Verkorte tenlastelegging ex-neuroloog Ernst JS

28-11-2012

De voormalige ex-neuroloog Ernst JS, voorheen verbonden aan het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede, wordt verdacht van 21 strafbare feiten. Kort zakelijk weergegeven gaat het om het navolgende: 1. Feit 1 en 2 : Dat hij in de periode van juni 1996 tot en met maart 2000 opzettelijk mevrouw Vial in een hulpeloze toestand heeft gebracht en gelaten ten gevolge waarvan zij is komen te overlijden. Tevens wordt hem verweten dat hij de gezondheid van mevrouw Vial opzettelijk heeft benadeeld ten gevolge waarvan zij is komen te overlijden. 2. Feiten 3 tot en met 17: Dat hij in de periode van februari 1998 tot en met december 2009 de heer de Haan, de heer Van Losser, de heer Mulder, de heer X, mevrouw Frölich, mevrouw Y, de heer Wijers en de heer El Haddad in een hulpeloze toestand heeft gebracht en gelaten, ten gevolge waarvan zij zwaar lichamelijk letsel en psychisch letsel hebben opgelopen. Tevens wordt hem verweten dat hij de gezondheid van deze personen opzettelijk heeft benadeeld ten gevolge waarvan zij zwaar lichamelijk en psychisch letsel hebben opgelopen. Dit laatste feit geldt voor al deze personen m.u.v. de heer El Haddad. Dit letsel hebben de genoemde personen van de feiten 1 tot en met 17 opgelopen, omdat verdachte: – Bij deze mensen een onjuiste diagnose (in de meeste gevallen Alzheimer) had gesteld en aan die diagnose heeft vastgehouden en/of – Uitslagen van nadien uitgevoerde gevalideerde medische onderzoeken, die pleitten tegen het bestaan van de ziekte heeft genegeerd, dan wel zijn diagnose niet heeft bijgesteld of heroverwogen en/of – Aan deze mensen, zonder de verplichte MMSE-test en met behulp van valselijk opgemaakte machtigingsformulieren het geneesmiddel Exelon heeft voorgeschreven en/of – Onvoldoende acht heeft geslagen op de bijwerkingen die na inname van het middel Exelon werden gemeld en/of – In strijd met de geldende richtlijnen en protocollen geen zorg heeft gedragen voor een follow-up van de gestelde diagnose en voorgeschreven geneesmiddelen. 3. Feit 18: diefstal van een of meer receptenblokken van de neuroloog Nihom op 8 december 2003. 4. Feit 19: dat hij in de periode van mei 2000 tot en met december 2004 een aantal (op de tenlastelegging staan er 11 beschreven) machtigingsformulieren, nodig voor de aanvraag en de vergoeding van het geneesmiddel Exelon, valselijk heeft opgemaakt door een fictieve zg. MMSE-score te vermelden. Vervolgens zijn deze formulieren ingediend bij zorgverzekeraars voor de aanvraag en vergoeding van het geneesmiddel Exelon. 5. Feit 20: dat hij in de periode van januari 2003 tot en met januari 2005 meermalen, in strijd met de waarheid, recepten heeft uitgeschreven en opgemaakt ter verkrijging van geneesmiddelen, zoals vermeld op lijst II van de Opiumwet. De vervalsing bestond eruit het receptenpapier van een andere arts te gebruiken en te voorzien van een valse handtekening en vervolgens deze vervalste recepten in te leveren bij een apotheek ter verkrijging van die voorgeschreven medicatie. 6. Feit 21: dat hij in de periode van februari 2000 tot en met december 2005 een bedrag van ruim € 88.000,= heeft verduisterd. Dit bedrag behoorde toe aan de Stichting Lewy Body Project.

Officier Marjolein van Eykelen draagt de verkorte tenlastelegging voor

 

 

Patiënten tonen begrip voor uitstel

28-11-2012

Voor de ongeveer 25 patiënten van oud-neuroloog Jansen Steur die woensdag tijdens de regiezitting van de strafzaak tegen de arts in Almelo aanwezig waren, kwam het bericht van uitstel van het vervolg daarvan niet als een verrassing. “Dit voldoet aan de verwachtingen”, vatte slachtoffer Freddy de Haan het gevoel van de groep samen. “Jansen Steur maakt gebruik van zijn rechten. Dat is vervelend, maar moeten we accepteren.” De Haan vermoedt dat het niet bij één regiezitting blijft. “Als een van de vragen van de verdediging wordt toegekend, komt er zeker nog een zitting bij. Dat zou me in elk geval niet verbazen. Ik ben veertig jaar rechercheur geweest en weet wel een beetje wat er speelt.” De Haan toonde zich geschokt over de nieuwe onthullingen van de mogelijk omstreden rol van twee neurochirurgen van het MST.  “Als het waar is, is dat natuurlijk een schande. Dan staat mijn slachtofferrol in geen verhouding met wat die mensen is overkomen. In mijn hoofd is niet gesneden, bij hun wel en waarschijnlijk ook nog om niks. Het eigen ego van Jansen Steur speelde erg mee, hij voelde zich ongeveer gelijk aan Onze Lieve Heer zelf. Dat hij nu ook niet wil meewerken aan een onderzoek valt me tegen van hem. Toen ik hem leerde kennen, was hij een wel wat vreemde, maar aardige man. We hoeven het er niet over te hebben wat ik nu van hem denk.” Freddy de Haan is niet bang dat de zaak voor Jansen Steur zonder averij afloopt. “Niet alles zal de put ingaan, maar ik weet ook bijna zeker dat hij niet zo’n zware straf krijgt. Het allerbelangrijkste is dat hij nooit meer iets op medisch gebied kan doen. En met mij zouden veel mensen graag van hem weten waarom hij dit allemaal heeft gedaan. Ik denk alleen dat we dat antwoord nooit krijgen. Het is wel wrang dat hij meer dan honderd patiënten slecht heeft verzorgd, maar nog nooit een dag heeft vast gezeten. Maar dit gaat ook hem niet in de kouwe kleren zitten. Dit doet hem zeer hoor, als iemand met zo’n ego… Maar nee, ik heb geen medelijden met hem.” Ook Rudi Wissink heeft gemengde gevoelens. “Dat de zaak is uitgesteld, begrijp ik wel. Dat had ik ook verwacht. Maar ergens bekruipt me het gevoel dat hij er mee weg komt en dat het niet tot een veroordeling leidt omdat veel dingen niet bewezen kunnen worden.” Jansen Steur stelde in 1993 de diagnose ‘Parkinson of Multiple System Atrofie (MSA)’ vast bij de Hengeloër. “Ik mocht zelf kiezen”, vertelt Wissink. “Het stond niet in mijn dossier, dat dan weer verdwenen en dan weer terecht was. Pas toen het MST gedwongen werd het af te geven, kreeg ik bericht dat het klaar lag.” Zijn zaak is verjaard, maar hij is er niet minder mee bezig. “Er zou geen verjaring mogen zijn van dit soort zaken. Dat doet namelijk geen recht aan het rechtsgevoel dat iemand heeft. Zo wordt Justitie de kans ontnomen iemand te straffen die dit soort dingen gedaan heeft.”

 

 

Jansen Steur weigert onderzoek

28-11-2012

President van de rechtbank Bordenga informeerde tijdens de zitting van woensdag bij advocaat Frank van Gaal van ex-neuroloog Ernst Jansen Steur of verdachte akkoord wilde gaan met een persoonlijkheidsonderzoek. Het antwoord was ontkennend. Volgens Van Gaal om moverende redenen van zijn cliënt. De raadsman deelde verder mee dat de oud-specialist geen toestemming geeft een in 2005 bij hem verricht psychologisch onderzoek, dat in zijn dossier is opgenomen, mee te nemen in de behandeling van de strafzaak. Tot grote ontsteltenis van letselschadespecialist Yme Drost. “Het is onbestaanbaar dat alle patiënten wel een onderzoek van drie dagen hebben moeten ondergaan en een lijst met 1200 vragen hebben moeten beantwoorden en dat de verdediging nu zegt dat zijn cliënt niet meewerkt. Dat is niet te verkopen.” Ook officier van justitie Marjolein van Eykelen kende een moment van woede. Dat kwam toen ze reageerde op de suggestie van Van Gaal dat het Openbaar Ministerie al eerder wist van de dertien omstreden hersenoperaties door twee neurochirurgen van het SMT. “Ronduit stuitend”, vond ze de verdachtmaking. “We zijn pas dinsdag gebeld dat het speelde en kunnen er pas een oordeel over geven als de aangifte daadwerkelijk is gedaan.”

 

 

Regiezitting Jansen Steur maanden later

28-11-2012

De regiezitting in de zaak Jansen Steur is voorlopig uitgesteld. De rechtbank in Almelo komt maandag 17 december met een nieuwe datum en met antwoorden op vijf vragen die de verdediging van de ex-neuroloog bij monde van mr. Frank van Gaal heeft gesteld. Redenen voor een nieuwe regiezitting zijn volgens president Bordenga van de rechtbank de omvang en complexiteit van de zaak en de tijd die de verdediging moet worden gegund om alle relevante stukken te kunnen bestuderen. De rechtbank streeft ernaar de regiezitting nu in maart of april 2013 te kunnen houden. Zowel de rechtbank als het Openbaar Ministerie is van mening dat de nieuwe ontwikkelingen rond twee neurochirurgen van het MST los staan van de al bekende aanklachten tegen Jansen Steur. Daarbij was geen sprake van hersenoperaties. Van Gaal wil de beide zaken wel gelijktijdig laten afwikkelen. Volgens letselschade-expert Yme Drost hebben zijn cliënten begrip voor het standpunt van de rechtbank. “Ze zijn onder de indruk van alles wat er gebeurt”, aldus Drost. “Ze worden toch weer met de zaak geconfronteerd en zijn vaak heel emotioneel. Maar ze accepteren het uitstel. Ze willen namelijk heel graag dat de zaak goed wordt behandeld.”

 

 

Verdediging Jansen Steur wil nieuwe regiezitting

28-11-2012

Advocaat Frank van Gaal van Ernst Jansen Steur heeft woensdag bij de rechtbank het verzoek gedaan de regiezitting opnieuw te houden in maart of april 2013. Volgens de advocaat heeft de verdediging van de omstreden neuroloog onvoldoende tijd gehad om de stukken te bestuderen en betrokkenen te bevragen. Ook de nieuwe onthulling van mogelijk dertien onnodig uitgevoerde hersenoperaties in het MST is voor hem aanleiding uitstel aan te vragen. Volgens  Van Gaal zijn de nieuwe feiten een toevoeging aan de al bestaande tenlastelegging aan Jansen Steur en mogen ze niet los worden gezien van de al eerder bekend geworden strafbare feiten. Ze moeten, vindt de advocaat, daarom ook gelijktijdig in behandeling worden genomen. Frank van Gaal: “Het is tamelijk opzienbarend dat het Openbaar Ministerie zelf enerzijds de complexiteit van deze zaak benoemt, maar dat het de verdediging geen ruimte voor voldoende voorbereidingstijd wil gunnen. We bestrijden dat de belangrijke stukken al geruime tijd in ons bezit zijn, zoals het OM beweert. Pas eind september hebben we de meeste stukken ontvangen en nadien zijn ons nog enkele honderden pagina’s toegezonden die de directe bewijsvoering raken. De verdediging heeft daarvoor domweg tijd nodig om deze te kunnen bestuderen en met betrokkenen te kunnen bespreken. Pas daarna kunnen  we de onderzoeksvragen formuleren. Bij gebreke aan tijd en faciliteiten is er geen sprake van een eerlijk proces. Ik denk dat zelfs de gedupeerden dat kunnen begrijpen.” Letselschadespecialist Yme Drost snapt de strategie van de verdediging van Jan Steur, maar ziet uitstel niet zitten. “Het is niet in het belang van mijn cliënten dat het nog langer duurt voor de zaak inhoudelijk wordt behandeld. De nieuwe aangifte is voornamelijk gericht tegen twee neurochirurgen. Het is geen bezwaar als die twee zaken gelijktijdig worden behandeld, zolang het maar niet tot verdere vertraging van het proces tegen Jansen Steur leidt.”

 

 

Aangifte tegen twee neurochirurgen MST

28-11-2012

Op verzoek van drie cliënten doet letselschadespecialist Yme Drost aangifte tegen twee neurochirurgen van het Medisch Spectrum Twente (MST) in verband met hun mogelijke betrokkenheid bij de door de omstreden ex-neuroloog Ernst Jansen Steur gepleegde strafbare feiten. Beiden zijn nog actief in het ziekenhuis. Hoewel het MST in haar rapportage over het onderzoek gewag maakt van een wellicht twijfelachtige rol van één van de neurochirurgen, klaagt Drost ze allebei aan. De Hengeloër zegt dat uit zijn dossiers blijkt dat de operaties niet door één, maar door twee neurochirurgen zijn uitgevoerd. Drost bracht zijn vijf betrokken cliënten dinsdag op de hoogte van de uitkomsten van het interne onderzoek van het MST. Drie van hen besloten daarop tot verdere juridische stappen over te gaan.

 

 

Nu ook neurochirurg MST in het nauw

28-11-2012

De beerput rond de voormalige Enschedese neuroloog Jansen Steur is nog altijd niet geleegd. Een recent intern onderzoek van het Medisch Spectrum Twente (MST), waar de ex-neuroloog jarenlang werkzaam was, leverde acht nog niet bekende foute diagnoses van de specialist op en heeft nu ook een neurochirurg ernstig in het nauw gebracht. De leiding van het MST heeft de neurochirurg, conform het binnen het ziekenhuis geldende protocol, voorlopig op non-actief gesteld. De Raad van Bestuur van het MST zegt in een persbericht in de zaak van de neuroloog blijvend nieuwe feiten te willen onderzoeken, patiënten adequaat te zullen informeren en hen -als zij dat willen- begeleiding en ondersteuning te zullen aanbieden. Het ziekenhuis heeft daarom als eerste in ons land een bestuurslid ‘patiëntenveiligheid’ (Medical Safety Officer) in de Raad van Bestuur opgenomen. Ook kunnen patiënten met hun (hulp)vragen een beroep doen op de nazorgpoli die in 2009 voor patiënten van Jansen Steur in het leven is geroepen.

Meerdere onjuiste neurochirurgische ingrepen

Het MST voerde het onderzoek dit jaar mede uit op verzoek van letselschade-expert Yme Drost. De Hengeloër deed in november 2011 aangifte bij het OM, omdat Jansen Steur bij één van zijn cliënten in 1998 mogelijk onnodig een blokbiopt uit de hersenen liet nemen. Volgens het pathologische rapport is bij deze patiënte maar liefst 12,5 kubieke centimeter hersenmateriaal weggenomen voor nader onderzoek. Drost, die in zijn praktijk werd geconfronteerd met meerdere onjuiste neurochirurgische ingrepen op verzoek van Jansen Steur, verweet de specialist onder meer mensen mogelijk als ‘proefkonijn’ te gebruiken.

Intern onderzoek

Om het onderzoek zo objectief mogelijk te kunnen uitvoeren, werd het op verzoek van de Raad van Bestuur van het MST, verricht door twee medisch specialisten die pas na het vertrek van de omstreden neuroloog bij het MST in dienst traden. Deze artsen werd opgedragen alle door Jansen Steur in gang gezette neurochirurgische ingrepen van 1997 tot 2004 tegen het licht te houden, zoals het nemen van hersenbiopten, pallidotomie (daarbij wordt een opzettelijke beschadiging aangebracht in het deel van de hersenen dat de bewegingscontrole regelt) en diepe hersenstimulatie. De twee artsen beoordeelden ongeveer 120 dossiers opnieuw. Op verzoek van Yme Drost liet het MST tevens nagaan of de aanvragen voor een herseningreep door Jansen Steur wel van tevoren aan de verplichte ethische commissie van het MST waren voorgelegd. Ook een wetenschappelijke publicatie van Jansen Steur uit 2006 over pallidotomie werd in het onderzoek betrokken.

Sterke twijfels over juistheid 13 ingrepen

Het MST informeerde Yme Drost maandag over de hoofdlijnen van de resultaten van het interne onderzoek. Dat leverde dertien gevallen op, waarbij van patiënten een hersenbiopt werd genomen en er gerede twijfel bestaat over de juistheid van de ingreep. Drost kreeg maandag te horen, dat in één geval daarbij het medische dossier is zoekgeraakt. Onder de onderzochte dossiers zijn meerdere gevallen waarin door een neurochirurg van het MST, op verzoek van Jansen Steur, waarschijnlijk ten onrechte een pallidotomie is verricht. Ook wordt bij een aantal patiënten sterk getwijfeld aan de juiste indicatie voor het aanbrengen van een diepe hersenstimulator. Het MST stelde vorige week vrijdag de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) op de hoogte van haar onderzoeksbevindingen. Het MST deelde voorts Yme Drost mee alle nog in leven zijnde patiënten, bij wie twijfels bestaan over de juistheid van de uitgevoerde neurochirurgische ingreep, nog deze week persoonlijk op de hoogte te brengen van de resultaten van het onderzoek. Externe medisch specialisten zullen op verzoek van het MST de conclusies van het interne onderzoek evalueren.

‘Weer zat de Inspectie stil’

Hoewel ze voor hem niet onverwacht komen, zegt letselschadespecialist Yme Drost verbijsterd te zijn over de resultaten van het interne onderzoek van het MST. “Het is uitermate vreemd dat dit allemaal, acht jaar na het vertrek van Jansen Steur bij het MST, nog aan het licht moet komen.” Drost laakt de houding van de IGZ: “De Inspectie heeft weer stilgezeten en uit zichzelf niets gedaan. Ook niet nadat vorig jaar de mogelijke misstanden rondom neurochirurgische ingrepen via de media bekend werden.” Volgens Yme Drost is het de hoogste tijd dat het functioneren van in ieder geval de regionale Inspectie voor de Gezondheidszorg goed tegen het licht wordt gehouden. “Volgens mij moeten daar eens koppen gaan rollen. Het kan toch niet zo zijn dat ik als letselschade-expert de hele beerput rond een slecht functionerend medisch specialist moet zien te openen. Er lijkt maar geen einde te komen aan alle misstanden”, aldus Drost. Drost is wel te spreken over de manier waarop het MST de kwestie heeft laten onderzoeken: “Het getuigt van durf dat de huidige bestuurders van het MST dit zo gedegen hebben aangepakt. Het heeft misschien wat lang geduurd, maar beter laat dan nooit. Veel ziekenhuizen kunnen hier een voorbeeld aan nemen. Er worden nog veel te veel medische misstanden onder het tapijt geveegd.” De Hengeloër hoopt dat de politiek na deze nieuwe onthullingen haast maakt met het voor eens en voor altijd aanpakken van misstanden in de medische wereld en dat ze zorg draagt voor een beter functionerende Inspectie voor de Gezondheidszorg. “Daar hebben patiënten gewoon recht op”, aldus Drost.

Grootste medische strafzaak uit historie

Yme Drost ontving de laatste jaren in totaal 192 klachten over het handelen van ex-neuroloog Jansen Steur. In ruim honderd zaken stelde hij daarvoor het ziekenhuis aansprakelijk. Ruim tachtig civiele claims zijn ondertussen afgewikkeld. In ruim dertig zaken deed Drost aangifte bij het Openbaar Ministerie. De grootste medisch strafzaak in de Nederlandse geschiedenis begint woensdag met de zogeheten regiezitting bij de rechtbank Almelo. De dagvaarding telt negen zaken. Jansen Steur wordt verdacht van tenminste vijf verschillende misdrijven. Naar verwachting zal de inhoudelijke behandeling van de zaak-Steur niet voor het voorjaar van 2013 van start gaan.

 

 

Jansen Steur niet bij regiezitting

27-11-2012

Oud-neuroloog Ernst Jansen Steur zal woensdag niet zelf aanwezig zijn tijdens de regiezitting waarmee het strafproces tegen hem begint.  Tot teleurstelling en woede van tal van zijn slachtoffers laat hij zich bij de rechtbank in Almelo vertegenwoordigen door zijn advocaat. Dat meldt De Twentsche Courant Tubantia dinsdag. Volgens de advocaat zal de van diverse strafbare feiten en zeker vijf verschillende misdrijven verdachte ex-neuroloog wel in eigen persoon present zijn bij de inhoudelijke behandeling van zijn zaak. Jansen Steur moet terecht staan wegens het stellen van talloze verkeerde diagnoses als specialist in het Medisch Spectrum Twente te Enschede. De meeste van de betrokken patiënten kregen ten onrechte te horen dat ze leden aan de ziekte van Alzheimer.  Eén van hen pleegde zelfmoord na het horen van die diagnose. Het Openbaar Ministerie denkt het verband te kunnen aantonen tussen de onjuiste conclusie van de neuroloog en de zelfmoord. Tweets over (straf)zaak #Jansensteur: Tweets about “#jansensteur”

 

 

Strafzaak tegen Jansen Steur begint

26-10-2012

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag Drost Letselschade schriftelijk laten weten dat de strafzaak tegen ex-neuroloog Jansen Steur begint. Jansen Steur deelde tussen 1996 en 2004 vele tientallen patiënten ten onrechte mee dat ze ernstig ziek waren. De eerste regiezitting staat gepland bij de rechtbank Almelo op woensdag 28 november 2012 om 09.30 uur. Alle aangevers die op de tenlastelegging zijn vermeld zijn schriftelijk geïnformeerd door het OM. In zeven gevallen gaat het om het ten onrechte stellen van de diagnose Alzheimer, in één geval om zelfmoord na een foutief gestelde ernstige diagnose, en in één geval om een gemiste diagnose met rolstolafhankelijkheid ten gevolge. In de zogenaamde regiezitting op 28 november kunnen zowel het OM als de verdediging over en weer hun onderzoekswensen bij de rechtbank bekend maken. Daarnaast kunnen tijdens de regiezitting praktische afspraken worden gemaakt over het verloop van de zittingen die nog plaats gaan vinden. De zittingen van de strafzaak zijn openbaar.

OM voegt twee nieuwe gevallen toe aan dagvaarding

Volgens letselschade-expert Yme Drost, re  die 192 slachtoffers van de ex-neuroloog bijstaat, zijn zijn cliënten bijzonder opgelucht dat nu eindelijk de strafzaak tegen de ex-neuroloog begint. In 2007 meldde Drost de kwestie voor het eerst bij het OM. Het duurde uiteindelijk tot begin 2009 voordat het OM de eerste aangifte daadwerkelijk opnam. De voormalige neuroloog wordt verdacht van het opzettelijk benadelen van de gezondheid van patiënten, het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen en laten van patiënten, met zwaar lichamelijk letsel en in één geval zelfs de dood tot gevolg. Daarnaast wordt de ex-neuroloog verdacht van diefstalverduistering en valsheid in geschrifte. Aan de verdenking van valsheid in geschrifte zijn twee nieuwe gevallen toegevoegd, zo maakte het OM in een persbericht bekend. Dat gebeurde na aangifte van de ziektekostenverzekeraar Menzis. De andere door Menzis aangedragen zaken zullen om proceseconomische redenen niet verder vervolgd worden, aldus het OM. Het OM heeft nog niet bekend gemaakt of ook het Medisch Spectrum Twente te Enschede en haar (voormalige) bestuurders zich voor de strafrechter zullen moeten verantwoorden.

 

 

Zaak Twentse ex-neuroloog: unieke en grootste medische strafzaak ooit

02-06-2012

De voormalig Twentse neuroloog Ernst J.S. zal zich moeten verantwoorden voor de Almelose rechtbank, zo maakte het Openbaar ministerie vrijdag bekend in verschillende slachtofferbijeenkomsten. Maar liefst 186 slachtoffers van de ex-neuroloog hebben zich de afgelopen jaren bij Drost Letselschade te Hengelo gemeld. De strafzaak tegen de Twentse ex-neuroloog kwam aan het rollen nadat letselschadespecialist Yme Drost daarvan melding maakte bij het Openbaar Ministerie te Almelo. In 2009 pakte de regionale en landelijke media het schandaal massaal op.zaakofficier van justitie Marjolein van Eykelen

Strafzaak zonder weerga

De zaak kent zijn weerga in de Nederlandse strafrechtgeschiedenis niet. Volgens het Openbaar Ministerie gaat het om de grootste medische strafzaak ooit in Nederland. Daarnaast is de zaak strafrechtelijk uniek. Volgens zaakofficier van justitie Marjolein van Eykelen, wordt voor het eerst in Nederland een arts vervolgd voor het veroorzaken van ernstig psychisch letsel bij patiënten. Strafrechtelijk vertaald wordt hem het opzettelijk benadelen van de gezondheid van patiënten verweten, evenals het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen en laten van patiënten, met zwaar lichamelijk letsel en in één geval zelfs de dood tot gevolg. Daarnaast wordt de ex-neuroloog verdacht van diefstalverduistering en valsheid in geschrifte. Op het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen en laten van patiënten met de dood tot gevolg staat een gevangenisstraf van maximaal negen jaar. Gelet op de andere delicten die de neuroloog ten laste zullen worden gelegd, kan tegen hem een gevangenisstraf worden geëist van maximaal 12 jaar. Het Openbaar Ministerie streeft er naar om eind november 2012 de eerste regiezitting bij de rechtbank Almelo te laten plaatsvinden. In de uiteindelijke dagvaarding zullen strafbare feiten, gepleegd tegen negen voormalig patiënten, aan de ex-neuroloog ten laste worden gelegd. Daarnaast zullen enkele tientallen zaken door het Openbaar Ministerie ad informandum in de strafzaak gevoegd worden. Dat betekent dat deze zaken in de strafzaak, zonder tenlastelegging, samen met de negen zaken van voormalig patiënten die wel worden ten laste gelegd, aan de strafrechter worden voorgelegd. Het doel hiervan is dat de rechter bij de bepaling van de strafmaat rekening kan houden met de ad informandum gevoegde zaken. Het Openbaar Ministerie maakt later bekend wat de uitkomsten zijn van het ingestelde gerechtelijk vooronderzoek tegen het Enschedese ziekenhuis Medisch Spectrum Twente en haar bestuurdersDossier Twentse ex-neuroloog Volg deze link voor uitzending RTL Nieuws

 

 

Justitie richt zich op negen zaken neuroloog

30-05-2012

Het expertisecentrum medische zaken van het Openbaar Ministerie (EMZ) heeft woensdag alle ex-patiënten van een Twentse neuroloog per brief gedetailleerd op de hoogte gebracht van het onderzoek in de eigen aangifte of melding tegen de neuroloog. Aan alle patiënten is nadere informatie gegeven over waarom hun aangifte of melding wel of niet in de strafzaak betrokken is. Politie en OM hebben de afgelopen jaren van iedereen die dat wilde de aangifte of melding met betrekking tot de neuroloog opgenomen. Uitgebreid onderzoek, onder andere met behulp van vijf medisch deskundigen, heeft het OM doen besluiten van negen patiënten de zaak voor te leggen aan de rechter. Het onderzoek is de afgelopen jaren lastig geweest, zo heeft onder andere de officier van het EMZ aan de ex-patiënten laten weten. Voor het vaststellen van de foute diagnoses was expertise nodig van gerenommeerde neurologen elders in Nederland. Zij hebben zich over de zaken met de meeste aanwijzingen gebogen. Daar zijn nu deze negen zaken uit gekomen. Ook alle andere zaken zijn beoordeeld, niet allemaal door medici aangezien al bij een eerste lezing bleek dat de zaken juridisch gezien weinig kans maakten. Overigens zal de patiënten waarvan de zaken wel ten laste gelegd worden, gevraagd worden een onderzoek door een psycholoog of psychiater te ondergaan om de mate van het (psychisch) letsel dat zij hebben opgelopen vast te kunnen stellen. Mede daardoor zal het gerechtelijk vooronderzoek vermoedelijk nog bijna heel 2012 in beslag nemen. Ook zal de verdachte nog nader moeten worden gehoord op de bevindingen van de deskundigen, en zal mogelijk ook nog van de zijde van de verdediging nadere onderzoek gevraagd worden. De ex-patiënten waarvan de aangifte of melding niet op de dagvaarding komt, zullen als ze dat willen wel op de hoogte gehouden worden van de voortgang van de strafzaak. Medewerkers van het slachtofferinformatieloket van het OM in Almelo zullen aanspreekpunt blijven voor alle mensen, zo is afgesproken. De voormalige neuroloog wordt vervolgd wegens mishandeling (opzettelijke benadeling van de gezondheid), het opzettelijk brengen en laten in een hulpeloze toestand van een hulpbehoevende, verduistering, diefstal en valsheid in geschrifte. Vrijdag 1 juni zullen alle ex-patiënten in een persoonlijk gesprek, of in een speciale bijeenkomst nadere informatie krijgen. Dan zullen onder andere de politie, de medisch officier en de Almelose hoofdofficier van justitie een toelichting geven op het verloop van de strafzaak en het onderzoek. Het EMZ is een van de expertisecentra van het OM. Het EMZ staat in het hele land officieren bij in medische strafzaken, of doet zelf het onderzoek in dergelijke zaken. Het EMZ is ondergebracht bij het OM in Rotterdam. Bron: perbericht arrondissementsparket Rotterdam

 

 

Enschedese ex-neuroloog vervolgd voor vijf misdrijven

27-05-2012

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in het Pinksterweekend via een persbericht aangegeven dat de voormalig Enschedese neuroloog dr. Ernst J.S. zich zal moeten verantwoorden voor de rechtbank Almelo op verdenking van het plegen van een vijftal misdrijven. De voormalig neuroloog van het Enschedese MST-ziekenhuis wordt verdacht van verduistering van bijna € 90.000,- van een stichting voor wetenschappelijk onderzoek, diefstal van medicijnen en het vervalsen van onderzoeksresultaten en recepten. Daarnaast wordt de neuroloog verdacht van het opzettelijk in hulpeloze toestand brengen en laten van patiënten, evenals het opzettelijk benadelen van de gezondheid van patiënten, met (zwaar) lichamelijk letsel en de dood ten gevolge. Op de delicten staan gevangenisstraffen variërend van twee tot negen jaar. De voormalig arts dr. Ernst J.S., die zichzelf een dubbele naam gaf en voorheen als neuroloog verbonden was aan het Medisch Spectrum Twente te Enschede, stelde in de jaren negentig van de vorige eeuw tot 2005, vele onjuiste diagnoses. Zo vertelde de neuroloog ten onrechte aan patiënten dat zij ernstige ziektes als Parkinson, MS en Alzheimer hadden. Ook werd bijvoorbeeld zonder voldoende indicatie tot 12 cm3 hersenweefsel van een patiënte weggenomen. En een andere patiënt belandde in een rolstoel omdat een goed te behandelen ernstige aandoening aan de nek over het hoofd werd gezien. Nadat de neuroloog in 2004 zwaar verslavende medicijnen voor eigen gebruik uit het ziekenhuis stal, werd hij ontslagen en met een gouden handdruk naar huis gestuurd. In 2005 meldden, onafhankelijk van elkaar, een zestal slachtoffers van de neuroloog zich bij Drost Letselschade. Dit was voor de Hengelose letselschadespecialist Yme Drost aanleiding om het ziekenhuis te alarmeren. Het ziekenhuis gaf echter geen gehoor en ging niet in op het verzoek van Drost om nader onderzoek te doen. De zaak moest, zoals later zou blijken, in de doofpot blijven. Ook nadat een dertigtal ex-patiënten zich bij Drost meldden, ondernam het ziekenhuis geen enkele actie. Drost vroeg vervolgens het OM in Almelo om een strafrechtelijk onderzoek naar de neuroloog en het ziekenhuis in te stellen. Maar ook justitie in Almelo liet het eerst afweten. Nadat de Twentsche Courant Tubantia en RTV-Oost begin 2009 ruime aandacht gaven aan de kwestie, kwam het hele schandaal in zijn volledige omvang bloot te liggen. De Tweede Kamer ging er zich mee bemoeien en diverse onderzoekscommissies rolden over elkaar heen. Justitie begon een gerechtelijk vooronderzoek naar de neuroloog en het ziekenhuis. De conclusies waren schokkend: een ernstig falende neuroloog, een falende raad van bestuur, een vakgroep neurologie die haar verantwoordelijkheden onvoldoende nam, een falende Inspectie voor de Gezondheidzorg, een falend medisch stafbestuur en een falende Raad van Commissarissen. Gevolg: ruim 180 slachtoffers, met in sommige gevallen ernstige gevolgen voor de individuele gezondheid van ex-patiënten waardoor mogelijk zelfs de dood tot gevolg. Ruim 8 jaar nadat de neuroloog zijn laatste stappen in het ziekenhuis zette, lijkt het dan eindelijk zover te komen. Na een ruim drie jaar durend vooronderzoek door het OM moet de voormalige arts en neuroloog dr. Ernst J.S. zich in een zogenaamde eerste regiezitting voor het einde van dit jaar verantwoorden voor de rechtbank Almelo. Vele ex-patiënten hopen hierdoor achter het motief van de ex-neuroloog te komen. In aanloop op de regiezitting en het nog uit te voeren aanvullend onderzoek houdt het OM, samen met het expertisecentrum medische zaken (EMZ) van het Openbaar Ministerie, op 1 juni a.s. twee besloten voorlichtingsbijeenkomsten voor de vele slachtoffers die aangifte hebben gedaan. Ook vinden er die dag een aantal individuele gesprekken met slachtoffers plaats. De bijeenkomsten vinden plaats in het hoofdbureau van de politie Twente in Enschede. In aansluiting op de bijeenkomsten komt het Openbaar Ministerie met een persverklaring naar buiten. Het Openbaar Ministerie heeft afgelopen zaterdag alle voormalig patiënten van de neuroloog per brief aangegeven hoe zal worden omgegaan met hun individuele aangifte. Drost: “Dit gaat ten koste van mijn Pinsterweekend. Ik word bestormd met vragen van cliënten en de media. Velen hebben op zaterdag via Twitter en een persbericht van het OM moeten vernemen wat het OM kennelijk van plan is. Ook geeft het OM via het persbericht veel meer informatie dan in de individuele brieven aan cliënten. Ik noem dat slechte communicatie.” Volgens Yme Drost lijkt het Openbaar Ministerie vrij volledig te zijn in de opgave van de strafbare feiten waarvoor de ex-neuroloog op basis van de aangiftes van de voormalig patiënten zal worden vervolgd. “Ik ga ervan uit dat ook het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel en “de dood ten gevolge”, als elementen in de delictsomschrijving in de tenlastelegging aan de orde zullen komen. Verder heb ik er geen zicht op wat het OM gaat doen met de aangifte van fraude door ziektekostenverzekeraar Menzis”, aldus Drost. “Die zaak voltrekt zich volledig buiten mijn beeld.” Drost is verder benieuwd of het OM het MST en mogelijk voormalig ziekenhuis bestuurders nog voor de strafrechter brengt. Drost: “We kunnen er niet omheen dat door het stilzitten van de verantwoordelijken binnen het ziekenhuis, maar ook door onvoldoende actie van de Inspectie voor de Gezondheidszorg, er onnodig veel slachtoffers zijn gevallen. Dat maakt hen in mijn ogen medeplichtig.”

 

 

Neuroloog Jansen Steur wordt daadwerkelijk vervolgd

26-05-2012

Het expertisecentrum medische zaken (EMZ) van het Openbaar Ministerie heeft alle mensen die aangifte hebben gedaan tegen, of een melding over, voormalige neuroloog Jansen Steur uit Enschede uitgenodigd voor een bijeenkomst waar een toelichting wordt gegeven op de voortgang van de strafzaak. De bijeenkomst is op vrijdag 1 juni. In de brieven die de mensen zaterdag hebben ontvangen, is al bekendgemaakt of hun aangifte of melding verder zal worden betrokken in de strafzaak. In de loop van deze week krijgen alle ex-patiënten een persoonlijke brief met een toelichting op hun aangifte of melding. Het gaat op vrijdag 1 juni om twee verschillende bijeenkomsten, en een aantal persoonlijke gesprekken. Tijdens de bijeenkomsten zullen de Almelose hoofdofficier van justitie, en vertegenwoordigers van de politie en het EMZ een toelichting geven op het onderzoek, de keuzes die daarin gemaakt zijn, en de voortgang van de strafzaak. Het streven is om aan het eind van dit jaar een zogenoemde regiezitting te plannen in de strafzaak, bij de rechtbank in Almelo. De voormalig neuroloog wordt verdacht van het opzettelijk benadelen van de gezondheid, het opzettelijk brengen en laten in een hulpeloze toestand van een hulpbehoevende, verduistering, diefstal en valsheid in geschrifte. Het onderzoek naar het handelen van de neuroloog heeft lang geduurd, omdat diverse medisch deskundigen zich over de situatie van de ex-patiënten hebben moeten buigen. Daarna moest de verdachte zelf nog aanvullend worden gehoord. Dat verhoor heeft zeer recent plaatsgevonden. Het EMZ is een van de expertisecentra van het OM. Het EMZ staat in het hele land officieren bij in medische strafzaken, of doet zelf het onderzoek in dergelijke zaken. Het EMZ is ondergebracht bij het OM in Rotterdam.

 

 

Jansen Steur: Inspectie stond erbij en keek ernaar

02-03-2012

Niet eerder zijn oud- inspec­teurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg voor het Medisch Tuchtcollege ge­daagd. In de affaire rond ex­-neuroloog Jansen Steur van het MST in Enschede gaat dat nu gebeuren. Net als met twee oud- bestuurders van het MST. Waarom? En is dit goed? Ernst Jansen Steur – voor­heen landelijk een voor­naam neuroloog – verklaar­de tussen 1998 en 2004 tal­rijke patiënten ten onrechte onge­neeslijk ziek. Sommigen werden daarvoor jarenlang behandeld, met grote gevolgen. Jansen Steur bleek verslaafd aan verdovende medicijnen. Om die re­den werd hij in 2004 in alle stilte uit het Medisch Spectrum Twente gezet. De toenmalige leiding van het MST hield de zaak stil om re­putatieschade te voorkomen. Ook toen het grote aantal foute diag­noses aan het licht kwam. Maar ook de Inspectie voor de Gezond­heidszorg (IGZ) faalde, zo bleek al uit spijkerharde rapporten van de onafhankelijke onderzoekscommis­sies Lemstra en Hoekstra. Dat is de reden dat letselschadespe­cialist Yme Drost uit Hengelo ook tegen twee inspecteurs van de in­spectie een klacht indient. Hij ver­wijt hen nalatigheid in hun contro­lerende taak. Volgens Drost is daar­door onnodig lang leed veroor­zaakt bij patiënten. De aanklacht is gericht tegen de in­specteurs Ankie Schoenmaker-Mie­dema en Wim Nugteren. Vooral die laatste – een man met een goe­de reputatie – was in beeld toen de medicijnverslaving van Jansen Steur uitkwam. Hij wil niet op de klacht reageren. Hij liet eerder wel weten door het MST nooit goed geïnformeerd te zijn. Nugerten vertrok in 2009 bij de IGZ, met een koninklijke onder­scheiding. De oud-chirurg werd juist geroemd vanwege zijn initia­tieven voor een betere patiëntvei­ligheid. Momenteel is Nugteren lid van de raad van toezicht van het Willemi­na Ziekenhuis in Assen. De affaire Jansen Steur lijkt zijn imago niet geschaad te hebben. Op zich opval­lend. Want uit een reconstructie van de misstand ‘ Jansen Steur’ wordt namelijk pijnlijk duidelijk: Nugteren kreeg nooit vat op de af­faire. Zelfs niet nadat de ernst van het falen van Jansen Steur, MST en IGZ al in alle omvang was blootgelegd. Bij de onderzoekscommissie Hoekstra zag Nugteren de affaire vooral nog als een mediahype. „El­ke arts mist wel eens een diagno­se, maar deze kwam in de krant.” De commissie stelt dan vast: ‘ Het is de heer Nugteren nog steeds niet duidelijk wat dokter Jansen feite­lijk aan schade heeft berokkend. Het beeld dat de pers schetst komt niet overeen met het beeld dat bij de inspectie bestaat.” Hoe verbijsterend ook, daarover gaat de klacht bij het Medisch Tuchtcollege uiteraard niet. Wel over zijn optreden rond 2003. Nug­teren stond toe dat Jansen Steur met stille trom uit het MST kon verdwijnen, zonder tuchtklacht of aangifte bij justitie. Als de arts maar uit het MST verdwijnt, dan is het gevaar geweken, was de op­vatting. Maar daar valt het nodige op af te dingen. Er waren uit het zieken­huis diverse signalen geweest dat Jansen Steur niet met zijn collega’s kon samenwerken en zijn eigen gang ging. En er zijn veel voorbeel­den waarbij dat leidt tot proble­men voor de veiligheid van patiën­ten. Ook de wetenschap dat Jansen Steur medicijnverslaafd was, riep bij de IGZ – lees Nugteren ­blijkbaar niet de vraag op of de pa­tiëntveiligheid in het geding was geweest. Er kwam zodoende geen eigen onderzoek naar die vraag. De IGZ – en dus Nugteren – wordt daarvoor gehekeld door de com­missie Lemstra. Daarin zit dus voor Yme Drost de crux. Overigens was Nugteren ook dege­ne die de omstreden neuroloog Jansen Steur de kans gaf in Duits­land weer aan het werk te gaan, hoewel de arts nog niet aan alle voorwaarden had voldaan die de IGZ daarvoor aan hem had ge­steld. Zonder dat ook onomstote­lijk vaststond dat de specialist van zijn verslaving af was. Volgens de arts zelf wel. Niettemin zette de Duitse kliniek hem later wel op straat, vanwege vreemd gedrag. Jansen Steur ging vervolgens aan de slag in een andere Duitse privé­kliniek. Ongemoeid door de IGZ. De verdediging van de IGZ: onze verantwoordelijkheid is de veilig­heid van patiënten in Nederland, over de grens hebben wij niets te vertellen. Dat mag vreemd zijn, maar in de huidige regelgeving wel waar. Dit zal in de tuchtzaak dan ook geen rol van betekenis kun­nen spelen. En dan is er de klacht tegen Schoenmaker-Miedema. Zij ver­trok mei 2004 bij de IGZ en had voor Nugteren de zaak Jansen Steur in handen. In haar tijd was diens verslaving nog niet bekend, hetgeen in haar voordeel spreekt. Niettemin wist zij van een opval­lend foute diagnose door Jansen Steur, van alzheimer. En ook dat de betrokken patiënt er een tucht­zaak van wilde maken. Op zich was dat misschien nog geen reden om bij haar alle alarm­bellen te laten rinkelen. Maar het tegendeel bleek juist waar. Uit de reconstructie blijkt dat Schoenma­ker- Miedema door Kamerlid Erica Terpstra werd aangezet om actie te ondernemen. Terpstra was door de patiënt getipt. De bemoeienis van het Kamerlid ergert de inspecteur. Ze vertelt het Kamerlid er bovenop te zitten en zegt gepikeerd: ‘Ik heb u niet no­dig om zelf te zien hoe ernstig dit is.’ Zelf noteert ze later nog: ‘Het moet maar een zaak worden.’ Dat oogt goed. Maar de MST-lei­ding van destijds kocht de tucht­klacht af bij de patiënt, die het vechten tegen arts en ziekenhuis moe was. En daarmee was het op­vallend genoeg ook einde verhaal voor de inspecteur, die toch de ernst van de zaak had ingezien. Ze merkt nog wel dat de patiënt erg aangeslagen is over de gang van zaken, maar ze vraagt niet ver­der. Achteraf is het vermoedelijk de gemiste aankondiging van een lange reeks foute diagnoses en be­handelingen. Tot slot: Jansen Steur komt nog één keer eerder bij de inspecteur voor in een dossier. Schoenmaker-Miedema heeft in dat geval opval­lend genoeg zelf twijfels bij zijn diagnose, blijkt uit haar notities. Maar die zaak verdwijnt om niet duidelijke reden daarna snel van haar netvlies. Mogelijk omdat in dit geval veel meer artsen een rol hebben gespeeld. Als Schoenmaker-Miedema in mei bij de IGZ met vervroegd pen­sioen gaat, is de overdracht aan Nugteren gebrekkig. Letselschade- expert Drost denkt nu dat hij met deze feiten – en de conclusies van de onderzoekscom­missies Hoekstra en Lemstra – ge­noeg munitie heeft om het vuur te openen op de twee ex-IGZ’ers. Dat lijkt erg ver te gaan. Het is im­mers primair de arts Jansen Steur die in de fout ging. Maar een tuchtzaak moet ook niet bedoeld zijn om die reeds afge­zwaaide inspecteurs te brandmer­ken; het kan vooral een signaal zijn aan de huidige inspecteurs, aan de IGZ als organisatie. In de kwestie Jansen Steur zei de commissie Lemstra: er is te weinig eigen onderzoek, er wordt te veel geleund op de informatie van de betrokken artsen en de ziekenhui­zen zelf. Drost vindt: de inspec­teurs stonden erbij en keken er­naar. En er zijn intussen veel meer ver­ontrustende zaken met niet-func­tionerende artsen bekend gewor­den, waarbij het IGZ-toezicht een papieren tijger bleek. Het tuchtcol­lege kan met een berisping van de ex-inspecteurs duidelijk maken dat aan die afwachtende houding van de IGZ een grens zit. Dat passief af­wachten tot verwijtbare fouten leidt. Dat de patiëntveiligheid een te groot goed is om maar af te wachten. Maar daar staat tegenover dat de moord en brand schreeuwende po­litiek in de kwestie Jansen Steur ook eens in de spiegel moet kij­ken. In de loop der tijd is er fors bezuinigd op inspectietaken. Lan­delijk zijn er nog ongeveer hon­derd inspecteurs over. Misschien is dat eigenlijk het pijnpunt waar dit verhaal mee moest beginnen. Te weinig inspecteurs, betekent ook te weinig inspectie. Maar daarover buigt het Medisch Tuchtcollege zich nu eenmaal niet. Voor die klacht kun je daar niet terecht…

 

 

Oud-inspecteurs voor tuchtrechter in zaak Jansen Steur

20-02-2012

Letselschadespecialist Yme Drost wil twee oud-inspecteurs voor de Gezondheidszorg dagen voor de tuchtrechter. Dat blijkt uit een reportage in het televisieprogramma EenVandaag. Drost verwijt de medewerkers van de Inspectie voor de Gezondheidszorg nalatig te hebben gehandeld in de zaak tegen de Twentse neuroloog Jansen Steur. Deze arts stelde jarenlang expres foute diagnoses bij zijn patiënten, schreef zware medicijnen voor en liet zelfs herseningrepen doen bij mensen van wie hij wist dat ze niets mankeerden. Letselschadespecialist Drost vertegenwoordigt meer dan honderd mensen die zijn gedupeerd door de neuroloog. In zo’n 75 civiele zaken is er al een schadevergoeding uitgekeerd. Drost gaat nu dus naar het medisch tuchtcollege om Jansen Steur, de voormalige Raad van Bestuur van het Medisch Spectrum Twente én twee oud-inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg te dagen. Drost: “Tot op de dag van vandaag heeft niemand een klacht ingediend. Sterker nog, de Inspectie heeft het op een akkoordje gegooid met Jansen Steur en gezegd: ‘Als u zich nou uitschrijft, dan dienen wij geen tuchtklacht in’, in een zaak die in Nederland zijn weerga niet kent”. De aankondiging van de tuchtzaak komt in dezelfde week dat zorgverzekeraar Menzis aangifte deed bij de politie tegen Jansen Steur vanwege valsheid in geschrifte. BRON : de Telegraaf

 

 

Artsen beoordelen door Jansen Steur aangevraagde hersenoperaties

15-11-2011

ENSCHEDE – De raad van bestuur van het MST heeft twee specialisten opgedragen onderzoek te doen naar ‘hersenoperaties’, die zijn aangevraagd door de omstreden ex-neuroloog Jansen Steur. Onderzocht wordt of hij die op twijfelachtige indicaties liet doen. Vorige week kwam naar buiten dat Jansen Steur mogelijk onnodig in 1998 een blokbiopt uit de hersenen liet nemen bij een patiënt. Volgens het pathologisch rapport zou er 12,5 kubieke centimeter hersenmateriaal zijn weggenomen voor nader onderzoek. Dat wordt door deskundigen gezien als ‘erg veel’. Deze week nam de politie daarvan proces-verbaal van aangifte op. Jansen Steur, die eind 2003 uit het ziekenhuis werd weggestuurd, ligt onder vuur vanwege een groot aantal foute diagnoses. Hij was medicijnverslaafd. Justitie wil hem voor de foute diagnoses en valsheid in geschrifte gaan vervolgen. Het Openbaar Ministerie, dat al twee jaar onderzoek doet naar de ex-neuroloog, wil nu ook deze hersenoperatie tegen het licht houden. Het is voor hen een nieuwe zaak. De mogelijk onterechte herseningreep was ook niet bij de commissies Lemstra aan het licht gekomen.

Intern onderzoek MST

De raad van bestuur van het MST stelt nu dus een intern onderzoek in. Een neuroloog en een neurochirurg zijn opgedragen alle door Jansen Steur in gang gezette neurochirurgische ingrepen van 1997 tot 2004 tegen het licht te houden, zoals het nemen van hersenbiopten, pallidotomie (bij pallidotomie wordt een opzettelijke beschadiging aangebracht in het deel van de hersenen dat de bewegingscontrole regelt) en deep brain stimulation. Om dit onderzoek zo objectief mogelijk te doen, wordt het gedaan door twee specialisten die pas na het vertrek van de neuroloog in het MST zijn gaan werken. Als hun rapportage aanleiding geeft tot nadere vragen, dan gaat het bestuur daar een extern werkende deskundige voor inschakelen. De omstreden hersenoperatie werd naar buiten gebracht door letselschade-expert Yme Drost. Bij Drost Letselschade hebben zich nog vier andere patiënten dan wel nabestaanden gemeld met ernstige twijfels over een hersenoperatie in opdracht van Jansen Steur. Op verzoek van Drost laat het MST ook onderzoeken of de aanvragen voor een herseningreep door Jansen Steur ook via een daarvoor noodzakelijke ethische commissie van het MST zijn gegaan. Ook de wetenschappelijke publicatie in 2006, van een studie over pallidotomie door Jansen Steur, wordt daarin betrokken.

 

 

Professor: ‘Hoeveelheid verwijderd hersenweefsel onnodig’

02-11-2011

De hoeveelheid hersenweefsel die in 1998 bij een patiënte van de omstreden ex-neuroloog is weggehaald, is abnormaal. Daarnaast was de diagnose geen aanleiding om een soortgelijke ingreep te doen.Dat is de reactie van professor Scheltens, die als hoogleraar neurologie deel uitmaakte van de onderzoekscommissie-Lemstra die de handelswijze van de ex-neuroloog onderzocht. Scheltens reageert via mail vanuit Japan, waar hij op werkbezoek is. Hij is eerder deze week benaderd door de Twentse Courant Tubantia. De hoogleraar was naar zijn opinie gevraagd naar aanleiding van de onthulling dat de omstreden neuroloog Jansen Steur hoogstwaarschijnlijk onnodig bij een patiënte 12 kubieke centimeter hersenweefsel heeft weggehaald. Justitie neemt de zaak hoog op en spreekt binnenkort met de patiënte. Inmiddels heeft zich nog iemand gemeld. Ook bij haar man, die inmiddels is overleden, is mogelijk een onnodige hersenoperatie verricht. Professor Scheltens is een autoriteit op het gebied van neurologische aandoeningen, Parkinson en Alzheimer. Bron: RTV Oost

 

 

Video: Veel fouten door neuroloog Jansen Steur

01-11-2011

Film over de ex-neuroloog Jansen Steur die vele foutieve diagnose stelde. De film is gemaakt door RTV Oost en TC Tubantia.

 

 

Jansen Steur liet tot twee keer toe deel van hersenen wegnemen bij gezonde patiënt

31-10-2011

“Omstreden ex-neuroloog MST gebruikte mensen als proefkonijn”

Enschede – De omstreden ex-neuroloog Jansen Steur gebruikte mensen als proefkonijn. Dat is de mening van de Hengelose letselschadespecialist Yme Drost. Hij baseert zijn oordeel op een zaak die hij onlangs binnenkreeg. Bij een patiënt die van de neuroloog ten onrechte diagnoses te horen kreeg als Alzheimer en preseniele dementie werd in 1998 in opdracht van Jansen Steur tot twee maal toe een deel van de hersenen weggenomen, zo blijkt uit medische dossiergegevens. Bij de tweede operatie ging het, volgens het verslag van de patholoog, om een stuk van “2,5 x 2,5 x 2 cm” (= 12,5 cm3!). Ook werd de patiënt met, tot op de dag van vandaag, in Nederland niet toegelaten medicijnen voor Alzheimer behandeld, die de ex-neuroloog vanuit zijn la verstrekte. Volgens Yme Drost werd op de patiënt ontoelaatbare druk uitgeoefend. Zo zou de ex-neuroloog tegen de patiënt gezegd hebben: “Als u niet meewerkt, is het afgelopen met u en kan ik u niet meer helpen.” Volgens Drost is inmiddels gebleken dat deze patiënt aan geen enkele neurologische aandoening lijdt. Drost behandelt nog een zaak waarin een soortgelijke ingreep, eveneens ten onrechte, heeft plaatsgevonden. Het bevreemdt Drost dat dergelijke, in zijn ogen “absurde”, ingrepen niet uit het uitgebreide dossieronderzoek in het Medisch Spectrum Twente (MST) te Enschede naar voren zijn gekomen. “Als het MST hiervan op de hoogte is geweest, had zij de uitgevoerde ingrepen aan het oordeel van de commissie Lemstra II moeten onderwerpen”, aldus Yme Drost. De kwestie is inmiddels door Drost gemeld bij het Lippstadt-team van de politie, dat vanaf begin 2009, in opdracht van het Openbaar Ministerie, de kwestie Jansen Steur in onderzoek heeft. Drost heeft de Raad van Bestuur van het MST schriftelijk gevraagd of zij bereid is te onderzoeken of nog meer van dit soort ingrepen heeft plaatsgevonden. Tevens heeft hij de Raad van Bestuur gevraagd in hoeverre de neurochirurgen, die deze ingrepen hebben uitgevoerd, bij de Raad van Bestuur melding hebben gemaakt van het feit dat zij op verzoek van Jansen Steur dit soort ingrepen hebben uitgevoerd. Algemene achtergrondinformatie: In totaal zijn er bij Drost Letselschade 174 meldingen binnenkomen over vermeend onjuist medisch handelen door de voormalig neuroloog Dr. E.N.H. Jansen Steur. Namens 104 mensen is een civiele claim ingediend. Daarvan zijn inmiddels 71 claims afgewikkeld. Tientallen mensen deden aangifte tegen de neuroloog. Tot op heden heeft het Openbaar Ministerie nog geen inzicht geven wanneer de strafzaak tegen Jansen Steur dient en van welke strafbare feiten hij beschuldigd zal worden. Ook over de status van het gerechtelijk vooronderzoek, dat is gestart tegen het MST, heeft justitie nog geen mededelingen gedaan. Bij cliënten bestaat grote onvrede over de lange duur van het strafrechtelijk onderzoek.

 

 

Weer Tweede Kamervragen in de kwestie Jansen Steur

30-05-2011

Kamervragen aan de staatssecretaris van Justitie en de minister van VWS van de leden Bruins Slot, Omtzigt en Uitslag in de kwestie van de neuroloog dr. E.N.H. Jansen Steur

  1. Herinnert u zich het antwoord op Kamervragen van  dhr. Teeven uit maart 2009, waarin de regering aangaf in de zaak van een neuroloog in Twente “erop toe te zien dat deze kwestie vanaf dat moment met de grootst mogelijke voortvarendheid wordt behandeld”? (bijlage bij de handelingen, 1385, 2008/2009)
  2. Bent u bekend met het persbericht van 7 oktober 2009 van het arrondissementsparket waarin gesteld wordt dat “De neuroloog van het MST ziekenhuis in Enschede zal worden vervolgd voor mishandeling en valsheid in geschrifte. Het Openbaar Ministerie zal bovendien een gerechtelijk vooronderzoek (GVO) gaan vorderen tegen het MST ziekenhuis als rechtspersoon”?
  3. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de vervolging en het GVO en is er hier met de grootst mogelijke voortvarendheid gehandeld?
  4. Omdat de IGZ afziet van het toepassen van tuchtrecht (Kamervragen van de leden Bruins Slot en Uitslag, bijlage bij de handelingen, 1791, 2010-2011), betekent dat dan dat, aangezien hij in 2003 voor het laatst werkzaamheden verricht heeft als arts, zich vanaf 2013 in het BIG register kan inschrijven en dan wederom in staat zou zijn om zonder enige belemmering het beroep van neuroloog uitoefenen in ons land en zelfs niet langer het risico lopen op tuchtrechtelijke vervolging vanwege verjaring?
  5. Klopt het dat, ook als iemand niet langer ingeschreven staat in het BIG register, hij voor de periode dat hij ingeschreven stond hij wel degelijk onderworpen kan worden aan het tuchtrecht en maatregelen opgelegd kunnen worden? (Wet BIG, artikel 47, lid 4 en artikel 48, lid 3)
  6. Klopt het dat ook al zou er een Europese zwarte lijst bestaan, deze neuroloog daar niet op zou staan omdat hij noch strafrechtelijk, noch tuchtrechtelijk veroordeeld is? Acht u dat wenselijk?
  7. Heeft inspectie  toegezegd geen klacht in te dienen bij het Medisch Tuchtcollege, in ruil voor een permanente uitschrijving uit het artsenregister BIG? En is zo’n toezegging vastgelegd per brief? (Inspectie ziet af van tuchtzaak tegen J.S., 24 mei 2011)

Bron: 2e Kamerfractie CDA

 

 

Grote zorgen bij CDA over zaak Jansen Steur

30-05-2011

Het CDA vind het ‘ongehoord’ dat de inspectie blijkbaar een afspraak heeft gemaakt met de omstreden ex-neuroloog Jansen Steur van het MST om geen tuchtzaak tegen hem te beginnen. Ook is er onvrede over de voortgang van de geplande strafzaak tegen de arts, die globaal tussen 1998 en 2004 bij tientallen patiënten een foute diagnose stelde.De Kamerleden Pieter Omtzigt, Sabine Uitslag en Hanke Bruins Slot vragen de minister van volksgezondheid om uitleg. Eind vorige week bleek dat een strafzaak nog zeker tot eind dit jaar op zich laat wachten, terwijl het onderzoek al in 2009 begon. Inititatiefnemer Omtzigt: “In maart 2009 zei de regering dat deze zaak met de grootst mogelijke voortvarendheid moest opgepakt. We willen weten of werkelijk met voortvarendheid is gehandeld.” Ook willen ze opheldering over een klaarblijkelijke afspraak tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de arts. De neuroloog heeft zich ‘vrijwillig’ uitgeschreven uit het artsenregister en mag hier zijn beroep dus niet meer uitoefenen. Uit een brief van Jansen Steur, waarover deze krant beschikt, blijkt dat de IGZ hem heeft toegezegd geen tuchtzaak meer te beginnen, zolang hij zich niet opnieuw inschrijft. De CDA’ers maken zich zorgen en vrezen dat Jansen Steur door het uitblijven van een tucht- en strafzaak gewoon in het buitenland door kan blijven werken. Bron : TCTubantia

Weer Tweede Kamervragen in de kwestie Jansen Steur

Vragen aan de staatssecretaris van Justitie en de minister van VWS van de leden Bruins Slot, Omtzigt en Uitslag. Lees meer.

 

 

Drost spant tuchtzaak aan tegen Jansen Steur

27-05-2011

Letselschade-expert Yme Drost uit Hengelo gaat zelf een tuchtzaak aanspannen tegen de omstreden ex-neuroloog van het MST, Jansen Steur. Hij doet dat, omdat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) de arts heeft beloofd geen zaak tegen hem te beginnen, in ruil voor uitschrijving uit het artsenregister. Drost en meerdere gedupeerden zijn daar zeer verbolgen over. Drost overlegt vandaag met justitie over het indienen van een klacht bij het medisch tuchtcollege. Zelf zal justitie een gesprek hebben met gedupeerde patiënten over de voortgang van een geplande strafzaak tegen de specialist. Jansen Steur was tot begin 2004 verbonden aan het Enschedese ziekenhuis. In de jaren daarvoor verklaarde hij talrijke patiënten ongeneeslijk ziek zonder deugdelijk medisch onderzoek. Drost vindt dat het tuchtcollege een uitspraak moet doen over de arts. Hoewel hij zich inderdaad als arts liet uitschrijven in Nederland, ging hij daarna toch aan het werk in Duitsland. Drost denkt dat een veroordeling door het tuchtcollege hem ook in het buitenland definitief buiten spel kan zetten. „Het tijdstip van indienen van een tuchtklacht, alsmede namens welke patiënten, zal ik in goed overleg trachten te doen met het Openbaar Ministerie. Want ik wil voorkomen dat een klacht een negatieve invloed kan hebben op een strafzaak. Die mag daar niet onder lijden”, aldus Drost. Hij wijst er op dat voor sommige zaken de tijd dringt. „De verjaringstermijn voor een tuchtprocedure is tien jaar.” Bron: TCTubantia

 

 

Informatiebijeenkomst over Dr. Jansen (Steur)

17-05-2011

Het Openbaar Ministerie heeft een nieuwe informatiebijeenkomst belegd over de stand van zaken in het strafrechtelijk onderzoek naar Dr. E.N.H. Jansen (Steur), voormalig neuroloog van het MST. De bijeenkomst vindt plaats op 25 mei a.s. Genodigden, zij die ook voor eerdere bijeenkomsten zijn uitgenodigd, hebben over de plaats en het tijdstip een uitnodiging ontvangen van het Openbaar Ministerie. Het betreft een besloten bijeenkomst. Ook Yme Drost zal bij de bijeenkomst aanwezig zijn. Hij zal daar, in overleg met de behandelend officier van justitie, ook enige mededelingen doen over de stand van zaken.

 

 

OM: geen twijfel over vervolging neuroloog

11-03-2011

ENSCHEDE/ALMELO – Het Openbaar Ministerie in Almelo ontkent met klem dat een strafzaak tegen de neuroloog Jansen Steur op zich laat wachten, omdat er twijfel was over zijn vervolging.Eerder vandaag meldde RTV Oost dat er binnen het ondezoeksteam grote twijfel was of te bewijzen viel dat de arts met opzet foute diagnoses stelde en dat men eigenlijk van een zaak had willen afzien. Volgens Oost gaf dat zoveel commotie binnen het OM dat besloten is de zaak door te zetten. Woordvoerder Barbara van Heerde van het OM: “Pertinent niet waar. We hebben al lange tijd geleden aan de gedupeerde patiënten gezegd dat we tot vervolging zouden over gaan. Daar is geen twijfel over geweest, zegt de zaaksofficier.” De neuroloog stelde bij talrijke patienten foute diagnoses. Hij deed dat soms zonder deugdelijk onderzoek. Zelf wijt hij de fouten aan zijn medicijnverslaving. Dat was ook de reden dat hij in 2004 het ziekenhuis moest verlaten. De zaak werd stilgehouden door de toemalige MST-leiding en de Inspectie. De affaire kwam in volle omvang aan het licht, nadat begin 2009 deze krant en RTV Oost ontdekten dat de specialist weer in Duitsland aan het werkgegaan. Daarna besloot het OM tot een strafrechtelijk onderzoek. Bron : TCTubantia

 

 

OM twijfelde aan vervolging neuroloog

11-03-2011

ENSCHEDE/ALMELO – Het Openbaar Ministerie in Almelo had aanvankelijk af willen zien van vervolging van de oud-neuroloog Jansen Steur van het MST. Binnen het ondezoeksteam was er grote twijfel of te bewijzen viel dat de arts met opzet foute diagnoses stelde. Dat meldt RTV Oost vrijdag, op basis van bronnen rond het onderzoek. Dat de misstanden niet tot de strafzaak zouden leiden, gaf echter in justitierkringen zoveel ophef dat besloten zou zijn toch door te zetten.De neuroloog stelde bij talrijke patienten foute diagnoses. Hij deed dat soms zonder deugdelijk onderzoek. Zelf wijt hij de fouten aan zijn medicijnverslaving. Dat was ook de reden dat hij in 2004 het ziekenhuis moest verlaten. De zaak werd stilgehouden door de toemalige MST-leiding en de Inspectie. De affaire kwam in volle omvang aan het licht, nadat begin 2009 deze krant en RTV Oost ontdekten dat de specialist weer in Duitsland aan het werkgegaan. Daarna besloot het OM tot een strafrechtelijk onderzoek. Bron : TCTubantia

 

 

Kamervragen over werk omstreden neuroloog

04-03-2011

DEN HAAG – Het CDA wil van minister Edith Schippers van Volksgezondheid weten hoe het mogelijk is dat een arts die in Nederland zijn werk niet meer mag uitoefenen toch in Duitsland aan de slag kan. Aanleiding is een artikel in Dagblad Tubantia. Dat meldde vrijdag dat de oud-neuroloog Jansen Steur van het ziekenhuis Medisch Spectrum Twente ondanks een beroepsverbod vorig jaar tijdelijk werkzaam was bij het Mittelweser ziekenhuis in het Duitse Nienburg. Het is in Nederland voor artsen verboden om zonder de BIG-kwaliteitscertificatie te werken. „In Europees verband is er een zwarte lijst van medici, maar die werkt kennelijk niet”, aldus CDA-woordvoerster Hanke Bruins Slot vrijdag in een reactie. Bron : TCTubantia

 

 

Neuroloog Jansen Steur bleef doorwerken

04-03-2011

Dat blijkt uit onderzoek door RTV Oost en Twentsche Courant Tubantia. Begin 2009 ontstond grote beroering nadat krant en omroep hadden ontdekt dat de specialist in Duitsland werkte (Bad Laasphe), nadat hij in Nederland enkele jaren eerder was ontslagen na het stellen van foute diagnoses en het voorschrijven van valse recepten. Justitie gaat hem daarvoor vervolgen.Naar aanleiding van dit – en enkele andere medische schandalen – riep toenmalig minister Klink een zwarte lijst van discfunctionerende artsen in het leven om te zorgen dat zij niet in andere ziekenhuizen weer door konden gaan. Minister, Kamer en Inspectie waren het er eind 2009 over eens dat Jansen Steur noot meer aan het werk mocht als arts. Bron : TCTubantia

 

 

Doorwerken neuroloog Jansen Steur niet onze schuld’

04-03-2011

ENSCHEDE – De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) voelt zich niet verantwoordelijk voor het feit dat neuroloog Ernst Jansen Steur in Duitsland weer aan het werk is gegaan. Ook het Openbaar Ministerie vindt dat het geen blaam treft.Justitie in Almelo kondigde eind 2009 aan de neuroloog die eerder verbonden was het Medisch Spectrum Twente te vervolgen voor de vele medische missers die hij maakte tussen 1998 en 2004. Wanneer de strafzaak tegen hem begint is nog niet duidelijk. Onder druk van politiek en de inspectie had de arts zich eind 2009 uit het BIG-register laten schrappen, zodat hij in Nederland niet meer kan werken als arts. Hij zei toen daar begrip voor te hebben. Toch hervatte hij begin 2010 zijn werk als neuroloog in het Duitse Nienburg. Hij werd er gedurende een maand ingehuurd via een bemiddelingsbureau. Gedupeerde patiënten van Jansen Steur, destijds verslaafd was aan verdovende medicijnen, vinden het onbegrijpelijk dat de strafzaak maar uitblijft. Een woordvoerder van het OM: „Het duurt ook lang, maar dat betekent niet dat we de zaak op zijn beloop laten. Er wordt keihard gewerkt. Het is een complex en uitgebreid dossier, waar tal van medische getuigen-deskundigen naar moeten kijken. Liever kwaliteit in de strafzaak, dan te haastig opereren.” Justitie wist niet dat de oud-neuroloog weer heeft gewerkt en stelt dat het niet aan het OM in Nederland is om artsenorganisaties elders te waarschuwen. Belangenbehartiger van de gedupeerden, Yme Drost, rekent het de inspectie aan dat de arts weer aan de slag is gegaan. Hij meent dat een tuchtzaak van de inspectie de kans kleiner zou hebben gemaakt dat de neuroloog over de grens aan het werk kon. Bron: Tubantia

 

 

Ex-arts opnieuw in de fout

03-03-2011

ENSCHEDE – De Enschedese oud-neuroloog Jansen Steur is opnieuw in Duitsland aan het werk gegaan. Hoewel hij in 2009 is uitgeschreven als arts en zijn beroep niet meer mag uitoefenen, werkte hij in 2010 weer tijdelijk als neuroloog in het Mittelweser ziekenhuis in Nienburg, bij Hannover. Dat blijkt uit onderzoek van deze krant en RTV Oost. Het Duitse Mittelweser ziekenhuis huurde Jansen Steur in via een uitzendbureau voor specialisten, de Facharzt Agentur in Bielefeld. Ziekenhuizen halen daar invalspecialisten als ze onderbemand zijn door ziekte, vakanties of sabbaticals. In de Mittelweser Klinik Nienburg is ‘Ernst Jansen’, zoals hij daar bekend is, minimaal een maand aan de slag geweest, maar mogelijk veel langer. Het ziekenhuis spreekt van hooguit een maand. Medisch directeur Joachim Müller bevestigt dat de oud- MST’er daar ‘als neuroloog ook diagnoses stelde’. Het ziekenhuis trok de antecedenten van Jansen Steur niet na. „Wij nemen aan dat het Agentur dat doet.” FAA Bielefeld geeft officieel geen commentaar. Een medewerker verklaarde echter dat Jansen ‘momenteel nergens werkt, maar nog wel inzetbaar is’ . De Inspectie Volksgezondheid zegt van niets te weten. CDA’er Sabine Uitslag roept de minister ter verantwoording. „Het is zorgelijk dat dit mogelijk is. Er zijn maatregelen nodig.” Ze meent dat Jansen zich weer schuldig maakt aan een strafbaar feit door zonder BIG-registratie als arts te werken. Jansen Steur – ex-neur0loog van het Medisch Spectrum Twente (MST) – heeft in Enschede tussen 1998 en 2004 tientallen patiënten onterecht ongeneeslijk ziek verklaard, zonder deugdelijk onderzoek. Hij deed dat mogelijk als gevolg van een zware verslaving aan verdovende medicijnen. In 2004 moest hij daarom gedwongen het MST verlaten. Het MST probeerde de zaak in de doofpot te stoppen, maar in 2009 openden deze krant en RTV Oost de beerput. Justitie besloot de arts te vervolgen voor onder andere mishandeling. Het ziekenhuis en de Inspectie lagen onder vuur. Naar aanleiding hiervan riep toenmalig minister Klink in 2009 een zwarte lijst in het leven van disfunctionerende artsen. Zowel de minister, de Tweede Kamer als de Inspectie meenden dat Jansen Steur nooit meer als arts aan het werk mocht. Bron : www.tctubantia.nl

 

 

Patiënten zijn vijf jaar aan hun lot over gelaten

02-09-2010

De conclusie is opnieuw ontluisterend: De gedupeerde patiënten van neuroloog Jansen Steur zijn, ook na diens vertrek, vijf jaar lang ‘aan hun lot overgelaten’. Dat is het oordeel van de Commissie Lemstra II over de gang van zaken in het MST, na 2004. Neuroloog Jansen Steur velde tussen 1999 en 2004 bij talrijke patiënten verkeerde diagnoses, mogelijk als gevolg van zijn medicijnverslaving. De zaak werd stilgehouden. Pas in 2009 kwam, na publicaties in TC Tubantia en RTV Oost, de volle omvang van de misdiagnoses naar buiten. Twee keer fileerde Lemstra nu de affaire Jansen Steur in het Enschedese ziekenhuis. Eerst onderzocht hij de periode tot 2004: hoe kon de arts zo ontsporen… De conclusie was snoeihard. „Waar was de patiënt? Nergens.” Het ziekenhuisbestuur was vooral bezig geweest met het beperken van imagoschade, niet met het welzijn van de patiënten. Nu onderzocht Lemstra: waar was de patiënt na 2004? Lemstra stelt opnieuw vast: ook toen zijn ze aan hun lot overgelaten. „De conclusie kan niet anders luiden”, aldus Lemstra. Volgens Lemstra is in alle geledingen van het MST gefaald in de zorg voor de patiënt: door de bestuurders, de vakgroep neurologen, de medische staf, de klachtencommissie en zeker de toezichthouders (Raad van Commissarissen). Met name de oud-bestuurders Ruud Ramaker en Tom Zijlstra krijgen harde verwijten. Ramaker heeft – aldus Lemstra – zelfs tegen de inspectie gelogen. Hij verzweeg de eerste foute diagnoses. Daarna hebben deze bestuurders vooral het probleem weggeorganiseerd van de Raad van Bestuur. Ze lieten het in handen van de overige neurologen, zonder een terugkoppeling te vragen. “De Raad van Bestuur heeft zich uitsluitend gericht op het vertrek van de neuroloog. Toen dat geregel was, de zaak voor de RvB kennelijk opgelost. De toen zittende bestuurders zijn ernstig te kort geschoten. De bestuurders hadden toen onderzoek moeten doen naar de exacte omvang van de misdiagnoses”.

Lemstra noemt de gang van zaken ‘onbegrijpelijk”

Ramaker en Zijlstra hebben daarna om andere redenen het ziekenhuis vanwege een conflict moeten verlaten. Zij hebben voor hun opvolgers geen overdrachtsdossier achtergelaten. Mede daardoor hebben de nieuwe bestuurders geen zicht gekregen op de zaak. Die richtte zich vooral op het financiële beleid en verbouwingsplannen. “De hele affaire Jansen Steur is buiten hun gezichtsveld geraakt.” Dat heeft ook de huidige voorzitter van RvB opgespeeld, Herre Kingma. Volgens Lemstra is er echter één moment geweest, waar Kingma niet alert is geweest, waardoor hij onwetend bleef. In mei 2007 krijgt hij in een ‘briefing’ te horen dat er ‘een grote schadepost’ is van Jansen Steur. Hij vraagt dan niet door. Lemstra: “Hoewel het begrijpelijk is dat het oude dossier niet in zijn gezichtsveld lag, had hij zich hierover nader moeten laten informeren.” Uiteindelijk komt Kingma in actie als de omvang van het schandaal in 2009 duidelijk word. Lemstra prijst die aanpak vanaf dat moment. Lemstra stelt verder dat de andere neurologen het belang van de gedupeerde patiënt onvoldoende onderkend en gediend hebben. “Ze zijn tekort geschoten in de zorg voor de patiënten. Hoewel een foute diagnose niet acuut levensbedreigend is, doet het voortdurend afbreuk aan de levensvreugde. Daar had zo snel mogelijk een einde aan moeten komen. Zij hadden zich sterker moeten opstellen richting RvB.” Ook de Medische Staf heeft haar verantwoordelijkheid niet genomen, stelt Lemstra. “Hoewel niet goed geïnformeerd door de Raad van Bestuur, had ze zelf moeten nagaan wat de gevolgen waren voor de zorg.” Ook de Raad van Commissarissen die toezicht moesten houden heeft ‘haar verantwoordelijkheid onvoldoende genomen’, aldus Lemstra. Bron: www.tctubantia.nl

 

 

 

Waar was Jansen Steurs patiënt na 2004?

02-09-2010

ENSCHEDE – De tweede commissie Lemstra komt vandaag met haar rapport over de nasleep van de Jansen Steur-affaire. De commissie moet antwoord geven op de vraag: waar was de patiënt na 2004? Het kan haast niet anders of er worden harde noten gekraakt over de afhandeling van de schadeclaims van gedupeerde patiënten. Maar het rapport kan ook van belang zijn voor de positie MST-topman Herre Kingma. Wat is de affaire jansen Steur ook al weer? Neuroloog Jansen Steur van het Medisch Spectrum Twente (MST) verklaarde grofweg tussen 1999 en 2004 talrijke patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek. Zij slikten daarom jaren onnodig zware medicijnen tegen Alzheimer, Parking son en MS. De arts was in die tijd verslaafd aan medicijnen. In 2004 kreeg hij van de toemalige leiding van het MST en de IGZ de kans om in stilte te verdwijnen. Lemstra I – ingesteld door het MST – was vernietigend. Het ziekenhuis had alleen aan haar eigen imago gedacht, niet aan de gedupeerde. Het rapport heette dan ook veel zeggend: En waar was de patiënt? Waarom nog een onderzoek, Lemstra II? De commissie legde de doofpotcultuur tot 2004 bloot. Maar onbeantwoord bleef de vraag: waar was de patiënt na 2004? Waren alle patiënten met een foute diagnose wel opgespoord? En hoe zijn ze behandeld? Gedupeerde patiënten van Jansen Steur vonden dat de onderste steen nog niet boven was. Zij zeggen dat het na 2004 heel moeilijk is geweest hun recht te halen. Volgens letselschade-expert Yme Drost zijn ze zelfs dwarsgezeten in de behandeling van hun schadeclaim. Ook een meerderheid van de Tweede Kamer eiste een nader onderzoek, over de periode van 2004 tot nu. Wat onderzoekt Lemstra II? Gekeken wordt naar de rol van de verzekering van het ziekenhuis. Maar vooral de rol van de artsen in het MST, de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen. Wat wisten zij nou precies van de gevolgen van het disfunctioneren van Jansen Steur, wanneer dan precies en wat deden ze met die kennis? Oud-patiënten van de neuroloog hebben een brief met een aantal vragen gekregen. Zoals: Bent u gewezen op de mogelijkheid een klacht in te dienen? Heeft u advies gekregen hoe dat te doen? Heeft u uw dossier opgevraagd en gekregen en was het dossier compleet? Is het rapport van belang voor de positie van MST-topman Herre Kingma? Ja. Als aangetoond wordt dat Kingma ook de patiënten aan hun lot overliet, dan is het de vraag of het de juiste man op de juiste plaats is om te voorkomen dat zo’n affaire nog eens voorkomt. Maar valt hem niets te verwijten, dan is zijn positie gesterkt. Uitgerekend in de periode dat Jansen Steur ontspoorde was Herre Kingma de hoogste baas bij de Inspectie voor de Volksgezondheid (IGZ). In februari 2007 trad hij daarna aan als bestuursvoorzitter van het MST. De affaire ‘raakt’ Kingma dus in twee functies. Zelf heeft Kingma verklaard nooit op de hoogte te zijn geweest. Hij ontdekte het in het MST pas toen de omvang van het schandaal eind 2009 via deze krant en RTV Oost naar buiten kwam. In zijn rol als inspecteur-generaal bij de IGZ is Kingma inmiddels vrijgepleit door de commissie Hoekstra. De inspecteurs handelden de zaak Jansen Steur af, zonder overleg met hem. Lemstra II kan hem definitief vrij pleiten. En de de rol van de verzekering? Tal van gedupeerde patiënten hebben schadeclaims ingediend. Volgens hun letselschade-adviseur Drost waren in veel gevallen de dossiers niet compleet. Drost zegt ook doorlopend te zijn tegengewerkt door Medi Risk, die claims vrij bot afwees. Iets wat overigens niet uniek lijkt te zijn in de wereld van letselschades. Lemstra kennende zal hij dat proces kritisch analyseren. Het ligt voor de hand dat hij met een reeks aanbevelingen komt, die een eind moeten maken aan de vaak juridische lijdensweg na een medische fout. Dat kan meer betekenis hebben dan alleen de affaire Jansen Steur. Bron : TCTubantia

 

 

Justitie verhoort oud-neuroloog Jansen Steur

18-08-2010

ALMELO/ENSCHEDE – Justitie heeft oud-neuroloog Jansen Steur van het Medisch Spectrum Twente (MST) meerdere keren verhoord. Hij zou van 1999 tot 2004 patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek zou hebben verklaard. Hij wordt mogelijk vervolgd voor mishandeling en valsheid in geschrifte.Het onderzoek naar zijn handelingen duurt langer. Via het Nederlandse Forensisch Instituut (NFI) worden patiëntendossiers van Jansen Steur aan deskundigen voorgelegd. Dat vergt meer tijd, aldus het OM. Er is geen zicht op een zittingsdatum. De ex-neuroloog moest in 2004 het MST verlaten, toen de toenmalige top ontdekte dat hij verslaafd was aan medicijnen. Toen al hadden zich enkele gedupeerde patiënten gemeld. Na zijn vertrek bleek dat het aantal gedupeerden veel groter was. Het ziekenhuis en de inspectie hebben echter geen aangifte gedaan of een klacht bij het tuchtcollege ingediend. De zaak werd nooit naar buiten gebracht. Nadat de affaire via deze krant en RTV Oost alsnog aandacht kreeg, begon is het Openbaar Ministerie een onderzoek naar Jansen Steur. Bekeken wordt ook of het MST als instelling zal worden vervolgd. Dat gerechtelijk vooronderzoek loopt nog. Bron : TCTubantia

 

 

Inspectie faalde in affaire Jansen Steur

27-05-2010

ENSCHEDE – De Inspectie voor de Volkgsgezondheid (IGZ) heeft op vele punten gefaald in de aanpak van de omstreden oud-neuroloog Jansen Steur van het Medisch Spectrum Twente (MST) in Enschede. Dat stelt de commissie Hoekstra, die in opdracht van minister Klink de handelswijze van de IGZ onderzocht. De commissie velt een hard oordeel. Donderdagmorgen werd het eindrapport ‘Angel en Antenne’ gepresenteerd. Jansen Steur verklaarde tussen 1999 en 2004 mogelijk tientallen patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek. Hij deed dat mogelijk onder invloed van een medicijnverslaving. In 2004 verliet de specialist het MST in stilte. Volgens de commissie had de IGZ veel eerder ‘een gedegen onderzoek’ naar de arts moeten doen. Op 18 november 2003 beschikte de inspectie namelijk al over informatie dat de arts grote hoeveelheden verdovende medicijnen aan zichzelf voorschreef. Maar in maart 2004 kwam de IGZ pas in actie. De IGZ had bovendien volgens haar eigen regels ‘onherroepelijk’ aangifte moeten doen bij justitie van medicijndiefstal en vervalsing van recepten, maar liet dat na. Er waren echter volgens de commissie genoeg signalen over ‘tuchtwaardige en strafrechtelijk vervolgbare feiten’. Nadat er in 2004 alsnog actie tegen de arts was ondernomen, heeft de IGZ vervolgens weer gefaald in de verder controle op Jansen Steur. Hij ging in 2006 weer in Duitsland aan het werk, met toestemming van de inspectie. Maar op dat moment had de neuroloog helemaal niet voldaan aan alle voorwaarden die de IGZ aan hem had gesteld. “Zijn werkhervatting had beter in de gaten gehouden moeten worden.” De commissie Hoekstra hekelt verder de werkwijze binnen de inspectie in die tijd. “Te ad hoc, met horten en stoten”, aldus de commissie. “Het disfunctioneren van Jansen Steur had met de leiding van de IGZ besproken moeten zijn.” Concreet was dat toen Herre Kingma, de inspecteur –generaal, uitgerekend nu de voorzitter van de Raad van Bestuur van het MST. Kingma heeft steeds gezegd niet op de hoogte te zijn geweest. Dat wordt door de commissie onderschreven. Kingma zei vorig jaar, dat hij het betreurde dat de inspecteurs hem niet bij de zaak betrokken hadden. Bron: TCTubantia

 

 

MST betuigt spijt over Jansen Steur

30-10-2009

Het Medisch Spectrum Twente betreurt ’ten zeerste’ de schade die ex-neuroloog Jansen Steur tientallen patiënten berokkende. Topman Herre Kingma betuigt spijt aan alle gedupeerde patiënten. Dat staat in een brief die zij vandaag krijgen. Die brief is verstuurd aan patiënten in zaken waarin het MST al aansprakelijkheid erkende en waarin schikkingen zijn getroffen. Letselschadespecialist Yme Drost, die tientallen slachtoffers van Jansen Steur bijstaat, vindt het jammer dat het MST geen excuus maakt aan alle gedupeerden, ook aan degenen met wie geen regeling is getroffen. Bron : TCTubantia

 

 

Advocaat Jansen is niet verbaasd

08-10-2009

De advocaat van Jansen Steur, Frank van Gaal, vindt het ‘groot nieuws’ dat ook het ziekenhuis mogelijk als medeplichtige vervolgd gaat worden. Dat de arts voor de rechtbank moet verschijnen verbaast hem niet. „Ik had er al geen rekening meer mee gehouden dat er geen vervolging zou komen, gezien de ernst van de zaken waarover steeds wordt gesproken.” Volgens hem bestrijdt de oud-neuroloog dat het om veel fouten gaat. Van Gaal wil eerst nader overleg met Jansen Steur voor hij meer inhoudelijk op de zaak ingaat. Het contact met de arts verloopt echter moeizaam; Jansen Steur is slecht bereikbaar. Het bestuur van het ziekenhuis wilde gisteravond niet reageren. „Het recht moet zijn loop hebben; we wachten verdere actie van het OM af.” Bron : TCTubantia

 

 

Hoe triest ook, toch een mooie avond

08-10-2009

Dat neuroloog Jansen Steur wordt vervolgd? Dat had letselschade-expert Yme Drost verwacht. Nu rekent hij ook op vervolging van het MST. „Een heel goed signaal.” Hij straalt als een generaal na een met glans gewonnen veldslag. Gisteravond half tien; Yme Drost staat in de hal van het Enschedese politiehoofdbureau. Daar heeft hij, met 32 uitgenodigde slachtoffers van de te vervolgen neuroloog Ernst Jansen Steur, net gehoord dat bovendien een gerechtelijk vooronderzoek (gvo) tegen het Medisch Spectrum Twente wordt geopend. Dat is het échte nieuws. De Hengeloër maakt meteen de volgende slag. „Het openen van dit gvo is geen doekje voor het bloeden. Dit betekent dat het ziekenhuis vervolgd zal worden. Het GVO is een voorbode. Hiermee kondigt de officier van justitie, die ik professioneel en uiterst behoedzaam heb horen formuleren, aan dat er richting het MST wat gaat gebeuren. Een heel goed signaal.” Terecht, stelt hij. „Het ziekenhuis had Jansen Steur moeten stoppen. We hebben het over een specialist die volgens de commissie Lemstra twaalf jaar heeft gedisfunctioneerd. Het ziekenhuis heeft daarin ernstig gefaald.” Naast hem stopt Freddy de Haan een pijp. Tijd om zijn Zippo te gebruiken heeft de ex-politieman amper. De camera’s van TV Oost en SBS wachten. De Enschedeër, door Jansen Steur ten onrechte tot Alzheimerpatiënt bestempeld, is dik tevreden, hoe triestmakend zijn martelgang ook was. Ook De Haan focust op eventuele vervolging van het ziekenhuis. „Daar zijn ook de nodige fouten gemaakt. De Raad van Bestuur heeft veel laten liggen. Na het vertrek van Jansen Steur mocht een andere neuroloog nergens over praten.” In een hoekje van de hal, afgeschermd door haar man die haar knuffelt, vecht Renske Ekkelboom vergeefs tegen haar tranen. „Ik ben helemaal kapot”, zegt ze door haar tranen heen in haar rolstoel. „Het is mooi dat het ziekenhuis misschien niet buiten schot blijft. Maar voor mij blijft het wel zuur dat de personen die er toen werkten er niets van gaan voelen. Zijn medecollega’s bijvoorbeeld, die toch ook hebben geweten wat er aan de hand was? En de bestuurders?” Andere slachtoffers komen haar troosten. Renskes man dringt aan om nu maar snel weg te gaan. „Het wordt allemaal even te zwaar.” Ineke Damink is kort daarvoor wel stralend uit de bijeenkomst gekomen. „Vooraf had ik gezegd: als ik lachend naar buiten kom, dan is het goed nieuws geweest. En zie. We zijn eindelijk serieus genomen. Aan de andere kant zou het wel zuur zijn als het MST wordt vervolgd, maar niet persoonlijk de bestuurders van toen. Er werken nog steeds mensen in het ziekenhuis die hebben geweten wat er aan de hand was. Ik snap maar niet dat die kunnen blijven zitten, terwijl wij met de levenslange littekens zitten.” Damink zou volgens de neuroloog Alzheimer hebben. Hij velde zijn diagnose ‘uit de losse pols’. Ze droomt daar nog heel vaak van. „Maar vanavond slaap ik vast goed.” Wim van Losser – ook ten onrechte tot Alzheimerpatient verklaard – is vooral opgelucht dat er een onderzoek komt naar het ziekenhuis. „Dat Jansen Steur de dans niet meer zou ontspringen was wel duidelijk. Maar ik heb altijd gezegd: het ziekenhuis is zeker zo schuldig. Als dan de toenmalige bestuurders daarbij toch vrijuit gaan, het zij zo. Dat is het recht. Maar hoe je het ook bekijkt. Zij krijgen toch een flinke tik over de vingers.”  Persofficier van justitie Elly Heus Persofficier van justitie Elly Heus lichtte de nadere stappen toe: vervolging van neuroloog Jansen Steur voor mishandeling en valsheid in geschrifte en het openen van een gerechtelijk vooronderzoek tegen het MST. Persofficier Elly Heus ‘sluit niet uit’ dat uiteindelijk toch individuele oud-bestuurders nog verdachte worden. „We weten niet wat we nog gaan tegenkomen.” Politierot Ed Reinshagen, die 46 jaar ervaring inbrengt en met het Tolteam de vuurwerkramp natrok, leidt dit onderzoek. De zestiger loopt de trieste en bizarre gangen van een neuroloog die het spoor finaal bijster raakte en een ziekenhuistop die de andere kant opkeek, na met vijf à zes collega’s. Ze checken nu eens geen moord, maar duiken in medische missers, in wittejassencriminaliteit. Een andere wereld. Reinhagens team is nog maanden bezig; de strafzaak tegen Jansen Steur dient niet voor voorjaar 2010. „Dit is geen doorsnee rechercheonderzoek. We kunnen niet zonder expertise van buitenaf. Ik ben tenslotte geen dokter.” Bron : TCTubantia

 

 

Justitie vervolgt neuroloog en onderzoekt MST

08-10-2009

ENSCHEDE/ALMELO – Neuroloog Jansen Steur wordt vervolgd voor mishandeling en valsheid in geschrifte. Justitie opent een gerechtelijk vooronderzoek (GVO) tegen het Medisch Spectrum Twente. Onderzocht wordt of het Enschedese  ziekenhuis als rechtspersoon medeverantwoordelijk kan worden gesteld aan strafbare feiten waarvoor de dokter wordt vervolgd. Het is uitzonderlijk dat het Openbaar Ministerie een ziekenhuis onderzoekt en, wanneer bewijzen tegen het MST worden gevonden, het tot strafvervolging zou komen. Justitie deelde dit gisteravond mee aan 32 uitgenodigde slachtoffers van Jansen Steur. De specialist wordt ervan verdacht dat hij van 1998 tot zijn vertrek in 2004 tientallen patiënten onterecht ongeneeslijk ziek verklaarde, aanvraagformulieren voor de vergoeding van medicijnen en recepten vervalste om in zijn verslaving te voorzien. Ook zou hij uitslagen van onderzoeken hebben verzonnen. Welke variant van mishandeling het OM de neuroloog ten laste legt, wordt nog onderzocht. Dat kan lopen van zware mishandeling met de dood tot gevolg (maximaal tien jaar cel) tot eenvoudige mishandeling (boete/taakstraf). Volgens justitie zijn veel betrokkenen gehoord, zoals slachtoffers, collega-neurologen en apothekers. Bij hen zijn recepten in beslag genomen evenals in het MST patiëntendossiers. De zes rechercheurs verwachten nog tot voorjaar 2010 met het onderzoek bezig te zijn. Zie verder : Een mooie avond voor Yme Drost. Bron: TCTubantia – [ door Lucien Baard en Bert Janssen ]

 

 

Jansen Steur: wel arts, geen neuroloog meer

03-10-2009

ENSCHEDE – De omstreden specialist Jansen Steur mag zich geen neuroloog meer noemen.Zijn specialisme is doorgehaald in het BIG-register, waar alle (para)medici ingeschreven moeten staan. Jansen Steur staat nog wel in het BIG vermeld als arts. Hij kan dus nog wel als dokter aan de slag. De inspectie (IGZ) dient de voormalig MST-neuroloog echter helemaal uit zijn professie te zetten. Minister Klink heeft dat de dienst opgedragen. Dat moet via een tuchtzaak. Op dit moment zijn er volgens een woordvoerder echter nog geen concrete stappen gezet. Wie het specialisme heeft geschrapt is onduidelijk. Doorhaling kan door de persoon zelf, door een tuchtrechtelijke uitspraak, of omdat iemand niet voldoet aan de eisen van herregistratie. De artsenfederatie KNMG, die de registratie regelt, doet geen mededelingen. “Dat is geen openbare informatie.” De advocaat van Jansen Steur kan ook geen duidelijkheid geven. “Ik weet niets van een aanpassing.” Volgens een woordvoerder van de inspectie is het lastig een tuchtzaak te beginnen, omdat IGZ niet over de vereiste documenten en concrete patiëntenklachten zou beschikken. De IGZ overweegt daarom het MST te vragen een tuchtzaak te beginnen. Volgens het ziekenhuis is daarover echter nog geen contact geweest. De inspectie zei eerder te hopen dat de arts zichzelf vrijwillig zou uitschrijven. Volgens de advocaat van de arts is dat verzoek ook nog niet gedaan. Bron : TCTubantia

 

 

Nog veel vragen over ‘geknoei met dossiers’

24-09-2009

Door toedoen van de disfunctionerende neurloog hebben talrijke patiënten jarenlang zware medicijnen geslikt tegen ms, Parkinson of Alzheimer, terwijl ze die ziekten niet hadden.Jansen Steur – ooit een arts van groot aanzien – werd begin 2004 door het MST weggestuurd, toen hij verslaafd bleek aan medicijnen. Letselschade-expert Yme Drost zegt te schrikken van het feit dat aantekeningen uit de dossiers zijn gehaald. Hij vreest dat dit gevolgen kan hebben voor het indienen van schadeclaims door gedupeerde patienten. Drost zit nog vol vragen over de dossiers en ziet dit als een bewijs dat er nader onderzoek moet komen over de periode na 2004. Daar stopte het onderzoek van de commissie Lemstra. Drost zegt al lang ‘sterke aanwijzingen te hebben dat in het MST is geknoeid met dossiers, ook ver na het vertrek van de arts’. Hij geeft als voorbeeld een dossier van een patiënt uit 2006, van wie de verzekering van het MST een totaal andere versie heeft. Van de in totaal 97 bladzijden komen er slechts 8 velletjes met elkaar overeen. Een meerderheid van de Tweede Kamer pleit ook voor een vervolgonderzoek. De huidige Raad van Bestuur van het MST heeft dat in overweging. Woordvoerder Arkenbout: “Maar prioriteit heeft het nemen van maatregelen, zodat er nooit meer een Jansen Steur in dit ziekenhuis kan opstaan.” Bron : TCTubantia

 

 

MST op zoek naar meer slachtoffers arts

24-09-2009

Het MST gaat alsnog alle patiëntendossiers van oud-neuroloog Jansen Steur tegen het licht houden. Er wordt actief uitgezocht of er nog patiënten zijn met een foutieve diagnose. Het ziekenhuis gaat daarvoor ook huisartsen in de regio benaderen. Het gaat om een paar duizend patienten. Dat maakte de Raad van Bestuur (RvB) van het ziekenhuis gisteren bekend. Tegelijk kondigde de voorzitter van de RvB Herre Kingma een extern vervolgonderzoek aan naar de rol van de bestuurders, medici en toezichthouders vanaf 2004. Duidelijk moet dan worden waarom het zes jaar lang kon duren voordat de deksel van de doofpot ging. Maar ook of er later is geknoeid met de dossiers. Ook minister Klink gelaste een nieuw extern onderzoek naar de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). De disfunctionerende arts Jansen Steur verklaarde tussen 1998 en 2004 talrijke patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek. In 2004 werd hij weggestuurd, maar de affaire werd door de toenmailige RvB in de doofpot gestopt. De commissie Lemstra – ingesteld door het MST – velde begin dit jaar een vernietigend rapport over de gang van zaken destijds in het ziekenhuis. De twee nieuwe onderzoeken naar de IGZ en het MST raken beide Kingma. Toen Jansen Steur zijn slachtoffers maakte was hij de hoogste baas bij de Inspectie. Nu leidt hij het ziekenhuis. Bij de IGZ is de kwestie nooit met hem besproken. Bij het MST is hij ook nooit ingelicht, zegt hij. Gisteren eiste een meerderheid van de Tweede Kamer opnieuw een onderzoek. De kamercommmissie Volksgezondheid debatteerde over de doofpot Enschede. De partijen zien een vervolgonderzoek als een belangrijke stap om patiënten het vertrouwen in de gezondheidszorg te laten behouden. Klink gaf het MST weinig ruimte. “Ik ben daar voor”, aldus Klink. Maar hij wilde dat liever niet zelf opdragen. “Ik doe een dringende oproep aan het ziekenhuis. Ik kan me niet voorstellen dat het MST de Kamer wil schofferen.” Kort daarna liet Kingma, bij het debat aanwezig, weten dat die ochtend al besloten was tot zo’n onderzoek. Hij zegt zich geen enkele zorgen te maken over zijn eigen positie. “Ik heb misschien publiekelijk de schijn tegen, maar ik ben bij de inspectie nooit geïnformeerd. Achteraf kun je zeggen dat het wel gemoeten had. Maar als ik had geweten van de affaire Jansen Steur, dan was ik er op af gegaan. Ik heb als inspecteur gejaagd op allerlei misstanden. Ik was de eerste die een ziekenhuis sloot. Dat soort zaken was een kolfje naar mijn hand. Ik had geen belang om Jansen Steur stil te houden.” Kingma overweegt Wolter Lemstra de opdracht te geven. Gisteren onthulde deze krant dat er na het vertrek van Jansen Steur in het MST aantekeningen van Jansen Steur uit medische dossiers zijn weggegooid. Dat is verboden. Gisteren kwam de RvB direct bij elkaar. Kingma: “Ik ben daar vreselijk boos over. Dit grenst aan het misdadige.” Mogelijk volgende week presenteert de RvB een pakket aan maatregelen om een herhaling van deze affaire te voorkomen. Minister Klink kondigde aan het vervolgonderzoek van het MST scherp in de gaten te houden. Met name de PvdA had twijfels of de huidige Raad van Bestuur dat onderzoek wel zelf in gang kon zetten, mede gezien de positie van Kingma. Bron : TCTubantia

 

 

Vervolgonderzoek neuroloog MST

24-09-2009

Een meerderheid van de Tweede Kamer wil een vervolgonderzoek naar de manier waarop het Medisch Spectrum Twente (MST) de zaak van neuroloog Jansen-Steur heeft afgehandeld. Dat onderzoek moet opheldering geven over waarom het nog zo lang duurde voordat de praktijken van de neuroloog naar buiten kwamen. In de Tweede Kamer werd opnieuw gesproken over het rapport van de commissie Lemstra over de zaak Jansen Steur. Dat rapport behandelt de zaak tot het jaar 2005, maar de Kamer geeft nu aan ook te willen weten wat daarna gebeurde. Ook de rol van de Inspectie voor de Gezondheidszorg moet worden meegenomen. Bron : TCTubantia

 

 

Neuroloog was niet uit op het geld’

19-09-2009

ALMELO – De in opspraak geraakte oud-neuroloog Jansen Steur heeft niet gehandeld uit winstbejag. Dat zegt zijn advocaat, Frank van Gaal. “Geld speelde geen enkele rol.” De arts vertelde tussen 1998 en 2003 ten onrechte tegen patiënten dat zij leden aan Alzheimer, MS of Parkinson en liet hen daar – vaak in hoge dosis – medicijnen voor slikken. Ook een middel dat pas op de markt was. De grote vraag voor die patiënten is tot de dag vandaag: waarom deed hij het? Hun juridisch adviseur Yme Drost ziet er moedwil in, misschien winstbejag. Jansen Steur schreef aan de commissie Lemstra, die de affaire voor het MST onderzocht, dat hij destijds leed aan persoonlijkheidsstoornissen. Hij was ook verslaafd aan medicijnen. Volgens Van Gaal is dat de meest aannemelijke oorzaak. “Hij velde de foute diagnoses in elk geval niet met opzet.” Op dit moment is alleen de arts verdachte. Oud-bestuurders van het MST niet, hoewel de Commissie Lemstra aantoont dat de toenmalige Raad van Bestuur (RvB) en de inspectie ook grote fouten maakten. Zij grepen niet in, waarna het drama een grote omvang kreeg. Drost heeft ook aangifte tegen het MST gedaan. Van Gaal – die volhoudt dat er geen sprake is van een groot aantal foute diagnoses – zegt het zuur te vinden, dat anderen er schijnbaar in slagen ‘hun straatje schoon te vegen’. Gistermiddag werd bij de rechtbank in Almelo de regionaal inspecteur Wim Nugteren achter gesloten deuren als getuige gehoord. Hij zou er bij de inspectie (IGZ) vooral verantwoordelijk voor zijn geweest, dat de neuroloog in stilte kon vertrekken met behoud van salaris. Volgens de IGZ zou het MST hen echter niet goed hebben geïnformeerd. Nugteren hield dat onder ede overeind. “Ik heb naar eer en geweten gehandeld.” Het is voor het eerst dat hij reageert. Donderdag vroegen CDA, PvdA en VVD om een nader onderzoek naar de rol van de huidige RvB. Dick Veltman, voorzitter van de Raad van Toezicht, zegt zich daar op te beraden. “Maar de vraag is of dat zinvol is.” Bron : TCTubantia

 

 

Ook aangifte tegen arts om medicijnvergiftiging

19-09-2009

Nabestaanden van een in 2003 overleden Twentenaar hebben gisteren aangifte gedaan tegen de oud-neuroloog Jansen Steur van het MST. De familie claimt dat de patiënt zo’n grote hoeveelheid medicamenten kreeg toegediend door de arts, dat hij een medicijnvergiftiging heeft opgelopen en daaraan vermoedelijk is overleden. Letselschade-expert Yme Drost, die voor hen de aangifte deed: “De man zou twee weken worden opgenomen. Het werden drie maanden, met drie maanden revalideren, tot hij overleed. De familie heeft destijds van de verpleging te horen gekregen, dat hij een medicijnvergiftiging had opgelopen.” Aan welke ziekte de man leed wil Drost niet zeggen. De neuroloog heeft jarenlang, mogelijk expres, foute MS-, Alzheimer-, en Parkinsondiagnoses gesteld. Justitie onderzoekt de affaire. Bron : TCTubantia

 

 

Vragen over rol MST-top

11-09-2009

De rol van de huidige Raad van Bestuur (RvB) van het Medisch Spectrum Twente in Enschede moet nader onderzocht worden in de doofpotaffaire rond neuroloog Jansen Steur. Dat vindt een Kamermeerderheid.Ook minister Klink (Volksgezondheid) doet ‘een moreel’ beroep op de RvB of toezichthouders om daartoe over te gaan. RvB-voorzitter Kingma van het MST heeft ‘geen principiële bezwaren’ tegen een vervolgonderzoek maar hij wil eerst de aanbevelingen van de commissie-Lemstra opvolgen. „Dat zijn we ook verplicht naar onze patiënten die te lang in de kou zijn blijven staan.” De MST-neuroloog, die verslaafd was aan medicijnen, verklaarde talrijke patiënten onterecht ongeneeslijk ziek. Hij functioneerde slecht vanaf 1994. Hij mocht in 2004 – ook van de inspectie – met stille trom vetrekken. De huidige RvB heeft de commissie Lemstra onderzoek laten doen naar die periode. Lemstra legde bloot hoe het ziekenhuis destijds uit angst voor haar reputatie de kwestie stilhield. VVD’er Zijlstra vindt echter dat daarmee ‘niet alle vragen zijn beantwoord’, zei hij in de vergadering van de Kamercommissie over verbeteringen in de zorg. „Is er na 2004 wel alles gedaan om al die gedupeerde patiënten te helpen? Wat wist de huidige Raad van Bestuur werkelijk over die affaire, en wanneer precies? Als dat nadere onderzoek er niet komt, zal ik de minister vragen de inspectie daar op te zetten.” Hij krijgt bijval van de PvdA en het CDA. Minister Klink zegt daarop ‘erover na te denken’. „Het is in eerste instantie niet aan mij, maar aan het ziekenhuis zelf. De Raad van Toezicht zou daar een taak in kunnen hebben. Een bestuur moet van goeden huize komen om dat in de wind te slaan.” Woordvoerder Arkenbout van het MST zegt in een reactie namens Kingma dat een vervolgonderzoek tot de mogelijkheden behoort. „Waarom niet? Maar laten we nu eerst de aanbevelingen van de Commissie Lemstra uitvoeren, zodat een herhaling niet meer kan. Daar wordt hard aan gewerkt; binnenkort komen we al met de eerste maatregelen. Een vervolgonderzoek nu kan dat alleen maar vertragen.” Letselschade-expert Yme Drost, die circa honderd slachtoffers bijstaat, zegt teleurgesteld te zijn. Klink heeft de Tweede Kamer laten weten dat hij vindt dat de neuroloog nooit meer als arts mag werken. Vorige week kondigde de Inspectie dat al aan in deze krant. Klink zegt er op toe te zien dat het werkelijk gebeurt. In een brief aan de Kamer zegt hij een groot deel van de aanbevelingen van Lemstra over te nemen. Lemstra wil onder andere dat specialisten het recht krijgen patiëntendossiers te controleren van collega’s. Ook moet het makkelijker worden voor personeel om potentieel gevaarlijke situaties te melden bij de Inspectie. Lemstra is ‘tot op heden’ te spreken hoe zijn rapport is opgepakt. Bron : TCTubantia

 

 

VVD wil nader onderzoek naar bestuur MST

10-09-2009

VVD-kamerlid Zijlstra wil dat er nader onderzoek komt naar de huidige raad van bestuur van het MST. Zijlstra vindt dat helder moet worden wat dit bestuur heeft gedaan voor de gedupeerde patiënten van de omstreden neuroloog Jansen Steur. Uit onderzoek van de commissie Lemstra is gebleken dat de vroegere raad van bestuur de zaak in de doofpot stopte. Bron: TCTubantia

 

 

MST moet patiënten Jansen Steur opsporen’

09-09-2009

Medisch Spectrum Twente moet actief op zoek naar patiënten van de voormalig MST-neuroloog Jansen Steur, die rondlopen met een onjuiste diagnose en om die reden verkeerde medicijnen slikken. Dat vindt letselschade-expert Yme Drost, die gedupeerden van de neuroloog bijstaat. Hij zei dit gisteren in het Radio 1-programma AVRO De Praktijk. “Wij moeten helaas constateren dat er nog steeds mensen zijn die de afgelopen maanden te horen hebben gekregen dat de diagnose, die vele jaren geleden gesteld is, niet juist is. Zo werd ik vorige week nog gebeld door iemand van wie de medicijnen pas onlangs zijn gestopt”, aldus Drost. De totale omvang van de zaak is volgens hem dan ook nog altijd niet bekend. De afgelopen week hebben zich opnieuw tien ex-patiënten gemeld, bij wie de omstreden neuroloog een foute diagnose zou hebben gesteld. Wel prees Drost het MST voor zijn actieve opstelling.

 

 

Bij Yme Drost zijn weer nieuwe patiënten gemeld

03-09-2009

Drost vindt het daarom onbestaanbaar dat het MST niet actief uit gaat zoeken hoeveel slachtoffers de arts werkelijk heeft gemaakt. “In die zin duurt de doofpot tot de dag van vandaag voort onder leiding van het huidige bestuur.” Het Enschedese ziekenhuis plaatste eerder dit jaar in kranten een oproep aan patiënten om zich te melden, als zij dachten gedupeerd te zijnKingma, de voorzitter van de Raad van Bestuur, vindt dat het MST daarmee genoeg heeft gedaan. Drost vindt de oproep volstrekt onvoldoende. “Deze nieuwe zaken tonen het belang aan. Bovendien: ook vlak voor de vakantie hebben zich nog patiënten gemeld, die toen pas hebben gehoord dat ze niet leden aan de ziekte die Jansen Steur had vastgesteld. Tot dat moment hebben zij allemaal zware medicijnen geslikt. Hoeveel meer lopen er rond? Dat zijn mensen die zich dus niet melden op basis van die oproep.” De Commissie Lemstra die de affaire onderzocht, heeft steekproeven genomen van de dossiers van 35 patiënten die over de arts hebben geklaagd. In alle gevallen bleek de specialist in de fout te zijn gegaan. Drost vindt dat er minstens ook een steekproef moet komen met patiënten van Jansen Steur, die zich niet hebben gemeld met klachten. “Dan pas krijg je een indruk hoe groot de omvang van dit schandaal werkelijk is.” Ook Lemstra erkent dat er mogelijk veel meer gedupeerden zijn van de arts, dan nu bekend. De Commissie heeft niet alle dossiers onderzocht omdat het ‘onbegonnen werk’ zou zijn. Drost heeft 135 zaken in behandeling. Bron: TCTubantia

 

 

Inspectie komt in actie… ‘de doofpot duurt voort’

03-09-2009

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) zal ervoor zorgen dat neuroloog Ernst Jansen Steur in Nederland nooit meer aan het werk komt als specialist. Een woordvoerster zegt dat dit ‘op zo kort mogelijke termijn met zo min mogelijk inspanning’ voor elkaar moet zijn. De Inspectie wil Jansen Steur daarom zien te bewegen zich vrijwillig uit het Big-register (een verplichte registratie voor artsen) uit te schrijven. Hij kan dan niet meer aan de slag. Als de eenvoudige weg niet lukt, dan wil de inspectie een tuchtzaak tegen Jansen Steur aanspannen. De inspectie gaat zo’n zaak niet op voorhand al voorbereiden, omdat het er, in de afweging met andere werkzaamheden, geen tijd voor heeft. Overigens is er bij IGZ momenteel geen inspecteur die Jansen Steur in portefeuille heeft. De Inspectie onderschrijft in grote lijnen de kritiek van de commissie Lemstra, die stelde dat de inspectie te afwachtend is geweest. “Maar dat is met de kennis van nu”, zegt woordvoerster F. van ter Beek. “We denken wel dat we toen de verschillende signalen bij elkaar hadden moeten optellen om het grote probleem te onderkennen. Maar we werkten tot 2004 nog met papieren dossiers, dan is dat niet zo gemakkelijk.” De inspectie vindt de kritiek van Lemstra misplaatst dat ze ook in 2009 nog te inactief zou zijn. “Het is voor de hand liggend dat we wat betreft Jansen Steur hebben gewacht tot dit rapport.” W. Lemstra zegt de aarzelende reactie van de IGZ op de verwijten ’teleurstellend’ te vinden. “Ik begrijp het ook niet.” Hij blijft erbij dat de inspectie – óók met de kennis van toen – er alle reden toe had eigen onderzoek te doen. “Alle reden voor de politiek om dit op te pakken. Het blijkt moeilijk voor betrokkenen om excuus te maken.” Bron: TCTubantia

 

 

Neuroloog: ‘Ik was ziek’

02-09-2009

ENSCHEDE – De commissie Lemstra presenteerde gisteren het onderzoek naar het falen van de neuroloog die tal van patiënten ten onrechte ongeneeslijk ziek verklaarde. Ook iedereen om hem heen, die hem een halt had moeten toeroepen, krijgt onderuit de zak. De medische wereld bleek één grote doofpot.Via het rapport komt voor het eerst een reactie van de ondergedoken medicus naar buiten. Hij verklaart dat hij vele jaren onder behandeling was van een gedragspsycholoog. Hij werd behandeld voor „terugkerende depressies, een persoonlijkheidsstoornis van het gemengd narcistisch-borderline type’ en een posttraumatische stress-stoornis na multi-trauma in 1990”. Met dat trauma wordt een auto-ongeluk bedoeld. Maar daarmee houdt zijn reactie op. Jansen Steur wilde de commissie niet ontvangen en reageerde schriftelijk op twintig vragen. Vervolgens verbood hij de antwoorden te publiceren. Zijn advocaat dreigde daarbij volgens W. Lemstra met een rechtzaak. Advocaat F. van Gaal bevestigt dat hij heeft gedreigd de commissie aansprakelijk te stellen voor ‘eventueel te lijden schade’. Van Gaal: „Jansen zou de enige zijn waarvan een gespreksverslag expliciet werd afgedrukt. Dat ging me te ver. Hij zou daarmee een dubbele hoofdrol krijgen.” Het beeld dat de rapportage van Jansen Steur oproept, is dat van de geniale gek. Door veel patiënten op handen gedragen, voelt de gepromoveerde medicus zich ver verheven boven zijn collega’s in de vakgroep. Hij aarzelt niet om in een brief over conflicten met zijn vakbroeders zijn werk als ‘superieur neurologisch handelen’ te betitelen. Op een ander moment noemt hij zich ‘topspecialist in dit ziekenhuis’. De commissie ziet een solist in hem die een broertje dood had aan het bijhouden van dossiers, die opvallend vaak foute diagnoses stelde, onderbouwd met verzonnen testresultaten, en die ongebreideld aanvullend onderzoek aanvroeg. De behandeling met medicijnen was vaak overvloedig en onverantwoord. Maar waarom Jansen Steur zo de mist in gaat, blijft onduidelijk. Mogelijk speelt de verslaving aan medicijnen een rol. In 2003 gapt Jansen Steur uit de medicijnkast van het ziekenhuis en vervalst hij recepten. Zou alles te herleiden zijn tot het auto-ongeluk? De commissie zegt geen verband te hebben gevonden, maar sluit het niet uit.   Bron : TCTubantia; – [ door Lucien Baard en Frank Timmers ]

 

 

Operatie Doofpot

02-09-2009

De vakgroep Neurologie Jansen Steur en zijn collega’s van de vakgroep Neurologie lagen elkaar niet. De vakgroep vond het moeilijk Jansen met zijn superioriteitsgevoel aan te spreken op zijn falen en zag daar dan ook liever van af. Ze schakelde wel de Raad van Bestuur in, maar verzuimde door te zetten toen ze werd afgepoeierd. Ze liet het toen maar op zijn beloop. De rust in de vakgroep kreeg voorrang boven het patiëntenbelang. En behoud van hun opleidingsplaats. Toen de bonje die in gevaar kon brengen, poetsten ze de problemen weg. Maar ondertussen maakten ze in de wandelgangen onderscheid tussen patiënten met echt MS en Jansen-MS. De Raad van Bestuur (tot 2003) De RvB heeft vanaf 1992 alle signalen genegeerd dat het fout ging met Jansen Steur. Dat hij foute medicijen voorschreef. Niet met zijn collega’s samenwerkte. Een zootje maakte van zijn dossiers. Dat hij toegaf wel eens medische onderzoeken te verzinnen. Het mocht. In plaats daarvan werd de patiënte aangepakt die Jansens handelwijze aan de kaak stelde. Ze werd onder druk gezet haar klacht bij het Tuchtcollege in te trekken. Op straffe van een boete werd haar verboden ooit nog over de zaak te spreken en ze moest doen alsof ze de dokter nooit heeft ontmoet. Als de arts eindelijk toch struikelt over medicijndiefstal en verslaving, wordt dat niet gemeld bij de inspectie. Maar een neuroloog die wel belt, wordt op het matje geroepen. Vanaf dat moment krijgen ze – net als de patiënte – een zwijgplicht. Actief op zoek gaan naar meer gedupeerde patiënten van Jansen Steur is uit den boze. Medisch Staf Bestuur Het MSB liet de ruzie tussen de neurlogen doorsudderen. Ze nam nooit een standpunt in. Volgens de commissie heeft ze daarmee haar macht onderschat. Ze kwam alleen in beweging als de opleidingsplek in gevaar dreigde te komen. Dan werd naar buiten een een rooskleurige situatie geschetst. Inspectie voor de Gezondheidszorg Luiheid bij een toezichthoudende instantie als de inspectie is een verdere voorwaarde voor een doofpot. Inactiviteit heeft ze volgens de commissie dan ook volop tentoongespreid. Ze heeft zich nooit afgevraagd of de patiëntenzorg gevaar liep, liet eigen onderzoek achterwege naar de dossiers van Jansen Steur en deed de kwestie te gemakkelijk af als een tijdelijk verslavingsprobleem. De inspectie is volgens de commissie zelfs zo traag van begrip dat ze ook dit jaar nog bleef stilzitten, toen de doofpot al lang veranderd was in een beerput. In theorie kan en mag Jansen Steur nog steeds overal aan de slag. Huidig MST-voorzitter Kingma was toen de hoogste baas bij de IGZ, maar hij was niet geïnformeerd. Bron : TCTubantia

 

 

Vernietigend oordeel affaire Jansen Steur

01-09-2009

ENSCHEDE – De onderzoekcommissie Lemstra komt met een voor alle partijen vernietigend oordeel over de affaire Jansen Steur. Niet alleen de disfunctionerende neuroloog Ernst Jansen Steur, maar ook de vakgroep van neurologen, de medische staf, de Raad van Bestuur van het Medisch Spectrum Twente en de Inspectie voor de Gezondheidszorg krijgen zware verwijten. Als zij hun taken juist hadden uitgevoerd, was er waarschijnlijk minder leed berokkend bij de patienten, aldus de commssie. Lemstra onderzocht de affaire in opdracht van de Raad van Bestuur van het ziekenhuis. Aanleiding daartoe vormden patiëntenklachten over foute diagnoses door de specialist en publicaties in deze krant over zijn disfunctioneren. Vandaag om 12.00 presenteerde Lemstra zijn bevindingen in een persconferentie in het De Jaargetijden in Enschede. Het rapport draagt de titel: “En waar was de patiënt..?” Die titel geeft de belangrijkste conclusie weer: in de doofpotaffaire deed de patiënt er niet toe. Alle betrokken wisten van langdurige en grote problemen rond Jansen Steur, maar niemand besloot de gevolgen voor de patiënten te onderzoeken. De commissie stelt dat Jansen ten minste sinds 1992 een solitair werkend medisch specialist was. Hij hield nauwelijks dossiers bij, stelde diagnoses die niet onderbouwd konden worden en vroeg ongebreideld aanvullend onderzoek aan en interpreteerde dat op eigen wijze. Jansen Steur schreef vaak niet aangewezen medicatie voor en verzon uitslagen van neuropsychologische tests. Dat laatste deed hij om een bepaald geneesmiddel te kunnen voorschrijven. Al met al bracht hij patiënten schade toe, aldus de commissie. Lemstra beschrijft hoe de relatie tussen Jansen Steur en zijn collega’s binnen de vakgroep Neurologie voortdurend tot conflicten leidde. In 1998 stuitte een collega op onvolledige dossiers en gebrekkige overdracht. Hij zag dat patiënten van Jansen medicatie kregen terwijl daarvoor geen aanleiding was. Hij meldde dat de Raad van Bestuur, die echter niet reageerde. De vakgroep heeft zich niet afgevraagd of het handelen van Jansen negatieve gevolgen voor andere patiënten kon hebben. Toen door de spanningen de erkenning van de interne neurologenopleiding in het geding kwam, vergoelijkte de vakgroep zelfs het handelen van de neuroloog. Het zelfde verwijt treft de Raad van Bestuur. “Die vroeg zich niet af of een en ander nadelige gevolgen had voor de patiëntenzorg”, aldus het rapport. “Zelfs niet toen een misdiagnose bekend werd en Jansen erkende vaker fictieve uitslagen te gebruiken op aanvragen van geneesmiddelen”. De Raad van Bestuur wilde in 2003 de affaire binnenskamers houden om reputatieschade voor het ziekenhuis en de neuroloog te voorkomen. Voor de Inspectie voor de Gezondheidszorg is het vervolgens idem dito. “Ze stelde zich lijdelijk op en verzuimde zelf onderzoek te doen naar toegebrachte schade aan patiënten”, aldus Lemstra. Naast deze conclusies komt de commissie Lemstra met een aantal aanbevelingen die herhaling moeten voorkomen. Volgens de commissie zouden vergelijkbare problemen zich in andere ziekenhuizen kunnen voordoen, omdat die op vergelijkbare wijze zijn georganiseerd en er vergelijkbare informele trajecten lopen. De aanbevelingen zijn gericht aan de minister van Volksgezondheid, de Raad van Bestuur en de Inspectie. Ze komen neer op een scherper toezicht op de kwaliteit van het werk van medici. De minister zou onder meer de meldingsplicht voor ziekenhuizen bij samenwerkingsproblemen tussen medici moeten verruimen. Ook zouden werkzaamheden in het kader van wetenschappelijk onderzoek beter bewaakt moeten worden. Bron : TCTubantia

 

 

 

Patiënten eisen vervolging Enschedese oud-neuroloog.

25-08-2009

Hieronder een lijst met links naar artikelen over de omstreden oud-neuroloog dr. E. Jansen Steur. Uitzending NOVA 25 aug. 2009 Onderzoekscommissie Lemstra Persconferentie Commissie Lemstra op 1 september 2009 Ziekenhuis ‘kocht’ zwijgen van patiënt Kamervragen over blunderende arts Patiënten eisen vervolging Klacht over arts bleef door tijdgebrek justitie in la liggen Oud-neuroloog van het Medisch Spectrum Twente (MST) in Enschede stelt verkeerde diagnose bij patiënten

 

 

Gerechtelijk vooronderzoek geopend tegen neuroloog

12-02-2009

Donderdag 12 februari 2009 zijn er gesprekken geweest tussen het Openbaar Ministerie Almelo en de zes gedupeerden namens wie letselschadespecialist Drost aangifte heeft gedaan tegen de Enschedese neuroloog Jansen Steur. De officier van justitie heeft tijdens die gesprekken aangegeven dat hij de aangeleverde stukken bestudeerd heeft en dat hij op basis daarvan vorige week een gerechtelijk vooronderzoek heeft gevorderd. De rechter-commissaris van de rechtbank Almelo heeft op 9 februari het gerechtelijk vooronderzoek geopend. Het gerechtelijk vooronderzoek is ingesteld om de verjaring van enkele vermoedelijke strafbare feiten te stuiten. Dit betreft feiten die na zes jaar verjaren, namelijk artikel 300, eenvoudige mishandeling, met als bijzonderheid het benadelen van de lichamelijke en/of geestelijke gezondheid en de artikelen 308 en 309, zwaar lichamelijk letsel toebrengen door schuld in uitoefening van beroep. Voor valsheid in geschriften is geen gerechtelijk vooronderzoek gestart, dit betreft namelijk een feit dat pas na twaalf jaar verjaart en daarvan hoeft de verjaring nog niet gestuit te worden. Een onderzoeksteam van de politie is ondertussen actief, dit team bestaat uit enige ervaren rechercheurs. Deze rechercheurs kunnen indien nodig beschikken over deskundigheid van anderen. De zes gedupeerden en letselschadespecialist Drost zullen tijdens het onderzoek met enige regelmaat op de hoogte worden houden. Het OM Almelo verwacht dat het onderzoek in deze complexe zaak enige tijd in beslag zal nemen. Het OM begrijpt dat de gedupeerden graag op korte termijn meer duidelijkheid willen. Dat wil het OM Almelo zelf ook. Dit mag echter niet ten koste gaan van de zorgvuldigheid van het onderzoek. De zaak van een van de aangevers is overgedragen aan het Landelijk Expertisecentrum Medische Zaken dat bij het OM Rotterdam is ondergebracht. De reden daarvan is dat de echtgenoot van een Almelose officier van justitie als arts betrokken is geweest in deze zaak. Het OM wil elke schijn van belangenverstrengeling vermijden. Bron: www.om.nl

 

 

De val van een briljant arts

02-02-2009

Tot 2003 gold E.N.H. – Ernst – Jansen Steur als een uitmuntend neuroloog. In binnen- en buitenland. En als een arts met het hart op de juiste plek. Nu is hij in opspraak als klungelarts. Zijn val kon niet dieper. Toch blijft hij voor veel patienten ‘een super-neuroloog’.Ernst Jansen Steur, de Enschedese specialist van het Medisch Spectrum Twente (MST), beleefde misschien wel ‘his finest hour’ toen het met Prins Claus bergafwaarts ging. De echtgenote van de koningin leed aan Parkinson, een ziekte waarvan Jansen Steur alles wist. Een actualiteitenprogramma haalde hem voor de camera’s, om hem in de huiskamers tekst en uitleg te laten geven. Het is ergens in 2001, een jaar voordat de prins zou overlijden. De kijkers zien een magere, wat grijzende neuroloog met enigszins holle ogen. Soms komen de zinnen niet vloeiend uit zijn mond – het kan de spanning zijn van een wat onwennig optreden voor de camera’s. Maar kwade tongen beweren achteraf, dat daar het verval al zichtbaar is. Nu is de 63-jarige neuroloog – specialist op de terrein van Alzheimer, Parkinson en MS – aangeschoten wild. In 2004 is hij door de Raad van Bestuur van het MST gedwongen om het ziekenhuis te verlaten. Jansen Steur was – zo stelde bestuurslid Tom Zijlstra vorige week – verslaafd aan medicijnen. In elk geval Dormicum. Een middel dat zwaar verdovend is; het zou worden gebruikt om ernstig gewonde mensen in een kunstmatige coma te brengen. De medicus slikt er in 2004 ongeveer 6 tot 8 tabletten van per dag om ‘in een roes te komen’. Om aan zijn pillen te komen vervalst hij in die tijd recepten van collega’s. Maar nog veel belangrijker: hij blijkt tientallen patiënten ten onrechte verteld te hebben dat ze ongeneeslijk ziek zijn. Met name Alzheimer. Maar hij doet dat zonder deugdelijk onderzoek. En om de diagnose te rechtvaardigen verzint hij zelfs onderzoeksresultaten. Het gevolg? Patiënten slikken onnodig jarenlang zware medicijnen met veel bijwerkingen, zoals Exelon. Het eerste medicijn dat het verlies aan geheugen zou kunnen remmen bij Alzheimer. Jansen Steur is een van de eersten in Nederland die met de veelbelovende geheugenpil aan de slag gaat. Hij dankt die voorsprong aan zijn deelname aan een Amerikaans onderzoek om het middel in de VS als werkzaam geneesmiddel te kunnen registreren. Als een ten onrechte ziek verklaarde patiënt zich na jaren verwondert, dat hij niet achteruit gaat, is Jansen Steur lyrisch over de ‘geheugenpil’. „U bent een van de patienten waarbij het middel wonderen doet”, zegt hij dan. Maar patiënten met een foute diagnose – die het middel nooit hadden mogen slikken – zeggen nu van de bijwerkingen blijvende gezondheidsklachten te hebben. Tegen de arts is afgelopen week onder meer aangifte gedaan wegens het opzettelijk toebrengen van lichamelijk letsel – mishandeling – en valsheid in geschrifte. De medicus hangt vervolging boven het hoofd. Maar hij lijkt onverbeterlijk. Vast staat dat Jansen Steur vanaf 2006 weer gewoon in Duitsland aan het werk is. In elk geval bij klinieken in Bad Fredeburg en Bad Laasphe. In de eerste herhaalt zich de geschiedenis: hij stelt foute diagnoses, ook daar rijst het vermoeden van een verslaving en hij wordt op staande voet ontslagen. Hoe anders is zijn toekomst in mei 1978. De in 1971 afgestudeerde arts wordt dan aangenomen als neuroloog in het Enschedese ziekenhuis. Dan nog gewoon als dokter Jansen, want pas later plakt hij ‘Steur’ achter zijn naam. Niet uit hoogmoedswaan, zoals na zijn val wordt gesuggereerd. Maar als eerbetoon aan zijn gestorven moeder. De jongeling barst van de ambities. Sommigen in het ziekenhuis herkennen meteen in hem een arts met ‘veel potentie’. Ze worden niet teleurgesteld. In 1994 promoveert Jansen Steur tot ‘dr’. Jaren daarna volgt de ene wetenschappelijke publicatie na de andere. Niet alleen in Nederland, maar bijna over de hele wereld worden studies met zijn naam mede ondertekend. Zijn ‘cv’ op internet toont op een landkaart hoe wijdverbreid hij zijn wetenschappelijke voetsporen heeft verdiend. Er liggen verbanden met medische wetenschappers en universiteiten en ziekenhuizen ‘all over the world’. Jansen Steur is een gewild arts en wordt als spreker gevraagd op talrijke belangrijke symposia voor vooraanstaande neurologen. De carrière van zijn vrouw, een kinderarts in Enschede, staat volledig in zijn schaduw. „In Nederland kun je Jansen Steur toch wel zien als de ontdekker van Alzheimer onder jonge patiënten”, zegt Anjo Strik, die momenteel onderzoek doet naar wetenschappelijke fraude met medisch onderzoek. De aandoening geldt toch vooral als ziekte van hoogbejaarden. Geheugenklachten bij jongeren hebben doorgaans een andere oorzaak. Maar Jansen Steur ontdekt de ontkiemende ziekte bij mensen die nog in de bloei van hun leven zijn: vijftigers. Er is geen twijfel over zijn bevindingen: ook de resultaten van zijn wetenschappelijk onderzoek staan rond 2000 absoluut boven elke twijfel. Zo gebeurt het dat de Enschedese medicus in 2001 ook een voorname rol speelt bij het opstellen van het landelijk protocol voor Parkinson. Dat protocol regelt hoe de ziekte moet worden vastgesteld. En hoe de arts de patiënt daarna moet behandelen. Het is nog steeds een belangrijke leidraad voor al zijn collega-neurologen. En met dat huzarenstukje op zijn conto vindt hij zichzelf dus terug voor de camera, om commentaar te geven op de situatie rond Prins Claus. Zijn ster blijft rijzen. Het is wel een ‘rare vogel’, zeggen collega’s en zijn patiënten. Maar het is wel een rare vogel die het goed bedoeld. Patiënten lopen met hem weg. Omdat hij zo gewoon doet, zonder kapsones, en altijd een luisterend oor heeft. Ze beschrijven hem als ‘prettig gestoord’. Soms vraagt hij ongegeneerd aan patiënten om de volgende keer een flesje wijn mee te nemen. Een oud-patiënt vertelt dat hij de auto van de dokter meekrijgt, om hem in de garage te laten repareren. Jansen Steur was er zelf te druk voor. Omdat hij ‘alles deed voor zijn patiënten’, deden ze graag wat terug. Typerend was bijvoorbeeld het verstrekken van wiet aan patiënten, zeer omstreden in die tijd. Artsen wisten dat medi-wiet met name MS-patiënten hielp, maar het verstrekken was ‘not done’. Omdat het niet mocht. Jansen Steur had er maling aan, en koos voor het welzijn van de mens die hij moest helpen. Via een patiënt uit zijn praktijk kocht hij het in, en deelde uit. „Hij liep er niet mee te koop, maar zorgde wel dat je het kreeg toen het eigenlijk nog niet mocht”, aldus een van zijn MS-patiënten. Dat hij leeft voor zijn patiënten blijkt in alle openheid in 2001. Jansen Steur komt dan merkwaardig in het nieuws komt door een uiterst kritische rouwadvertentie. In het MST is de 68-jarige Hongaarse vluchteling Stefan Kovacs – een man zonder verblijfsvergunning – overleden. De man is er verlamd, als gevolg van een beroerte, gestorven. Omdat geen enkel verpleeghuis de statusloze man wilde opnemen, ligt de vluchteling twee jaar lang in het MST. Moederziel alleen. Er komt nooit bezoek. Alleen Jansen Steur bekommert zich al die tijd om hem, staat elke dag bij zijn bed en treurt ook om zijn eenzame dood. Hij is er bij als de man overlijdt. Boos plaatst de arts een rouwavertentie. „Het is mild van de Heer dat hij een eind heeft willen maken aan deze lijdensweg.” In een toelichting in De Twentsche Courant Tubantia zegt Jansen Steur later dat ‘de zorg goed is, maar het systeem onmenselijk’. Hij verwijt de verpleeghuizen niets. Zij hielden zich aan de regels en konden de man weigeren. „Het is de organisatie van de gezondheidszorg die moet veranderen. Dat signaal en mijn moedeloosheid heb ik willen tonen met deze advertentie. Ik persoonlijk schaamde me ervoor, omdat ik als arts deel uitmaak van de zorgketen.” De advertentie heeft het ziekenhuisbestuur verrast. „Maar goed, het was typisch Jansen Steur”, zegt oud-bestuurder Henk Bijker achteraf. In 2003 komt Jansen Steur andermaal opvallend in het nieuws. Dan met de 44-jarige Hengelose ‘Nina’. Zij had meerdere ernstige aandoeningen en leed zoveel pijn dat ze liever dood was. Maar artsen wilden niet meewerken aan haar wens tot euthanasie. Ze had – juridisch – geen recht te sterven. Jansen Steur was volgens haar de enige die haar wens wel wilde respecteren, omdat hij zag hoeveel ze leed aan haar pijn en aan het leven. Maar juridisch moest er hoe dan ook een tweede medicus zijn fiat geven. Die werd niet gevonden; Jansen Steur durfde het uiteindelijk niet aan om de euthanasie door te zetten. Hij wilde geen strafrechtelijke vervolging riskeren. Maar met zijn afwijkende opstelling blies hij – voor even – wel het euthanasiedebat nieuw leven in. Wat is ondraaglijk leiden? Maar vooral: wie bepaalt dat dan? Een arts, of de patiënt zelf, die lijdt? Zo kritisch kennen ze hem ook in die tijd bij de Vereniging van Dystoniepatiënten en de Parkinson Patiëntenvereniging, waar hij een adviestaak had. In die laatste vereniging was Jansen Steur 25 jaar actief; hij wordt min of meer als grondlegger beschouwd. In april 2004 werd hij daarvoor beloond met de Mies Rijksenprijs. De mensen die hem in die tijd meemaakten spreken over een bevlogen arts. „Waren daar er daar maar meer van.” Zijn plotselinge vertrek in 2004 is volop betreurd. Maar dat vertrek was onvermijdelijk. Want dan is het dus al helemaal misgegaan met de ‘briljante arts’. Hij raakte verslaafd aan medicijnen, vervalst daarvoor recepten op namen van collega’s en stelt – ongeveer tussen 1999 en 2003 – bij tientallen mensen foute diagnoses. Hij moet in 2004 vertrekken. Maar het ziekenhuis gunt hem vanwege zijn eerdere verdiensten een stil vertrek. Er wordt geen aangifte gedaan, geen melding bij het Tuchtcollege. Mits hij niet meer aan het werk gaat, beweert de toenmalige MST-bestuurder Tom Zijlstra. De zaak wordt ook naar buiten toe stilgehouden. Zijlstra: „Hij was een groot arts. Maar hij maakte een tomeloze val. Zijn rol was uitgespeeld. Moet je iemand dan nog verder de grond in trappen?” Zo voelen ook veel oud-patiënten dat. Ook als deze maand via deze krant helder wordt hoe groot de puinhoop is die Jansen Steur heeft achtergelaten, dan nog komt er veel ‘fanmail’ binnen. „Mijn echtgenote was in de jaren 2001-2002 patiënte bij hem. Hij was altijd zeer vriendelijk. Hij nam tijd voor je, stelde je gerust en was niet ongeduldig. Mijn herinneringen aan deze dokter zijn buitengewoon sympathiek”, mailt G. Meddeler uit Haaksbergen. Ook de toenmalige secretaresse Yvonne Jansen (geen familie) windt zich op. „Niemand heeft het nog over die duizenden patiënten waar hij goed voor is geweest. Elke vrijdagmiddag, als de huisartsen niet al te veel werk wilden hebben, werd hij gebeld om mensen op te nemen. Hij stond letterlijk dag en nacht klaar voor zijn patiënten. Begin 2000 was hij in de war. Maar dan mag je toch verwachten dat mede-neurologen of de medische staf maatregelen neemt en hem tegen zichzelf in bescherming nemen. Wie heeft hier nu de schuld?” Dat is de vraag waar justitie zich dus mogelijk ook over gaat buigen. Ondertussen ligt die andere grote vraag onbeantwoord bij de gedupeerden op tafel. Waarom ontspoorde hij zo? Was het echt zijn verslaving? Of was het financieel gewin? Of was hij op jacht naar een nieuwe wetenschappelijke publicatie? Een antwoord is er – nog – niet. Jansen Steur en zijn vrouw hullen zich in stilzwijgen. Volgens ziekenhuismedewerkers en enkele patiënten moet de kiem voor zijn verslaving worden gezocht in een ongeluk in 1990. Fons Laagland, een van de tevreden patiënten: „Op terugreis van wintersport in Zuid-Duitsland heeft hij een auto-ongeluk gehad. Hij vertelde bij een consult daarover. Hij wist niet wat er gebeurd was, en is enige tijd bewusteloos geweest. Ik begreep dat hij ernstige breuken heeft gehad. Hij liep mank toen hij weer aan het werk ging. Mogelijk is hij na zijn herstel morfine blijven gebruiken om aan het werk te kunnen blijven.” Ook een Bornse meldt zich. Ook met alleen lof. Haar man, die leed aan progressieve Parkinson, was zeven jaar patiënt bij hem voor-ie stierf. „Jansen Steur was voor mijn man een super-neuroloog.” Het viel de vrouw op dat Jansen Steur ‘een heel zere voet’ had. Die had hij volgens haar overgehouden aan een ernstig auto-ongeluk. „Hij had veel pijn en liep altijd in rare schoenen, die ze ook in de OK dragen.” Maar onderzoeker Anjo Strik heeft zijn twijfels of het geknoei werkelijk helemaal te wijten is aan dat ongeluk en de verslaving. „Meestal zijn foute diagnoses en slecht onderzoek terug te leiden tot twee drijfveren. Financieel gewin. Of roem en eer. Dat valt je bijvoorbeeld ten deel als je als eerste bijvoorbeeld aantoont dat een behandeling echt werkt.” Dat laatste lijkt in de affaire Jansen Steur in zijn ogen aannemelijk. „Naam willen maken in Alzheimerbehandelingen. Hij maakt de indruk van ‘de snelle dokter’ die voorop wilde lopen.” Strik, die onderzoek doet naar wetenschappelijke fraude, begint nu zelfs twijfels te zetten bij alle onderzoeken van Jansen Steur. „Als iemand geen goede diagnose kan stellen, kan hij dan wel goed onderzoek doen? Ik denk dat in het wereldje absoluut twijfel gaat rijzen over zijn studies.” Voor de Enschedese onderzoeker Rob de Vos is dat niet aan de orde. Hij was tot voor enkele jaren neuropatholoog van het Laboratorium voor Pathologie Oost Nederland. Zijn naam staat als co-auteur onder tal van publicaties, waaraan ook Jansen Steur meewerkte. De Vos zegt dat hij met verbazing de ontwikkelingen volgt. Hij legt uit dat samenwerken aan publicaties niet betekent dat de mensen elkaar ook persoonlijk kenden. Ieder leverde zijn bijdrage aan een coördinator. Hij gaat echter wel uit van de expertise van Jansen Steur. „Maar het is ook een vertrouwenskwestie”, zegt hij. Neuroloog dr. J.A. Carpay van de Nederlandse Vereniging van Neurologen kan zich in elk geval niet voorstellen dat de medicus fors betaald werd voor het overbodig voorschrijven van het medicijn Exelon. Evenmin gelooft hij dat Jansen Steur in het belang van producent Novartis Pharma voor het middel gunstige wetenschappelijke rapportages maakte. „Het zou allemaal erg korte termijn denken zijn. Uiteindelijk komt altijd uit dat iemand, die ten onrechte het middel voorgeschreven krijgt, geen Alzheimer heeft”, aldus Carpay. „Ik denk eerder dat hij om wat voor reden dan ook zijn zelfkritiek is kwijtgeraakt.” De gevallen neuroloog blijft zwijgen – hij reageert niet op verzoeken terug te bellen en beantwoordt zijn mail niet. Slechts een keer deed Jansen Steur zelf zijn zegje. Dat is als in 2005 Tubantia via gedupeerde patiënten de eerste foute diagnoses aan de kaak stelt. Zijn verslaving is dan nog niet uitgelekt. Jansen Steur doet alsof er niets aan de hand is. „Niet iets om over te praten. Als je met pensioen gaat, kun je dat verwachten. Dan gaan mensen naar een andere arts en dan begint het gesteggel: is de diagnose van mijn vorige arts wel goed geweest? Natuurlijk wil een letselschade-advocaat wat proberen. Dat is wat iedere arts wel meemaakt. Ik had het ingecalculeerd, het valt me nog mee.” Het is dezelfde laconieke houding die hij bij de Inspectie heeft laten zien, blijkt uit gespreksverslagen nadat hij in 2005 op het matje is geroepen. Daar schrijft de inspecteur. „Hij ziet de ernst van zijn probleem niet in.” Jansen geeft dan al aan het werk niet te kunnen laten; hij wil later weer aan de slag in een privékliniek. Zijn werk is zijn leven. Op 15 januari blijkt dan inderdaad dat het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Jansen Steur is weer aan het werk gegaan in klinieken in Bad Fredeburg en Bad Laasphe. In die laatste kliniek wordt hij door verslaggevers van De Twentsche Courant Tubantia en RTV Oost getraceerd. Daar weten ze niets van zijn verleden. Twee uur later wordt hij op straat gezet. De kliniek vreest imagoschade. De week erop legt een fotograaf voor Bild de aftocht van de arts vast. Jansen Steur heeft net zijn sleutels van de kliniek ingeleverd. Hij wordt gekiekt van grote afstand, als hij naar zijn auto gaat om onder te duiken in de anonimiteit? Of die eenzame aftocht het einde is van zijn vrije val bepaalt justitie. Bron : TCTubantia

 

 

Het andere gezicht van Ernst Jansen Steur

30-01-2009

Hij was een briljant arts. Altijd zeer vriendelijk. Hij stond letterlijk dag en nacht klaar voor zijn patiënten. Hij trok zich persoonlijk het lot aan van een stervende vluchteling. Streed voor een doodzieke vrouw die euthanasie wilde. Neuroloog Ernst Jansen Steur is een man met twee gezichten.De afgelopen weken kwam hij in het nieuws als verslaafde charlatan die levens verwoestte met gruwelijke diagnoses. Maar uit verhalen van mensen die hem van nabij meemaakten ontstaat ook een ander beeld. Een gedreven man, zeer betrokken bij zijn patiënten, een witte raaf in de bureaucratische medische wereld. Bron : TCTubantia

 

 

Aangifte tegen neuroloog Jansen Steur

26-01-2009

De Hengelose letselschade-expert Yme Drost heeft vandaag aan het eind van de ochtend formeel aangifte gedaan bij het Openbaar Ministerie (OM) te Almelo tegen de neuroloog Jansen Steur. Drost deed de aangifte voorshands namens zes cliënten. Jansen Steur werkte tot begin 2004 als neuroloog in het Enschedese Medisch Spectrum Twente (MST). Drost sprak in 2007 al eens met een Almelose officier van justitie over de mogelijkheden van strafvervolging van de neuroloog. Het OM liet evenwel daarna, ondanks toezegging, niets meer van zich horen. Drost deed ook aangifte tegen het MST als rechtspersoon en de afzonderlijke leden van de Raad van bestuur van het MST voor zover werkzaam in de periode dat er strafbare feiten zijn gepleegd door de neuroloog, voor (mogelijk) medeplegen. De vermeende strafbare feiten zijn volgens Drost gepleegd in de periode jaren ’90 tot en met de datum in 2004 dat de betreffende neuroloog werkzaam was voor het MST. De aangiftes zijn gedaan voor het vermeend (opzettelijk) stellen van verkeerde diagnoses en vermeende valsheid in geschriften. Op dit moment wordt de aangifte met bijlagen bestudeerd door het OM Almelo. Het OM in Almelo heeft toegezegd in de loop van deze week met een inhoudelijke reactie te komen.

 

 

‘Mijn leven begint opnieuw’

22-01-2009

ENSCHEDE – De ongeveer laatste keer dat ze neuroloog Jansen Steur zag, vergeet ze nooit. Het was in de wachtkamer van het MST, per ongeluk; ze zouden elkaar nog moeten treffen bij het Tuchtcollege. Zij was sterk. “Wij keken elkaar strak en lang in de ogen. Hij intimideerde; ik keek niet weg. Ik had iets van: wat denkt u wel.” Toen liep hij weg. “Een man naast me, zei: ‘het leek wel een krachtmeting’. Ik vroeg: en wie heeft gewonnen? Hij zei: u, denk ik.”Maar niet zo lang daarna liet Ineke Damink zich verleiden om het gewraakte zwijgcontract te tekenen voor 15.000 gulden. De kracht die ze voelde in de wachtkamer was weg. Haar man was ernstig ziek. Ze snakte naar rust en daar maakte het MST misbruik van, vindt ze. “Het enige wat nog telde was mijn gezin en m’n man.” Haar man overleefde. Maar zelf ging ze van binnen ‘een beetje dood’ toen duidelijk werd hoeveel meer slachtoffers er nog bij zijn gekomen. Tientallen patiënten die van de arts ten onrechte hoorden dat zij ongeneeslijk ziek waren. Toen begon dus haar – tweede – nachtmerrie: alle dagen een schuldgevoel. “Met zo’n geheim kun je niet leven.” Haar eerste nachtmerrie begon in 1997. Jansen Steur – tot dan bekend als een uitstekend arts – stelt Alzheimer vast. De angst van haar leven. “Mijn moeder leed vroegtijdig aan Alzheimer en ik heb haar jarenlang verzorgd. Ik ben altijd bang geweest dat het mij ook zou overkomen. Als ik eens wat vergat, dacht ik… zie je wel.” Zo kwam ze bij Jansen Steur. Hij kende haar familieverhaal. Damink vraagt zich af of hij daardoor haar zo simpel ziek verklaarde. Bij het finale consult stond ze binnen enkele minuten buiten. Met de recepten voor Exelon, een toen haast nog experimenteel medicijn. Voor Daminks gevoel heeft ze ‘een engeltje op haar schouder’ gehad toen ze de Alzheimervereniging belde. Ze kreeg er een arts aan de lijn. Die kwam meteen met het advies voor een second opinion in het AMC in Amsterdam. Daar werd een half jaar later de diagnose van Jansen Steur van tafel geveegd. Zij en haar man liepen dronken van geluk door de stad. “Ik kunt je niet voorstellen hoe mooi mijn wereld er ineens uitzag. Gebakjes, een glas wijn… ik zag de blaadjes weer aan de bomen. We hingen om elkaars hals: we hebben elkaar nog. Als ik er aan denk voel ik nog kippenvel.” Jansen Steur bleef onverstoorbaar. “Ik blijf bij mijn oordeel. Amsterdam heeft niet de wijsheid in pacht, zei hij.” Maar in het nauw gedreven door de feiten moest hij uiteindelijk toegeven. Hij had zelfs het onderzoeksresultaat, waardoor hij het experimentele medicijn kon voorschrijven, verzonnen. “Ik zie hem nog zitten, achteroverleunend in z’n stoel. Hij stak zijn handen omhoog en liet ze wapperen. ‘Het resultaat kwam uit de losse pols mevrouw, uit de losse pols’. Onvoorstelbaar, toch?” Voor dat Alzheimer-drama kreeg Damink 13.000 gulden schadevergoeding. De kous leek af. Tot ze – ‘waarschijnlijk per ongeluk’ – haar complete medisch dossier in handen kreeg. Daarin stond tot haar verbijstering dat de neuroloog ook jarenlang stiekem DNA-onderzoek liet doen op haar bloed. Bloed dat ooit voor een cholestoroltest was afgestaan. Ze was zo vastbesloten: ik sleep hem voor het Tuchtcollege. Het kwam er dus niet van. De toenmalige leiding van het MST kocht haar af. Onder de voorwaarde dat ze altijd zou zwijgen en het dossier zou vernietigen. Maar haar man voelde zich daar niet aan gebonden. Hij hield een kopie van het dossier achter, zonder dat Ineke het wist. Als een onderdeel van zijn testament. Opdat hun kinderen ooit konden lezen wat hun moeder had doorstaan. Ze hoorde dat pas vorige week. Eerst voelde ze angst voor het MST, nu is ze er alleen maar blij om. Het dossier kan naar justitie, vindt ze. Ze pakt haar man even liefdevol vast: “Nooit geweten dat je zo’n slimme sukkel was. Mijn leven begint opnieuw, hoop ik.” Bron: TCTubantia

 

 

Herre Kingma: ‘Neuroloog had geen werkverbod’

22-01-2009

De toenmalige directie van het MST heeft oud-neuroloog Jansen Steur geen werkverbod opgelegd. Dat zegt de huidige baas van het MST, Herre Kingma. Oud-bestuuder Tom Zijlstra zei gisteren in deze krant dat de arts leed aan een medicijnverslaving. Daarover, en de fouten die hij maakte, was geheimhouding afgesproken. Zijlstra verbrak het zwijgen, zei hij, omdat Jansen Steur in 2007 in Duitsland was gaan werken. „Dat was tegen de afspraak.” Kingma bestrijdt dat, na bestudering van het contract. „Zijlstra zit fout. Er staat helemaal niet in dat de arts na zijn pensioen niet meer mocht werken. Er is afgesproken dat hij tot aan zijn pensioen nergens aan de slag ging. Logisch. Want toen was hij ziek en formeel nog in dienst van het MST. Over de periode erna is niets afgesproken.” Bron : TCTubantia

 

 

MST laat feitenonderzoek doen

22-01-2009

De Raad van Bestuur (RvB) van het MST wil openheid bieden in de kwestie rond de omstreden neuroloog dr. E. Jansen Steur. Een externe commissie gaat in opdracht van het MST een feitenonderzoek doen. De uitkomsten zijn openbaar. De verslaafde specialist was tot 1 mei 2004 werkzaam in Enschede. Hij zou bij tientallen patiënten foute diagnoses (Parkinson, Alzheimer, MS) hebben gesteld. „De kwestie roept veel vragen op, die ook breed in de media worden besproken. Wij willen openheid, maar wel met de vereiste zorgvuldigheid”, aldus een verklaring die voorzitter Herre Kingma en de Raad van Bestuur gisteren naar buiten brachten. De RvB stelt de externe commissie in na overleg met het medisch stafbestuur en de vakgroep neurologie. In de commissie komen artsen, hoogleraren, ‘van buiten de regio’, aldus Kingma. Maar ook een jurist. „Het MST streeft naar zorgvuldigheid en openheid ten aanzien van vermeende fouten en ongewenste uitkomsten van zorg. Dat vereist glashelder inzicht in de feiten en omstandigheden die zich destijds, ruim voor het aantreden van de huidige Raad van Bestuur, hebben voorgedaan. De conclusies van de commissie zullen openbaar worden gemaakt.” Vragen, klachten of claims van patiënten van de toenmalige neuroloog, die nu nog direct of indirect bij MST binnenkomen, zullen conform de daarvoor geldende procedures met de vereiste zorgvuldigheid worden behandeld, aldus de verklaring. „Een second opinion in een gerenommeerd neurologisch centrum kan, indien die nog niet heeft plaats gevonden. De RvB vertrouwt erop zo de nog levende vragen bij publiek en patiënten te kunnen beantwoorden.” Bron : TCTubantia

 

 

Geen plicht om aangifte te doen

22-01-2009

De eerdere Raad van Bestuur van het MST was wettelijk niet verplicht aangifte te doen tegen haar oud-neuroloog Jansen Steur. Volgens ex-lid Tom Zijlstra vervalste de neuroloog recepten om zijn medicijnenhonger (mogelijk opiaten) te stillen. In overleg met de regionale inspecteur voor de gezondheidszorg is besloten aangifte na te laten en de zaak niet voor te leggen aan het medisch tuchtcollege. Jansen moest het Medisch Spectrum Twente verlaten. Hij is tot zijn pensioen betaald. Alleen bij zware misdrijven (moord, verkrachting) geldt een aangifteplicht. Het MST mocht wel aangifte doen; dat geldt voor ‘iedereen die kennis draagt van een begaan strafbaar feit’. Verslaggevers van deze krant en RTV Oost spoorden Jansen op in een Duitse privékliniek. Omdat hij nooit was bestraft kon hij daar aan het werk. Bron : TCTubantia

 

 

MST-bestuur wil onderste steen boven

22-01-2009

Kingma: Van het geheimhouden van zulke zaken krijg je altijd lastENSCHEDE – Herre Kingma, sinds 2006 voorzitter van de Raad van Bestuur van het MST, zit zich al sinds 12 januari te verbijten. Het ene na het andere verhaal komt naar buiten over de wantoestanden rond de oud-neuroloog Jansen Steur, die zeker tusen 2000 en 2004 tientallen  patiënten ten onrechte vertelde dat ze ongeneeslijk ziek waren. En het MST komt er steeds negatiever op te staan, als doofpot-ziekenhuis. Maar Kingma moest zwijgen. Dit omdat het vroegere MST-bestuur in 2004 met de bewuste arts had afgesproken te zwijgen over het schandaal. Bovendien was – in ruggespraak met de regionale inspectie in Zwolle – besloten geen aangifte te doen bij justitie en de zaak niet door te spelen aan het medisch tuchtcollege. MST-topman Herre Kingma is gisteren ‘ontploft’ toen oudbestuurder Tom Zijlstra in deze krant de vuile was over Jansen Steur naar buiten bracht. Maar zwijgen is niet Kingma’s sterkste kant. Hij predikt – altijd – openheid. De MST-topman is gisteren dus ontploft, toen uitgerekend oud-bestuurder Tom Zijlstra in deze krant de vuile was over de arts naar buiten bracht. Hij heeft per direct een extern onderzoek gelast naar wat er precies is gebeurd in het MST. Hij vindt het helemaal fout dat destijds de wantoestand in stilte is opgelost. „Simpel: dit had nooit mogen gebeuren. Ik weet niet of ik aangifte had gedaan, maar ik had het zeker niet stilgehouden. De onderste steen moet boven.” Hij is woedend op Zijlstra. Cynisch: „Het is erg stoer van Zijlstra om nu van van het ene medium naar het andere te rennen. Maar het is een laffe actie om snel even zijn straatje schoon te vegen. Hij is er verantwoordelijk voor dat de zaak is stilgehouden. En wij zijn daar jaren later als nieuw bestuur met handen en voeten aan gebonden. Hij komt nu de public hero uithangen, maar wij zitten met zijn rotzooi. Ik ben niet het probleem dat het zo is gegaan. Dat maakt me ongelofelijk kwaad.” De keuze van het vroegere bestuur om de zaak stil te houden, was vragen om problemen, vindt Kingma. „Dat is toch iets van de vorige eeuw om het zo te doen. Zo moet je niet met zo’n zaak omgaan. Zo moet je ook niet met patiënten omgaan. Daar krijg je altijd last van, en dat zie je nu. Met veel imagoschade voor het ziekenhuis. Ik weet dat het achteraf makkelijk praten is. Maar ik had die arts per direct ontslagen. En ook niet toegestaan dat hij nog een jaar zijn salaris kreeg, tot aan de vut, zoals Zijlstra deed. En dus niet stilgehouden Kingma zegt dat hij vorige week ‘pas voor het eerst’ het hele dossier-Jansen Steur heeft doorgenomen. „Het moment dat Justitie er om vroeg.” Tot 12 januari, toen deze krant meldde dat gedupeerde patiënten alsnog vervolging eisen, was er in zijn ogen ook geen reden voor. Hij kende – zegt hij – de omvang van ‘de beerput’ niet, niet als bestuurder van het MST, maar ook niet in zijn eerdere functie als hoogste inspecteur van de gezondheidszorg (2000-2006). „Ik heb er nooit bemoeienis mee gehad. In de overdracht is de kwestie in het ziekenhuis niet aan de orde gekomen. Dat hoefde ook niet per se. De zaak was formeel al afgehandeld. De arts was al weg. Op dat het moment werd zijn salaris ook niet meer betaald. En de gedupeerde patiënten moesten ondertussen allemaal wel door andere artsen gezien zijn, en geholpen, in ons ziekenhuis of elders. Meerderen zijn via het MST voor second opinions naar elders verwezen. Tot hoe ver moet je dan terug in een overdracht?” Maar volgens Kingma is de verfoeide deal ook ‘nooit’ met hem besproken door de regionale  inspecteur. Zijlstra zegt dat het hem ‘wel goed denkbaar’ leek, dat de inspecteur ruggesteun ‘hogerop’ had gevraagd. Kingma, woedend: „Ik heb dat voor de zekerheid nog uitgezocht. Want het is lang geleden. Maar pertinent niet. De regionale inspecteurs hebben de autonomie en de bevoegdheid om zoiets zelf af te handelen. Achteraf kun je je afvragen: was het niet beter geweest om dat op een hoger niveau te bespreken? Ik vind achteraf, dat het wel had gemoeten. Maar dat is niet gebeurd, en het had volgens de werkwijze van toen ook niet gehoeven.” De inspectie had de zaak bij het medisch tuchtcollege kunnen brengen. Of bij justitie aangifte kunnen doen. „Maar ook beide. Dat is het dilemma waar de inspecteurs altijd voor staan in heikele zaken.” Kingma waagt zich er niet aan te zeggen wat hij had gekozen. „Maar laat ik het zo zeggen: wat er is gebeurd, is zeer tuchtwaardig.” En over wel of geen aangifte? „Daar heb ik wel een gevoel bij, maar ik laat me er nu niet over uit.” Kingma zegt echter ook ‘wel te kunnen begrijpen’, waarom uiteindelijk door de inspecteur geen enkele stap is genomen. „De arts was weggestuurd. Eerst met ziekteverlof, daarna in de VUT. De patiënten liepen eigenlijk geen gevaar meer. Dat hij na zijn pensioenering toch is gaan werken, was niet te voorzien. En al was hij door het tuchtcollege bestraft, ook dan heb je geen volledige zekerheid dat hij niet over de grens weer aan het werk zou gaan. De controle is niet waterdicht. Je hebt daar amper grip op. De ‘reizende arts’ is – helaas nog – een bekend probleem.”

 

 

‘Pertinent geen gouden handdruk’

21-01-2009

De neuroloog Jansen Steur heeft bij zijn gedwongen vertrek uit het MST in Enschede geen gouden handdruk gekregen, zoals oud-patiënten van hem vreesden. „Pertinent niet. Dat heeft hij ook bepaald niet verdiend, als je ziet wat er is gebeurd”, zegt oud-bestuurder Tom Zijlstra. Het was voor het ziekenhuis een dilemma. „Uiteindelijk hebben we er toch voor gekozen om hem niet nog eens extra financieel te treffen. Hij was in loondienst van het ziekenhuis; zijn salaris was voor die tijd niet buitensporig. En omdat wij eisten dat hij niet meer aan het werk zou gaan, zou hij dus zonder inkomsten komen te zitten. Daarom is besloten dat we zijn salaris zouden doorbetalen tot hij gebruik kon maken van de regeling voor vervroegde uittreding. Hij kon daar op zijn zestigste gebruik van gaan maken.” Bron: TCTubantia

 

 

Alle dagen gevoel van schuld

21-01-2009

ENSCHEDE – Ze slaat haar handen voor het gezicht om haar tranen te verbergen. “Hoe heb ik het kunnen doen, hoe heb ik het kunnen doen”, snikt ze. “Maar ik had toen geen keus. Het was voor mij en mijn man overleven. Maar ja, ja, ja… ik voel me schuldig. Elke dag. Misschien zijn door mijn zwijgen later nog veel meer mensen slachtoffer geworden van deze arts. “Ineke Damink (67) had in 2000 het lef om haar neuroloog Jansen voor het Tuchtcollege te slepen voor een foute Alzheimer-diagnose een paar jaar eerder, en stiekem DNA-onderzoek met haar bloed. Maar de arts kwam met de schrik vrij. Het Medisch Spectrum Twente (MST) kocht die procedure met 15.000 gulden af, en legde haar een zwijgplicht op. Als ze ooit uit de school zou klappen, moest de Enschedese ’tenminste 15.000 gulden’ boete aan het SMT betalen. En ze moest haar dossier vernietigen, en doen of ze Jansen Steur nooit had gekend. Damink tekende, omdat haar man aan kanker leed. “Je bent zó kwetsbaar. We trokken het vechten niet meer.” Maar toen wist Ineke Damink niet beter dan dat zij het enige slachtoffer was van de neuroloog die uiteindelijk verslaafd bleek aan medicijnen. Tot ze in 2005 in deze krant las dat er veel meer gedupeerden zijn. Ze realiseerde zich ineens dat ze een radertje was in een doofpot-schandaal. “Ik voelde dat leed van de anderen; ik had immers hetzelfde meegemaakt. En dacht ook meteen: als ik mijn klacht had doorgezet, dan had ik misschien al dat leed voorkomen. Met die pijn heb ik al die jaren rondgelopen. Ik heb geen dag rust meer gehad, amper een nacht fatsoenlijk geslapen. Ze hebben me kapot gemaakt.” Opnieuw wellen er tranen. Donderdag vernietigde het huidige MST-bestuur haar zwijgplicht: die wil de onderste steen boven. Damink grijpt haar kans. “Ik wil dat hij vervolgd wordt en wat mij betreft ook het MST. En dat ik dit zeg, komt van heel diep.” Vandaag doet haar letselschade-expert Yme Drost voor haar aangifte tegen de arts en de oud-MST-bestuurders. Bron: TCTubantia

 

 

Getergde topman gooit ‘beerput’ open

21-01-2009

PAPENDRECHT/ENSCHEDE – Ton Zijlstra (61) heeft voor zijn gevoel alles gedaan wat moest. Voor de gedupeerde patiënten in het Medisch Spectrum Twente en voor de arts zelf. Voor zover hij wist, zijn alle patiënten met foute diagnoses opgespoord en de neuroloog Jansen Steur is een openlijke, beschamende aftocht bespaard. ‘Want waarom zou je iemand helemaal de grond in willen trappen? Het was ook voor Jansen een drama. Eigen schuld, maar wel een drama. Maar onderhand is het beeld ontstaan dat we de zaak in de doofpot wilden stoppen. Dat de toenmalige leiding op de hoogte was, maar niet ingreep. Niets is minder waar.’ Zijlstra is sinds 2006 in ruste. Vanaf dat moment vaart hij om de wereld met zijn zeiljacht Dulce. Als mijlenvreter houdt hij op internet een minutieus logboek bij van zijn reizen. En ‘kapitein’ Zijlstra had ‘de onterechte schande van de doofpot’ nog wel weg kunnen slikken. Hij had beloofd te zwijgen. Maar nu Jansen Steur vorige week in een Duitse privékliniek opdook, stroomt er onderhuids gif. De oud-topman schrijft het van zich af in zijn logboek op ‘sailing-dulce.nl’. Zijn relaas: ‘Tegen het einde van 2003 kreeg ik harde feiten en bewijzen in handen, die wezen op een ernstig disfunctioneren van Ernst Jansen Steur, een van onze neurologen. Er waren sterke aanwijzingen voor verkeerde diagnosestellingen en bovendien bleek hij verslaafd te zijn aan een aantal geneesmiddelen. Om die te bemachtigen, vervalste hij recepten van zijn collega’s’. ‘Ik heb terstond de inspectie ingelicht en heb Ernst persoonlijk gedwongen zich onmiddellijk ziek te melden en zich te laten behandelen. Direct na de jaarwisseling heb ik hem gedwongen het MST voorgoed te verlaten en geregeld dat hij een tijdje later met vroegpensioen (de OBU-regeling) kon gaan, opdat hij geen verdere materiële schade zou lijden. Per slot hoef je iemand niet helemaal de grond in te stampen.’ ‘In ruil daarvoor ondertekende Ernst een document, waarin hij beloofde nooit meer zijn vak van neuroloog te zullen uitoefenen. Die afspraak heeft hij dus geschonden. De andere neurologen van MST vroeg ik om zijn patiënten waar nodig te informeren over de foute diagnoses en hen over te nemen, ze zo goed mogelijk verder te begeleiden en ze te wijzen op de mogelijkheid om een schadeclaim in te dienen. Zo is het gegaan, wat had ik meer moeten doen? Het is onbegrijpelijk dat Jansen Steur daarna toch weer een tijd in een Duitse kliniek aan het werk kon gaan. Wat bezielt zo iemand? En wat een stommiteit van die Duitse directie om niet eens inlichtingen in te winnen en referenties te vragen bij de vorige werkgever!’ In een telefonische toelichting spreekt Zijlstra van een ‘zwarte periode in zijn loopbaan’. „Zoiets verbijsterends heb ik nooit eerder meegemaakt. Hij was totaal niet in staat om het beroep van arts uit te voeren. Hij heeft het leven van patiënten ontwricht met aantoonbaar foute diagnoses. Ik heb nooit echt begrepen hoe hij tot zulke bizarre fouten kon komen. Maar iemand stante pede op straat zetten is geen kleinigheid.” Zijlstra weet niet meer precies hoe hij de eerste bewijzen in handen kreeg dat er op grote schaal foute diagnoses waren gesteld, en dat de arts recepten vervalste. Evenmin aan welke middelen Jansen Steur verslaafd was. Mogelijk onder meer morfine. „Daarvoor is het te lang geleden. Ik weet wel dat het in de periode daarvoor gonsde van de geruchten in het ziekenhuis. Maar als je daar een vinger achter wilde krijgen, bleef het bij geruchten. Mensen steken niet gemakkelijk hun nek uit. Tot het bestuur werkelijk vervalste recepten in handen kregen. Toen die bewijzen er waren en medewerkers zagen dat de directie ook werkelijk actie ondernam, toen kwamen de verhalen wel los. Toen ging de beerput open.” Zijlstra zegt meteen te hebben begrepen dat het om een omvangrijke zaak ging. „We gingen uit van enkele tientallen patiënten met een foute diagnose.” Alle mogelijke stappen zijn volgens Zijlstra met de inspectie besproken. Een van de opties was om het schandaal naar buiten te brengen en  patiënten van Jansen Steur publiekelijk ‘terug te roepen’. Maar ook aangifte doen bij justitie is overwogen. Er is – in overleg – van afgezien. „Niet om het in de doofpot te stoppen. Maar om het leed niet onnodig groter te maken. Wij dachten dat we goed zicht hadden op welke patiënten het betrof. En dat elke foute diagnose ook aan het licht zou komen. Maar we wilden het ook voor Jansen Steur niet erger maken. Hij was een arts van groot aanzien, met tal van wetenschappelijke publicaties. De val van zijn voetstuk was al enorm en diep. Aangifte doen vonden wij op de weg liggen van gedupeerde patiënten. Dat vind ik nog steeds.” Of dat achteraf de juiste keuzes waren? Zijlstra: „Tsja. Het is een smalle middenweg die gekozen is.” Bron : TCTubantia – [door Lucien Baard]

 

 

“Hij haalde zijn medicijnen overal vandaan”

21-01-2009

De geruchten over een medicijnverslaving van de neuroloog Jansen Steur deden al lang de ronde. Hij haalde zijn medicijnen schijnbaar overal vandaan. Volgens oud-bestuurder Zijlstra ‘liet hij zelfs zijn eigen patiënten medicijnen voor hem halen bij diverse apotheken’. Andere goedingevoerde bronnen – die anoniem willen blijven – zeggen dat hij de medicijnen ook wel persoonlijk ophaalde bij een apotheek in Ahaus. Hij zou daarbij dan gebruik maken van recepten die hij soms onder de naam van een collega had uitgeschreven, maar ook wel met zijn eigen naam erop. Zijlstra heeft niet de indruk, dat de neuroloog met opzet mensen ziek verklaarde, om daarna met hun medicijnen aan de haal te kunnen gaan. Oud-patiënten zeggen zich altijd verbaasd te hebben over de grote hoeveelheid pillen die hij her en der uit bureaus trok. Bron : TCTubantia

 

 

Hij is ontstemd: Was wollen Sie?

16-01-2009

Neuroloog Jansen Steur wilde liever geheim houden dat hij weer als arts werkte. Hij week uit naar Duitsland.De Schlossbergklinik ligt bijna 300 kilometer Duitsland in, schurkend tegen de bossen van Sauerland. Er ligt nog sneeuw. Het historische Bad Laasphe gaat prat op haar kuuroorden en gezonde boslucht. De Schlossbergklinik behandelt jaarlijks 400 patiënten met neurologische aandoeningen als Alzheimer, MS en Parkinson. Van buiten maakt het de indruk van vergane glorie, maar de folders tonen mooie interieurs en hoogwaardige medische voorzieningen. Daar werkt Jansen Steur, die zich helemaal teruggetrokken leek te hebben uit de medische wereld sinds hij in 2004 onder dwang het MST verliet. Hij verbrak alle contacten met belangenverenigingen waar hij een voorname rol heeft gespeeld. De gedupeerde patiënten hebben altijd vermoed dat hij ergens over de grens was gaan werken. Maar de familie wilde daar nooit iets over zeggen. Nu is hij – na speurwerk van deze krant en RTV Oost – uiteindelijk gevonden. Niet als Jansen Steur, maar gewoon als dokter Jansen. Zoals hij, blijkt uit onderzoek, ook werkelijk heet. Steur is – om onduidelijke reden – door hem toegevoegd. De neuroloog beantwoordt in Duitsland de hele dag zijn telefoon niet. Er wordt beloofd dat hij terugbelt, maar dat gebeurt niet. Zijn Duitse gsm staat ook uit. Reden af te reizen naar het Duitse woud, om te verifiëren of het echt wel dé dokter Jansen is. En om eindelijk een reactie te krijgen op alle aantijgingen van zijn oud-patiënten en het onderzoek van justitie. Bij aankomst kent de Duitse receptioniste voor de arts geen gezagsangst, als ze hem aan de lijn heeft: „De telefoon moet aan. Dat kunt u niet maken! Er zijn hier heren uit Nederland die u willen spreken.” Na een minuut of vijf verschijnt de Enschedeër uiteindelijk. Argwanend blijft hij staan tussen de automatische schuifdeuren van de hal en de gang naar de spreekkamers. „Jah, was wollen Sie?” Uit zijn gezicht spreekt ongenoegen als hij hoort waarvoor we komen; de schouders gaan omhoog. „Ik ga niet met u praten. Ik heb u niets te vertellen en ik weet niet waar die patiënten het over hebben.” Een advocaat heeft hij evenmin. „Nee, waarom?” Dan draait hij zich om, trekt opnieuw zijn schouders omhoog en beent de gang in. Weg. In de kliniek kijken personeelsleden verbijsterd toe. De receptioniste verwijst kalm naar de directie, in de zusterkliniek, amper een kilometer verder. Maar de sfeer slaat om als collega’s van RTV Oost hun camera pakken en vanaf de parkeerplaats het ziekenhuis filmen. Dat mag niet. Als we bij de zusterkliniek aankomen, worden we opgewacht door twee mensen van de ‘technische dienst’. De videoband moet worden ingeleverd, of ‘die Polizei’ komt. De directie kan niet met ons praten, wordt gezegd. Maar als ze de verhalen over de neuroloog uit Enschede horen, is er interesse. Directielid Jörg Moser maakt tijd. „Maar ik ga alleen luisteren; ik zal geen commentaar geven.” Met een diepe frons luistert hij naar de verhalen van Jansens oud-patiënten, zoals die in de media zijn geweest. En dat het MST al aan dertien patiënten een schadevergoeding heeft betaald. Als Moser hoort dat Justitie onderzoek doet, staat er ongerustheid op zijn gezicht. En nog meer als verteld wordt dat er door de VVD Kamervragen zijn gesteld. „We zijn verrast”, wil hij alleen kwijt. „We moeten op onderzoek uit. Wij hebben er geen enkele behoefte aan dat onze kliniek negatief in het nieuws komt. Over het algemeen geldt hier: men behoort relevante zaken uit het verleden te vertellen. Zo niet, dan kan dat reden zijn voor een maatregel.” Volgende week weet hij meer, belooft Moser. Het afscheid is hoffelijk. „U rijdt echt heen en weer? Ach, u had zo mooi nog kunnen skiën.” Bron:  TCTubantia

 

 

Arts Jansen Steur werkt in Duitsland

16-01-2009

ENSCHEDE/BAD LAASPHE – De in opspraak geraakte neuroloog Jansen Steur van het MST werkt tegenwoordig in een privékliniek in Duitsland. De arts verliet in 2004 onder dwang het MST. Hij heeft mogelijk tientallen patiënten ten onrechte gezegd dat zij ongeneeslijk ziek waren, zonder deugdelijk medisch onderzoek (Alzheimer, MS, Parkingson). Justitie in Almelo heeft donderdag besloten de zaak door te spelen naar het landelijk expertise centrum medische zaken. Dat centrum moet bepalen of de arts alsnog vervolgd moet worden.In Nederland zou de inspectie de arts ‘scherp in de gaten houden’ als hij weer actief zou zijn. Jansen Steur blijkt echter na 2004 aan het werk te zijn gegaan in de kliniek Schlossberg in Bad Laasphe, een ‘neurologische fachklinik’ met herstellingsoord. Deze krant en RTV Oost hebben hem in het ziekenhuis getraceerd en opgezocht. Letselschadespecialist Yme Drost, die gedupeerde patiënten bijstaat, vindt het zorgelijk dat de arts over de grens door kon gaan met werken.Vandaag meer over deze affaire in De Twentsche Courant Tubantia en de programma’s van RTV Oost.Bron TCTubantia

 

 

Klacht over arts bleef door tijdgebrek justitie in la liggen

12-01-2009

OM belooft nu snelle beoordeling of vervolgen haalbaar is. Woordvoerder Barbara van Heerde van het Openbaar Ministerie spreekt van een moeilijke zaak. „Het hangt van veel factoren af, of vervolgen haalbaar en zinvol is. Bijvoorbeeld: werkt de arts nog ergens en is er een gevaar voor herhaling? Maar zo’n onderzoek naar de haalbaarheid is ten onrechte nog niet gedaan. Dat betreuren we.” Volgens haar is dat door drukte bij de verantwoordelijke officier van justitie blijven liggen. „Hij heeft sindsdien voornamelijk Grootschalige Onderzoeken gedraaid – lastige moordzaken met name. Dat heeft dan prioriteit.” Drost had justitie tot vrijdag te tijd gegeven om uitsluitsel te geven. Drost vindt het verwerpelijk dat hij anderhalf jaar niets hoorde en zou het stuitend vinden als er geen vervolging komt. Hij houdt er wel sterk rekening mee. „In een gesprek heeft de officier van justitie destijds gezegd dat men eigenlijk onvoldoende menskracht en expertise heeft voor zulke medische zaken. Als dat zo is, dan kan een arts blijkbaar met het grootst mogelijk geklungel wegkomen. Dat kan toch niet bestaan?” In zijn visie is er ‘aantoonbaar geknoeid’. „Ik ben testresultaten tegengekomen, die de diagnose Alzheimer ondersteunen, terwijl die testen nooit zijn gedaan. En als ze zijn gedaan, dan moet de uitkomst zijn verzonnen. Iemand die geen Alzheimer heeft, kan geen positieve score hebben. Dan spreek je toch over valsheid in geschrifte?” Er lijken, zegt hij, ook verschillende dossiers van patiënten te bestaan. „In een document over een ‘Alzheimerpatiënt’, zoals dat bij de zorgverzekeraar lag, stond: een verrichte EEG was ‘niet’ geheel normaal. Maar op de versie van datzelfde document in het ziekenhuis staat het tegenovergestelde: EEG normaal. „Hoe kan dat nou? Zijn er verschillende versies om iets onder de pet te houden?” Drost hekelt de opstelling van het MST en de inspectie. De eerste ernstige klacht dateert namelijk van 2000. Daarover is ook contact geweest tussen MST en inspectie. „Maar men heeft hem tot 2004 zijn gang laten gaan.” Drost vindt dan ook dat het MST opening van zaken moet geven, maar heeft nu sterk de indruk dat men ‘het liever onder de pet houdt’. Het Medisch Tuchtcollege heeft zich nooit over de arts uitgesproken. Er is in 2000 wel een klacht ingediend, maar die is later ingetrokken. Naar verluidt, omdat het ziekenhuis een schaderegeling heeft getroffen. Drost maakt zich grote zorgen, dat de arts tot nu toe met zijn fouten weg is  gekomen. „Want ik hoor sterke geruchten dat hij misschien elders – mogelijk in Duitsland – aan het werk is gegaan.” Bron: TCTubantia

 

 

Freddy de Haan zocht al ’n brug uit

12-01-2009

Freddy de Haan was de eerste die in 2005 in deze krant het zwijgen van slachtoffers doorbrak. Hij was 58 toen door neuroloog Jansen Steur ten onrechte werd verteld dat hij Alzheimer had. „Ik zag het verdriet van mijn vrouw en zoon. Je verwacht op die leeftijd nog wat van het leven, maar dan krijg je ineens heel andere gesprekken. Ik zei tegen mijn vrouw: je bent tien jaar jonger. Als jij een leuke man tegenkomt, ga dan je gang”, vertelde hij toen. Ze keken samen vast in een verpleeghuis, hoe dat zou zijn ‘straks’. „Maar toen heb ik voor mezelf besloten: dat ga ik niet meemaken. Ik jakker tegen een brugpijler. Ik ben er nog van overtuigd dat ik het had gedaan.” De foute diagnose kwam drie jaar later uit toen een andere MST-neuroloog het spreekuur deed. „Die zei vrij snel: ‘Wij denken dat je helemaal geen Alzheimer hebt.’ Hij verwees me door naar het VU in Amsterdam. Daar werd de diagnose minimale epilepsie gesteld.” In het VU bleek ook dat eerdere MST-onderzoeken daar eveneens op wezen. Ze zaten gewoon in zijn Enschedese dossier. „Jansen Steur heeft daar nooit iets over gezegd.” Bron: TCTubantia

 

 

Wim is nooit meer de oude geworden

12-01-2009

De neuroloog zei dat hij Alzheimer had, maar het was een burn-out. RIJSSEN – De jobstijding kwam op 4 oktober 2000; Wim van Losser was toen 54 jaar. Vier jaar lang heeft hij daarna in de veronderstelling geleefd dat hij jong dement zou worden. Al die tijd slikte hij de zwaarste medicijnen – met nare bijwerkingen – om het ziekteproces te vertragen. „De arts was heel stellig en direct geweest: U kunt nog een half tot twee jaar redelijk zelfstandig leven. Daarna is het over.” ‘Zes minuten later’ stond Van Losser al weer buiten – zijn leven totaal op zijn kop: „Ik zou mijn kleinkinderen nooit zien opgroeien.” Neuroloog Jansen Steur had hem als bewijs een scan laten zien van zijn hersens; er zat vocht waar het niet mocht. Maar in zijn dossier is die scan niet te vinden. Het staat vrijwel vast dat die hersenscan van iemand anders is geweest. In het dossier zitten wel andere testresultaten, die de Alzheimer aantonen. Maar die moeten verzonnen zijn. Die testen waren namelijk nooit gedaan. Later wel, toen de arts in 2004 het ziekenhuis had verlaten. Die lieten maar één conclusie toe: Alzheimer, onmogelijk. Natuurlijk is er opluchting dat Wim niet ongeneeslijk ziek is. Maar er is ook nog elke dag verdriet. „Want Wim is nooit meer helemaal de oude geworden”, zegt zijn vrouw. Door fout medicijngebruik is zijn burn-out nu ‘onbehandelbaar’. Maar het gezin is ook heel anders gaan leven. De caravan is weggedaan; ze konden toch niet meer op vakantie. En hun droomhuis in Enter is hals over kop verkocht. „Zelf getekend en gebouwd. Ons paradijsje. Daar zouden we nooit weg gaan.” Ze kochten daarna bij Rijssen een huis, waar ook hun dochter met haar gezin kon inwonen. „Zodat ze mij samen konden verzorgen, en mij waardig naar mijn einde konden brengen.” Van Losser trok zich ook pardoes terug uit het actieve leven. Hij stopte met zijn werk en liet contacten met collega’s en vrienden verwateren. Uit trots en zelfbescherming. „Ik wilde niet dat iemand het wist. Zelfs geen andere familieleden. We woonden nog Enter. Een kleine gemeenschap. Ik wilde geen stempel met: hij heeft ze niet allemaal op een rijtje.” Zijn houding werd achteraf niet door iedereen begrepen. Dat heeft vriendschappen gekost. Zijn dochter Renate was de eerste die begon te twijfelen aan de arts. Want vreemd genoeg ging Van Losser in al die jaren niet achteruit. „Maar, zei de dokter: U bent een van de weinige waarbij de medicijnen wonderen doen. Ik geloofde hem.” Toen uiteindelijk een andere MST-arts vertelde dat de diagnose niet waar kon zijn, ging het er nog niet in. „Mijn pillen laten staan? Dat doe ik niet.” Het MST en de verzekering hebben toegegeven dat ‘ten onrechte de diagnose Alzheimer is gesteld’. Er is een schadevergoeding toegekend. „Een zak drop als je kijkt naar de werkelijke emotionele en financiële schade.” De Rijssenaar hoopt elke dag dat de arts wordt vervolgd. En het liefst ook nog het ziekenhuis. „Ik denk dat je kunt spreken van opzet. Maar waarom? Omdat het verstrekken van dure medicijnen een aantrekkelijke bron van inkomsten was? En je vraagt je doorlopend af: hoe kon het dat het MST niet ingreep. Het is op zo’n grote schaal gebeurd, dat ze het vast hebben geweten. Achteraf zeg ik: was ik maar naar het Medisch Tuchtcollege gestapt. Maar toen kon ik het niet opbrengen. Nu is mijn enige zorg dat zoiets verdrietigs geen enkel ander gezin nog wordt aangedaan.”

 

 

Claims na foute diagnoses bij MST

24-09-2005

Klachten over neuroloog

ENSCHEDE – Het Medisch spectrum Twente (MST) hangt enkele forse schadeclaims boven het hoofd wegens een aantal vermeende verkeerde diagnoses, gedaan door één van zijn neurologen. De omstreden diagnoses hebben volgens de betrokken patiënten ernstige gevolgen gehad voor hun gezondheid. De neuroloog – E. Jansen Steur – zou meerdere patiënten ten onrechte hebben verteld, dat zij leden aan de ziekte van Parkinson of multiple sclerose (MS). Zij hebben daarna via deze arts lange tijd zware medicatie gekregen, zeggen zij, met ernstige bijwerkingen en gezondheidsklachten tot gevolg. Ook zou de neuroloog tegen een patiënt ten onrechte hebben gezegd, dat deze op jonge leeftijd Alzheimer zou krijgen. Deze patiënt besloot daarop van het leven te gaan genieten, zolang het nog kon. Hij zou nagenoeg zijn hele kapitaal hebben opgemaakt. Jansen Steur zegt in de loop van 2004 met de VUT te zijn gegaan. Hij ontkent fouten te hebben gemaakt en reageert laconiek. Hij bevestigt wel dat er ‘wat gesteggel’ is over enkele diagnoses. ‘Maar er speelt niets waarover ik me ongerust moet maken. Het is geen zaak om over te praten van verkeerde diagnoses is zeker geen sprake.’ Het ziekenhuis erkent echter dat er een aantal ernstige klachten zijn ingediend tegen de de arts. Interim-voorzitter van de Raad van Bestuur, E.J. Overkamp, zegt dat het MST om die reden de klachten ook bij de inspectie voor de volksgezondheid heeft gemeld. ‘Dat doen we bij serieuze zaken altijd. Dit was ernstig genoeg om dat te doen.’ Ook bevestigt Overkamp dat er drie klachten zijn, waarover ‘een onafhankelijke klachtencommissie een oordeel heeft gegeven’. Die zouden gegrond zijn verklaard. Maar Overkamp doet daarover geen enkele uitspraak. ‘Wellicht de inspectie.’ Daar zwijgt men echter. Bron: TCTubantia

 

 

Patienten hebben lof en kritiek op voormalig MST-neuroloog

03-09-2005

ENSCHEDE – Drie patiënten proberen genoegdoening te krijgen voor hun leed, en hebben letselschadebureau Drost in Hengelo ingeschakeld. Daar hebben zich meer patiënten gemeld, die menen dat zij verkeerd zijn behandeld. Zoals een Almelose MS-patiënt. Die is ervan overtuigd, dat hij door de arts ‘vanaf het begin is overgedoseerd met zware medicijnen’. ‘Als ik tegen andere artsen zeg hoeveel ik slikte, zeggen ze: Hoe is het mogelijk. Aan de andere kant het is niet verboden. Bewijs maar eens dat mijn vele gezondheidsklachten daardoor komen. Maar ik kan je zeggen: Als je skelet door de medicijnen wordt weggevreten, dan heb je een groot probleem.’ De kans is echter klein dat dit tot een zaak komt. Volgens de neuroloog is dat tekenend voor zijn situatie. ‘Als je afzwaait, kun je dit soort dingen verwachten. Dan gaan mensen namelijk naar een andere arts en dan begint het gesteggel is de diagnose van mijn vorige arts wel of niet goed? Dat speelt in een paar zaken. Ik had dit al ingecalculeerd. Het valt me nog mee.’ Hij zegt niets te weten over drie gegronde klachten. ‘Ik ken alleen een ongegronde klacht. Maar ach, natuurlijk wil een letseladvocaat wat proberen. Dat is iets wat iedere arts wel eens overkomt.’ Letselschadespecialist Y. Drost weigert aanvankelijk elk commentaar. Geconfronteerd met de ontkennende uitspraken van de neuroloog, zegt hij ‘zeer verbaasd’ te zijn. ‘Ons kantoor heeft meerdere zaken tegen hem in behandeling. Er is bovendien al aansprakelijkheid erkend. Maar gelet op de ernst van de zaken, geef ik verder geen commentaar. Dat ligt meer op de weg van het ziekenhuis.’ De specialist is zeer ervaren en heeft talrijke wetenschappelijke publicaties op zijn naam in (internationale) vakbladen. Met name over de behandeling van MS en de ziekte van Parkinson. Hij deed ook geregeld mee aan onderzoek naar nieuwe medicamenten. In 2001 was Jansen Steur verder betrokken bij het opstellen van de nieuwste richtlijnen hoe Parkinson moet worden vastgesteld, en hoe de behandeling van de patiënten daarna moet verlopen. Het is een belangrijke leidraad voor neurologen, uitgegeven door de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (NVN). Tevens had hij adviestaken bij de Vereniging van Dystoniepatiënten en de Parkinson Patiënten Vereniging. Hij heeft die vorig jaar allemaal beëindigd. Bij de Parkinsonvereniging zegt een woordvoerder ‘te weten dat in Enschede wat is voorgevallen’. Zij vermoedt dat dit heeft meegespeeld toen hij zijn adviestaken daar stopte. De MST-specialist was 25 jaar actief in de vereniging hij wordt min of meer gezien als de grondlegger. In april 2004 kreeg hij voor zijn verdiensten de Mies Rijksenprijs. Die inzet voor deze verenigingen wordt door tal van zijn patiënten typerend voor hem genoemd. Op zich stond hij bekend als een arts die begaan was met hun lot, maar ook kritisch stond tegenover de huidige verzorgingsstaat en het geldende euthanasiebeleid. In 2001 kwam hij in het nieuws door een opvallende en kritische rouwadvertentie na het overlijden van een patiënt. Deze man, een 68-jarige Hongaarse vluchteling zonder verblijfsvergunning, was door een beroerte deels verlamd geraakt. De Hongaar lag twee jaar lang moederziel alleen in een eenpersoons kamertje in het ziekenhuis, omdat geen enkel verpleeghuis hem wilde opnemen. De neuroloog heeft zich al die tijd om de eenzame man bekommerd en was bij hem toen hij stierf. In de rouwadvertentie zei de arts zich te schamen voor het leed van deze Hongaar, als gevolg van een ‘onmenselijk zorgsysteem’. Een andere opvallende affaire (in 2003) was die van de 44-jarige Nina uit Hengelo. Zij had meerdere ernstige aandoeningen. De vrouw leed zoveel pijn, dat zij dood wilde. Zij kon echter geen arts vinden die mee wilde werken aan euthanasie. Volgen haar was de MST-neuroloog echter wel bereid het te doen. Hij kreeg echter geen steun van de arts die moest beoordelen of aan alle zorgvuldigheidseisen werd voldaan. De MST’er haakte toen alsnog af hij wilde geen strafrechtelijke vervolging riskeren en daarmee zijn praktijk in gevaar brengen. Ook de eerder genoemde Almelose MS-patiënt roemt de betrokkenheid van zijn voormalige arts. ‘Ik heb een tijd in het ziekenhuis gelegen. Hij liep als enige rond half elf ‘s avonds nog rond bij z’n patiënten. Hij had hart voor de zaak.’ Kenmerkend noemt hij het verstrekken van ‘medi-wiet’ aan MS-patiënten in de tijd dat dit formeel nog niet was toegestaan. ‘Artsen wisten dat het heilzaam werkte, maar het verstrekken was nog omstreden. Hij liep er niet mee te koop, maar zorgde wel dat je het kreeg.’ Volgens de man kocht de neuroloog de drugs via een patiënt. ‘Ik denk dat hij echt altijd integer heeft willen handelen, maar dat hij zijn talenten niet altijd goed heeft gebruikt. Op sommige punten is het blijkbaar verkeerd uitgepakt. Maar in mijn ogen treft het ziekenhuis de meeste blaam. Ze hebben hem laten aankloten.’ MST-topman Overkamp: ‘Dat is iets wat niet klopt. Het MST is geen partij in deze. Er is niets wat het MST had kunnen doen om deze klachten te voorkomen. Er zijn geen signalen dat wij als ziekenhuis fouten hebben gemaakt, of enige betrokkenheid hebben. Natuurlijk vinden we de klachten vervelend, want daaruit blijkt dat patiënten niet tevreden zijn over de geleverde zorg. Het is zeer vervelend voor de betrokken patiënten en het ziekenhuis. We hopen dat deze zaken zo spoedig mogelijk afgehandeld kunnen worden. Bron: TCTubantia