Letselschade-expert Yme Drost heeft vrijdag bezwaar gemaakt tegen de vergunning die de gemeente Haaksbergen verstrekte voor de stuntshow met een monstertruck. Deze show eindigde zondag 28 september jl. in een drama met veel slachtoffers. Drost diende het bezwaar in namens een groot deel van de 15 slachtoffers die hij inmiddels vertegenwoordigt.
Onvoldoende rekening gehouden met veiligheid
Het bezwaarschrift klaagt er over dat de gemeente bij de verlening van de vergunning onvoldoende rekening heeft gehouden met de veiligheid. Zo zou onvoldoende rekening zijn gehouden met de internationale veiligheidsregels van de Monster Truck Racing Association (MTRA).
Het bezwaarschrift wijst er op dat de stuntshow, ook blijkens de aanvraag, niet ongevaarlijk is. De aanvraag vermeldt dat er een stuntteam komt met een 1500 pk monstertruck, een barkruk op een V8-motor, alsmede een quad en een toilethuisje met een straalmotor. Gezien de inhoud van de aangevraagde vergunning is volgens Drost de in de afgegeven vergunning voorgeschreven afstand voor de toeschouwers van minimaal 10 meter volstrekt onvoldoende.
Wegenverkeerswet
Verder wordt in het bezwaarschrift gesteld dat in de vergunning ten onrechte geen ontheffing is opgenomen voor het verbod om met de monstertruck op de openbare weg te komen. Drost wijst daarbij op bepalingen van de Wegenverkeerwet. Die wet schrijft tevens voor dat de gemeente had moeten controleren of de eigenaar van de monstertruck en de organisatie voldoende verzekerd waren. Ook daarover wordt in het bezwaarschrift geklaagd.
Drost wijst namens zijn cliënten tevens op de zeer korte termijn waarin de gemeente de vergunning heeft verleend. De aanvraag dateert van 19 september, terwijl de vergunning al is verleend op 24 september. Het evenement vond plaats op zondag 28 september. Drost wijst er op dat de gemeente in haar model aanvraagformulier nadrukkelijk meldt dat dergelijke aanvragen met inachtneming van een termijn van tenminste 8 weken moeten worden aangevraagd. Dat past volgens Drost ook in de wettelijke bezwaartermijn van 6 weken die belanghebbenden hebben. Een bezwaartermijn zou anders deels een ‘wassen neus’ zijn, zo wordt in het bezwaarschrift ook gesteld.
Volgens Drost had tenslotte bij de aanvraag tevens een gedegen calamiteitenplan moeten worden overgelegd.