De Groningers die in het bevingsgebied een woning hebben met aardbevingsschade, hebben recht op een schadevergoeding van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM). Dat adviseerde de advocaat-generaal afgelopen vrijdag aan de Hoge Raad. Tot nu toe gaat het om 65 eigenaren en huurders die recht hebben op een ‘woongenot-schadevergoeding’. Een deel van hen krijgt daar ook smartengeld bij.

Het gerechtshof in Leeuwarden oordeelde in december 2019 ook dat bewoners met aardbevingsschade recht hebben op een vergoeding. Als de NAM bij die bewoners minimaal twee keer zulke woningschade heeft veroorzaakt, hebben zij daarnaast recht op smartengeld.

De advocaat-generaal adviseert de Hoge Raad om de uitspraak van het hof in stand te laten, maar om eventueel zelf richtlijnen te geven over hoeveel smartengeld er betaald moet worden. De uitspraak van de Hoge Raad staat gepland op 1 oktober 2021. Het staat de Hoge Raad vrij het advies van de advocaat-generaal al dan niet over te nemen.

Afhandeling aardbevingsschade

Er is veel kritiek geweest op de afhandeling van de aardbevingsschade in Groningen. Maar volgens Het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG), dat die afhandeling regelt, gaat het nu wel goed. Het IMG denkt dit jaar 900 miljoen euro te betalen aan mensen die schade hebben geleden door aardbevingen die het gevolg zijn van de gaswinning in Groningen. Dat is ruim 80 procent meer dan de 497 miljoen die het instituut in 2020 uitkeerde.

Verder gaat het IMG dit jaar “nog actiever op zoek naar Groningers die nog geen vergoeding hebben aangevraagd, terwijl ze daar waarschijnlijk wel recht op hebben”. Het instituut denkt dat er nog vele tienduizenden aanvragen voor fysieke schade aan en waardedaling van huizen niet zijn ingediend. Daarnaast begint het IMG deze zomer met betalingen aan mensen die immateriële schade leden. Het was de bedoeling daar al eerder mee te beginnen, maar dat is niet gelukt.

BRON: Leeuwarder Courant.nl en Trouw.nl